Wanneer (ernstige) onvolkomenheden in de bedrijfsvoering van een ministerie ook na herhaalde vaststelling door de Algemene Rekenkamer niet worden opgelost, kan de Algemene Rekenkamer bezwaar maken.
In het verleden hebben wij het instrument bezwaar weinig gebruikt. Wel hebben we zowel bij het Ministerie van Defensie als bij het Ministerie van Financiën enkele jaren geleden een bezwaaronderzoek ingesteld. Een dergelijk onderzoek dient om te achterhalen wat de achterliggende oorzaken zijn van de door ons geconstateerde problemen in de bedrijfsvoering. Op basis van de uitkomsten besluiten we dan of wij het nodig vinden om bezwaar te maken, zodat de minister wordt gedwongen een plan op te stellen om de geconstateerde onvolkomenheid in de bedrijfsvoering op te lossen.
4.4.1 Bezwaar: afwegingen 2010
Bij het Ministerie van Justitie hebben wij in 2010 een bezwaaronderzoek uitgevoerd in verband met de sinds 2005 bestaande onvolkomenheid bij het inkoopbeheer. Vorig jaar hebben we de ministers van Justitie, SZW, VWS, BuZa en Financiën gemeld dat wij dit jaar bezwaar zouden overwegen als er te weinig voortgang zou zijn geboekt bij de verbetering van respectievelijk het contractbeheer, het subsidiebeheer, het voorschottenbeheer en de informatievoorzieningsketen bij de Belastingdienst.
In al deze gevallen gaat het om hardnekkige problemen, die al langer bestaan en waarvoor de betrokken ministers nog geen adequate oplossingen hebben kunnen realiseren. Omdat bij de Ministeries van Justitie, SZW, BuZa en Financiën voldoende vooruitgang is geboekt, hebben wij besloten in 2010 bij geen van deze ministeries bezwaar te maken. Bij het Ministerie van VWS was evenwel geen sprake van verbetering en daarom hebben wij hier in eerste instantie wel bezwaar gemaakt.
4.4.2 Bezwaar subsidiebeheer Ministerie van VWS
De Algemene Rekenkamer heeft op 8 april 2011 bezwaar gemaakt als bedoeld in artikel 88, lid 1 van de CW 2001 tegen het subsidiebeheer van het Ministerie van VWS. Er zijn al sinds 1999 problemen in het subsidiebeheer van het Ministerie van VWS. In ons Rapport bij het Jaarverslag VWS 2009 (Algemene Rekenkamer, 2010a) hebben wij de minister verzocht om in 2010 zichtbare verbeteringen te realiseren. Hierbij hebben wij aandacht gevraagd voor de interne controlefunctie van het departement en het effectief terugdringen van het aantal tekortkomingen.
Dit jaar hebben wij vastgesteld dat de minister in 2010 onvoldoende invulling heeft gegeven aan de interne controlefunctie en het aantal tekortkomingen in het subsidiebeheer nog onvoldoende heeft teruggedrongen. Wij merken het subsidiebeheer van het ministerie daarom aan als ernstige onvolkomenheid.
De tekortkomingen betreffen te laat ingediende subsidieaanvragen die het ministerie toch in behandeling neemt, overschrijding van de wettelijke termijnen voor het verzenden van beschikkingen, onvolledige subsidiedossiers, fouten in de bevoorschotting en het ontbreken van een financiële en inhoudelijke onderbouwing van subsidietoekenningen en subsidievaststellingen. Dit laatste leidt tot risico’s voor de doelmatigheid van verstrekte subsidies, omdat de effectiviteit van subsidies moeilijk is vast te stellen bij het ontbreken van controleerbare onderbouwingen.
In februari 2011 heeft het Ministerie van VWS een verbeterplan opgesteld voor het subsidiebeheer. In dit plan neemt het ministerie zich voor om in 2011 verscherpt toezicht toe te passen op het behalen van de wettelijke beslistermijnen. Daarnaast benoemt het plan aanvullende maatregelen ter verbetering van de interne controle van het subsidiebeheer en de opzet van de planning- en controlcyclus.
Wij vinden het positief dat het ministerie in het eerste kwartaal 2011 het subsidiebeheer wil verbeteren. Wel tekenen we aan dat het plan zich vooralsnog vooral richt op het ontdekken van reeds gemaakte fouten door middel van interne controle. Wij missen aandacht voor het nemen van maatregelen om fouten te voorkómen.
Bij de aankondiging van ons bezwaar tegen het subsidiebeheer hebben wij de minister verzocht om het verbeterplan aan te vullen met een analyse van de gemaakte fouten en het benoemen van concrete maatregelen om deze fouten in de toekomst te voorkomen.
Op 27 april 2011 heeft de minister een herziene versie van het verbeterplan aan ons aangeboden. Wij zijn positief over dit plan en hebben besloten om het bezwaar op te heffen.
Wel hebben wij de minister verzocht om uiterlijk 1 oktober 2011 aan de Tweede Kamer te rapporteren over de voortgang van de uitvoering van het verbeterplan. Wij zullen vervolgens uiterlijk 1 november aan de Tweede Kamer rapporteren wat ons oordeel is over de voortgang. De Tweede Kamer kan op deze wijze de voortgang van het verbeterplan betrekken bij de behandeling van de begroting 2012 van het Ministerie van VWS.