Inhoudsopgave | blz. | |
A. | Artikelsgewijze toelichting bij het begrotingswetsvoorstel | 2 |
Wetsartikel 1 (uitgaven/verplichtingen en ontvangsten) | 2 | |
Wetsartikelen 3 en 4 | 2 | |
B. | De begrotingstoelichting | 4 |
1. Leeswijzer | 4 | |
2. Het beleid | 6 | |
2.1. De beleidsagenda | 6 | |
2.2. De artikelen | 8 | |
1: Wetgeving en controle Eerste Kamer | 8 | |
2: Uitgaven ten behoeve van leden en oud-leden Tweede Kamer | 9 | |
3: Wetgeving en controle Tweede Kamer | 10 | |
4: Wetgeving en controle Eerste en Tweede Kamer | 12 | |
5: Raad van State | 12 | |
6: Algemene Rekenkamer | 16 | |
7: De Nationale ombudsman | 17 | |
8: Kanselarij der Nederlandse Orden | 22 | |
9: Kabinet der Koningin | 24 | |
10: Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen | 25 | |
11: Kabinet van de Gouverneur van Aruba | 27 | |
12: Nominaal en onvoorzien | 28 | |
3. De bedrijfsvoering/financieel beheer | 30 | |
4. De verdiepingsbijlage | 31 | |
5. De personeelsbijlage | 43 | |
6. De conversietabel | 44 |
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET BEGROTINGSWETSVOORSTEL
Bij een begrotingswetsvoorstel wordt geen algemene toelichting opgenomen.
De beleidsinhoudelijke toelichting bij de begroting(staat) wordt opgenomen in onderdeel B van de memorie van toelichting (de begrotingstoelichting, zie hierna).
Wetsartikel 1 (uitgaven/verplichtingen en ontvangsten)
De begrotingen die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om de begroting van de Hoge Colleges van Staat en Kabinet der Koningin (II) voor het jaar 2002 vast te stellen.
Alle voor dit jaar vastgestelde begrotingswetten tezamen vormen de Rijksbegroting voor het jaar 2002. Een toelichting bij de Rijksbegroting als geheel is opgenomen in de Miljoenennota 2002.
Met de vaststelling van dit wetsartikel wordt de in de begrotingsstaat opgenomen begroting van de uitgaven, verplichtingen en de ontvangsten voor het jaar 2002 vastgesteld. De in die begroting opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De bepalingen, opgenomen in de wetsartikelen 3 en 4 zijn noodzakelijk, omdat de Comptabiliteitswet 2001 (CW 2001) nog niet in werking is getreden. Deze wet, die de huidige Comptabiliteitswet zal gaan vervangen, is op 05-07-2001 bij de Tweede Kamer ingediend (Kamerstukken II, 2000/2001, 27 849). In de CW 2001 zijn bepalingen opgenomen die ertoe moeten leiden dat de begrotingen een meer beleidsmatig karakter krijgen. Die bepalingen bevatten de kern uit het gedachtegoed van de Nota VBTB (Van Beleidsbegroting tot Beleidsverantwoording). De begrotingen worden daartoe opgebouwd uit voornamelijk beleidsartikelen. Om meer inzicht te geven in het beleid dat met de uitgetrokken gelden wordt nagestreefd, moet de toelichting bij de beleidsartikelen antwoord kunnen geven op de www-vragen: Wat wil de regering bereiken (doelstellingen), wat gaat zij daarvoor doen (inzet van instrumenten en te verrichten activiteiten/prestaties) en wat mag dat beleid kosten (zowel in termen van verplichtingen als van programma- en apparaatsuitgaven)?
Na overleg met de Tweede Kamer is besloten dat voor het eerst voor het begrotingsjaar 2002 de departementale begrotingen op deze nieuwe leest zouden worden geschoeid. Gelijktijdig zouden daartoe de noodzakelijke bepalingen van de CW gewijzigd worden. Het wetgevende proces om die wijzigingen door te voeren, neemt meer tijd in beslag dan was voorzien. Bij de begrotingsvoorbereiding 2002 is door alle departementen al van de VBTB-bepalingen uit ontwerp-CW 2001 uitgegaan. Teneinde geen onduidelijkheid te laten bestaan over de juridische basis van de begrotingsopzet 2002 wordt er thans voor gekozen om bij deze begrotingswet voor het jaar 2002 vooruit te lopen op de noodzakelijke wijzigingen in de CW. Daartoe worden in wetsartikel 4 een aantal bepalingen uit de huidige CW niet (meer) van toepassing verklaard op de begroting van de Hoge Colleges van Staat en Kabinet der Koningin (II).
In wetsartikel 3 worden vervolgens ter vervanging de relevante VBTB-bepalingen uit de CW 2001 opgenomen.
De bepalingen die op grond van wetsartikel 3 uit de huidige CW komen te vervallen, luiden:
Artikel 5, eerste, derde, zesde en negende lid.
1. De ramingen van de verplichtingen en de uitgaven enerzijds en die van de ontvangsten anderzijds worden opgenomen in afzonderlijke begrotingsartikelen.
3. Het bepaalde in het eerste lid is niet van toepassing op de ramingen van de uitgaven en de ontvangsten die op grond van het bepaalde in artikel 23, vierde lid, in mindering zullen worden gebracht op ontvangsten, onderscheidenlijk op uitgaven.
6. Een begroting kan een begrotingsartikel «onvoorzien» en een begrotingsartikel «geheim» bevatten.
9. Ten behoeve van de verwerking van de gevolgen van de loon- en van de prijsontwikkeling bevat een begroting een administratief begrotingsartikel «loonbijstelling» en een administratief begrotingsartikel «prijsbijstelling».
De bepalingen in de leden 1 t/m 11 van wetsartikel 4 corresponderen met de volgende artikel(leden) uit de CW 2001. Voor een inhoudelijke toelichting bij de verschillende onderdelen wordt verwezen naar Kamerstukken II, 2000/2001, 27 849.
Lid 1 = Artikel 2, lid 2.
Lid 2 = Artikel 4, lid 1.
Lid 3 = Artikel 5, lid 1.
Lid 4 = Artikel 5, lid 2.
Lid 5 = Artikel 5, lid 3.
Lid 6 = Artikel 6, lid 1.
Lid 7 = Artikel 6, lid 2.
Lid 8 = Artikel 6, lid 3.
Lid 9 = Artikel 6, lid 4.
Lid 10 = Artikel 6, lid 5.
Lid 11 = Artikel 8, lid 2.
Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van het bepaalde in artikel 25a, derde lid, onder b, van de Wet op de Raad van State.
In de nota Van Beleidsbegroting tot Beleidsverantwoording (VBTB) is het voornemen neergelegd te komen tot verbetering van de informatiewaarde en de toegankelijkheid van de ministeriële begrotings- en verantwoordingsstukken. Met de presentatie van de ontwerp-begroting 2002 wordt hier invulling aan gegeven. De kern van de nieuwe begroting bestaat uit de beleidsagenda en de artikelen. Gelet op de bijzondere staatsrechtelijke positie van de Hoge Colleges van Staat ligt het niet zonder meer voor de hand om de activiteiten van colleges te benaderen vanuit de VBTB invalshoek: wat willen deze colleges bereiken, wat gaan zij daarvoor doen en wat mag dat kosten. Binnen de context van de bijzondere positie van de colleges is gewerkt aan een vernieuwing van de begroting gericht op de verbetering van de informatiewaarde en de toegankelijkheid van de begroting.
De begroting bestaat uit:
A. Artikelsgewijze toelichting bij het begrotingswetsvoorstel
B. De begrotingstoelichting
Deel B kan verder uitgesplitst worden in de volgende onderdelen:
1. Leeswijzer
2. Het beleid
2.1. De beleidsagenda
2.2. De artikelen
3. De bedrijfsvoering/financieel beheer
4. De verdiepingsbijlage
5. De personeelsbijlage
6. De conversietabel
De opbouw van een artikel is als volgt:
1. Algemeen
2. Begrotingsvoorstellen College/kabinetsstandpunt
3. Activiteiten 2002
4. Budgettaire gevolgen van beleid
Paragraaf 2 hangt samen met de bijzondere positie van de colleges en is opgenomen ter invulling van de beheersafspraken. Gezien deze bijzondere positie, maar ook in verband met de bijzondere taken van de colleges is in de toelichting bij de beleidsartikelen niet ingegaan op beleidsevaluaties en veronderstellingen die onder de raming liggen. Een paragraaf budgetflexibiliteit is niet opgenomen. Deze heeft bij de colleges, waar steeds sprake is van verplichtingen = kas, geen toegevoegde waarde. De groeiparagraaf zoals voorgeschreven in de rijksbegrotingsvoorschriften is in deze begroting niet opgenomen. In de ontwerp-begroting 2003 zal in overleg met de colleges worden bezien of en zo ja hoe de paragraaf ingevuld kan worden. In dit overleg zal ook aandacht van de colleges worden gevraagd voor prestatie-indicatoren.
In onderdeel 6 van de begrotingstoelichting is de conversietabel opgenomen. In deze tabel wordt de relatie gelegd tussen de nieuwe structuur en de oude structuur. De budgetten van de begroting 2001 zijn geconverteerd naar de nieuwe structuur, omdat deze stand uitgangspunt is voor de ontwerp-begroting 2002 (zie 5 verdiepingsbijlage). Op basis van de budgetconversie van de begroting 2001 is de realisatie van het jaar 2000 en de stand 2001 tevens in de ontwerp-begroting 2002 opgenomen.
Opbouw (verplichtingen =) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | |
Stand ontwerp-begroting 2001 | 163 978 | 160 830 | 162 343 | 159 308 | 159 485 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2001/Nog niet opgenomen in een begrotingstuk: | 15 318 | 15 549 | 12 505 | 11 877 | 11 900 | ||
1: Wetgeving en controle Eerste Kamer | 92 | 234 | 234 | 234 | 234 | ||
2: Uitgaven tbv leden en oud-leden Tweede Kamer | 102 | 1 091 | 1 091 | 1 091 | 1 091 | ||
3: Wetgeving en controle Tweede Kamer | 4 828 | 7 505 | 4 686 | 4 623 | 4 638 | ||
4: Wetgeving en controle Eerste en Tweede Kamer | 0 | 198 | 192 | 192 | 198 | ||
5: Raad van State | 1 098 | 2 824 | 2 684 | 2 684 | 2 685 | ||
6: Algemene Rekenkamer | 309 | 1 732 | 1 732 | 1 733 | 1 734 | ||
7: De Nationale ombudsman | 1 034 | 1 430 | 1 234 | 826 | 826 | ||
8: Kanselarij der Nederlandse Orden | 41 | 120 | 120 | 120 | 120 | ||
9: Kabinet der Koningin | 26 | 94 | 94 | 94 | 94 | ||
10: Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen | 335 | 395 | 394 | 394 | 393 | ||
11: Kabinet van de Gouverneur van Aruba | 152 | 179 | 183 | 180 | 181 | ||
12: Nominaal en onvoorzien | 7 301 | – 253 | – 139 | – 294 | – 294 | ||
Stand ontwerp-begroting 2002 | 154 100 | 179 296 | 176 379 | 174 848 | 171 185 | 171 385 | 172 467 |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | |
Stand ontwerp-begroting 2001 | 4 120 | 4 084 | 4 084 | 4 084 | 4 084 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2001/Nog niet opgenomen in een begrotingstuk: | 333 | 396 | 272 | 272 | 272 | ||
1: Wetgeving en controle Eerste Kamer | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
2: Uitgaven tbv leden en oud-leden Tweede Kamer | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
3: Wetgeving en controle Tweede Kamer | 272 | 272 | 272 | 272 | 272 | ||
4: Wetgeving en controle Eerste en Tweede Kamer | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
5: Raad van State | 61 | 124 | 0 | 0 | 0 | ||
6: Algemene Rekenkamer | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
7: De Nationale ombudsman | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
8: Kanselarij der Nederlandse Orden | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
9: Kabinet der Koningin | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
10: Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
11: Kabinet van de Gouverneur van Aruba | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
12: Nominaal en onvoorzien | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Stand ontwerp-begroting 2002 | 4 935 | 4 453 | 4 480 | 4 356 | 4 356 | 4 356 | 4 356 |
Voor een toelichting wordt verwezen naar de diverse beleidsartikelen.
Artikel 1. Wetgeving en controle Eerste Kamer
De Eerste Kamer der Staten-Generaal heeft door haar grondwettelijke bevoegdheden en samenstelling een eigen plaats en taak in het staatsbestel.
De Eerste Kamer heeft een wetgevende en beleidscontrolerende taak. Zij toetst de door de Tweede Kamer aanvaarde voorstellen van wet (inclusief de begrotingen). Bij deze toetsing pleegt zij in het bijzonder aandacht te schenken aan algemene beginselen van behoorlijke wetgeving, en wel met inachtneming van de volgende normen: de Grondwet, internationale overeenkomsten en besluiten van volkenrechtelijke organisaties, het rechtssysteem met inbegrip van de mogelijkheid beroep te doen op rechtsmiddelen, vormvereisten voor de wetgevingsprocedure, het draagvlak voor en de handhaafbaarheid van het wetsvoorstel zelf en de financiële gevolgen ervan. Om invulling te geven aan haar beleidscontrolerende taak heeft de Eerste Kamer een aantal specifieke rechten, te weten: het recht vragen te stellen aan de regering, het recht van interpellatie en het recht van onderzoek (enquête). De beleidscontrolerende taak beslaat ook de (implementatie van de) Europese regelgeving, de Europese integratie en belangrijke regeringsnota's.
Tenslotte heeft de Eerste Kamer – naast de Tweede Kamer – het zelfstandig recht in te stemmen met, of instemming te onthouden aan voorgenomen besluiten in het kader van de derde pijler van de Europese Unie die een het Koninkrijk bindend karakter hebben.
