In deze suppletoire begroting worden de Voorjaarsnotamutaties van Hoofdstuk XV naar de begrotingsartikelen geboekt en aldaar toegelicht. De indeling van deze suppletoire begroting sluit aan bij de begrotingsstructuur in de vastgestelde begroting 2021. Sinds het begrotingjaar 2019 worden de Voorjaarsnotamutaties van de premiegefinancierderegelingen ook toegelicht per artikel.
In deze suppletoire begroting is de besluitvorming in het kader van de Voorjaarsnota verwerkt, voorzover die neerslaat in de begrotingsgefinancierdeuitgaven en in de premiegefinancierderegelingen. Het betreft daarbij
– Macro-economische bijstellingen (conjunctuur);
– Uitvoeringsbijstellingen (volume, lonen en prijzen);
– Beleidsmaatregelen die de begroting 2021 of de premiegefinancierderegelingen 2021 raken;
– Het toekennen van de eindejaarsmarge 2020 en van de loon- en prijsbijstelling 2021 (allen afkomstig van het ministerie van Financien) voor de begrotingsgefinancierdeuitgaven.
Daarnaast is in deze suppletoire begroting een aantal budgettair neutrale herschikkingen tussen subartikelonderdelen opgenomen: Jaarlijks wordt binnen SZW aan de hand van jaarprogramma's een nadere toedeling gemaakt van het totaal van de apparaatsuitgaven en de algemene programma-uitgaven. Dit leidt tot verschuivingen tussen budgetten.
De organisatiestructuur van het departement is opgebouwd uit circa 35 organisatie-eenheden die alle een eigen budgetverantwoordelijkheid hebben. Het aantal budgetmutaties bij budgetten van dezelfde budgethouder en mutaties tussen budgethouders onderling is aanzienlijk. Om die reden is afgezien van het toelichten van de afzonderlijke mutaties. Herschikkingen tussen budgetten staan geclusterd in de toelichting opgenomen als «Budgettair neutrale herschikkingen binnen SZW».
Omvang begrotingsartikel (stand ontwerpbegroting) in € miljoen | Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen) | Technische mutaties (ondergrens in € miljoen) |
---|---|---|
< 50 | 1 | 2 |
=> 50 en < 200 | 2 | 4 |
=> 200 < 1000 | 5 | 10 |
=> 1000 | 10 | 20 |