Base description which applies to whole site

3.1 Bijzondere uitkeringen

Het begrip bijzondere uitkering is geïntroduceerd in artikel 91, derde lid van de Wet FINBES. De bijzondere uitkering is het equivalent van de specifieke uitkering aan een gemeente op grond van artikel 16 en 18 van de Financiële-verhoudingswet. Iedere financiële bijdrage van het Rijk aan de openbare lichamen om bepaalde activiteiten uit te voeren is een bijzondere uitkering voor zover die middelen worden verstrekt met het oog op een daarmee te dienen openbaar belang. Voor bijzondere uitkeringen geldt, in tegenstelling tot de vrije uitkering, dat zij voor een bepaald doel worden gegeven. Indien het geld niet wordt besteed aan het voorgeschreven doel of als een doelstelling niet wordt gerealiseerd dan kan het Rijk het geld terugvorderen

Op dit moment staat slechts één bijzondere uitkering vast, te weten de organisatie van rampenbestrijding en crisisbeheersing op de BES-eilanden. Deze uitkering wordt verantwoord op de begroting van BZK. De meeste departementen kiezen er vooralsnog voor om per transitiedatum de aan het Rijk toebedeelde taken zélf uit te voeren, dus zonder tussenkomst van het openbare lichaam. Een aantal departementen overweegt nog een bijzondere uitkering aan de openbare lichamen in 2011 of een later jaar. Bij het instellen van een nieuwe bijzondere uitkering geldt dat rekening zal worden gehouden met het feit dat het voor de kleine administraties op de BES-eilanden van belang is om tijdig te weten over welke taken, verantwoordelijkheden en middelen zij beschikken.

Op grond van artikel 94 van de FINBES publiceren onze minister en de Minister van Financiën jaarlijks uiterlijk op de derde woensdag van mei een overzicht van de bijzondere uitkeringen, met de daarvoor in de lopende begroting beschikbare bedragen. Het (definitieve) overzicht van de bijzondere uitkeringen 2011 zal dus in mei 2011 worden gepubliceerd.

Licence