INHOUDSOPGAVE | blz. | |
A. | Artikelsgewijze toelichting bij het wetsvoorstel | 2 |
Wetsartikelen 1 en 2 (uitgaven en ontvangsten) | 2 | |
B. | Algemene toelichting bij de begroting | 3 |
1. | Inleiding | 3 |
2. | Uitgaven | 4 |
3. | Ontvangsten | 7 |
4. | Totaaloverzicht van het Fonds | 9 |
C. | Toelichting per begrotingsartikel | 11 |
1. | Uitgaven | 11 |
2. | Ontvangsten | 20 |
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikelen 1 en 2 (uitgaven en ontvangsten)
De begrotingen die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om de begroting van het Fonds economische structuurversterking voor het jaar 2002 vast te stellen.
Alle voor dit jaar vastgestelde begrotingswetten tezamen vormen de Rijksbegroting voor het jaar 2002. Een toelichting bij de Rijksbegroting als geheel is opgenomen in de Miljoenennota 2002.
Met de vaststelling van deze wetsartikelen wordt de in de begrotingsstaat opgenomen begroting van de uitgaven en de ontvangsten voor het jaar 2002 vastgesteld. De in die begroting opgenomen begrotingsartikelen worden door middel van een algemene toelichting en een toelichting per begrotingsartikel toegelicht in de onderdelen B en C van deze memorie van toelichting.
Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van het bepaalde in artikel 25a, derde lid, onder b, van de Wet op de Raad van State.
B. ALGEMENE TOELICHTING BIJ DE BEGROTING
Bij wet van 21 december 1995 is het Fonds economische structuurversterking (Fes) ingesteld (Wet Fonds economische structuurversterking, Stb. 1996, 51 en 52). Het fonds is een begrotingsfonds conform de Comptabiliteitswet en heeft als doel het financieren van investeringsprojecten van nationaal belang waarmee beoogd wordt de economische structuur te versterken. Hiertoe worden vanuit het fonds bijdragen toegekend aan andere begrotingshoofdstukken ter financiering van dergelijke projecten. Het Fes is dus een verdeelfonds, de feitelijke projectuitgaven worden onderbouwd, geraamd en verantwoord op de andere begrotingshoofdstukken. Daarom heeft de introductie van de VBTB-begroting geen directe gevolgen voor het Fes.
De voeding van het fonds bestond tot en met 1998 uit bepaalde aardgasbaten, de common area baten, andere voor het fonds te bestemmen ontvangsten uit de winning van aardgas, opbrengsten uit het vervreemden van bepaalde vermogensbestanddelen van het Rijk en uit overige ontvangsten.
Met ingang van 1999 is de voeding van het fonds overeenkomstig de afspraken in het Regeerakkoord gewijzigd. Op hoofdlijnen wordt uitgegaan van een voeding uit 41,5% van de aardgasbaten (niet-belasting middelen) en de opbrengsten uit hoofde van de structureel bespaarde rentelasten die het gevolg zijn van het in mindering brengen op de staatsschuld van common area baten, vervreemdingen van staatsdeelnemingen en veilingen van rechten. Op de structureel bespaarde rentelasten bij vervreemdingen van staatsdeelnemingen wordt de daarmee samenhangende structurele derving van dividendontvangsten in mindering gebracht.
Inzake de opbrengsten van veilingen van rechten is het kabinet voornemens nog dit jaar een wetswijziging aan de Staten-Generaal voor te leggen waarin wordt geregeld dat het Fes met ingang van 2001 niet meer wordt gevoed uit de rentevrijval die plaatsvindt ten gevolge van het ten gunste van de staatsschuld brengen van de opbrengsten van deze veilingen, maar uit zogeheten annuïteiten op basis van deze opbrengsten. Een annuïteit is een jaarlijks gelijk blijvende reeks, samengesteld uit rente en «aflossing» van de hoofdsom van de opbrengst. Aan het begin van de reeks is sprake van een relatief hoge rentecomponent en een relatief lage aflossingscomponent. Aan het einde van de reeks zal de aflossingscomponent echter relatief hoog en de rentecomponent relatief laag zijn. Er is derhalve niet alleen sprake van voeding uit rentevrijval, maar ook van voeding uit de opbrengst van de veiling zelf. De looptijd van een dergelijke annuïteit komt overeen met de voorziene looptijd van de geveilde rechten. Deze wijziging van het voedingsregime, in afwijking van de methodiek bij verkoop van staatsdeelnemingen, wordt om de volgende reden voorgesteld. De verkopen van staatsdeelnemingen betreffen eenmalige opbrengsten, waardoor het voor de hand ligt om hierbij uit te gaan van de hiermee samenhangende structurele rentevrijval. De opbrengsten van veilingen van rechten met een eindige looptijd zijn echter niet eenmalig, maar doen zich na ommekomst van de looptijd van de geveilde rechten in principe opnieuw voor vanwege een nieuwe veiling.
De opbrengsten van de veiling van UMTS-frequenties in 2000 (EUR 2,7 mld) zijn met ingang van 2001 reeds via een annuïteit met een looptijd van 15 jaar ten gunste van het Fes gebracht. De wettelijke grondslag hiervoor is inmiddels verkregen via de eerste suppletore begroting 2001 van het Fes.
Bij Voorjaarsnota 1993 is besloten tot een Investeringsimpuls van in totaal EUR 2 269 mln in de periode 1994–1998 voor de versterking van de economische structuur. De impuls heeft betrekking op projecten in de sfeer van verkeer en vervoer (EUR 1 929 mln), bodemsanering (EUR 227 mln) en kennisinfrastructuur (EUR 113 mln). Voor de projecten op het terrein van verkeer en vervoer is destijds binnen het fonds EUR 681 mln gereserveerd voor de financiële doorloop na 1998. Eveneens is EUR 150 mln beschikbaar voor het tekort in de Europese bijdrage aan verkeer en vervoer projecten. Hiermee bedraagt de totale Fes-bijdrage in de Investeringsimpuls 1994 per saldo EUR 3,10 mld (EUR 3,12 mld inclusief prijsbijstelling), waarvan tot en met 2000 EUR 2,83 mld uit het fonds is uitgekeerd.