Het doel van de ambtelijke diensten van de Eerste Kamer
De ambtelijke diensten van de Eerste Kamer hebben ten doel de leden van de Eerste Kamer in staat te stellen hun wetgevende en beleidscontrolerende taak naar behoren te vervullen. De wijze waarop deze doeleinden worden bereikt, vloeit voort uit het werkaanbod voor de Eerste Kamer en de wensen van haar leden bij het vervullen van hun taken.
Verenigde Vergadering van de Staten-Generaal
De wetgevende taak van de Verenigde Vergadering van de Staten-Generaal is beperkt van omvang. Hetgeen hiervoor is opgemerkt over de wetgevende taak van de Eerste Kamer, is op de Verenigde Vergadering van de Staten-Generaal van overeenkomstige toepassing, met dienverstande dat de te behandelen voorstellen van wet door de regering worden voorgesteld en niet door de Tweede Kamer worden aangeboden.
De Grondwet bepaalt dat de Voorzitter van de Eerste Kamer de leiding heeft van de Verenigde Vergadering van de Staten-Generaal. Dientengevolge zijn het vooral de ambtelijke diensten van de Eerste Kamer die belast zijn met de organisatie van de Verenigde Vergadering. Enkele plenaire vergaderingen van de Verenigde Vergadering hebben een sterk ceremonieel karakter: de vergadering die op grond van artikel 65 van de Grondwet jaarlijks op de derde dinsdag van september wordt gehouden, en, in voorkomend geval, herdenkingen van de leden van het Koninklijk Huis. Dit laatste ingevolge een onlangs door de Voorzitters van beide Kamers in overeenstemming met respectievelijk het College van Senioren van de Eerste Kamer en het Presidium van de Tweede Kamer en met instemming van de minister-president genomen besluit. De uit de organisatie van de Verenigde Vergadering voortvloeiende kosten maken deel uit van de begroting van de Eerste Kamer.
2. Begrotingsvoorstellen College/kabinetsstandpunt
Er zijn door het College geen nieuwe voorstellen voor de ontwerpbegroting 2002 ingediend.
Voor de activiteiten van de Eerste Kamer wordt verwezen naar de Raming van de Eerste Kamer, Kamerstukken I, 2000/2001, 202.
4. Budgettaire gevolgen van beleid
Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
1: Wetgeving en controle Eerste Kamer | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Verplichtingen | 5 591 | 6 497 | 6 033 | 6 032 | 6 034 | 6 035 | 6 035 |
Uitgaven | 5 591 | 6 497 | 6 033 | 6 032 | 6 034 | 6 035 | 6 035 |
1. apparaat | 3 234 | 4 122 | 3 583 | 3 582 | 3 584 | 3 585 | 3 585 |
2. vergoedingen voorzitter en leden Eerste Kamer | 2 342 | 2 357 | 2 432 | 2 432 | 2 432 | 2 432 | 2 432 |
3. verenigde vergadering | 15 | 18 | 18 | 18 | 18 | 18 | 18 |
Ontvangsten | 88 | 63 | 63 | 63 | 63 | 63 | 63 |
Artikel 2. Uitgaven ten behoeve van leden en oud-leden Tweede Kamer
De grondslag voor dit artikel voor wat betreft onderdeel 01, de schadeloosstelling en reis- en overige kosten, wordt gevormd door de Wet schadeloosstelling leden Tweede Kamer (Stb. 1997, 250). Voor wat betreft onderdeel 02, de uitgaven voor pensioenen en uitkeringen aan politieke ambtsdragers alsmede van pensioen aan hun nabestaanden, geldt als grondslag de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (Stb. 1969, 594).
2. Begrotingsvoorstellen College/kabinetsstandpunt
De Tweede Kamer stelt voor de raming te verhogen met € 0,102 mln structureel vanaf 2002 voor de openstelling van de Ziektekostenvoorziening Rijkspersoneel voor zittende en oud-leden.
Het kabinet stemt in met het voorstel de raming met € 0,102 mln structureel vanaf 2002 voor de openstelling Ziektekostenvoorziening Rijkspersoneel voor zittende en oud-leden.
Voor de activiteiten van de Tweede Kamer wordt verwezen naar de Raming van de Tweede Kamer, Kamerstukken II, 2000/2001, 27 677, nr. 7.
4. Budgettaire gevolgen van beleid
Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2: Uitgaven t.b.v. leden en oud-leden Tweede Kamer | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Verplichtingen | 21 527 | 22 273 | 23 262 | 23 262 | 23 262 | 23 262 | 23 262 |
Uitgaven | 21 527 | 22 273 | 23 262 | 23 262 | 23 262 | 23 262 | 23 262 |
1. schadeloosstelling | 15 394 | 15 484 | 16 209 | 16 209 | 16 209 | 16 209 | 16 209 |
2. pensioenen en wachtgelden | 6 133 | 6 789 | 7 053 | 7 053 | 7 053 | 7 053 | 7 053 |
Ontvangsten | 406 | 286 | 286 | 286 | 286 | 286 | 286 |
Artikel 3. Wetgeving en controle Tweede Kamer
Ten laste van dit artikel worden de voor de personele en materiële ondersteuning van de Tweede Kamer noodzakelijke uitgaven geraamd en verantwoord.
2. Begrotingsvoorstellen College/kabinetsstandpunt
De Tweede Kamer stelt voor de raming vanaf 2002 structureel met € 1,396 mln te verhogen voor een uitbreiding van de formatie en de herwaardering van functies. Het betreft de stafdienst Voorlichting, de Dienst Communicatie, de diensten Commissie Ondersteuning, de Griffie, de Dienst Automatisering en de Beveiligingsdienst.
Het kabinet stemt in met het voorstel van de Tweede Kamer de raming voor formatie uit te breiden met € 1,396 mln structureel vanaf 2002.
De Tweede Kamer stelt voor de raming in 2002 met € 0,050 mln, in 2003 met € 0,054 mln en structureel met € 0,032 mln vanaf 2004 te verhogen voor personeelsvoorzieningen.
Het kabinet stemt in met het voorstel van de Tweede Kamer om de raming in 2002 te verhogen met € 0,050 mln, in 2003 met € 0,054 mln en structureel met € 0,032 mln vanaf 2004 voor personeelsvoorzieningen.
De Tweede Kamer stelt voor de raming in 2002 te verhogen met € 0,434 mln en structureel met € 0,176 mln vanaf 2003 te verhogen voor de huisvesting.
Het kabinet stemt in met het voorstel van de Tweede Kamer om de raming in 2002 te verhogen met € 0,434 mln en structureel met € 0,176 mln vanaf 2003 voor de huisvesting.
De Tweede Kamer stelt voor de raming in 2002 te verhogen met € 0,272 mln in verband met de kosten van de verkiezingen in 2002.
Het kabinet stemt in met het voorstel van de Tweede Kamer om de raming in 2002 te verhogen met € 0,272 mln in verband met de kosten van de verkiezingen in 2002.
De Tweede Kamer stelt voor de raming in 2002 te verhogen met € 0,622 mln, € 0,036 mln in 2003, € 0,005 mln in 2004 en € 0,012 mln in 2005 voor vervanging van ondermeer meubilair.
Het kabinet stemt in met het voorstel van de Tweede Kamer om de raming in 2002 te verhogen met € 0,622 mln in 2002, € 0,036 mln in 2003, € 0,005 mln in 2004 en € 0,012 mln in 2005 voor vervanging van ondermeer meubilair.
De Tweede Kamer stelt voor de raming in 2002 te verhogen met € 0,018 mln, € 0,027 mln in 2003, € 0,018 mln in 2004 en € 0,027 mln in 2005 voor extern advies op het telecomgebied.
Het kabinet stemt in met het voorstel van de Tweede Kamer om in 2002 de raming te verhogen met € 0,018 mln, € 0,027 mln in 2003, € 0,018 mln in 2004 en € 0,027 mln in 2005 voor extern advies op het telecomgebied.
De Tweede Kamer stelt voor de raming in 2002 te verhogen met € 1,049 mln voor automatisering. Dit betreft het Public Key Infrastructure, Rijksoverheidsadresgids, Rijksoverheidsintranet, Storage Area Network en de upgrade van software.
Het kabinet stemt in met het voorstel van de Tweede Kamer om de raming in 2002 te verhogen met € 1,049 mln voor automatisering.
De Tweede Kamer stelt voor de raming in 2002 te verhogen met € 0,659 mln voor databekabeling.
Het kabinet stemt in met het voorstel van de Tweede Kamer om de raming in 2002 te verhogen met € 0,659 mln voor databekabeling.
De Tweede Kamer stelt voor de raming structureel vanaf 2002 met € 0,295 mln te verhogen in verband met de bijstelling van de regeling fractiekosten, waartoe het Presidium in september 2000 heeft besloten.
Het kabinet stemt in met het voorstel van de Tweede Kamer om de raming structureel vanaf 2002 te verhogen met € 0,295 mln te verhogen in verband met de bijstelling van de regeling fractiekosten.
Voor de activiteiten van de Tweede Kamer wordt verwezen naar de Raming van de Tweede Kamer, Kamerstukken II, 2000/2001, 27 677, nr. 7.
4. Budgettaire gevolgen van beleid
Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
3: Wetgeving en controle Tweede Kamer | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Verplichtingen | 54 259 | 57 163 | 59 283 | 56 261 | 56 151 | 56 178 | 56 193 |
Uitgaven | 54 259 | 57 163 | 59 283 | 56 261 | 56 151 | 56 178 | 56 193 |
1. apparaat | 35 272 | 38 282 | 39 522 | 36 808 | 36 765 | 36 792 | 36 807 |
2. onderzoeksbudget | 483 | 461 | 483 | 483 | 483 | 483 | 483 |
3. drukwerk | 3 703 | 3 057 | 3 172 | 2 865 | 2 798 | 2 798 | 2 798 |
4. fractiekosten | 14 172 | 14 983 | 15 711 | 15 710 | 15 710 | 15 710 | 15 710 |
5. uitzending leden | 269 | 380 | 395 | 395 | 395 | 395 | 395 |
6. enquêtes | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
7. garanties | 360 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Ontvangsten | 2 167 | 1 566 | 1 566 | 1 566 | 1 566 | 1 566 | 1 566 |
Artikel 4. Wetgeving en controle Eerste Kamer en Tweede Kamer
Op het onderhavige artikel worden de personele en materiële kosten van het personeel werkzaam bij de Stenografische dienst en de Griffie interparlementaire betrekkingen, alsmede de uitgaven van de Staten-Generaal voor interparlementaire betrekkingen geraamd en verantwoord. De keuze voor een apart artikel geeft uitdrukking aan de omstandigheid dat het bevoegd gezag voor beide diensten wordt gevormd door gemengde commissies van toezicht uit beide Kamers.
2. Begrotingsvoorstellen College/kabinetsstandpunt
Er zijn door de Eerste- en Tweede Kamer geen nieuwe voorstellen voor de ontwerp-begroting 2002 ingediend.
Voor de activiteiten van de Tweede Kamer wordt verwezen naar de Raming van de Tweede Kamer, Kamerstukken II, 2000/2001, 27 677, nr. 7.
4. Budgettaire gevolgen van beleid
Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
4: Wetgeving en controle Eerste en Tweede Kamer | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Verplichtingen | 4 832 | 4 938 | 5 265 | 5 121 | 5 124 | 5 268 | 5 268 |
Uitgaven | 4 832 | 4 938 | 5 265 | 5 121 | 5 124 | 5 268 | 5 268 |
1. apparaat stenografische dienst | 3 294 | 3 275 | 3 575 | 3 431 | 3 434 | 3 578 | 3 578 |
2. apparaat griffie interpartementale betrekkingen | 391 | 389 | 408 | 408 | 408 | 408 | 408 |
3. interpartementale betrekkingen | 1 147 | 1 274 | 1 282 | 1 282 | 1 282 | 1 282 | 1 282 |
Ontvangsten | 29 | 23 | 23 | 23 | 23 | 23 | 23 |
De taak van de Raad van State is drieledig:
– wetgevingsadviseur van de regering en Staten-Generaal
– adviseur van het centrale bestuur
– hoogste bestuursrechter.
De eerste twee taken liggen in elkaars verlengde en worden in deze begroting onder advisering opgenomen.
De Raad van State wordt door de regering gehoord als laatste en algemene adviseur over alle wetsvoorstellen die hij aan de Staten-Generaal doet, alle internationale verdragen die hij ter goedkeuring aan de Staten-Generaal voorlegt en alle algemene maatregelen van bestuur voordat die worden uitgevaardigd door de Kroon. De Tweede Kamer hoort de Raad over alle initiatiefvoorstellen vóór die in behandeling worden genomen.
De regering hoort de Raad over te nemen bestuursbesluiten in de gevallen bij de wet bepaald. Daarnaast kan de regering de Raad horen over alle zaken waarin hij dat nodig oordeelt. In dit verband wordt de Raad onder meer ieder jaar gehoord over de Miljoenennota.
De Raad kan tenslotte op eigen initiatief voordrachten doen omtrent onderwerpen van wetgeving en is gerechtigd op eigen initiatief aan de regering van zijn gevoelens te doen blijken over aangelegenheden die hij van bijzondere betekenis acht.
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State is belast met de bestuursrechtspraak inzake aan zijn bij de wet opgedragen geschillen. De Afdeling is in het bijzonder belast met rechtspraak op het gebied van het «ordenend» bestuursrecht, dat is het bestuursrecht waarbij het relatief vaak gaat om op een nadere belangenafweging gebaseerde normstelling, waarbij het bestuur relatief vaak en veel beleidsvrijheid heeft, en relatief vaak sprake is van derde belanghebbenden.
