Het kabinet stelt voor om de Regeling verlaagd tarief in de energiebelasting, bekend als de Postcoderoosregeling, te vervangen door een subsidieregeling. De Postcoderoosregeling voorziet in een verlaagd energiebelastingtarief in de eerste verbruiksschijf voor elektriciteit voor leden van een door de Belastingdienst aangewezen coöperatie36 die lokaal elektriciteit opwekt met hernieuwbare energiebronnen. Sinds 2014 heeft de Postcoderoosregeling een belangrijke rol gespeeld bij de groei van het aantal energiecoöperaties en het aantal projecten voor hernieuwbare energiebronnen dat zij realiseren. Een aantal ontwikkelingen heeft aanleiding gegeven om de stimulering van coöperaties en via de Postcoderoosregeling te heroverwegen.
De Postcoderoosregeling is in 2017 geëvalueerd door Kwink.37 Uit die evaluatie volgt dat de regeling in de beginfase als erg complex werd ervaren. De eerste jaren is de regeling een aantal keren aangepast om knelpunten weg te nemen en inmiddels blijkt het aantal deelnemers aan de regeling gestaag te groeien. Desalniettemin wordt de regeling door gebruikers nog steeds als complex ervaren, mede doordat een belangrijk deel van de uitvoering bij de reguliere elektriciteitsleveranciers is belegd. Bij de aanbevelingen voor de langere termijn heeft Kwink aangegeven dat het van belang is om bij de ondersteuning van coöperaties ook rekening te houden met ontwikkelingen op andere gebieden, zoals de aanpassing van de salderingsregeling. De salderingsregeling zal namelijk vanaf 2023 geleidelijk worden afgebouwd.38 In het regeerakkoord is verder opgenomen dat er een aparte regeling komt voor coöperaties die het mogelijk maakt dat omwonenden makkelijker kunnen participeren in duurzame energieprojecten in hun directe omgeving.
De verlaging van de energiebelasting op elektriciteit, opgenomen in de Wet fiscale maatregelen Klimaatakkoord39, heeft extra zichtbaar gemaakt dat coöperaties die gebruikmaken van de Postcoderoosregeling gevoelig zijn voor veranderingen in de hoogte van de energiebelasting. Het kabinet acht het wenselijk om voor coöperaties de hoogte van de stimulering aan te laten sluiten bij de daadwerkelijke kosten. Dat is niet mogelijk met een fiscale regeling, maar wel met een subsidieregeling.
Zoals aangegeven bij kamerbrief van 25 mei 2020 is het kabinet na overleg met de energiecoöperatiesector tot de conclusie gekomen dat coöperaties in de toekomst beter gestimuleerd kunnen worden met een subsidie dan met een verlaagd energiebelastingtarief.40 Daardoor kan de complexiteit worden verminderd, is de stimulering van postcoderoosprojecten van coöperaties niet meer afhankelijk van veranderingen in de energiebelasting en kan (de hoogte van) de stimulering beter worden gericht.
Vanaf 2021 kunnen coöperaties en Verenigingen van eigenaars subsidie aanvragen voor een zonne-energieproject of een kleinschalig windenergieproject. Net als in de huidige Postcoderoosregeling wordt in de nieuwe regeling het postcodegebied41 gebruikt om het lokale karakter te waarborgen. Onder de subsidieregeling moeten deelnemers aan een project lid zijn van de betreffende coöperatie of vereniging van eigenaars en bij aanvang wonen in hetzelfde postcodegebied als waar de elektriciteitsaansluiting van de productie-installatie zich bevindt. In de huidige Postcoderoosregeling ontvangen de leden van de coöperatie het belastingvoordeel via hun reguliere energieleverancier. In de voorgestelde situatie is er vanaf 2021 sprake van een subsidie die wordt uitbetaald aan de coöperatie of vereniging van eigenaars. De coöperatie of vereniging van eigenaars verdeelt vervolgens de subsidie onder de leden. De opzet van de nieuwe subsidieregeling vormt een belangrijke vereenvoudiging ten opzichte van de huidige Postcoderoosregeling.
Het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) is gevraagd om te berekenen hoe hoog het subsidiebedrag moet zijn, rekening houdend met de specifieke aard van de projecten en de kosten die coöperaties en verenigingen van eigenaars maken. Zij maken deze berekening jaarlijks en consulteren de sector. De subsidieregeling wordt uitgevoerd door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). De opzet van de nieuwe subsidieregeling zal op verschillende manieren meer financiële zekerheid bieden voor coöperatieve projecten. Doordat PBL berekeningen maakt op basis van reële kosten zullen gemiddelde projecten in principe voldoende rendabel zijn om een goed project te kunnen realiseren met de subsidieregeling. Doordat de hoogte van de stimulering per project wordt vastgesteld bij beschikking weten deelnemers aan die projecten wat ze kunnen verwachten en bestaat geen onzekerheid meer over veranderende energiebelastingtarieven.
De Postcoderoosregeling die is opgenomen in de Wet belastingen op milieugrondslag (Wbm) vervalt per 1 januari 2021. Indien er op of na die datum een verzoek tot aanwijzing wordt ingediend door een coöperatie verleent de Belastingdienst daarvoor geen aanwijzing meer. Aan leden van coöperaties die al beschikken over een aanwijzing en aan leden van coöperaties die in 2020 een verzoek hebben gedaan tot aanwijzing waarop de inspecteur in 2020 of daarna beslist tot aanwijzing, wordt investeringszekerheid geboden door voor de op 31 december 2020 bestaande leden van aangewezen coöperaties die deelnemen aan de postcoderoosregeling het verlaagde energiebelastingtarief van toepassing te laten blijven gedurende 15 jaren na het tijdstip waarop zijn coöperatie werd aangewezen door de Belastingdienst.