2.2. Betuweroute en Hogesnelheidslijn
De feitelijke projectuitgaven voor de Betuweroute en de Hogesnelheidslijn-Zuid (HSL-Zuid) worden geraamd op de begroting van het Infrastructuurfonds. Ten aanzien van de Betuweroute is reeds in 1995 een positief besluit genomen door het parlement. Ten aanzien van de HSL-Zuid heeft het kabinet zich in de PKB-3 in mei 1996 uitgesproken voor het voorkeurstracé uit de PKB-1, met een aantal inpassingsmaatregelen naar aanleiding van het gevoerde bestuurlijk overleg en de discussies rondom het Groene Hart.
Voor deze projecten is in het fonds EUR 4 525 mln geraamd, inclusief EUR 545 mln aan reeds uitgekeerde en nog uit te keren prijsbijstelling. Aan voorfinanciering voor deze projecten is in het fonds EUR 1 784 mln geraamd, inclusief EUR 168 mln aan uitgekeerde en nog uit te keren prijsbijstelling. Dit brengt de binnen het Fes geraamde middelen voor de Betuweroute en de Hogesnelheidslijn in totaal op EUR 6 308 mln. Tot en met 2000 heeft het Fes hiervan EUR 1 665 mln uitgekeerd.
2.3. SWAB, Extra impuls en Hubertustunnel
Van de ontvangsten uit hoofde van het tussenvonnis in het common area geschil is in de ontwerpbegroting 1998 EUR 592 mln via het Fes ingezet voor investeringen in het kader van Samen Werken Aan Bereikbaarheid (SWAB). Bij Najaarsnota 1999 is ter vermindering van het destijds bestaande tekort in het Fes ultimo 2010 besloten EUR 45,4 mln van deze uitgaven niet meer uit het Fes te financieren, maar ten laste van de algemene middelen. Het totaal binnen het Fes geraamde bedrag van EUR 550 mln (inclusief prijsbijstelling) is ultimo 2000 helemaal besteed, waarmee dit project binnen het Fes is afgesloten.
In de brief van 31 maart 1998 betreffende de Impuls voor de ruimtelijk-economische structuur (Kamerstukken II 1997/98, 25 017 nr. 6) heeft het kabinet aan een aantal verkeer- en vervoerprojecten middelen toegekend uit het Fes. In totaal is hiertoe in het Fes een bijdrage geraamd van EUR 858 mln (EUR 895 mln inclusief prijsbijstelling), waarvan tot en met 2000 EUR 262 mln uit het fonds is uitgekeerd.
Bij Voorjaarsnota 2000 is een bijdrage aan het Infrastructuurfonds van EUR 28 mln (inclusief prijsbijstelling 2001) opgenomen ten behoeve van de Hubertustunnel. Hiervan is tot en met 2000 EUR 4,6 mln uit het fonds uitgekeerd.
Het Regeerakkoord bevat een investeringspakket dat, voorzover het Fes-waardige projecten betreft, via het fonds gefinancierd wordt. Het gaat hierbij in de periode 1999 tot en met 2010 om een totaalbedrag van EUR 6 916 mln (EUR 7 039 mln inclusief prijsbijstelling) via het Fes. Hiervan is tot en met 2000 EUR 718 mln door het fonds uitgekeerd. De concrete uitwerking van het pakket naar projecten vindt plaats via de ICES (Interdepartementale Commissie Economisch Structuurbeleid). Indien individuele projectvoorstellen voldoende zijn uitgewerkt, worden bijdragen van de post Projecten in voorbereiding (uitgavenartikel 01.07) overgeboekt naar de post Investeringsimpuls 1998 (uitgavenartikel 01.08).
Het kabinet heeft bij de begrotingsvoorbereiding 2001 besloten tot een investeringspakket van in totaal EUR 5 464 mln (EUR 5 736 mln inclusief prijsbijstelling) voor de clusters Bereikbaarheid, Natuur, Milieu en vitaliteit steden en Kennis voor de periode 2001 tot en met 2010. Ook bij deze impuls vindt de concrete uitwerking van de verschillende projecten plaats via de ICES. Voorzover voorstellen nog onvoldoende zijn uitgewerkt, worden de daarmee samenhangende middelen geraamd op artikel 01.07 (Projecten in voorbereiding). Indien projectvoorstellen voldoende zijn uitgewerkt, worden de middelen geraamd op het nieuwe artikel 01.09 Investeringsimpuls 2001.
Tezamen met de besluitvorming over de Investeringsimpuls 2001 is besloten in de jaren 2001 en 2002 voor EUR 204 mln per jaar en in de jaren 2000 en 2003 tot en met 2010 voor EUR 159 mln per jaar aan reeds bestaande investeringsprojecten uit het Fes te financieren. Bij de begrotingsvoorbereiding 2002 is de omvang van het bruggetje bijgesteld tot EUR 245 mln voor 2002, EUR 235 mln voor 2003, EUR 69 mln voor 2004 en een bedrag variërend tussen EUR 54 mln en EUR 60 mln voor de jaren 2005 tot en met 2010. Deze bedragen zijn inclusief prijsbijstelling. Het betreft hier Fes-waardige projecten die voorheen ten laste van de reguliere Rijksbegroting werden geraamd. De hierdoor ontstane ruimte op de Rijksbegroting wordt aangewend voor andere uitgaven.
Bij begrotingsvoorbereiding 2002 heeft het kabinet besloten voor het project «Kenniswijk» in de regio Eindhoven een Fes-bijdrage van EUR 45,4 mln ter beschikking te stellen onder de voorwaarde dat private partijen minimaal 50% bijdragen in de kosten. De uitgaven zijn voorzien te starten in 2002.
Om aan te sluiten bij de systematiek van prijsbijstelling die voor uitgaven op de Rijksbegroting geldt, is op artikel 01.10 Prijsbijstelling een reservering opgenomen voor prijsbijstelling. Voor de Betuweroute en de Hogesnelheidslijn wordt separaat op de desbetreffende artikelen in prijsbijstelling voorzien. De geraamde prijsbijstelling op artikel 01.10 betreft de verkeers- en vervoersuitgaven van de Investeringsimpuls 1994, de Impuls voor de ruimtelijk-economische structuur van (destijds) EUR 858 mln, het cluster Bereikbaarheid van de Investeringsimpuls 1998 en alle uitgaven van de Investeringsimpuls 2001. De uitdeling van de prijsbijstelling zal conform de systematiek op de Rijksbegroting (in jaarlijkse tranches en zonder nacalculatie) geschieden.
