A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikel 1 (uitgaven/verplichtingen en ontvangsten)
De begrotingsstaten die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om de begrotingsstaat van het provinciefonds voor het jaar 2008 te wijzigen.
Het in die begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikel wordt in onderdeel B van deze memorie toegelicht.
Wetsartikel 3 (verplichtingenbedrag als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Fvw)
Ingevolge artikel 5, eerste lid van de Financiële-verhoudingswet wordt in dit wetsartikel het bedrag vermeld dat als verplichting geldt voor het totaal van de algemene uitkeringen.
De staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
A. Th. B. Bijleveld-Schouten
De minister van Financiën,
W. J. Bos
Onderdeel uitgaven, verplichtingen en ontvangsten
In onderstaande tabel wordt een nadere uitsplitsing gegeven van de totstandkoming van het uitgavenbedrag van het provinciefonds. Ten opzichte van de tweede suppletore begroting 2008 is het uitgavenbedrag in totaal niet veranderd. De standen van het uitgavenbedrag bij de oorspronkelijke begroting 2008 tot en met het uitgavenbedrag slotwet begroting 2008 worden in onderstaande tabel weergegeven.
Tabel 1: Totstandkoming uitgavenbedrag provinciefonds (x € 1000)
Stand uitgavenbedrag vastgestelde begroting 2008 | 1 210 390 | |
Stand uitgavenbedrag 1e suppletore begroting 2008 | 1 205 708 | |
Stand uitgavenbedrag 2e suppletore begroting 2008 | 1 205 098 | |
Voorgestelde mutaties bij slotwet 2008 | ||
1. Wijziging betalingsverloop algemene uitkering 2008 | 1 | |
2. Wijziging betalingsverloop integratie-uitkeringen 2008 | – 1 | |
Totaal mutaties bij slotwet | 0 | |
Stand uitgavenbedrag slotwet begroting 2008 | 1 205 098 | |
Waarvan uitgavenbedrag algemene uitkeringen c.a. | 1 152 787 | |
Waarvan uitgavenbedrag integratie-uitkeringen | 52 311 |
1. Wijziging betalingsverloop algemene uitkering 2008
Bij Voorlopige Rekening is vastgesteld hoe de in 2008 gerealiseerde uitbetalingen aan de provincies zich verhouden tot het bedrag dat bij 2 de suppletore begroting 2008 voor de uitbetalingen is geraamd. Daarbij is gebleken dat er meer uitbetalingen zijn gedaan dan in Najaarsnota 2008 werd voorzien. Het gaat hierbij om een bedrag van € 1 000. Dit onderdeel zal bij Voorjaarsnota 2009 neerwaarts worden bijgesteld. Deze mutatie in de uitgaven bij Voorjaarsnota 2009 heeft dus nog betrekking op het begrotingsjaar 2008.
2. Wijziging betalingsverloop integratie-uitkeringen 2008
Gebleken is dat er lagere uitbetalingen zijn gedaan dan bij Najaarsnota 2008 werd verwacht. Dit onderdeel zal bij Voorjaarsnota 2009 opwaarts worden bijgesteld. Deze mutatie in de uitgaven bij Voorjaarsnota 2009 heeft dus nog betrekking op nabetalingen van het begrotingsjaar 2008.
In de volgende tabel wordt ter toelichting een nadere uitsplitsing gegeven van de totstandkoming van het verplichtingenbedrag van het provinciefonds.
Ten opzichte van de tweede suppletore begroting 2008 is het verplichtingenbedrag van het provinciefonds verlaagd. De in de tabel weergegeven mutatie wordt onder de tabel nader verklaard.
Tabel 1: Totstandkoming verplichtingenbedrag provinciefonds (x € 1 000)
Stand verplichtingenbedrag vastgestelde begroting 2008 | 1 220 390 | |
Stand verplichtingenbedrag 1e suppletore begroting 2008 | 1 223 860 | |
Stand verplichtingenbedrag 2e suppletore begroting 2008 | 1 223 250 | |
Voorgestelde mutaties bij slotwet 2008 | ||
1. Verwerking nacalculatie accressen 2008 | – 10 713 | |
Totaal mutaties bij slotwet | – 10 713 | |
Stand verplichtingenbedrag slotwet begroting 2008 | 1 212 537 | |
Waarvan verplichtingenbedrag algemene uitkeringen c.a. | 1 160 225 | |
Waarvan verplichtingenbedrag integratie-uitkeringen | 52 312 |
1. Verwerking nacalculatie accressen
De verlaging van het verplichtingenbedrag is het gevolg van de nacalculatie van het accres 2008. Op grond van de uitkomst van de netto gecorrigeerde Rijksuitgaven bij Voorlopige Rekening 2008 is het definitieve accres berekend en wordt met € 10 713 000 lager vastgesteld. Deze verlaging wordt bewerkstelligd door over 2008 dit bedrag op de verplichtingen in mindering te brengen, en in 2009 het restant van de behoedzaamheids reserve van € 7 439 000 te verrekenen bij voorjaarsnota.
Dit heeft tot gevolg dat in 2009 een bedrag van € 7 439 000 (€ 18 152 000–€ 10 713 000) zal worden uitgekeerd in verband met de bovengenoemde nacalculatie van het accres 2008.
Artikel 4, eerste lid van de Financiële-verhoudingswet regelt dat bij (begrotings)wet voor ieder uitkeringsjaar een bedrag aan middelen van het Rijk wordt afgezonderd ten behoeve van het provinciefonds. Het tweede lid van genoemd artikel bepaalt dat het bedrag dat ten behoeve van het provinciefonds wordt afgezonderd gelijk is aan de uitgaven van het provinciefonds. De ontvangsten komen hiermee op € 1 205 098 000.