De Afdeling is rechter in eerste en enige aanleg met betrekking van geschillen ingevolge een aantal specifiek bepaalde wetten die in het bijzonder (maar niet alleen), gelegen zijn op het gebied van ruimtelijke ordening en milieu.
Daarnaast is de Afdeling belast met rechtspraak in hoger beroep van uitspraken van de sectoren bestuursrecht, met uitzondering van de uitspraken die zijn opgedragen aan een gespecialiseerde hogere bestuursrechter. Met ingang van 1 april 2001 behandelt de Afdeling het hoger beroep in vreemdelingenzaken.
De koppeling van de adviserende functies voor wetgeving en bestuur aan de rechtsprekende functie op het gebied van het (ordenend) bestuursrecht heeft meerwaarde.
Voor het adviseren over wetgeving is praktische ervaring met bestuursrechtspraak en de grenzen en mogelijkheden daarvan van wezenlijke betekenis, omdat beide in elkaars verlengde liggen en omdat wetgeving steeds meer zal moeten worden geformuleerd tegen de achtergrond van de mogelijkheden en eisen van rechterlijke controle daarop.
Waar rechtsverhoudingen steeds minder op voorhand sluitend kunnen worden vastgelegd in wetgeving en pas in de bestuurspraktijk kunnen worden gepositiveerd, zal bestuursrechtspraak een deel van die positivering zijn. Zicht op wetgeving en inzicht in het openbaar bestuur zijn positief voor het adequaat functioneren van de hoogste bestuursrechter.
De Raad streeft er naar deze koppelingsfunctie meer tot haar recht te laten komen door informatie en onderzoek binnen de organisatie bijeen te brengen. Dit zal ook de mogelijkheden om eigener beweging aan de regering te adviseren, vergroten. Dit zal binnen de bestaande financiële kaders gebeuren.
2. Begrotingsvoorstellen College/kabinetsstandpunt
De Raad van State stelt voor de raming te verhogen met € 0,375 mln in 2002 en met € 0,409 mln vanaf 2003 ten behoeve van voorlichting en communicatie. De Raad is tot nu zeer terughoudend geweest bij het voeren van een voorlichtings- en communicatiebeleid. Hierdoor kan de Raad vaak alleen defensief reageren. Dit heeft ertoe geleid dat uitspraken met name bij bestuursrechtspraak regelmatig verkeerd in de media uitgelegd worden. Om dit in de toekomst te voorkomen en om het publiceren van uitspraken op het internet mogelijk te maken, heeft de Raad van State een claim ingediend.
Het kabinet stemt in met het voorstel van de Raad van State om de raming bij ontwerpbegroting 2002 voor 2002 met € 0,375 mln en vanaf 2003 met € 0,409 mln te verhogen.
De Raad van State stelt voor om de raming vanaf 2002 structureel te verhogen met € 0,24 mln ten behoeve van een goede openbaar vervoerregeling aan de huidige en nieuwe medewerkers. Het aantrekken van nieuwe medewerkers en het behouden van de huidige medewerkers blijkt steeds moeilijker te worden, waarbij vooral het ontbreken bij de Raad van een goede openbaar vervoerregeling (vergelijkbaar met die bij het ministerie van Justitie en de rechtbanken geldt) problematisch blijkt.
Het kabinet stemt in met het voorstel van de Raad van State om de raming bij ontwerpbegroting 2002 structureel te verhogen met € 0,24 mln ten behoeve van een goede openbaar vervoerregeling aan de huidige en nieuwe medewerkers.
Bij de activiteiten voor 2002 wordt onderscheid gemaakt tussen de activiteiten in het kader van advisering en als bestuursrechter.
De doelstelling voor 2002 is om de adviezen binnen zo kort mogelijke tijd, doch uiterlijk binnen 3 maanden na binnenkomst van de adviesaanvraag uit te brengen. Deze doelstelling is altijd gekoppeld aan de doelstelling om de kwaliteit van de adviezen op een zo hoog mogelijk niveau te handhaven.
De doorstroming van de adviezen in 1999 en 2000 was:
2000 | 1999 | |||
Doorlooptijden adviezen | aantal | in % | aantal | in % |
– tot 1 maand | 319 | 52,7 | 286 | 43,4 |
– 1 tot 2 maanden | 163 | 26,8 | 218 | 33,1 |
– 2 tot 3 maanden | 88 | 14,5 | 94 | 14,3 |
– 3 tot 6 maanden | 36 | 6,0 | 55 | 8,4 |
– > dan 6 maanden | 5 | 0,8 |
De snelheid wordt mede bepaald door de instroom in enig jaar. Bij een hogere instroom dan verwacht is, bij een ongewijzigd aantal medewerkers, het behalen van de doelstelling moeilijker. De formatie van de Directie Wetgeving, die de Staatsraden ondersteunt bij de advisering, is afgestemd op de gemiddelde werklast; het aantal adviesaanvragen fluctueert zowel in het jaar als per jaar, maar kan gemiddeld gesteld worden op 625 per jaar. De formatie is voor 2001 vastgesteld op 42,5 fte en zal ook in 2002 42,5 fte bedragen. De directe personeelskosten van deze medewerkers zijn € 2,542 mln. De toegerekende kosten (materiële kosten, kosten staatsraden en doorberekende ondersteuning) zijn € 2,677 mln.
De Raad wil de betekenis en waarde van zijn adviezen in kaart brengen. Hiertoe is in 2001 gestart met een systeem, dat beoogd de impact van de adviezen van de raad zo compleet mogelijk in beeld te brengen. Wat de regering met de meer technische adviesopmerkingen heeft gedaan, de adviesopmerkingen die zijn gevolgd en de punten waarop Raad en regering van inzicht verschillen, worden getalsmatig in kaart gebracht. In 2002 zullen de eerste resultaten zichtbaar worden in de afzonderlijke adviezen en in het jaarverslag over 2001.
De gemiddelde doorlooptijd voor zaken die op zitting zijn behandeld was einde 2000 voor ruimtelijke ordening- en milieuzaken ongeveer twee jaar en voor hoger beroepzaken ca. 11 maanden. De doelstelling voor bestuursrechtspraak is om vanaf einde 2002 binnen 1 jaar na binnenkomst van het beroepschrift een uitspraak te doen, waarbij in de kwaliteit kenbaarheid en voorspelbaarheid van de uitspraak essentieel zijn.
Voor het Hoger beroep in vreemdelingenzaken, dat met ingang van 1 april 2001 bij de Raad is ondergebracht, is de doelstelling het afdoen van zaken binnen de wettelijke termijnen die in de nieuwe vreemdelingenwet zijn opgenomen.
De directie Bestuursrechtspraak, die de staatsraden ondersteunt bij het behandelen van de beroepschriften, is in 2000 gereorganiseerd met als belangrijkste doelstelling het behalen van de jaartermijn. Deze doelstelling kan behaald worden door een andere inzet van de medewerkers en zonder uitbreiding van de personeelsformatie; financiële consequenties, behoudens incidentele kosten in 2000 en 2001, zijn hieraan niet verbonden.
Om vanaf 2003 de genoemde doelstelling over het afdoen van alle zaken binnen één jaar te behalen, is berekend hoeveel beroepen onderhanden mogen zijn einde 2002. Voor de kamer die Ruimtelijke Ordeningzaken behandelt, is die voorraad 510 zaken, voor de kamer die de Milieuzaken behandelt is die voorraad 810 zaken, en voor de Hoger Beroep-kamer is dat 1080 zaken. De voorraad begin 2001 bedroeg resp. 975 zaken, 1880 zaken en 1380 zaken.
Om de te realiseren doelstelling in perspectief te zetten, is van belang te weten hoeveel instroom per kamer wordt geraamd voor 2001 en 2002. Dit is resp. 720 zaken, 1400 zaken en 1780 zaken.
Voor het Hoger beroep in vreemdelingenzaken wordt de instroom in 2002 geraamd op 32 500 zaken en vanaf 2003 op 29 800 zaken per jaar.
De formatie voor de directie bestuursrechtspraak is voor 2001 en 2002 vastgesteld op 340 fte (incl. de medewerkers voor de behandeling van het Hoger beroep in vreemdelingenzaken). De directe personeelskosten van deze medewerkers zijn € 20,284 mln. De toegerekende kosten (materiële kosten, kosten staatsraden en doorberekende ondersteuning) zijn € 17,435 mln.
4. Budgettaire gevolgen van beleid
Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
5: Raad van State | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Verplichtingen | 30 412 | 43 668 | 45 153 | 44 999 | 45 018 | 45 031 | 45 031 |
Uitgaven | 30 412 | 43 668 | 45 153 | 44 999 | 45 018 | 45 031 | 45 031 |
1. advisering | 4 645 | 6 324 | 6 566 | 6 537 | 6 541 | 6 543 | 6 543 |
2. bestuursrechtspraak | 25 767 | 37 344 | 38 587 | 38 462 | 38 477 | 38 488 | 38 488 |
Ontvangsten | 1 389 | 2 018 | 2 045 | 1 921 | 1 921 | 1 921 | 1 921 |
Artikel 6. Algemene Rekenkamer
De Rekenkamer heeft als doel: het toetsen en verbeteren van het functioneren van het Rijk en de daarmee verbonden organen. Het werkterrein van de Rekenkamer bestaat voor een groot deel uit haar wettelijke controletaak, bij Rijk, instellingen en in de nabije toekomst voor Europese gelden. Het werkterrein is groter dan alleen haar controleterrein en wordt aangeduid met de term institutionele ontwikkelingen. Deze vallen zowel binnen Nederland en het Koninkrijk en daarbuiten. Ten aanzien van haar controleterrein voorziet de Rekenkamer de regering en de Staten-Generaal van op onderzoek gebaseerde informatie. Deze informatie bestaat uit onderzoeksbevindingen en oordelen en aanbevelingen over organisatie, beheer en beleid.
2. Begrotingsvoorstellen College/kabinetsstandpunt
De Algemene Rekenkamer stelt voor haar raming structureel te verhogen, gezien de budgettaire ontwikkeling van de afgelopen jaren is er een lichte groei in de materiële component te zien. De voornaamste oorzaak hiervoor is gelegen in het feit dat de achterstanden in de automatisering moesten worden ingehaald. Daarnaast is deze groei het gevolg van een veranderende werkwijze van de Rekenkamer. Dat wil zeggen, de Rekenkamer is meer in dialoog getreden met haar omgeving. Naast het communiceren via rapporten, neemt zij regelmatig deel aan seminars en congressen. In de toekomst wil de Rekenkamer ook zelf rond bepaalde thema's, zoals bijvoorbeeld toezicht, congressen organiseren.
Bovendien maakt de Rekenkamer een professionaliseringsslag door. Enerzijds wil zij haar personeel goed benutten en blijvend op een hoog niveau houden door permanente educatie en bijscholing. Anderzijds wil zij flexibeler bepaalde kennis kunnen inzetten door inhuur van specifieke deskundigheid voor een speciaal onderzoek.
Beide tendensen zullen een verdere stijging van de materiële uitgaven te zien geven. Tot nu toe kon dit deels opgevangen worden door vacatureruimte.
Gezien de vele plannen die er liggen, mede een gevolg van de uitbreiding van bevoegdheden van de Rekenkamer op het terrein van Europese gelden, acht de Rekenkamer het dringend gewenst om haar formatie geheel te bezetten en bezet te houden. Dat betekent echter uitgaande van de huidige meerjarenraming een tekort.
Gelet op de hiervoor geschreven ontwikkelingen en het feit dat veel materiële kosten te maken hebben met huisvesting en vaste kosten van dataverkeer en automatiseringslicenties en derhalve nauwelijks beïnvloedbaar zijn, cq groeien bij hogere bezetting betekent dit dat de Rekenkamer voorstelt haar budget vanaf 2002 structureel te verhogen met een bedrag van € 0,681 mln.
Het kabinet stemt in met het voorstel van de Algemene Rekenkamer om de raming vanaf 2002 structureel te verhogen met een bedrag van € 0,681 mln in verband met een stijging van de materiële uitgaven.
In 2002 wil de Rekenkamer de volgende accenten leggen:
I. De voortgang van het verandertraject dat is ingezet met de operatie «Van Beleidsbegroting tot Beleidsverantwoording» wordt gevolgd. De rol van verantwoordinginformatie is hierbij een belangrijke factor.
II. Europa. Ter voorbereiding op de (aanvullende) bevoegdheden die de Rekenkamer naar verwachting in de loop van 2001 zal verkrijgen ten aanzien van de controle op Europese gelden ontwikkelt de Rekenkamer een controlebeleid voor deze gelden.
III. In kaart brengen wat de gevolgen van ICT ontwikkelingen voor de overheid in het algemeen zijn en op welke wijze dit het werk van Rekenkamer beïnvloedt.
4. Budgettaire gevolgen van beleid
Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
6: Algemene Rekenkamer | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Verplichtingen | 22 049 | 22 452 | 23 338 | 23 365 | 23 380 | 23 391 | 23 391 |
Uitgaven | 22 049 | 22 452 | 23 338 | 23 365 | 23 380 | 23 391 | 23 391 |
1. recht- en doelmatigheidsbevordering bij het Rijk en verbonden organisaties en institutionele programma's | 22 049 | 22 452 | 23 338 | 23 365 | 23 380 | 23 391 | 23 391 |
Ontvangsten | 642 | 417 | 417 | 417 | 417 | 417 | 417 |
Artikel 7. Nationale ombudsman
De Nationale ombudsman verricht op verzoek of uit eigen beweging onderzoek naar gedragingen van bestuursorganen van het Rijk en van andere bij of krachtens de wet aangewezen bestuursorganen.
Operationale beleidsdoelstellingen
De hierboven geformuleerde algemene doelstelling wordt als volgt nader geoperationaliseerd.
