A. Artikelsgewijze toelichting bij het begrotingswetsvoorstel
De begrotingsstaten die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om de begroting van de hoge colleges van staat, het kabinet der Koningin, het kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen en het kabinet van de Gouverneur van Aruba (II) voor het jaar 2004 vast te stellen.
De begroting van de hoge colleges van staat, het kabinet der Koningin, het kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen en het kabinet van de Gouverneur van Aruba is met ingang van het jaar 2004 gesplitst in een deel IIA en een deel IIB. Deel A bevat het onderdeel Staten-Generaal en deel B bevat de andere hoge colleges van staat, het kabinet der Koningin, het kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen en het kabinet van de Gouverneur van Aruba. De splitsing is tot stand gekomen naar aanleiding van het verzoek van de Staten-Generaal om de bijzondere positie van de Staten-Generaal zichtbaar te maken in de begroting.
Alle voor dit jaar vastgestelde begrotingswetten tezamen vormen de Rijksbegroting voor het jaar 2004. Een toelichting bij de Rijksbegroting als geheel is opgenomen in de Miljoenennota 2004.
Met de vaststelling van deze wetsartikelen worden de uitgaven, verplichtingen en de ontvangsten voor het jaar 2004 vastgesteld. De in de begroting opgenomen begrotingsartikelen worden in de zogenaamde begrotingstoelichting toegelicht. De begrotingstoelichting bij deze begroting is in twee delen gesplitst. Deel A heeft uitsluitend betrekking op de Eerste en de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Deel B heeft betrekking op de overige hoge colleges van staat en de andere organen die in begroting II zijn opgenomen, in casu het kabinet der Koningin, het kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen en het kabinet van de Gouverneur van Aruba.
Omdat de begroting in de vorm van drie boekwerkjes wordt gepubliceerd (het wetsvoorstel, de begrotingstoelichting bij de begroting van de Staten-Generaal en de begrotingstoelichting bij de begroting van de overige hoge colleges en kabinetten), worden de begrotingsstaten als service voor de lezer ook opgenomen in de begrotingstoelichtingen. Bij een eventueel verschil zijn de begrotingsstaten, opgenomen bij het wetvoorstel, als de definitief vastgestelde begrotingsstaten te beschouwen, zodra de wet in het Staatsblad is gepubliceerd.
Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van het bepaalde in artikel 25a, derde lid, onder b, van de Wet op de Raad van State.