De totale geraamde fondsuitgaven in enig jaar mogen niet hoger zijn dan de totale voor dat jaar geraamde ontvangsten, minus 10% van de voor dat jaar geraamde ontvangsten uit de aardgasbaten (de zogenaamde buffer), plus het eindsaldo van het jaar ervoor. In onderstaande tabel worden de in deze ontwerpbegroting opgenomen uitgaven geconfronteerd met het kasplafond.
(x EUR 1000) | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Geraamde uitgaven | 2 383 405 | 2 480 604 | 2 763 645 | 1 682 216 | 1 550 078 | 1 546 144 |
Kasplafond | 4 096 393 | 3 768 521 | 3 168 609 | 2 093 664 | 1 999 725 | 2 092 559 |
De fondsbeheerders kunnen ten laste van het fonds toezeggingen doen voor bijdragen aan begrotingshoofdstukken. In deze toezeggingsbrieven is aangegeven onder welke voorwaarden de bijdrage beschikbaar wordt gesteld en hoe de verantwoording dient te geschieden. Tot nu toe zijn op deze wijze de volgende toezeggingen geformaliseerd:
Specificatie van toezeggingsbrieven | |||
Aan | d.d. | Voor project(en) | Bedrag (EUR) |
EZ | 16.08.94 | HPCN en NOBIS | 27 mln |
VenW | 16.08.94 | Verkeer en vervoer, Bodemsanering, LWI, Transportechnologie en Ondergronds bouwen | 2 072 mln |
VROM | 16.08.94 | Bodemsanering | 136 mln |
OCW | 16.08.94 | Mainport Rotterdam en MIBITON | 20 mln |
LNV | 16.08.94 | Agro ketenmanagement | 14 mln |
VenW | 16.02.96 | Betuweroute (BR) | 44 mln |
EZ | 15.08.96 | MARIN | 45 mln |
VenW | 20.12.96 | Betuweroute en Hogesnelheidslijn | 1 833 mln |
VenW | 22.01.98 | Hogesnelheidslijn (HSL) | 8 mln |
VenW | 12.01.99 | Samen Werken Aan Bereikbaarheid (SWAB) | 592 mln |
VenW | 12.01.99 | Betuweroute (BR) | 315 mln |
VenW | 12.01.99 | Impuls ruimtelijk economische structuur | 847 mln |
VenW | 12.01.99 | Doorloop na 1998 van verkeer en vervoer projecten uit Investeringsimpuls 1994 | 830 mln |
VenW | 12.01.99 | Hogesnelheidslijn (HSL) | 24 mln |
VROM | 12.01.99 | Impuls ruimtelijk economische structuur, ontsluiting vinex-locatie Deventer – Colmschate Noord. | 11 mln |
VROM | 15.10.99 | Stichting kennisontwikkeling en kennistransfer Bodem (SKB) | 16 mln |
VenW | 15.10.99 | Ondergronds Logistiek Systeem (OLS) | 4 mln |
EZ | 15.10.99 | Gigaport | 64 mln |
VenW | 15.10.99 | Connekt, Kenniscentrum Verkeer en Vervoer | 16 mln |
VenW | 15.10.99 | Expertisenetwerk Meervoudig Ruimtegebruik (EMR) | 16 mln |
OCW | 15.10.99 | Wetenschap en Technologie Centrum Watergraafsmeer | 14 mln |
OCW | 15.10.99 | Biomade | 7 mln |
OCW | 15.10.99 | Kaderregeling Technocentra | 18 mln |
LNV | 15.10.99 | Ketennetwerken, Clusters en ICT (KLICT) | 13 mln |
OCW | 15.10.99 | Delfts Cluster | 19 mln |
VenW | 21.12.99 | Samen Werken Aan Bereikbaarheid (SWAB) | –45 mln |
VenW | 21.12.99 | Bereikbaarheidsimpuls 1998 | 149 mln |
EZ | 21.12.99 | Economie Ecologie en Technologie (EET) | 18 mln |
VROM | 21.12.99 | Programma Milieutechnologie (ProMT) | 9 mln |
VROM | 21.12.99 | Nationaal Initiatief voor Duurzame Ontwikkeling (NIDO) | 13 mln |
V&W | 18.12.00 | Bereikbaarheid voorfinanciering | 506 mln |
OCW | 18.12.00 | ICT en Onderwijs | 467 mln |
OCW | 18.12.00 | Kennis onderzoek en innovatie | 113 mln |
V&W | 19.12.00 | Hogesnelheidslijn (HSL) | 172 mln |
V&W | 19.12.00 | FES-brug | 159 mln |
V&W | 21.02.01 | Prijscompensatie Samen Werken Aan Bereikbaarheid (SWAB) | 3 mln |
V&W | 21.02.01 | Hubertustunnel (inclusief prijscompensatie 2000) | 27 mln |
Totaal | 8 596 mln |
De tot en met 1996 ten gunste van het Fes gekomen opbrengsten uit de verkoop van staatsdeelnemingen (EUR 2 592 mln uit verkoop KPN en EUR 675 mln uit verkoop DSM) worden aangewend voor de Investeringsimpuls 1994.
Uit hoofde van het tussenvonnis met betrekking tot het common area overbeleveringsgeschil tussen Brigitta en NAM is EUR 1 136,9 mln in het Fes gestort. Van de resterende ontvangsten zijn conform de nieuwe voedingssystematiek de structureel bespaarde rentelasten met ingang van 1999 ten gunste van het Fes gebracht.
In 1998 is EUR 600,1 mln ontvangen uit de veiling van etherfrequenties. De opbrengsten van de veiling van UMTS-frequenties in 2000 bedroegen EUR 2,7 mld. De hierdoor bespaarde rentelasten in 2000 zijn ten gunste van het Fes gebracht. Met ingang van 2001 zijn deze via een annuïteit met een looptijd van 15 jaar ten gunste van het Fes gebracht. Voor een toelichting op het verwerken via een annuïteit wordt verwezen naar de inleiding van deze toelichting bij de begroting.
Met ingang van 1999 zijn de ontvangsten uit aardgas niet meer gebaseerd op het extra exportvolume (ten opzichte van het Plan Gasafzet 1990), maar bedragen deze op grond van de nieuwe Fes-voedingswet een vast percentage van 41,5% van de totale niet-belasting ontvangsten uit aardgas. In onderstaande tabel worden de gehanteerde olieprijzen en dollarkoersen gepresenteerd.
2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | 2007–2010 | |
Olieprijs $/vat | 26 | 23 | 19 | 19 | 19 | 19 | 19 |
Dollarkoers | 1,13 | 1,11 | 1,00 | 1,00 | 1,00 | 1,00 | 1,00 |
In de jaren 1999 en 2000 is in totaal EUR 163 mln aan rentebesparingen uit incidentele baten gerealiseerd (ontvangstartikel 01.02).
Voor de meerjarige raming van ontvangsten uit hoofde van aardgasbaten en rentebesparingen zijn technische aannames gehanteerd. Uitgegaan is van behoedzame veronderstellingen ten aanzien van zowel olieprijs en dollarkoers en als verkoop staatsdeelnemingen, veilingen en rente (rekening houdend met eventuele dividendderving).
Met het oog op de verwachte toekomstige vervreemdingen van staatsdeelnemingen en veilingen van rechten en frequenties, is de taakstellende ontvangstraming voor rentebesparingen uit incidentele baten neerwaarts bijgesteld ten opzichte van de begroting 2001. Uitgangspunt in deze begroting zijn additionele opbrengsten uit vervreemding van deelnemingen en veilingen van circa EUR 9 mld in de komende jaren, uiteraard mede afhankelijk van aard en tijdstip van verkoop.
4. Totaaloverzicht van het fonds
(x EUR mln) | t/m 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | 2007–10 | Totaal |
Investeringsimpuls | 2 721 | 101 | 21 | 162 | 3 004 | ||||
Overig V&V | 266 | 128 | 117 | 137 | 150 | 90 | 31 | 5 | 924 |
Kennisinfrastructuur | 158 | 9 | 9 | 9 | 9 | 9 | 204 | ||
BR en HSL | 1 665 | 912 | 771 | 689 | 122 | 278 | 87 | 4 525 | |
SWAB | 550 | 550 | |||||||
Impuls 1998/ voorfinanc. BR HSL | 718 | 620 | 810 | 759 | 253 | 276 | 625 | 4 762 | 8 822 |
Impuls 2001 | 0 | 385 | 480 | 878 | 872 | 773 | 608 | 1 741 | 5 736 |
Bruggetje RA | 159 | 237 | 245 | 235 | 69 | 60 | 60 | 226 | 1 290 |
Prijsbijstelling | 26 | 57 | 46 | 64 | 126 | 1 001 | 1 322 | ||
Totale uitgaven | 6 237 | 2 383 | 2 481 | 2 764 | 1 682 | 1 550 | 1 546 | 7 734 | 26 377 |
Naar Infrastructuurfonds | 2 075 | 2 178 | 2 389 | 1 318 | 1 181 | 1 096 | 5 520 | ||
Overig aardgas | 2 009 | 1 601 | 1 639 | 1 337 | 1 055 | 923 | 998 | 4 614 | 14 176 |
Incidentele baten | 163 | 365 | 421 | 513 | 606 | 652 | 652 | 2 608 | 5 981 |
Staatsdeelnemingen | 3 267 | 3 267 | |||||||
Overig vermogen | 600 | 600 | |||||||
Common area | 1 137 | 1 137 | |||||||
Extra export gas | 1 351 | 1 351 | |||||||
Totale ontvangsten | 8 527 | 1 966 | 2 060 | 1 851 | 1 660 | 1 575 | 1 650 | 7 223 | 26 512 |
Jaarsaldo | – 417 | – 421 | – 913 | – 22 | 25 | 104 | – 511 | ||
Cumulatief saldo | 2 290 | 1 873 | 1 452 | 539 | 517 | 542 | 646 | 135 |
Het jaarsaldo is het batig (nadelig) saldo van uitgaven en ontvangsten over het betreffende begrotingsjaar. Het cumulatief saldo is het batig (nadelig) saldo tot en met het betreffende begrotingsjaar. Dit laatste saldo is als batig (nadelig) saldo opgenomen in de saldi artikelen van de Fes-begroting.
De gasbaten in de periode 2007 tot en met 2010 zijn gebaseerd op een dollarkoers van EUR 1,00 en een olieprijs van 19 $ per vat. De veronderstellingen voor deze jaren zijn opwaarts bijgesteld ten opzichte van de begroting 2001 om beter aan te sluiten bij het huidige niveau.
Uit de meerjarige doorkijk in bovenstaande tabel blijkt dat het fonds bij deze ramingsveronderstellingen in 2010 een positief cumulatief saldo heeft van EUR 135 mln. Bezien ten opzichte van het wettelijke kasplafond is in 2010 echter sprake van een besteedbare ruimte van circa EUR 12,5 mln.
Investeringsprojecten uit het Fes hebben tot doel ruimtelijk-economische problemen in Nederland op te lossen. De verschillende investeringsprojecten staan daarbij niet op zichzelf, maar vormen een onderdeel van samenhangende investeringspakketten. Deze samenhangende en integrale benadering is een effectieve methode gebleken om de uitdagingen, zoals bijvoorbeeld geformuleerd in de impulsbrief 1998, tegemoet te kunnen treden. De investeringspakketten bestaan naast de uit het Fes gefinancierde investeringen ook uit investeringsprojecten die met algemene middelen worden gefinancierd.
In onderstaande tabel zijn alle Fes-bijdragen aan door departementen uitgevoerde investeringsprojecten gerangschikt naar de thema's Bereikbaarheid, Vitaliteit steden (inclusief bedrijventerreinen), Milieu en Kennis. Een totaaloverzicht van de investeringspakketten (inclusief de niet uit het Fes gefinancierde projecten) is opgenomen in de jaarlijkse monitoringsrapportage over de investeringsimpulsen.
(in EUR mln) | t/m 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | 2007–2010 | totaal |
Bereikbaarheid | 5 883 | 2 068 | 2 182 | 2 416 | 1 336 | 1 191 | 1 096 | 5 520 | 21 692 |
Vitaliteit steden | 0 | 60 | 71 | 72 | 84 | 79 | 108 | 388 | 862 |
Milieu | 133 | 85 | 38 | 14 | 14 | 14 | 14 | 54 | 364 |
Kennis | 221 | 170 | 164 | 205 | 202 | 202 | 202 | 771 | 2 137 |
Prijsbijstelling | 0 | 26 | 57 | 46 | 64 | 126 | 1 001 | 1 322 | |
Totaal | 6 237 | 2 383 | 2 481 | 2 764 | 1 682 | 1 550 | 1 546 | 7 734 | 26 377 |
C. TOELICHTING PER BEGROTINGSARTIKEL
01 Bijdragen van het fonds aan andere begrotingen
Artikel 01.01 Bijdragen aan de begroting van het Infrastructuurfonds in het kader van verkeer & vervoer
Opbouw uitgaven (in EUR 1000) | |||||||
2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | |
Ontwerp-begr. 2001 | 147 068 | 112 311 | 130 792 | 298 093 | 86 048 | ||
1e suppl. wet 2001 | 6 536 | 4 310 | 5 886 | 13 404 | 3 872 | ||
Ontwerp-begr. 2002 | 428 852 | 153 604 | 116 621 | 136 678 | 311 497 | 89 920 | 31 257 |
Op dit artikel worden de bijdragen geraamd aan het Infrastructuurfonds ten behoeve van het onderdeel verkeer en vervoer uit de Investeringsimpuls 1994. Met ingang van de begroting 1998 worden deze uitgaven binnen het Infrastructuurfonds geraamd op de uitgavenartikelen 01.01, 01.02, 01.03 en 02.02. In de uitgavenraming 2004 voor verkeer en vervoer zijn middelen opgenomen ter dekking van lager uitvallende Europese bijdragen.
Tevens is een bijdrage voorzien aan het infrastructuurfonds ten behoeve van de Hubertustunnel.
Specificatie artikel 01.01 | ||||||
(x EUR 1000) | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
V&V Investeringsimpuls | 25 497 | 161 763 | ||||
Overig V&V IF | 119 144 | 103 703 | 131 899 | 149 507 | 89 920 | 31 257 |
Overig V&V VROM | 1 815 | 1 134 | 227 | |||
Hubertustunnel | 7 148 | 11 784 | 4 779 | |||
Totaal | 153 604 | 116 621 | 136 678 | 311 497 | 89 920 | 31 257 |
Artikel 01.02 Bijdragen aan andere begrotingen in het kader van bodemsanering
Opbouw uitgaven (in EUR 1000) | |||||||
2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | |
Ontwerp-begr. 2001 | 54 515 | 17 871 | |||||
1e suppl. wet 2001 | 20 669 | 3 446 | |||||
Ontwerp-begr. 2002 | 18 849 | 75 184 | 21 317 |
In het kader van het onderdeel bodemsanering is EUR 136 mln beschikbaar voor de ontwikkeling van VINEX-woningbouwprojecten. Hiervan is tot en met 2000 EUR 78 mln via de begroting van VROM aan de betrokken provincies en stadsgewesten beschikbaar gesteld. Voor een nadere toelichting op deze uitgaven wordt verwezen naar uitgavenartikel 07.18.05 van de begroting 2002 van VROM.
Daarnaast is EUR 91 mln (exclusief prijsbijstelling) beschikbaar voor bodemsanering in verband met infrastructuur-projecten. Hiervan is EUR 68 mln bestemd voor onvoorziene uitgaven bij de uitvoering van de verkeer en vervoerprojecten uit de Investeringsimpuls 1994 en voor VINEX-infrastructuurprojecten. De resterende EUR 23 mln is met name ingezet voor bodemsanering van percelen van de NS ten behoeve van de ontwikkeling van stationslocaties. Van deze middelen is tot en met 2000 EUR 54 mln uit het FES bijgedragen. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar uitgavenartikel 04.02 van de begroting van het Infrastructuurfonds.
Specificatie artikel 01.02 | ||||||
(x EUR 1000) | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
VROM | 58 686 | |||||
Infrastructuur (V&V en VINEX) | 16 498 | 21 317 | ||||
Totaal | 75 184 | 21 317 |
Artikel 01.03 Bijdragen aan andere begrotingen in het kader van kennisinfrastructuur
Opbouw uitgaven (in EUR 1000) | |||||||
2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | |
Ontwerp-begr. 2001 | |||||||
Mutatie | 9 076 | 9 076 | 9 076 | 9 076 | 9 076 | ||
Ontwerp-begr. 2002 | 672 | 9 076 | 9 076 | 9 076 | 9 076 | 9 076 |
Op dit artikel worden de Fes-bijdragen geraamd in het kader van kennisinfrastructurele projecten zoals bijvoorbeeld de reeds afgeronde projecten MARIN, NOBIS en MIBITON.
Op dit artikel wordt de bijdrage geraamd aan het ministerie van Verkeer en Waterstaat voor het project «Kenniswijk» in de regio Eindhoven van EUR 45,4 mln.
Artikel 01.04 Overige bijdragen vanuit het fonds
Opbouw uitgaven (in EUR 1000) | |||||||
2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | |
Ontwerp-begr. 2001 | 882 602 | 663 880 | 628 939 | 135 181 | 308 116 | ||
Mutatie | 29 042 | 107 546 | 60 081 | – 12 706 | – 29 949 | ||
Ontwerp-begr. 2002 | 570 220 | 911 644 | 771 426 | 689 020 | 122 475 | 278 167 | 86 672 |
Op dit artikel worden de bijdragen geraamd aan het Infrastructuurfonds voor de Betuweroute (BR) en de Hogesnelheidslijn (HSL). Op dit artikel wordt tevens in totaal EUR 545 mln aan prijsbijstelling geraamd over de Fes-bijdragen aan deze twee projecten.
De uitgaven aan de BR en de HSL worden op het Infrastructuurfonds geraamd op de artikelen 03.02 en 03.03.
Specificatie artikel 01.04 | ||||||
(x EUR 1000) | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Betuweroute | 535 914 | 430 183 | 244 588 | 112 038 | – 4 084 | |
HSL | 375 730 | 321 730 | 426 281 | 10 437 | 282 251 | 86 672 |
Prijsbijstelling | 19 513 | 18 151 | ||||
Totaal | 911 644 | 771 426 | 689 020 | 122 475 | 278 167 | 86 672 |
Vanwege de onderuitputting bij de HSL in 2000 worden de ramingen voor de HSL opgehoogd met EUR 68 mln in 2002 en EUR 42,4 mln in 2003. Tevens is prijsbijstelling voor de BR en de HSL uitgedeeld (zie onderstaande specificatie) en zijn de resterende reserveringen voor latere jaren geactualiseerd.