1. Een ieder heeft het recht de ombudsman te verzoeken een onderzoek in te stellen naar de wijze waarop bestuursorganen van het rijk en van de politie, de zelfstandige bestuursorganen en de bestuursorganen van de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie zich hebben gedragen.
2. Een ieder heeft het recht de ombudsman te verzoeken een onderzoek in te stellen naar de wijze waarop bij de ombudsman aangesloten bestuursorganen van gemeenten, provincies, waterschappen en gemeenschappelijke regelingen, zich in een bepaalde aangelegenheid hebben gedragen. De kosten van aansluiting worden door de rechtspersonen, waartoe de desbetreffende bestuursorganen behoren, gedragen en aan het eind van het kalenderjaar verrekend.
3. De Nationale ombudsman verricht op eigen initiatief onderzoek naar gedragingen van bestuursorganen die onder zijn bevoegdheid vallen.
4. De Nationale ombudsman kan zijn functie alleen vervullen wanneer burgers hem, indien nodig, weten te vinden en begrijpen wat hij voor hen kan betekenen.
Daarnaast draagt de publieke bekendheid met de resultaten van onderzoeken bij aan het gezag van de Nationale ombudsman. Om dit te realiseren is een actief voorlichtingsbeleid noodzakelijk.
5. De Nationale ombudsman wil door inzet van uit externe fondsen te financieren, personele capaciteit, een bijdrage leveren aan het opzetten en operationaliseren van nieuwe ombudsman (mensenrechten)instituten in de wereld. De voorkeur gaat daarbij uit naar het concentreren van de aandacht op landen in Midden- en Oost-Europa.
2. Begrotingsvoorstellen College/kabinetsstandpunt
Bij ontwerp-begroting 2001 heeft het kabinet ingestemd met het bij begrotingsvoorbereiding 2002/begrotingsuitvoering 2001 te verwerken voorstel van de Nationale ombudsman om de raming in 2002 en 2003 met € 0,408 mln te verhogen ten behoeve van een landelijke publieksvoorlichting op voorwaarde dat er na anderhalf jaar een uitgebreide evaluatie volgt.
Bij ontwerp-begroting 2001 heeft het kabinet ingestemd met het bij begrotingsvoorbereiding 2002/begrotingsuitvoering 2001 te verwerken voorstel van de Nationale ombudsman om de tijdelijke uitbreiding van 8 fte's structureel te maken. Hiermee is een structureel bedrag gemoeid van € 0,504 mln.
Voorstel 2002 en volgende jaren
Na een bestuurlijk overleg met de Nationale ombudsman heeft het kabinet niet ingestemd met zijn voorstel om gelet op het hoge klachtenvolume, vanaf 2002 de huidige tijdelijke uitbreiding van 6 fte, eveneens structureel te maken.
Het kabinet heeft ingestemd met een tijdelijke uitbreiding met 3 fte voor 2002 en heeft de Nationale ombudsman verzocht na te gaan of stijgingen van klachtvolumes niet binnen de eigen organisatie opgevangen kunnen worden.
Het kabinet heeft niet ingestemd met een aantal fte-uitbreidingen voorgesteld in verband met de wens meer onderzoek uit eigen beweging te verrichten.
De Nationale ombudsman stelt voor vanwege de nieuwe locatie aan de Bezuidenhoutseweg 151 het vervoerplan uit te breiden. Bij de oude locatie was volop ruimte voor de medewerkers om de auto te parkeren, de nieuwe huisvesting heeft nog slechts een parkeeraccommodatie van 12 plaatsen. Met het oog hierop is er een nieuw vervoerplan gemaakt waarin het autogebruik wordt ontmoedigd en het openbaar vervoergebruik wordt gestimuleerd. Met dit nieuwe vervoerplan is structureel een bedrag van € 0,045 mln extra gemoeid.
Het kabinet stemt in met het voorstel van de Nationale ombudsman voor uitbreiding van het vervoerplan voor een bedrag vanaf 2002 van structureel € 0,045 mln.
De nieuwe huisvesting brengt tevens extra kosten met zich mee. Het betreft de schoonmaakkosten van het pand. Ten opzichte van het oude pand met weinig beglazing gaan de kosten in het nieuwe pand met onder meer circa 1600 m2 inpandige beglazing met € 0,014 mln op jaarbasis omhoog.
Het kabinet stemt in met het voorstel van de Nationale ombudsman voor de extra schoonmaakkosten voor een bedrag vanaf 2002 van structureel € 0,014 mln.
Wat betreft de positionering van de Nationale ombudsman ligt het accent van de werkzaamheden op onderzoek op verzoek. Deze kerntaak is stevig verankerd. Van de bevoegdheid tot onderzoek uit eigen beweging is tot nu toe – uit capaciteitsoverwegingen en onder de druk van de verhoogde instroom van verzoekschriften – maar beperkt gebruik gemaakt. Gemiddeld verschijnt slechts éénmaal per jaar een rapport naar aanleiding van een onderzoek uit eigen beweging. Nu het interne klachtrecht wettelijk is geregeld en in toenemende mate ook feitelijk wordt gerealiseerd, ligt de toegevoegde waarde van de Nationale ombudsman – naast zijn rol als externe klachtinstantie voor die gevallen waar het interne klachtrecht geen soelaas heeft geboden – ook in onderzoek uit eigen beweging naar de wijze waarop bestuursorganen binnen zijn bevoegdheid zich in een bepaalde aangelegenheid hebben gedragen.
Gegeven de afwijzing door het kabinet van zijn voorstel voor fte-uitbreidingen voor onderzoek uit eigen beweging, zal de Nationale ombudsman de ruimte voor een frequenter gebruik van de bevoegdheid tot het instellen van dit type onderzoek, rekening houdend met de mogelijkheden, binnen de beschikbare onderzoekscapaciteit dienen te vinden. Jaarlijks zal er een plan opgesteld worden waarin binnen de beschikbare onderzoekscapaciteit ruimte wordt gereserveerd voor enerzijds thematisch onderzoek uit eigen beweging (naar een aantal op voorhand geselecteerde onderwerpen) en anderzijds actueel onderzoek uit eigen beweging.
Omdat nog niet alle overheden een externe met waarborgen omklede klachtregeling hebben getroffen, zal de Nationale ombudsman zich blijven inspannen om dit doel te realiseren. De inspanning zal zich met name manifesteren door het ook ongevraagd verstrekken van (mondelinge en schriftelijke) informatie over de mogelijkheden van de Nationale ombudsman in dezen.
Over de gehele wereld zijn ombudsman (mensenrechten) instituten actief of in oprichting. Op verzoeken om een bijdrage te leveren aan het steunen en opzetten van nieuwe instituten wordt thans, gezien de gevolgen voor de capaciteit van het bureau, terughoudend gereageerd. Het is de bedoeling om via het verwerven van externe fondsen, extra capaciteit in de werkorganisatie te creëren, om een (overigens nog steeds zeer bescheiden), meer actieve ondersteunende internationale rol te kunnen vervullen.
Toelichting aan de hand van prestatiegegevens
(bedragen x 1000 euro) | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
2000 | 2001 | 2002 | ||||
Realisatie | Prognose | Prognose | ||||
Aantal | Uitgaven per fte | Aantal | Uitgaven per fte | Aantal | Uitgaven per fte | |
Nationale ombudsman en substituut | 2.4 | 108 | 2 | 108 | 2 | 110 |
Personeel Algemene Dienst Nationale ombudsman | 95.4 | 47 | 97 | 48 | 94 | 52 |
(bedragen x 1000 euro) | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
2000 | 2001 | 2002 | ||||
Realisatie | Prognose | Prognose | ||||
Aantal | Uitgaven per fte | Aantal | Uitgaven per fte** | Aantal | Uitgaven per fte | |
Nationale ombudsman | 97.8 | 16 | 99 | 21 | 96 | 17 |
* aantal is inclusief materiële uitgaven voor Nationale ombudsman en substituut-ombudsman.
** geen rekening is gehouden met het herhuisvestingsbudget van 1 134 (2000) resp 159 (2001).
Behorende bij beleidsdoelstellingen 1, 2 en 3
(bedragen x 1000 euro) | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Kosten per klacht | 2000 | 2001 | 2002 | |||
Realisatie | Prognose | Prognose | ||||
Aantal | Uitgaven per klacht | Aantal | Uitgaven per klacht | Aantal | Uitgaven per klacht | |
Afgedane klachten | 8 172 | 795 | 8 000 | 850 | 8 000 | 847 |
* In de doelmatigheidskengetallen zijn uitsluitend de personele en materiële kosten van de Nationale ombudsman, de substituut-ombudsman en de medewerkers van het Bureau Nationale ombudsman opgenomen. Het (geraamde) bedrag per klacht omvat niet de kosten voor postactieven en omvat eveneens niet de huisvestingskosten die door de Rijksgebouwendienst worden gemaakt en de herhuisvestingskosten (in de jaren 2000 en 2001) van het Bureau Nationale ombudsman. Vanaf 2002 zijn de doelmatigheidskengetallen opgebouwd uit de artikelonderdelen 1 (met aftrek van de postactieven), 3, 4 en 5.
(in procenten) | |||
---|---|---|---|
Doorlooptijden | 2000 | 2001 | 2002 |
Gerealiseerd percentage | Prognose | Prognose | |
Doorlooptijden via onderzoek afgedane klachten: | |||
t/m 4 weken | 32% | 43% | 40% |
5 t/m 26 weken | 51% | 38% | 43% |
langer dan 26 weken | 17% | 19% | 17% |
Doorlooptijden niet via onderzoek afgedane klachten: | |||
t/m 4 weken | 38% | 60% | 40% |
5 t/m 8 weken | 28% | 30% | 50% |
langer dan 8 weken | 34% | 10% | 10% |
(in procenten) | |||
---|---|---|---|
wijze van afdoening | 2000 | 2001 | 2002 |
Gerealiseerd percentage | Prognose | Prognose | |
Wijze van afdoening van in onderzoek genomen klachten: | |||
rapport | 12% | 19% | 15% |
tussentijdse beëindiging | 88% | 81% | 85% |
Behorende bij beleidsdoelstelling 1
ontvangen klachten | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 |
---|---|---|---|---|---|
realisatie | realisatie | realisatie | raming | raming | |
ontvangen klachten | 8 237 | 7 398 | 7 886 | 8 000 | 8 000 |
waarvan IND | 2 352 | 1 693 | 1 805 | 1 800 | 1 600 |
afgedane klachten | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 |
realisatie | raming | raming | raming | raming | raming | |
buitenwettelijke klachten | 1 654 | 1 700 | 1 700 | 1 700 | 1 700 | 1 700 |
binnenwettelijke klachten niet in onderzoek | 3 154 | 3 360 | 3 360 | 3 360 | 3 360 | 3 360 |
binnenwettelijke klachten: | ||||||
interventie | 2 637 | 2 382 | 2 499 | 2 499 | 2 499 | 2 499 |
rapport | 361 | 558 | 441 | 441 | 441 | 441 |
Totaal | 7 806 | 8 000 | 8 000 | 8 000 | 8 000 | 8 000 |
Behorende bij beleidsdoelstelling 2
aantal ontvangen binnenwettelijke klachten | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 |
realisatie | realisatie | raming | raming | |
Waterschappen | 101 | 99 | 91 | 100 |
Gemeenten | 150 | 224 | 300 | 380 |
Provincies | 32 | 33 | 25 | 29 |
Gemeenschappelijke regelingen | 0 | 0 | 0 | 1 |
aantal aangesloten bestuursorganen | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 |
realisatie | realisatie | realisatie | raming | |
Waterschappen | allen | allen | allen | allen |
Gemeenten | 38 | 62 | 100 | 150 |
Provincies | allen | allen | allen | allen |
Gemeenschappelijke regelingen | 0 | 0 | 1 | 20 |
4. Budgettaire gevolgen van beleid
Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
7: De Nationale ombudsman | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Verplichtingen | 7 816 | 7 422 | 6 973 | 6 606 | 6 202 | 6 204 | 6 204 |
Uitgaven | 7 816 | 7 422 | 6 973 | 6 606 | 6 202 | 6 204 | 6 204 |
1. reguliere klachten | 7 372 | 7 004 | 6 191 | 5 823 | 5 827 | 5 829 | 5 829 |
2. klachten van lagere overheden | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
3. onderzoek | 59 | 56 | 50 | 50 | 50 | 50 | 50 |
4. communicatie | 341 | 319 | 692 | 693 | 285 | 285 | 285 |
5. internationale contacten | 44 | 43 | 40 | 40 | 40 | 40 | 40 |
Ontvangsten | 81 | 39 | 39 | 39 | 39 | 39 | 39 |
Artikel 8. Kanselarij der Nederlandse Orden
De Kanselarij der Nederlandse Orden ondersteunt het Kapittel voor de Civiele Orden en het Kapittel der Militaire Willems-Orde bij hun advisering over de voorstellen tot decoratie. Tevens wordt zorg gedragen voor het beheer van de versierselen van de onderscheidingen en voor de correcte verzending ervan aan degenen die ze uitreiken. Er worden registers aangehouden van in het Koninkrijk der Nederlanden onderscheiden personen en in de persoon van de Kanselier der Nederlandse Orden de zuiverheid en waardigheid van de Orden bewaakt.
De taken van de Kanselarij der Nederlandse Orden vloeien rechtstreeks voort uit de taken van de Kanselier der Nederlandse Orden en de regelgeving met betrekking tot de genoemde Kapittels.
Het Kapittel der Militaire Willems-Orde adviseert het Hoofd van het betrokken Departement van algemeen bestuur omtrent de voordrachten voor benoeming of bevordering in en ontslag uit de Orde dan wel over aanvragen om in de Orde te worden opgenomen of bevorderd. Tevens verstrekt het inlichtingen aan het Hoofd van het betrokken departement van algemeen bestuur en geeft inzage in alle zakelijke gegevens en bescheiden aan deze Departementen.
