Wetsartikelen 1 tot en met 3
Wetsartikel 1
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2021 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
Normaliter wordt nieuw beleid in uitvoering genomen nadat de Staten-Generaal de begrotingswet heeft geautoriseerd. Aangezien uitvoering van de spoedeisende maatregelen die in deze Incidentele Suppletoire Begroting zijn opgenomen, te weten extra middelen voor het opschalen van kunst en cultuur initiatieven voor kwetsbare groepen in verband met COVID-19, niet kan wachten tot formele autorisatie van beide Kamers der Staten-Generaal, zal het kabinet de uitvoering van de maatregelen starten. Voor de indiening van deze zevende Incidentele Suppletoire Begroting is uw Kamer vooraf genformeerd per brief van 12februari 2021 over Steunpakket sociaal en mentaal welzijn en leefstijl (Kamerstukken II 2020/21, 25295, nr. 988). Zoals in deze brief is aangegeven wordt 10,0miljoen extra genvesteerd in het opschalen van kunst en cultuur initiatieven voor kwetsbare groepen. Deze culturele activiteiten kunnen nu helpen om mensen te steunen die door corona in eenzaamheid, gebrek aan zingeving of depressiviteit zijn geraakt. Hiervoor wordt het bestaande programma Samen Cultuur Maken bij het Fonds voor Cultuurparticipatie uitgebreid. De regeling wordt opgehoogd om de verplichtingen voor de initiatieven aan te gaan en daarmee zo snel mogelijk operationeel te krijgen. Omdat niet kan worden gewacht op de Eerste Suppletoire Begroting worden de middelen nu toegevoegd aan de OCW-begroting middels deze zevende Incidentele Suppletorie Begroting. Hiermee wordt gehandeld conform lid 2van artikel 2.27 van de Comptabiliteitswet 2016.
De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht.
Wetsartikel 2
De vaststelling van de begrotingsstaat geschiedt in duizenden euro's.
Wetsartikel 3
Dit artikel regelt de inwerkingtreding van deze wet.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven
De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob