De belangrijkste begrotingswijzigingen voor deze 2e suppletoire begroting worden gevormd door de verkregen aanvullende middelen voor de uitvoering van het boven sectoraal loonakkoord (€ 39,8 miljoen), de vrijgave van het niet relevante deel van de hoofdsom van de pensioenen (€ 15,3 miljoen) en de aanpassing van de lening 2015 ten behoeve van de kapitaaldekking militaire ouderdomspensioenen (€ 10 miljoen).
Daarnaast wordt vanuit het artikel 6 Investeringen krijgsmacht een aflossing gedaan op de SDD (System Development and Demonstration) lening van € 62,6 miljoen. Ook komen geplande investeringsuitgaven in 2015 niet tot besteding en wordt € 142,4 miljoen via de eindejaarsmarge meegenomen naar 2016.
Tenslotte komen diverse wettelijke betalingen bij de artikelen 8 CDC (€ 8,8 miljoen), 9 Algemeen (€ 1,4 miljoen),10 Centraal apparaat (€ 36,7 miljoen) en 12 Nominaal en onvoorzien (€ 6,7 miljoen) niet tot realisatie in 2015. Ook dit budget wordt via de eindejaarsmarge meegenomen naar 2016.
De belangrijkste mutaties in de ontvangstenbegroting bestaan uit hogere verkoopopbrengsten van grootmaterieel (€ 20,8 miljoen) en hogere overige ontvangsten (€ 32,3 miljoen). Deze mutaties hebben een doorwerking op het uitgavenkader van € 53,1 miljoen.
Tenslotte wordt ruimte binnen het Budget Internationale Veiligheid (BIV) (€ 26,5 miljoen) ingezet voor de verlenging van lopende crisisbeheersingsoperaties in 2016. Ook zijn er VN-ontvangsten voor de Nederlandse inzet binnen Minusma dit jaar ontvangen in plaats van volgend jaar (€ 17,5 miljoen). Met de vrijgave wordt voorgesteld deze ontvangsten via de eindejaarsmarge mee te nemen naar 2016.
Een verdere toelichting en de cijfermatige onderbouwing van deze begrotingswijzigingen zijn terug te vinden in de paragrafen 2.3 Overzicht uitgavenmutaties en 2.4 Overzicht ontvangstenmutaties. Daarnaast zijn de budgettaire gevolgen van de begrotingsmutaties bij de afzonderlijke artikelen in paragraaf 2.5 zichtbaar gemaakt.