Daarnaast worden registers voor elk der vier klassen van ridders aangehouden en wordt zorggedragen voor het houden van aantekening van verlening van het ordeteken aan onderdelen van de krijgsmacht.
Het Kapittel voor de Civiele Orden heeft tot taak Onze Minister wie het aangaat te adviseren over het verlenen van onderscheidingen in een van de civiele orden.
2. Begrotingsvoorstellen College/kabinetsstandpunt
Er zijn door het College geen nieuwe voorstellen voor de ontwerp-begroting 2002 ingediend.
Kanselarij der Nederlandse Orden:
Richt zich in 2002 op een verdere verbetering van de interne organisatie en heeft het voornemen een kwaliteitsslag te maken op het gebied van automatisering en telecommunicatie. Daarnaast wordt gestreefd naar een verbetering van de externe communicatie, waaronder verbrede voorlichting. Hiertoe zullen de bestaande werkprocessen worden geëvalueerd en zonodig zullen accentverschuivingen worden aangebracht.
Een en ander zal binnen het gevraagde budget worden opgevangen.
Kapittel der Militaire Willems-Orde:
Dit Kapittel komt jaarlijks tweemaal bijeen. Sinds 1955 is de Militaire Willems-Orde niet meer uitgereikt. Momenteel wordt het toekennen van dapperheidsonderscheidingen, inclusief de Militaire Willems-Orde, in het licht van de huidige inzet van de Krijgsmacht nader bezien. De financiële consequenties die hieruit voortvloeien, zullen in eerste instantie binnen het budget worden opgevangen.
Kapittel voor de Civiele Orden:
Decoratievoorstellen genereren voor mensen met persoonlijke, bijzondere verdiensten voor de samenleving. Dit door de werking van het herziene decoratiestelsel zo breed mogelijk onder de aandacht te brengen.
Het Kapittel zal zich intensief bezig blijven houden met het geven van voorlichting over de werking van het herziene decoratiestelsel. De ervaring leert dat hiermee in een behoefte wordt voorzien. Tot nu toe blijft het aantal decoratievoorstellen voor vrouwen, mensen uit minderheidsgroepen en mensen uit de economische sector duidelijk achter. Het Kapittel werkt in nauw overleg met de verantwoordelijke ministeries aan het genereren van meer voorstellen voor mensen uit genoemde groepen.
Op dit moment is nog niet duidelijk of voorlichtingsmateriaal nieuw ontwikkeld dan wel heruitgegeven moet worden. De voornemens op voorlichtingsgebied laten zich dan ook moeilijk in geld uitdrukken. Een en ander zal binnen het gevraagde budget worden opgevangen.
4. Budgettaire gevolgen van beleid
Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000) | |||||||
8: Kanselarij der Nederlandse Orden | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Verplichtingen | 2 669 | 2 859 | 2 899 | 2 899 | 2 900 | 2 901 | 2 901 |
Uitgaven | 2 669 | 2 859 | 2 899 | 2 899 | 2 900 | 2 901 | 2 901 |
1. apparaat | 1 889 | 1 647 | 1 521 | 1 520 | 1 521 | 1 522 | 1 522 |
2. decoraties | 776 | 1 207 | 1 373 | 1 374 | 1 374 | 1 374 | 1 374 |
3. riddertoelagen | 4 | 5 | 5 | 5 | 5 | 5 | 5 |
Ontvangsten | 61 | 29 | 29 | 29 | 29 | 29 | 29 |
Artikel 9. Kabinet der Koningin
Het Kabinet der Koningin draagt zorg voor ambtelijke ondersteuning van de Koningin bij de uitoefening van haar staatsrechtelijke taken en fungeren als trait d'union tussen Koningin en ministers.
Het Kabinet der Koningin is belast met de bewaring van de oorspronkelijke wetten, koninklijke besluiten en soortgelijke regeringsbescheiden.
2. Begrotingsvoorstellen College/kabinetsstandpunt
Er zijn door het College geen nieuwe voorstellen voor de ontwerp-begroting 2002 ingediend.
Het Kabinet der Koningin is dit jaar nog bezig met de invoering van beveiligde, externe e-mail. Het intranet is in eerste versie actief en wordt verder ontwikkeld. De medewerkers zullen de benodigde opleidingen volgen. Daarnaast wordt in samenwerking met de Hoge Colleges van Staat en het Ministerie van Algemene Zaken gewerkt aan de invoering van IKAP per 1 januari 2002. Dit jaar heeft bureau Meurs in opdracht van het Kabinet der Koningin een formatie-onderzoek uitgevoerd. Alle functies zijn opnieuw beschreven en gewaardeerd. In samenwerking met de RGD zullen de komende jaren opknapwerkzaamheden aan het pand plaatsvinden.
4. Budgettaire gevolgen van beleid
Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
9: Kabinet der Koningin | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Verplichtingen | 1 912 | 1 976 | 2 041 | 2 040 | 2 041 | 2 043 | 2 043 |
Uitgaven | 1 912 | 1 976 | 2 041 | 2 040 | 2 041 | 2 043 | 2 043 |
1. apparaat | 1 912 | 1 976 | 2 041 | 2 040 | 2 041 | 2 043 | 2 043 |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Artikel 10. Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen
Het Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen (verder: het Kabinet) staat de Gouverneur met raad en daad terzijde bij zijn functioneren als orgaan van het Koninkrijk en als hoofd van de Regering van de Nederlandse Antillen.
De taken van het Kabinet vallen in drie delen uiteen: inhoudelijke advisering, uitvoering/controle en beheer/ondersteuning.
Inhoudelijke advisering: het Kabinet analyseert maatschappelijke, politieke, juridische, bestuurlijke, economische, sociale en financiële ontwikkelingen en adviseert de Gouverneur hierover. Het gaat hierbij om een veelheid aan onderwerpen, van belastingwetgeving tot constitutionele verhoudingen, van armoedebeleid tot budgetdiscipline, van privatisering tot NGO-beleid. Het Kabinet is geen beleidsvormend orgaan. De informatieverwerving en analyses zijn uitsluitend bedoeld ter advisering van de Gouverneur.
Uitvoering/controle: in enkele verdragen en (Rijks)wetten is opgenomen dat de Gouverneur de uitvoering verzorgt. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om de Paspoortwet, het Verdrag van Schengen en de Rijkswet op het Nederlanderschap. Het Kabinet zorgt voor afkondiging van Rijkswetten en Algemene Maatregelen van Rijksbestuur, geeft paspoorten, laissez-passers en visa uit, beoordeelt aanvragen voor diplomatic clearances. Aan de Gouverneur voorgelegde Antilliaanse conceptregelgeving wordt getoetst aan het hoger kader, Koninkrijksbelangen en algemene beginselen van deugdelijk bestuur. Daarnaast zijn er verschillende Landsverordeningen waarin de Gouverneur wordt genoemd als beroepsorgaan.
Beheer/ondersteuning: het secretariaat, de (financiële) administratie, de receptie en het archief maken het gezamenlijk mogelijk dat het Kabinet zijn inhoudelijke taken naar behoren kan uitoefenen.
2. Begrotingsvoorstellen College/kabinetsstandpunt
Het Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen stelt voor de raming vanaf 2002 structureel te verhogen met € 0,273 mln in verband met de koersverschillen. Het Kabinet van de Gouverneur doet alle materiële uitgaven en het merendeel van haar personele uitgaven in Antilliaanse guldens, welke via een vaste koers gekoppeld is aan de US dollar. De Rijksbegroting is echter gesteld in Nederlandse guldens. De comptabele regelgeving schrijft voor dat gedurende het hele begrotingsjaar wordt uitgegaan van een vaste koers tussen de Nederlandse en Antilliaanse gulden, de zogeheten begrotingskoers.
Het afgelopen jaar is de US dollar sterk in waarde toegenomen ten opzichte van de euro. Dit heeft zijn weerslag gevonden in de begrotingskoers, die gestegen is van f 1,06 in 2000 naar f 1,23 in 2001. Deze stijging heeft forse gevolgen voor het besteedbare bedrag in Antilliaanse guldens voor het Kabinet.
Het kabinet stemt in met het voorstel de raming vanaf 2002 structureel te verhogen met € 0,273 mln in verband met de koersverschillen.
Het Kabinet van de Gouverneur stelt voor om de raming vanaf 2002 structureel met € 0,041 mln te verhogen in verband met de wedde van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen. De bruto maandwedde van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen is bij koninklijk besluit van 21december 1995 vastgesteld. In dit besluit is bepaald dat de wedde jaarlijks in de maand januari kan worden aangepast, indien de koopkrachtontwikkeling in de Nederlandse Antillen daartoe aanleiding geeft. De uitvoering van het koninklijk besluit is aan de verantwoordelijke minister opgedragen. Sinds 1999 is die taak voorbehouden aan ondergetekende.
Gebleken is dat de koopkrachtcorrectie op de wedde in een aantal van de afgelopen jaren ten onrechte is achtergebleven. Middels een besluit van d.d. 12 januari 2001 is de bruto wedde van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen voor de periode 1995–2000 daarom herberekend en vastgesteld. Daarnaast is begin januari op de wedde van de Gouverneur een indexering toegepast. Beide besluiten leiden tot blijvende meeruitgaven van € 0,041 mln per jaar.
Het kabinet stemt in met het voorstel van het Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen om de raming vanaf 2002 structureel met € 0,041 mln te verhogen in verband met de wedde van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen.
Het Kabinet verwacht dat er in het jaar 2002 een nieuwe Gouverneur zal aantreden, aangezien de termijn van de zittende Gouverneur dan afloopt. Het Kabinet verwacht hierdoor nog actiever invulling te moeten geven aan de inhoudelijke adviesrol. In totaal zijn bij de advisering aan de Gouverneur drie medewerkers betrokken, die hun taken hebben verdeeld over verschillende terreinen (buitenlandse betrekkingen/defensie, juridisch/bestuurlijk, financieel/economisch). Het onderhouden van contacten, het vergaren van informatie en het schrijven van notities en memoranda zijn de belangrijkste instrumenten bij de inhoudelijke advisering. Jaarlijks gaan er circa 250 analyses en/of adviezen naar de Gouverneur.
In het jaar 2002 spelen een aantal bijzondere aspecten een rol bij de advisering. Zo zullen er in het voorjaar van 2002 op de Antillen verkiezingen worden gehouden. De Gouverneur is, als hoofd van de Landsregering, nauw betrokken bij de kabinetsformatie.
Daarnaast heeft de bevolking van St. Maarten zich in 2000 middels een referendum uitgesproken voor een status aparte. De uitkomst van dit referendum heeft een discussie over de staatkundige structuur van de Nederlandse Antillen op gang gebracht. Deze discussie zal zich naar verwachting ook over 2002 uitspreiden.
Tenslotte zullen de financieel-economische en sociale omstandigheden op de Antillen ook in 2002 de nodige aandacht vragen.
Het Kabinet geeft op jaarbasis circa 200 paspoorten en 400 visa uit. Deze consulaire taken worden door twee medewerkers (1½ fte) uitgevoerd. De Nieuwe Generatie Reisdocumenten wordt per 1 oktober 2001 ingevoerd. Hoewel de belangrijkste voorbereidingen hiertoe in 2001 zijn getroffen, zal de implementatie in de werkprocessen ook in 2002 aandacht vergen.
Jaarlijks worden er circa 5000 beroepsschriften, Landsbesluiten en -verordeningen beoordeeld door het Kabinet. Dit vergt bijzondere administratieve procedures binnen de organisatie. In 2002 zal de ingezette professionalisering en optimalisatie van de administratieve werkprocessen worden voortgezet.
4. Budgettaire gevolgen van beleid
Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
10: Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Verplichtingen | 1 819 | 2 037 | 2 124 | 2 106 | 2 100 | 2 079 | 2 097 |
Uitgaven | 1 819 | 2 037 | 2 124 | 2 106 | 2 100 | 2 079 | 2 097 |
1. apparaat | 1 819 | 2 037 | 2 124 | 2 106 | 2 100 | 2 079 | 2 097 |
Ontvangsten | 44 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Artikel 11. Kabinet van de Gouverneur van Aruba
Het Kabinet van de Gouverneur van Aruba (verder: het Kabinet) staat de Gouverneur met raad en daad terzijde bij zijn functioneren als orgaan van het Koninkrijk en als hoofd van de Regering van Aruba.
De taken van het Kabinet vallen in drie delen uiteen: inhoudelijke advisering, uitvoering/controle en beheer/ondersteuning.
Inhoudelijke advisering: het Kabinet analyseert maatschappelijke, politieke, juridische, bestuurlijke, economische, sociale en financiële ontwikkelingen en adviseert de Gouverneur hierover. Het gaat hierbij om een veelheid aan onderwerpen, zoals toerisme, veiligheid, kwaliteit van bestuur, integriteit enz.
Uitvoering/controle: in enkele verdragen en (Rijks)wetten is opgenomen dat de Gouverneur de uitvoering verzorgt. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om de Paspoortwet, het Verdrag van Schengen en de Rijkswet op het Nederlanderschap. Het Kabinet zorgt voor afkondiging van Rijkswetten en Algemene Maatregelen van Rijksbestuur, geeft paspoorten, laissez-passers en visa uit, beoordeelt aanvragen voor diplomatic clearances. Aan de Gouverneur voorgelegde Arubaanse conceptregelgeving wordt getoetst aan het hoger kader, Koninkrijksbelangen en algemene beginselen van deugdelijk bestuur. Daarnaast zijn er verschillende Landsverordeningen waarin de Gouverneur wordt genoemd als beroepsorgaan.
