De mutaties in deze suppletoire begroting bestaan uit herschikkingen binnen de begrotingsuitgaven of binnen de premie-uitgaven, uit overboekingen van en naar andere begrotingshoofdstukken, uit financieringsverschuivingen tussen premiemiddelen en begrotingsmiddelen en uit middelen die generaal aan de VWS-begroting zijn toegevoegd, dan wel middelen die generaal vrijvallen. De gepresenteerde cijfers sluiten aan bij de Voorjaarsnota 2021, die de Minister van Financiën aan de Tweede Kamer aanbiedt.
Om de leesbaarheid van de toelichting op de beleidsartikelen te bevorderen zijn de volgende uitgangspunten toegepast:
1. Naast de beleidsmatig relevante mutaties worden de mutaties toegelicht als het hiermee gepaard gaande bedrag voor de uitgaven en ontvangsten op de instrumenten binnen een subartikelonderdeel hoger is dan € 2,5 miljoen. Bedragen onder deze norm worden toegelicht indien politiek relevant.
2. Voor wat betreft de verplichtingenmutaties wordt per artikel enkel het saldo weergegeven.
3. Er is in deze suppletoire begroting de begrotingsstaat opgenomen van één van de agentschappen, namelijk van het RIVM.
Zoals gebruikelijk is maakt ook het Financieel Beeld Zorg (FBZ) onderdeel uit van deze suppletoire begroting.