Specificatie prijsbijstelling tranche 2001 | ||||||
(x EUR 1000) | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Betuweroute | 23 597 | 25 865 | 9 983 | 4 538 | – 4 084 | |
HSL | 22 689 | 19 513 | 24 958 | – 7 261 | 2 269 | – 4 538 |
Totaal | 46 286 | 45 378 | 34 941 | – 2 723 | – 1 815 | – 4 538 |
Artikel 01.07 Projecten in voorbereiding
Opbouw uitgaven (in EUR 1000) | |||||||
2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | |
Ontwerp-begr. 2001 | 102 569 | 124 669 | 261 497 | 263 293 | 288 267 | ||
Nota van wijziging | – 45 378 | – 45 378 | |||||
Amendement | – 22 689 | ||||||
1e suppl. wet 2001 | 20 519 | – 39 245 | – 77 863 | – 67 804 | – 92 733 | ||
Mutatie | 23 597 | ||||||
Ontwerp-begr. 2002 | 55 021 | 63 643 | 183 634 | 195 489 | 195 534 | 226 561 |
Op dit artikel worden middelen gereserveerd voor uitgaven uit een tweetal investeringsimpulsen.
Op de eerste plaats worden middelen geraamd voor het in het Regeerakkoord aangekondigde investeringspakket, voor zover het Fes-waardige projecten betreft. De concrete invulling van het pakket wordt in de Interdepartementale Commissie Economische Structuurbeleid (ICES) voorbereid. Inmiddels zijn voor veertien projectplannen voor de periode 1999 tot en met 2002 de gereserveerde gelden overgeheveld naar artikel 01.08 Investeringsimpuls 1998. Op artikel 01.07 wordt voor de periode 1999 tot en met 2002 alleen nog een bijdrage aan het onderdeel Sleutelprojecten uit het cluster Vitaliteit steden geraamd.
Op de tweede plaats heeft het kabinet bij de begroting 2001 besloten om voor de jaren 2001 tot en met 2010 voor een bedrag van in totaal EUR 5 464 mln (exclusief prijsbijstelling) te investeren in de volgende clusters:
• Bereikbaarheid (EUR 3 068 mln)
• Natuur, milieu en stedelijke ontwikkeling (EUR 1 588 mln)
• Kennis (EUR 808 mln)
Voor uit dit investeringpakket voldoende uitgewerkte projecten, worden de middelen geraamd op artikel 01.09 Investeringsimpuls 2001. Voorzover dit nog niet het geval is, worden de projecten op het artikel 01.07 Projecten in voorbereiding geraamd.
Specificatie artikel 01.07 | ||||||
(x EUR 1000) | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Impuls 1998: Vitaliteit steden | 31 311 | 16 336 | 24 640 | 24 640 | 24 685 | 24 685 |
Impuls 1998: Milieu | 13 613 | 13 613 | 13 613 | 13 613 | ||
Impuls 1998: Kennis | 109 816 | 109 816 | 109 816 | 109 816 | ||
Impuls 2001: Natuur, milieu en Stedel. Ontw. | 23 710 | 47 307 | 35 565 | 47 420 | 47 420 | 78 447 |
Totaal | 55 021 | 63 643 | 183 634 | 195 489 | 195 534 | 226 561 |
Bij de eerste suppletore begroting is de prijsbijstelling tranche 2001 uitgedeeld en is de nieuwe raming voor de prijsbijstelling opgenomen op een apart artikel 01.10 Prijsbijstelling. Aan de op dit artikel geraamde middelen voor de investeringsimpuls 2001 is bij voorjaarsnota prijsbijstelling toegedeeld.
De verschuiving van de middelen van de periode 2006 tot en met 2010 naar 2002 is ten behoeve van de sanering van beleidsmatig ongewenst gebruik van grond op basis van nieuw ruimtelijk beleid.
Artikel 01.08 Investeringsimpuls 1998
Opbouw uitgaven (in EUR 1000) | |||||||
2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | |
Ontwerp-begr. 2001 | 568 716 | 767 342 | 600 607 | 133 473 | 134 036 | ||
1e suppl. wet 2001 | 26 485 | 17 243 | 10 221 | – 21 826 | – 6 384 | ||
Mutatie | – 5 445 | 9 459 | – 7 260 | ||||
Ontwerp-begr. 2002 | 559 617 | 589 756 | 794 044 | 610 828 | 104 387 | 127 652 | 477 300 |
Op dit artikel worden de bijdragen geraamd voor door de Interdepartementale Commissie Economische Structuurbeleid (ICES) goedgekeurde projectvoorstellen van de Investeringsimpuls 1998. De projectvoorstellen zijn onderdeel van het in het Regeerakkoord aangekondigde investeringspakket. Voor 2003 en latere jaren zijn, behoudens de reeks bereikbaarheid/voorfinanciering en een vanuit de periode 1999–2002 doorgeschoven bedrag EMR, nog geen bedragen toegedeeld. Over de verdeling van de voor de periode 2003–2010 in het Regeerakkoord vermelde bedragen voor de onderdelen kennis en milieu heeft nog geen besluitvorming plaatsgevonden.