Beheer/ondersteuning: het secretariaat, de (financiële) administratie, de receptie en het archief maken het gezamenlijk mogelijk dat het Kabinet zijn inhoudelijke taken naar behoren kan uitoefenen.
2. Begrotingsvoorstellen College/kabinetsstandpunt
Het Kabinet van de Gouverneur van Aruba stelt voor de raming vanaf 2002 structureel te verhogen met € 0,14 mln in verband met de koersverschillen. Als gevolg van een forse stijging van de dollar ten opzichte van de euro in het jaar 2000 krimpt het besteedbare budget van het Kabinet van de Gouverneur van Aruba evenals dat van het Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen stevig. Omdat een dergelijke grote teruggang in besteedbaar budget niet opgevangen kan worden door terughoudender om te gaan met de uitgaven, stelt het Kabinet van de Gouverneur van Aruba voor de raming vanaf 2001 structureel te verhogen met € 0,14 mln in verband met de koersverschillen.
Het kabinet stemt in met het voorstel de raming vanaf 2001 structureel te verhogen met € 0,14 mln in verband met koersverschillen.
Het Kabinet verwacht volgend jaar nog actiever invulling te moeten geven aan de inhoudelijke adviesrol. In totaal zijn bij de advisering aan de Gouverneur een tweetal medewerkers betrokken, die hun taken hebben verdeeld over verschillende terreinen (buitenlandse betrekkingen/defensie, juridisch/bestuurlijk, financieel/economisch). Het onderhouden van contacten, het vergaren van informatie en het schrijven van notities en memoranda zijn de belangrijkste instrumenten bij de inhoudelijke advisering. Dagelijks gaan er analyses en/of adviezen naar de Gouverneur.
Het Kabinet geeft op jaarbasis circa 125 paspoorten en 200 visa uit. Deze consulaire taken worden door 2 medewerkers(2 fte) uitgevoerd. De Nieuwe Generatie Reisdocumenten wordt per 1 oktober 2001 ingevoerd. Hoewel de belangrijkste voorbereidingen hiertoe in 2001 zijn getroffen, zal de implementatie in de werkprocessen ook in 2002 aandacht vergen. Het aantal uit te geven paspoorten zal naar verwachting in 2002 aanzienlijk toenemen door een toename van de uitgifte van nooddocumenten waarvoor het Kabinet in de wet NGR als uitgiftepunt is aangewezen.
Jaarlijks worden er circa 5000 beroepsschriften, Landsbesluiten en -verordeningen beoordeeld door het Kabinet. Dit vergt bijzondere administratieve procedures binnen de organisatie. In 2002 zal de ingezette professionalisering en optimalisatie van de administratieve werkprocessen worden voortgezet.
4. Budgettaire gevolgen van beleid
Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
11: Kabinet van de Gouverneur van Aruba | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Verplichtingen | 1 057 | 1 029 | 1 014 | 1 076 | 1 031 | 1 052 | 1 052 |
Uitgaven | 1 057 | 1 029 | 1 014 | 1 076 | 1 031 | 1 052 | 1 052 |
1. apparaat | 1 057 | 1 029 | 1 014 | 1 076 | 1 031 | 1 052 | 1 052 |
Ontvangsten | 28 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Artikel 12. Nominaal en onvoorzien
Op dit artikel worden de nader te verdelen loon- en prijsbijstelling, de post onvoorzien, de waarde-overdracht en waarde-overname in het kader van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers en het nog openstaande gedeelte van de taakstelling uitgaven-beperking regeerakkoord 1998, geraamd en verantwoord.
2. Begrotingsvoorstellen College/kabinetsstandpunt
N.v.t.
4. Budgettaire gevolgen van beleid
Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (in € 1 000 | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
12: Nominaal en onvoorzien | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Verplichtingen | 157 | 6 982 | – 1 006 | 1 081 | – 2 058 | – 2 059 | – 1 010 |
Uitgaven | 157 | 6 982 | – 1 006 | 1 081 | – 2 058 | – 2 059 | – 1 010 |
1. loonbijstelling | 0 | 6 174 | 125 | 130 | 138 | 139 | 123 |
2. prijsbijstelling | 0 | 1 473 | – 1 | 0 | 0 | – 1 | – 1 |
3. onvoorzien | 157 | 769 | 62 | 62 | 62 | 62 | 62 |
4. waarde-overdracht en waarde-overname | 0 | 1 009 | 2 129 | 4 209 | 1 064 | 1 064 | 2 129 |
5. taakstellingen (TK) | 0 | – 2 443 | – 3 321 | – 3 320 | – 3 322 | – 3 323 | – 3 323 |
Ontvangsten | 0 | 12 | 12 | 12 | 12 | 12 | 12 |
3. De bedrijfsvoering/financieel beheer
In het kader van de werkafspraken tussen de Hoge Colleges van Staat en Kabinet der Koningin enerzijds en het kabinet anderzijds zijn afspraken gemaakt over het financieel beheer. Uitgangspunt daarbij is dat de Colleges in eerste instantie zelf verantwoordelijk zijn voor het beheer en dat de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zich strikt beperkt tot de verantwoordelijkheden waarop hij aanspreekbaar blijft op basis van de Comptabiliteitswet.
Controle achteraf is daarbij het vangnet om te beoordelen of de Colleges bij hun beheer binnen de grenzen blijven die de Comptabiliteitswet stelt. Daartoe worden de administraties van de Colleges jaarlijks gecontroleerd door de Accountantsdienst van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Deze controle strekt zich ook uit over de administratieve organisatie. De laatste jaren was er steeds sprake van een goedkeurende verklaring, met uitzondering van afgelopen jaar, toen heeft de Nationale ombudsman een verklaring met beperking gekregen.
Gezien de bijzondere positie van de Colleges op het terrein van beheer is in deze begroting geen bedrijfsvoeringsparagraaf opgenomen. Aan de Colleges zal worden verzocht in de verantwoording over 2002 expliciet aandacht te besteden aan de bedrijfsvoering.
1. Wetgeving en controle Eerste Kamer
Opbouw (verplichtingen =) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
1: Wetgeving en controle Eerste Kamer | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001: | 6 405 | 5 799 | 5 798 | 5 800 | 5 801 | ||
1.1: apparaat | 4 030 | 3 424 | 3 423 | 3 425 | 3 426 | ||
1.2: vergoedingen voorzitter en leden Eerste Kamer | 2 357 | 2 357 | 2 357 | 2 357 | 2 357 | ||
1.3: verenigde vergadering | 18 | 18 | 18 | 18 | 18 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2001/Nog niet opgenomen in een begrotingstuk vanaf 2002 e.v.: | 92 | 234 | 234 | 234 | 234 | ||
1.1: apparaat | 92 | 159 | 159 | 159 | 159 | ||
loonbijstelling tranche 2001 | 106 | 106 | 106 | 106 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | 52 | 52 | 52 | 52 | |||
overboeking van BZK: kinderopvang | 1 | 1 | 1 | 1 | |||
1.2: vergoedingen voorzitter en leden Eerste Kamer | 75 | 75 | 75 | 75 | |||
loonbijstelling tranche 2001 | 75 | 75 | 75 | 75 | |||
1.3: verenigde vergadering | 0 | 0 | 0 | 0 | |||
Stand ontwerp-begroting 2002: | 5 591 | 6 497 | 6 033 | 6 032 | 6 034 | 6 035 | 6 035 |
1.1: apparaat | 3 234 | 4 122 | 3 583 | 3 582 | 3 584 | 3 585 | 3 585 |
1.2: vergoedingen voorzitter en leden Eerste Kamer | 2 342 | 2 357 | 2 432 | 2 432 | 2 432 | 2 432 | 2 432 |
1.3: verenigde vergadering | 15 | 18 | 18 | 18 | 18 | 18 | 18 |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
1: Wetgeving en controle Eerste Kamer | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001 | 63 | 63 | 63 | 63 | 63 | ||
Stand ontwerp-begroting 2002 | 88 | 63 | 63 | 63 | 63 | 63 | 63 |
2. Uitgaven ten behoeve van leden en oud-leden Tweede Kamer
Opbouw (verplichtingen =) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
2: Uitgaven ten behoeve van leden en oud-leden Tweede Kamer | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001: | 22 171 | 22 171 | 22 171 | 22 171 | 22 171 | ||
2.1: schadeloosstelling | 15 484 | 15 484 | 15 484 | 15 484 | 15 484 | ||
2.2: pensioenen en wachtgelden | 6 687 | 6 687 | 6 687 | 6 687 | 6 687 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2001/Nog niet opgenomen in een begrotingstuk vanaf 2002 e.v.: | 102 | 1 091 | 1 091 | 1 091 | 1 091 | ||
2.1: schadeloosstelling | 725 | 725 | 725 | 725 | |||
zvr | 102 | 102 | 102 | 102 | |||
loonbijstelling tranche 2001 | 623 | 623 | 623 | 623 | |||
2.2: pensioenen en wachtgelden | 102 | 366 | 366 | 366 | 366 | ||
loonbijstelling tranche 2001 | 366 | 366 | 366 | 366 | |||
Stand ontwerp-begroting 2002: | 21 527 | 22 273 | 23 262 | 23 262 | 23 262 | 23 262 | 23 262 |
2.1: schadeloosstelling | 15 394 | 15 484 | 16 209 | 16 209 | 16 209 | 16 209 | 16 209 |
2.2: pensioenen en wachtgelden | 6 133 | 6 789 | 7 053 | 7 053 | 7 053 | 7 053 | 7 053 |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2: Uitgaven ten behoeve van leden en oud-leden Tweede Kamer | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001 | 286 | 286 | 286 | 286 | 286 | ||
Stand ontwerp-begroting 2002 | 406 | 286 | 286 | 286 | 286 | 286 | 286 |
3. Wetgeving en controle Tweede Kamer
Opbouw (verplichtingen =) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
3: Wetgeving en controle Tweede Kamer | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001: | 52 335 | 51 778 | 51 575 | 51 528 | 51 540 | ||
3.1: apparaat | 33 749 | 33 193 | 33 287 | 33 305 | 33 317 | ||
3.2: onderzoeksbudget | 461 | 461 | 461 | 461 | 461 | ||
3.3: drukwerk | 3 057 | 3 056 | 2 760 | 2 695 | 2 695 | ||
3.4: fractiekosten | 14 688 | 14 688 | 14 687 | 14 687 | 14 687 | ||
3.5: uitzending leden | 380 | 380 | 380 | 380 | 380 | ||
3.6: enquêtes | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
3.7: garanties | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2001/Nog niet opgenomen in een begrotingstuk vanaf 2002 e.v.: | 4 828 | 7 505 | 4 686 | 4 623 | 4 638 | ||
3.1: apparaat | 4 533 | 6 329 | 3 521 | 3 460 | 3 475 | ||
overboeking van BZK: kinderopvang | 8 | 8 | 8 | 8 | |||
extra fte | 1 396 | 1 396 | 1 396 | 1 396 | |||
p-voorziening/ kinderopvang/ amg/ vervoerplan | 50 | 54 | 32 | 32 | |||
huisvesting | 434 | 176 | 176 | 176 | |||
extern advies | 18 | 27 | 18 | 27 | |||
automatisering | 1 049 | ||||||
automatisering, centraal en restaurant | 272 | 272 | 272 | 272 | |||
databekabeling | 659 | ||||||
vervangingen | 622 | 36 | 5 | 12 | |||
verkiezingen | 272 | ||||||
loonbijstelling tranche 2001 | 1 040 | 1 040 | 1 041 | 1 041 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | 509 | 512 | 512 | 511 | |||
3.2: onderzoeksbudget | 22 | 22 | 22 | 22 | |||
loonbijstelling tranche 2001 | 15 | 15 | 15 | 15 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | 7 | 7 | 7 | 7 | |||
3.3: drukwerk | 116 | 105 | 103 | 103 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | 116 | 105 | 103 | 103 | |||
3.4: fractiekosten | 295 | 1 023 | 1 023 | 1 023 | 1 023 | ||
fractiekosten | 295 | 295 | 295 | 295 | |||
loonbijstelling tranche 2001 | 672 | 672 | 672 | 672 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | 56 | 56 | 56 | 56 | |||
3.5: uitzending leden | 15 | 15 | 15 | 15 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | 15 | 15 | 15 | 15 | |||
Stand ontwerp-begroting 2002: | 54 259 | 57 163 | 59 283 | 56 261 | 56 151 | 56 178 | 56 193 |
3.1: apparaat | 35 272 | 38 282 | 39 522 | 36 808 | 36 765 | 36 792 | 36 807 |
3.2: ondersteunen brandweer | 483 | 461 | 483 | 483 | 483 | 483 | 483 |
3.3: drukwerk | 3 703 | 3 057 | 3 172 | 2 865 | 2 798 | 2 798 | 2 798 |
3.4: fractiekosten | 14 172 | 14 983 | 15 711 | 15 710 | 15 710 | 15 710 | 15 710 |
3.5: uitzending leden | 269 | 380 | 395 | 395 | 395 | 395 | 395 |
3.6: enquêtes | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
3.7: garanties | 360 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
3: Wetgeving en controle Tweede Kamer | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001 | 1 294 | 1 294 | 1 294 | 1 294 | 1 294 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2001/Nog niet opgenomen in een begrotingstuk vanaf 2002 e.v.: | 272 | 272 | 272 | 272 | 272 | ||
Stand ontwerp-begroting 2002 | 2 167 | 1 566 | 1 566 | 1 566 | 1 566 | 1 566 | 1 566 |
4. Wetgeving en controle Eerste en Tweede Kamer
Opbouw (verplichtingen =) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
4: Wetgeving en controle Eerste en Tweede Kamer | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001: | 4 938 | 5 067 | 4 929 | 4 932 | 5 070 | ||
4.1: apparaat stenografische dienst | 3 275 | 3 404 | 3 266 | 3 269 | 3 407 | ||
4.2: apparaat griffie interparlementale betrekkingen | 389 | 389 | 389 | 389 | 389 | ||
4.3: interparlementale betrekkingen | 1 274 | 1 274 | 1 274 | 1 274 | 1 274 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2001/Nog niet opgenomen in een begrotingstuk vanaf 2002 e.v.: | 198 | 192 | 192 | 198 | |||
4.1: apparaat stenografische dienst | 171 | 165 | 165 | 171 | |||
loonbijstelling tranche 2001 | 161 | 160 | 160 | 161 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | 10 | 5 | 5 | 10 | |||
4.2: apparaat griffie interparlementale betrekkingen | 19 | 19 | 19 | 19 | |||
loonbijstelling tranche 2001 | 18 | 19 | 19 | 18 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | 1 | 0 | 0 | 1 | |||
4.3: interparlementale betrekkingen | 8 | 8 | 8 | 8 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | 8 | 8 | 8 | 8 | |||
Stand ontwerp-begroting 2002: | 4 832 | 4 938 | 5 265 | 5 121 | 5 124 | 5 268 | 5 268 |
4.1: apparaat stenografische dienst | 3 294 | 3 275 | 3 575 | 3 431 | 3 434 | 3 578 | 3 578 |
4.2: apparaat griffie interparlementale betrekkingen | 391 | 389 | 408 | 408 | 408 | 408 | 408 |
4.3: interparlementale betrekkingen | 1 147 | 1 274 | 1 282 | 1 282 | 1 282 | 1 282 | 1 282 |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
4: Wetgeving en controle Eerste en Tweede Kamer | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001 | 23 | 23 | 23 | 23 | 23 | ||
Stand ontwerp-begroting 2002 | 29 | 23 | 23 | 23 | 23 | 23 | 23 |
Opbouw (verplichtingen =) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
5: Raad van State | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001: | 42 570 | 42 329 | 42 315 | 42 334 | 42 346 | ||
5.1: advisering | 6 190 | 6 145 | 6 142 | 6 146 | 6 148 | ||
5.2: bestuursrechtspraak | 36 380 | 36 184 | 36 173 | 36 188 | 36 198 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2001/Nog niet opgenomen in een begrotingstuk vanaf 2002 e.v.: | 1 098 | 2 824 | 2 684 | 2 684 | 2 685 | ||
5.1: advisering | 134 | 421 | 395 | 395 | 395 | ||
voorlichting | 56 | 61 | 61 | 61 | |||
vervoerplan | 36 | 36 | 36 | 36 | |||
kinderopvang | 3 | ||||||
kantines | 3 | ||||||
pc privé | 15 | ||||||
overboeking van BZK: trainees | 10 | ||||||
overboeking van BZK: kinderopvang | 1 | 1 | 1 | 1 | |||
loonbijstelling tranche 2001 | 250 | 250 | 250 | 250 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | 47 | 47 | 47 | 47 | |||
5.2: bestuursrechtspraak | 964 | 2 403 | 2 289 | 2 289 | 2 290 | ||
voorlichting | 319 | 348 | 348 | 348 | |||
vervoerplan | 204 | 204 | 204 | 204 | |||
kinderopvang | 14 | ||||||
kantines | 13 | ||||||
pc privé | 76 | ||||||
overboeking van BZK: trainees | 40 | ||||||
overboeking van BZK: kinderopvang | 6 | 6 | 6 | 6 | |||
loonbijstelling tranche 2001 | 1 399 | 1 399 | 1 399 | 1 400 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | 332 | 332 | 332 | 332 | |||
Stand ontwerp-begroting 2002: | 30 412 | 43 668 | 45 153 | 44 999 | 45 018 | 45 031 | 45 031 |
5.1: advisering | 4 645 | 6 324 | 6 566 | 6 537 | 6 541 | 6 543 | 6 543 |
5.2: bestuursrechtspraak | 25 767 | 37 344 | 38 587 | 38 462 | 38 477 | 38 488 | 38 488 |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
5: Raad van State | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001 | 1 957 | 1 921 | 1 921 | 1 921 | 1 921 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2001/Nog niet opgenomen in een begrotingstuk vanaf 2002 e.v.: | 61 | 124 | |||||
overboeking met artikel 5.1/5.2 kinderopvang | 17 | ||||||
overboeking met artikel 5.1/5.2 kantines | 16 | ||||||
overboeking met artikel 5.1/5.2 pc privé | 91 | ||||||
Stand ontwerp-begroting 2002 | 1 389 | 2 018 | 2 045 | 1 921 | 1 921 | 1 921 | 1 921 |
Opbouw (verplichtingen =) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
6: Algemene Rekenkamer | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001: | 22 143 | 21 606 | 21 633 | 21 647 | 21 657 | ||
6.1: recht- en doelmatigheidsbevordering bij het Rijk en verbonden organisaties en institutionele programma's | 22 143 | 21 606 | 21 633 | 21 647 | 21 657 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2001/Nog niet opgenomen in een begrotingstuk vanaf 2002 e.v.: | 309 | 1 732 | 1 732 | 1 733 | 1 734 | ||
6.1: recht- en doelmatigheidsbevordering bij het Rijk en verbonden organisaties en institutionele programma's | 309 | 1 732 | 1 732 | 1 733 | 1 734 | ||
materieel | 681 | 681 | 681 | 681 | |||
overboeking van BZK: kinderopvang | 6 | 6 | 6 | 6 | |||
loonbijstelling tranche 2001 | 877 | 876 | 877 | 878 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | 168 | 169 | 169 | 169 | |||
Stand ontwerp-begroting 2002: | 22 049 | 22 452 | 23 338 | 23 365 | 23 380 | 23 391 | 23 391 |
6.1: recht- en doelmatigheidsbevordering bij het Rijk en verbonden organisaties en institutionele programma's | 22 049 | 22 452 | 23 338 | 23 365 | 23 380 | 23 391 | 23 391 |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
6: Algemene Rekenkamer | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001 | 417 | 417 | 417 | 417 | 417 | ||
Stand ontwerp-begroting 2002 | 642 | 417 | 417 | 417 | 417 | 417 | 417 |
Opbouw (verplichtingen =) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
7: De Nationale ombudsman | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001: | 6 388 | 5 543 | 5 372 | 5 376 | 5 378 | ||
7.1: reguliere klachten | 6 030 | 5 185 | 5 014 | 5 018 | 5 020 | ||
7.2: klachten van lagere overheden | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
7.3: onderzoek | 48 | 48 | 48 | 48 | 48 | ||
7.4: communicatie | 272 | 272 | 272 | 272 | 272 | ||
7.5: internationale contacten | 38 | 38 | 38 | 38 | 38 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2001/Nog niet opgenomen in een begrotingstuk vanaf 2002 e.v.: | 1 034 | 1 430 | 1 234 | 826 | 826 | ||
7.1: reguliere klachten | 974 | 1 006 | 809 | 809 | 809 | ||
vervoerplan | 45 | 45 | 45 | 45 | |||
huisvesting | 14 | 14 | 14 | 14 | |||
formatieuitbreiding 8fte | 504 | 504 | 504 | 504 | |||
voorlopige uitbreiding 3fte | 189 | ||||||
overboeking van BZK: kinderopvang | 2 | 2 | 2 | 2 | |||
loonbijstelling tranche 2001 | 209 | 209 | 209 | 209 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | 43 | 35 | 35 | 35 | |||
7.3: onderzoek | 8 | 2 | 2 | 2 | 2 | ||
loonbijstelling tranche 2001 | 2 | 2 | 2 | 2 | |||
7.4: communicatie | 47 | 420 | 421 | 13 | 13 | ||
voorlichting | 408 | 408 | |||||
loonbijstelling tranche 2001 | 10 | 11 | 11 | 11 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | 2 | 2 | 2 | 2 | |||
7.5: internationale contacten | 5 | 2 | 2 | 2 | 2 | ||
loonbijstelling tranche 2001 | 2 | 2 | 2 | 2 | |||
Stand ontwerp-begroting 2002: | 7 816 | 7 422 | 6 973 | 6 606 | 6 202 | 6 204 | 6 204 |
7.1: reguliere klachten | 7 372 | 7 004 | 6 191 | 5 823 | 5 827 | 5 829 | 5 829 |
7.2: klachten van lagere overheden | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
7.3: onderzoek | 59 | 56 | 50 | 50 | 50 | 50 | 50 |
7.4: communicatie | 341 | 319 | 692 | 693 | 285 | 285 | 285 |
7.5: internationale contacten | 44 | 43 | 40 | 40 | 40 | 40 | 40 |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
7: De Nationale ombudsman | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001 | 39 | 39 | 39 | 39 | 39 | ||
Stand ontwerp-begroting 2002 | 81 | 39 | 39 | 39 | 39 | 39 | 39 |
8. Kanselarij der Nederlandse Orden
Opbouw (verplichtingen =) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
8: Kanselarij der Nederlandse Orden | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001: | 2 818 | 2 779 | 2 779 | 2 780 | 2 781 | ||
8.1: apparaat | 1 453 | 1 451 | 1 450 | 1 451 | 1 452 | ||
8.2: decoraties | 1 360 | 1 323 | 1 324 | 1 324 | 1 324 | ||
8.3: riddertoelagen | 5 | 5 | 5 | 5 | 5 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2001/Nog niet opgenomen in een begrotingstuk vanaf 2002 e.v.: | 41 | 120 | 120 | 120 | 120 | ||
8.1: apparaat | 194 | 70 | 70 | 70 | 70 | ||
loonbijstelling tranche 2001 | 59 | 59 | 59 | 59 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | 11 | 11 | 11 | 11 | |||
8.2: decoraties | – 153 | 50 | 50 | 50 | 50 | ||
prijsbijstelling tranche 2001 | 50 | 50 | 50 | 50 | |||
Stand ontwerp-begroting 2002: | 2 669 | 2 859 | 2 899 | 2 899 | 2 900 | 2 901 | 2 901 |
8.1: apparaat | 1 889 | 1 647 | 1 521 | 1 520 | 1 521 | 1 522 | 1 522 |
8.2: decoraties | 776 | 1 207 | 1 373 | 1 374 | 1 374 | 1 374 | 1 374 |
8.3: riddertoelagen | 4 | 5 | 5 | 5 | 5 | 5 | 5 |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
8: Kanselarij der Nederlandse Orden | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001 | 29 | 29 | 29 | 29 | 29 | ||
Stand ontwerp-begroting 2002 | 61 | 29 | 29 | 29 | 29 | 29 | 29 |
Opbouw (verplichtingen =) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
9: Kabinet der Koningin | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001: | 1 950 | 1 947 | 1 946 | 1 947 | 1 949 | ||
9.1: apparaat | 1 950 | 1 947 | 1 946 | 1 947 | 1 949 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2001/Nog niet opgenomen in een begrotingstuk vanaf 2002 e.v.: | 26 | 94 | 94 | 94 | 94 | ||
9.1: apparaat | 26 | 94 | 94 | 94 | 94 | ||
loonbijstelling tranche 2001 | 78 | 78 | 78 | 78 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | 16 | 16 | 16 | 16 | |||
Stand ontwerp-begroting 2002 | 1 912 | 1 976 | 2 041 | 2 040 | 2 041 | 2 043 | 2 043 |
9.1: apparaat | 1 912 | 1 976 | 2 041 | 2 040 | 2 041 | 2 043 | 2 043 |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
9: Kabinet der Koningin | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Stand ontwerp-begroting 2002 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
10. Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen
Opbouw (verplichtingen =) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
10: Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001: | 1 702 | 1 729 | 1 712 | 1 706 | 1 686 | ||
10.1: apparaat | 1 702 | 1 729 | 1 712 | 1 706 | 1 686 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2001/Nog niet opgenomen in een begrotingstuk vanaf 2002 e.v.: | 335 | 395 | 394 | 394 | 393 | ||
10.1: apparaat | 335 | 395 | 394 | 394 | 393 | ||
koersverschillen | 273 | 273 | 273 | 273 | |||
wedde gouverneur | 41 | 41 | 41 | 41 | |||
loonbijstelling tranche 2001 | 58 | 58 | 58 | 58 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | 23 | 22 | 22 | 21 | |||
Stand ontwerp-begroting 2002: | 1 819 | 2 037 | 2 124 | 2 106 | 2 100 | 2 079 | 2 097 |
10.1: apparaat | 1 819 | 2 037 | 2 124 | 2 106 | 2 100 | 2 079 | 2 097 |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
10: Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Stand ontwerp-begroting 2002 | 44 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
11. Kabinet van de Gouverneur van Aruba
Opbouw (verplichtingen =) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
11: Kabinet van de Gouverneur van Aruba | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001: | 877 | 835 | 893 | 851 | 871 | ||
11.1: apparaat | 877 | 835 | 893 | 851 | 871 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2001/Nog niet opgenomen in een begrotingstuk vanaf 2002 e.v.: | 152 | 179 | 183 | 180 | 181 | ||
11.1: apparaat | 152 | 179 | 183 | 180 | 181 | ||
koersverschillen | 140 | 140 | 140 | 140 | |||
loonbijstelling tranche 2001 | 29 | 31 | 29 | 31 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | 10 | 12 | 11 | 10 | |||