Op basis van de huidige besluitvorming worden de volgende bijdragen geraamd:
Specificatie artikel 01.08 | |||||||
(x EUR 1000) | Departement | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Bereikbaarheid/Voorfinanciering private financiering | 506 861 | 705 647 | 603 293 | 86 236 | 117 669 | 477 300 | |
Prijsbijstelling voorfinanciering | 4 084 | 18 151 | 9 983 | ||||
Milieu | |||||||
Milieutechnologie | VROM | 4 992 | 13 160 | ||||
Milieutechnologie | EZ | 4 855 | 3 176 | ||||
Kennis | |||||||
Nationaal Initiatief Duurzame Ontwikkeling | VROM | 5 521 | 4 084 | ||||
St.kennisontwikkeling en -overdracht bodem | VROM | 5 934 | 4 992 | ||||
Ondergronds Logistiek Systeem | V&W | 2 403 | 454 | ||||
Experimentele Faciliteiten | EZ | 11 345 | |||||
Gigaport | EZ | 20 420 | 16 427 | ||||
Konnect | VenW | 7 714 | 6 988 | ||||
EMR | VenW | 6 098 | 5 445 | 3 451 | |||
Watergraafsmeer | OCW | 4 538 | 4 538 | ||||
Biomade | OCW | 2 723 | 2 360 | ||||
Tehnocentra | OCW | 5 445 | 5 445 | ||||
Ketennetwerken, Clusters en ICT | LNV | 5 718 | 3 176 | ||||
Delfts Cluster | OCW | 6 534 | 6 807 | ||||
Totaal | 589 756 | 794 044 | 610 828 | 104 387 | 127 652 | 477 300 |
Bij de regeling experimentele faciliteiten is EUR 6,8 mln verschoven van 2001 naar 2002. Reden hiervoor is dat de eerste commiteringen eind dit jaar plaatsvinden. De daaruit voortvloeiende betalingen vinden daarna in 2002 plaats. Bij Gigaport vindt een versnelling plaats van EUR 1,4 mln van 2002 naar 2001 en wordt de doorwerking van de slotwet 2000 (EUR 0,8 mln) verlaagd in 2002. Bij EET wordt de onderuitputting in 2000 van EUR 7,3 mln doorgeschoven naar 2002.
Voorts is sprake van een louter technische en neutrale correctie van EUR 2,4 mln op de bij eerste suppletore begroting uitgedeelde prijsbijstelling. Hiertegenover staat een hogere prijsbijstelling op artikel 01.04 Overige bijdragen uit het fonds.
Daarnaast wordt prijsbijstelling toegevoegd aan de ramingen voor voorfinanciering van de private financiering HSL/BR en wordt de reservering voor prijsbijstelling in latere jaren bijgesteld.
Specificatie mutatie | |||||
(x EUR 1000) | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 |
EET | 7 261 | ||||
Experimentele faciliteiten (EZ) | – 6 806 | 6 806 | |||
Gigaport | 1 361 | – 2 178 | |||
Correctie prijsbijstelling HSL/BR | – 2 430 | ||||
Prijsbijstelling private financ. HSL/BR | 12 252 | 32 218 | 23 143 | ||
Reservering prijsbijstelling private financ. | – 12 252 | – 39 479 | – 23 143 | ||
Totaal | – 5 445 | 9 459 | 0 | -7 260 | 0 |
Artikel 01.09 Investeringsimpuls 2001
Opbouw uitgaven (in EUR 1000) | |||||||
2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | |
Ontwerp-begr. 2001 | 504 478 | 574 939 | 964 820 | 948 039 | 852 959 | ||
Nota van Wijziging | 45 378 | 45 378 | |||||
1e suppl. wet 2001 | 275 230 | 24 588 | 43 417 | 42 662 | 38 383 | ||
Mutatie | – 226 890 | 33 580 | 68 975 | – 97 563 | – 106 185 | ||
Ontwerp-begr. 2002 | 158 823 | 598 196 | 678 485 | 1 077 212 | 893 138 | 785 158 | 588 962 |
Op dit artikel worden de bijdragen geraamd voor de Investeringsimpuls 2001 waartoe het kabinet bij de begroting 2001 heeft besloten. Het gaat hierbij om een impuls van EUR 5 464 mln (exclusief prijsbijstelling) in de jaren 2001 tot en met 2010 voor de volgende uitgavenclusters:
• Bereikbaarheid (EUR 3 068 mln)
• Natuur, milieu en vitaliteit steden (EUR 1 588 mln)
• Kennis (EUR 808 mln)
Voor uit dit investeringspakket voldoende uitgewerkte projecten, worden de middelen geraamd op artikel 01.09 Investeringsimpuls 2001. Voorzover dit nog niet het geval is, worden de projecten op artikel 01.07 Projecten in voorbereiding geraamd.
Ook worden op dit artikel de middelen geraamd voor reeds bestaande Fes-waardige projecten uit het Infrastructuurfonds die voorheen ten laste van de reguliere Rijksbegroting werden gefinancierd (overeenkomstig het zogenaamde «bruggetje» uit het Regeerakkoord).
Specificatie artikel 01.09 | |||||||
(x EUR 1000) | Departement | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Bereikbaarh & stedelijke ontw | IF | 259 256 | 342 689 | 747 427 | 729 891 | 635 274 | 441 449 |
Natuur milieu en stedelijke ontw (bedrijventerreinen) | EZ | 4 742 | 7 113 | 11 855 | 11 855 | 7 113 | 4 742 |
Kennis onderzoek en innovatie | EZ | 23 710 | 23 710 | 23 710 | 23 710 | 23 710 | 23 710 |
Kennis onderzoek en innovatie | OW | 11 855 | 11 855 | 11 855 | 11 855 | 11 855 | 11 855 |
Kennis | OW | 61 646 | 47 420 | 47 420 | 47 420 | 47 420 | 47 420 |
Fes-bruggetje Regeerakkoord | IF | 236 987 | 245 698 | 234 945 | 68 407 | 59 786 | 59 786 |
Totaal | 598 196 | 678 485 | 1 077 212 | 893 138 | 785 158 | 588 962 |
De mutatie betreft de bijstelling van het Fes-bruggetje die nodig is vanwege nieuwe inzichten in de ruimte die het Fes hiervoor biedt als gevolg van mutaties bij zowel de uitgaven als de ontvangsten uit rentebaten en aardgas.
Artikel 01.10 Prijsbijstelling
Opbouw uitgaven (in EUR 1000) | |||||||
2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | |
Ontwerp-begr. 2001 | |||||||
1e suppl. wet 2001 | 24 661 | 54 044 | 51 570 | 72 576 | |||
Mutatie | 1 331 | 3 153 | – 5 416 | – 8 005 | |||
Ontwerp-begr. 2002 | 25 992 | 57 197 | 46 154 | 64 571 | 126 316 |
Om aan te sluiten bij de systematiek van prijsbijstelling die voor uitgaven op de Rijksbegroting geldt, is op dit artikel een raming opgenomen voor prijsbijstelling. Deze prijsbijstelling betreft de verkeers- en vervoersuitgaven van de Investeringsimpuls 1994, de Impuls voor de ruimtelijk-economische structuur van (destijds) EUR 858 mln, het cluster Bereikbaarheid van de Investeringsimpuls 1998 en alle uitgaven van de Investeringsimpuls 2001. De uitdeling van de prijsbijstelling geschiedt conform de systematiek op de Rijksbegroting in jaarlijkse tranches.
De mutatie betreft de actualisatie van de reservering voor prijsbijstelling.
Artikel 02.01 Voordelig eindsaldo
Opbouw standen (in EUR 1000) | |||||||
2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | |
Ontwerp-begr. 2001 | 1 488 269 | 973 955 | 132 912 | 118 731 | 269 472 | ||
1e suppl. wet 2001 | 52 647 | 293 090 | 586 376 | 783 009 | 850 336 | ||
Mutatie | 332 167 | 184 734 | – 180 591 | – 384 831 | – 577 860 | ||
Ontwerp-begr. 2002 | 2 290 385 | 1 873 083 | 1 451 779 | 538 697 | 516 909 | 541 948 | 646 248 |
Op dit artikel wordt het voordelig eindsaldo geraamd. Het voordelig eindsaldo is gelijk aan het positieve verschil in enig jaar tussen de ontvangsten inclusief batig beginsaldo en de uitgaven inclusief nadelig beginsaldo.
De nieuwe mutatie is per saldo het gevolg van de mutaties in de bijdragen aan de begrotingshoofdstukken en bij de ontvangsten. Een neerwaartse mutatie in de bijdragen leidt tot een opwaartse mutatie bij het voordelig eindsaldo. Een opwaartse mutatie bij de ontvangsten (inclusief het voordelig beginsaldo) heeft hetzelfde effect. De nieuwe mutatie is als volgt opgebouwd (de raming in 2006 vloeit voort uit de extrapolatie van de uitgaven en ontvangsten):
(x EUR 1000) | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 |
Uitgavenmutatie Kenniswijk | – 9 076 | – 9 076 | – 9 076 | – 9 076 | |
Uitgavenmutatie HSL en BR | – 29 042 | – 107 546 | – 60 081 | 12 706 | 29 949 |
Uitgavenmutatie Projecten in voorbereiding | – 23 597 | ||||
Uitgavenmutatie Investeringsimpuls 1998 | 5 445 | – 9 459 | 7 260 | ||
Uitgavenmutatie Investeringsimpuls 2001 | 226 890 | – 33 580 | – 68 975 | 97 563 | 106 185 |
Uitgavenmutatie Prijsbijstelling | – 1 331 | – 3 153 | 5 416 | 8 005 | |
Ontvangstenmutatie Gasbaten | 150 655 | 188 319 | 94 386 | 37 664 | – 18 605 |
Ontvangstenmutatie Rentebesparing | – 21 781 | – 151 164 | – 318 427 | – 355 773 | – 309 488 |
Mutatie voordelig beginsaldo | 332 167 | 184 734 | – 180 591 | – 384 831 | |
Totaal | 332 167 | 184 734 | – 180 591 | – 384 831 | – 577 860 |
Artikel 01.01 Overige ontvangsten uit aardgas
Opbouw ontvangsten (in EUR 1000) | |||||||
2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | |
Ontwerp-begr. 2001 | 1 299 627 | 1 186 635 | 998 316 | 922 988 | 979 258 | ||
1e suppl. wet 2001 | 150 655 | 263 646 | 244 588 | 93 933 | – 37 664 | ||
Mutatie | 150 655 | 188 319 | 94 386 | 37 664 | – 18 605 | ||
Ontwerp-begr. 2002 | 1 153 604 | 1 600 937 | 1 638 600 | 1 337 290 | 1 054 585 | 922 989 | 998 316 |
Op dit artikel zijn de voor het fonds bestemde overige ontvangsten uit aardgas geraamd. Het betreft 41,5% van de niet-belastingontvangsten uit aardgas, zoals geraamd op de begroting van Economische Zaken. Voor de gehanteerde olieprijzen en dollarkoersen wordt verwezen naar de tabel in hoofdstuk 3 van de algemene toelichting bij de begroting.
De mutatie in de aardgasbaten is het gevolg van een stijging van de ramingen van de olieprijs en de dollarkoers en wijzigingen in de verwachte afzet.
Artikel 01.02 Rentebesparingen uit incidentele baten
Opbouw ontvangsten (in EUR 1000) | |||||||
2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | |
Ontwerp-begr. 2001 | 338 801 | 560 066 | 747 295 | 840 909 | 840 910 | ||
1e suppl. wet 2001 | 48 146 | 11 798 | 84 403 | 120 706 | 120 706 | ||
Mutatie | – 21 781 | – 151 164 | – 318 427 | – 355 773 | – 309 488 | ||
Ontwerp-begr. 2002 | 132 095 | 365 166 | 420 700 | 513 271 | 605 842 | 652 128 | 652 128 |
Met ingang van 1999 worden eenmalige opbrengsten in de vermogenssfeer ten gunste van de staatsschuld gebracht en komen de daardoor structureel bespaarde rentelasten (gecorrigeerd voor eventuele dividendderving) ten gunste van het Fes.
Voorzover de voeding betrekking heeft op opbrengsten van veilingen van rechten, wordt met ingang van 2001 op dit artikel de voeding van het Fes geraamd op basis van annuïteiten. Voor een nadere toelichting hierop wordt verwezen naar de inleiding van de algemene toelichting bij deze begroting.
Artikel 02.01 Voordelig beginsaldo
Opbouw standen (in EUR 1000) | |||||||
2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | |
Ontwerp-begr. 2001 | 2 109 788 | 1 488 269 | 973 955 | 132 912 | 118 731 | ||
1e suppl. wet 2001 | 180 597 | 52 647 | 293 090 | 586 376 | 783 009 | ||
Mutatie | 332 167 | 184 734 | – 180 591 | – 384 831 | |||
Ontwerp-begr. 2002 | 2 932 404 | 2 290 385 | 1 873 083 | 1 451 779 | 538 697 | 516 909 | 541 948 |
Op dit artikel wordt het batig eindsaldo van het voorafgaande jaar geraamd, welk saldo op grond van het eerste lid van artikel 4 van de Wet Fes ten gunste van de begroting van het fonds in enig jaar komt (zie ook de toelichting bij uitgavenartikel 02.01 Voordelig eindsaldo).
De nieuwe mutatie sluit aan op de mutatie in het batig eindsaldo (uitgavenartikel 02.01) en is bij dat artikel nader toegelicht.