Stand ontwerp-begroting 2002: | 1 057 | 1 029 | 1 014 | 1 076 | 1 031 | 1 052 | 1 052 |
11.1: apparaat | 1 057 | 1 029 | 1 014 | 1 076 | 1 031 | 1 052 | 1 052 |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
11: Kabinet van de Gouverneur van Aruba | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Stand ontwerp-begroting 2002 | 28 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Opbouw (verplichtingen =) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
12: Nominaal en onvoorzien | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001: | – 319 | – 753 | 1 220 | – 1 764 | – 1 765 | ||
12.1: loonbijstelling | 1 105 | 396 | 396 | 396 | 396 | ||
12.2: prijsbijstelling | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
12.3: onvoorzien | 10 | 10 | 10 | 10 | 10 | ||
12.4: waarde-overdracht en waarde-overname | 1 009 | 2 019 | 3 991 | 1 009 | 1 009 | ||
12.5: taakstellingen (TK) | – 2 443 | – 3 178 | – 3 177 | – 3 179 | – 3 180 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2001/Nog niet opgenomen in een begrotingstuk vanaf 2002 e.v.: | 7 301 | – 253 | – 139 | – 294 | – 294 | ||
12.1: loonbijstelling | 5 069 | – 271 | – 266 | – 258 | – 257 | ||
toekenning VBTB-gelden (*) | 16 | 16 | 16 | ||||
loonbijstelling tranche 2001 | 5 797 | 5 894 | 5 741 | 5 745 | |||
loonbijstelling tranche 2001 | – 6 068 | – 6 176 | – 6 015 | – 6 018 | |||
12.2: prijsbijstelling (afrondingsverschil) | 1 473 | – 1 | 0 | 0 | – 1 | ||
prijsbijstelling tranche 2001 | 1 341 | 1 325 | 1 322 | 1 325 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | 80 | 77 | 77 | 78 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | – 1 422 | – 1 402 | – 1 399 | – 1 404 | |||
12.3: onvoorzien | 759 | 52 | 52 | 52 | 52 | ||
kosten betalingsverkeer | 50 | 50 | 50 | 50 | |||
overboeking van BZK: kinderopvang | 2 | 2 | 2 | 2 | |||
12.4: waarde-overdracht en waarde-overname | 110 | 218 | 55 | 55 | |||
loonbijstelling tranche 2001 | 110 | 218 | 55 | 55 | |||
12.5: taakstellingen (TK) | – 143 | – 143 | – 143 | – 143 | |||
loonbijstelling tranche 2001 | – 89 | – 89 | – 89 | – 89 | |||
prijsbijstelling tranche 2001 | – 54 | – 54 | – 54 | – 54 | |||
Stand ontwerp-begroting 2002: | 157 | 6 982 | – 1 006 | 1 081 | – 2 058 | – 2 059 | – 1 010 |
12.1: loonbijstelling | 0 | 6 174 | 125 | 130 | 138 | 139 | 123 |
12.2: prijsbijstelling | 0 | 1 473 | – 1 | 0 | 0 | – 1 | – 1 |
12.3: onvoorzien | 157 | 769 | 62 | 62 | 62 | 62 | 62 |
12.4: waarde-overdracht en waarde-overname | 0 | 1 009 | 2 129 | 4 209 | 1 064 | 1 064 | 2 129 |
12.5: taakstellingen (TK) | 0 | – 2 443 | – 3 321 | – 3 320 | – 3 322 | – 3 323 | – 3 323 |
(*) Dit betreft extra middelen vanuit de aanvullende post VBTB
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
12: Nominaal en onvoorzien | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 |
Stand ontwerp-begroting 2001 | 12 | 12 | 12 | 12 | 12 | ||
Stand ontwerp-begroting 2002 | 12 | 12 | 12 | 12 | 12 | 12 |
Opbouw (verplichtingen =) uitgaven (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | |
Stand ontwerp-begroting 2001 | 163 978 | 160 830 | 162 343 | 159 308 | 159 485 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2001/Nog niet opgenomen in een begrotingstuk vanaf 2002 e.v. | 15 318 | 15 549 | 12 505 | 11 877 | 11 900 | ||
Stand ontwerp-begroting 2002 | 154 100 | 179 296 | 176 379 | 174 848 | 171 185 | 171 385 | 172 467 |
Opbouw ontvangsten (in € 1 000) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | |
Stand ontwerp-begroting 2001 | 4 120 | 4 084 | 4 084 | 4 084 | 4 084 | ||
Mutaties 1e suppletore begroting 2001/Nog niet opgenomen in een begrotingstuk vanaf 2002 e.v. | 333 | 396 | 272 | 272 | 272 | 272 | |
Stand ontwerp-begroting 2002 | 4 935 | 4 453 | 4 480 | 4 356 | 4 356 | 4 356 | 4 356 |
Samenvattend overzicht personeelssterkte | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
werkelijke bezetting | begrotingssterkte (FTE's) | |||||
30-6-01 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | |
Eerste Kamer der Staten-Generaal | 37,1 | 43,0 | 43,0 | 43,0 | 43,0 | 43,0 |
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 431,3 | 479,4 | 479,4 | 479,4 | 479,4 | 479,4 |
Staten-Generaal Algemeen | 62,6 | 66,3 | 66,3 | 66,3 | 66,3 | 66,3 |
Raad van State | 507,7 | 640,0 | 640,0 | 640,0 | 640,0 | 640,0 |
Algemene Rekenkamer | 312,8 | 321,0 | 321,0 | 321,0 | 321,0 | 321,0 |
Nationale ombudsman | 103,3 | 96,0 | 93,0 | 93,0 | 93,0 | 93,0 |
Kanselarij der Nederlandse Orden en Kapittel voor de civiele orden | 18,2 | 22,0 | 22,0 | 22,0 | 22,0 | 22,0 |
Kabinet der Koningin | 21,5 | 28,0 | 28,0 | 28,0 | 28,0 | 28,0 |
Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen | 10,0 | 12,0 | 12,0 | 12,0 | 12,0 | 12,0 |
Kabinet van de Gouverneur van Aruba | 7,0 | 7,0 | 7,0 | 7,0 | 7,0 | 7,0 |
Totaal | 1 511,5 | 1 714,7 | 1 711,7 | 1 711,7 | 1 711,7 | 1 711,7 |
WORDT Uitgaven | WAS Uitgaven | ||||
---|---|---|---|---|---|
Art.nr. | Beleidsartikelen | Operationele doelen | Artikelen | ||
1 | Wetgeving en controle Eerste Kamer | 1 | Apparaat | U 02.02 | Eerste Kamer der Staten-Generaal Personeel en Materieel |
2 | Vergoedingen Voorzitter en leden Eerste Kamer | U 02.01 | Eerste Kamer der Staten-Generaal Vergoedingen leden Eerste Kamer | ||
3 | Verenigde Vergadering | U 02.02 | Eerste Kamer der Staten-Generaal Personeel en Materieel | ||
2 | Uitgaven tbv leden en oud-leden Tweede Kamer | 1 | Schadeloosstelling | U 03.01 | Tweede Kamer der Staten-Generaal Schadeloosstelling en vergoeding van de reiskosten en overige kosten van de leden van de Tweede Kamer,benevens toelage aan de Voorzitter,de Ondervoorzitters en de Fractie- voorzitters |
2 | Pensioenen en wachtgelden | U 03.03 | Tweede Kamer der Staten-Generaal Pensioenen en uitkeringen aan de oud-leden en nabestaanden van de oud-leden van de Tweede Kamer | ||
3 | Wetgeving en controle Tweede Kamer | 1 | Apparaat | U 03.04 | Tweede Kamer der Staten-Generaal Personeel en Materieel |
2 | Onderzoeksbudget | U 03.04 | Tweede Kamer der Staten-Generaal Personeel en Materieel | ||
3 | Drukwerk | U 03.07 | Tweede Kamer der Staten-Generaal Drukwerk kamerstukken | ||
4 | Fractiekosten | U 03.08 | Tweede Kamer der Staten-Generaal Tegemoetkoming in de kosten van de fracties | ||
5 | Uitzending leden | U 03.13 | Tweede Kamer der Staten-Generaal Uitzending van leden en begeleidende ambtenaren van de Tweede Kamer naar het buitenland | ||
6 | Enquêtes | U 03.16 | Tweede Kamer der Staten-Generaal Parlementaire enquêtes | ||
7 | Garanties | U 03.17 | Tweede Kamer der Staten-Generaal Garanties | ||
4 | Wetgeving en controle Eerste en Tweede Kamer | 1 | Apparaat Stenografische dienst | U 04.02 | Staten-Generaal Algemeen Personeel en Materieel van de Stenografische dienst en de Griffie interparlementaire betrekkingen |
2 | Apparaat Griffie interparlementaire betrekkingen | U 04.02 | Staten-Generaal Algemeen Personeel en Materieel van de Stenografische dienst en de Griffie interparlementaire betrekkingen | ||
3 | Interparlementaire betrekkingen | U 04.12 | Staten-Generaal Algemeen Interparlementaire betrekkingen | ||
5 | Raad van State | 1 | Advisering | U 05.01 | Raad van State Personeel Vice-President en Leden |
U 05.02 | Raad van State Personeel en materieel | ||||
2 | Bestuursrechtspraak | U 05.01 | Raad van State Personeel Vice-President en Leden | ||
U 05.02 | Raad van State Personeel en materieel | ||||
6 | Algemene Rekenkamer | 1 | Recht- en doelmatigheidsbevordering bij het Rijk en verbonden | U 06.01 | Algemene Rekenkamer Personeel President en Leden |
organisaties en institutionele programma's | U 06.02 | Algemene Rekenkamer Personeel en materieel | |||
7 | De Nationale ombudsman | 1 | Reguliere klachten | U 07.01 | Nationale ombudsman Personeel Nationale ombudsman en Substituut |
U 07.02 | Nationale ombudsman Uitkeringen en pensioenen aan gewezen Nationale ombudsman en Substituut | ||||
U 07.03 | Nationale ombudsman Personeel en materieel | ||||
2 | Klachten van lagere overheden | U 07.01 | Nationale ombudsman Personeel Nationale ombudsman en Substituut | ||
U 07.03 | Nationale ombudsman Personeel en materieel | ||||
3 | Onderzoek | U 07.01 | Nationale ombudsman Personeel Nationale ombudsman en Substituut | ||
U 07.03 | Nationale ombudsman Personeel en materieel | ||||
4 | Communicatie | U 07.03 | Nationale ombudsman Personeel en materieel | ||
5 | Internationele contacten | U 07.01 | Nationale ombudsman Personeel Nationale ombudsman en Substituut | ||
U 07.03 | Nationale ombudsman Personeel en materieel | ||||
8 | Kanselarij der Nederlandse Orden | 1 | Apparaat | U 08.01 | Kanselarij der Nederlandse Orden en Kapittel voor de civiele orden Personeel en materieel |
2 | Decoraties | U 08.03 | Kanselarij der Nederlandse Orden en Kapittel voor de civiele orden Aankoop en herstellingen van decoraties | ||
3 | Riddertoelagen | U 08.04 | Kanselarij der Nederlandse Orden en Kapittel voor de civiele orden Toelagen aan Ridders en weduwen van Ridders der Militaire Willems-orde | ||
9 | Kabinet der Koningin | 1 | Apparaat | U 09.01 | Kabinet der Koningin Personeel en materieel |
10 | Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen | 1 | Apparaat | U 10.01 | Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen |
U 10.02 | Personeel en materieel Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen Uitkeringen en pensioenen aan gewezen Gouverneurs van de Nederlandse Antillen | ||||
11 | Kabinet van de Gouverneur van Aruba | 1 | Apparaat | U 11.01 | Kabinet van de Gouverneur van Aruba |
U 11.02 | Personeel en materieel Kabinet van de Gouverneur van Aruba Uitkeringen en pensioenen aan gewezen Gouverneurs van Aruba | ||||
12 | Nominaal en onvoorzien | 1 | Loonbijstelling | U 01.01 | Algemeen Loonbijstelling |
2 | Prijsbijstelling | U 01.02 | Algemeen Prijsbijstelling | ||
3 | Onvoorzien | U 01.03 | Algemeen Onvoorzien | ||
4 | Waarde-overdracht en waarde-overname | U 01.08 | Algemeen Waarde-overdracht en Waarde-overname | ||
5 | Taakstellingen | U 01.09 | Algemeen Taakstellingen |
WORDT Ontvangsten | WAS Ontvangsten | ||
Art.nr. | Beleidsartikelen | Artikelen | |
1 | Wetgeving en controle Eerste Kamer | O02.01 | Eerste Kamer der Staten-Generaal |
2 | Uitgaven ten behoeve van leden en oud-leden Tweede Kamer | O03.01 | Tweede Kamer der Staten-GeneraalInhoudingen voor pensioenen van de leden van de Tweede Kamer of hun betrekkingen |
3 | Wetgeving en controle Tweede Kamer | O03.02 | Tweede Kamer der Staten-GeneraalOmzet restaurant |
O03.03 | Tweede Kamer der Staten-GeneraalDiverse ontvangsten | ||
4 | Wetgeving en controle Eerste en Tweede Kamer | O04.01 | Staten-Generaal AlgemeenDiverse ontvangsten |
5 | Raad van State | O05.01 | Raad van StateDiverse ontvangsten |
6 | Algemene Rekenkamer | O06.01 | Algemene RekenkamerDiverse ontvangsten |
7 | De Nationale ombudsman | O07.01 | Nationale ombudsmanDiverse ontvangsten |
8 | Kanselarij der Nederlandse Orden | O08.01 | Kanselarij der Nederlandse Orden en het Kapittel voor de civiele ordenDiverse ontvangsten |
9 | Kabinet der Koningin | O09.01 | Kabinet der KoninginDiverse ontvangsten |
10 | Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen | O10.01 | Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse AntillenDiverse ontvangsten |
11 | Kabinet van de Gouverneur van Aruba | O11.01 | Kabinet van de Gouverneur van ArubaDiverse ontvangsten |
12 | Nominaal en onvoorzien | O01.01 | Algemeen Inhoudingen op salaris voor dienstverlening |
O01.02 | Algemeen Bijdragen van belanghebbenden voor inkoop van diensttijd voor pensioen | ||
O01.03 | AlgemeenDiverse ontvangsten |