Base description which applies to whole site

2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties

In dit wetsvoorstel is een aantal begrotingswijzigingen opgenomen die per saldo leiden tot een verhoging van de geraamde uitgaven op de begroting voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) met EUR 213 miljoen en een verhoging van de geraamde ontvangsten met EUR 11,9 miljoen. De belangrijkste uitgavenmutaties bij eerste suppletoire begroting worden in onderstaande tabel weergegeven en toegelicht. De uitgebreide toelichtingen zijn per beleidsartikel opgenomen in hoofdstuk 3.

Tabel 2 Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2024 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
 

Artikelnummer

Uitgaven 2024

Vastgestelde begroting 2024

 

3 719 718

Belangrijkste suppletoire mutaties

  

1) Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie

1.2

6 196

2) Klimaat

2.3

31 000

3) Maatschappelijk middenveld

3.3

20 000

4) Humanitaire hulp

4.1

44 000

5) Overig armoedebeleid

5.2

163 324

6) Overige mutaties

div.

‒ 51 502

Stand 1e suppletoire begroting 2024

 

3 932 736

Toelichting

1) In de eerste suppletoire begroting 2024 worden de uitgaven op artikel 1.2 Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie verhoogd. De verhoging komt door een structurele verhoging van de RVO-bijdrage noodzakelijk vanwege loon- en prijsbijstelling en additionele bouwkosten voor de Osaka Expo.

2) Vanuit het verdeelartikel wordt EUR 34 miljoen beschikbaar gesteld ten behoeve van het doorlenen van trekkingsrechten aan het Resilience and Sustainability Trust van het IMF.

3) De extra toestroom van asielzoekers uit DAC-landen heeft in 2023 tot een herschikking binnen het ODA-budget geleid. Dit betekent een totale ombuiging van EUR 3,5 miljard in de periode 2023 t/m 2026 op de BHOS-begroting. Om het imago van Nederland als betrouwbare partner in ontwikkelingssamenwerking niet te schaden, was het uitgangspunt bij de verwerking van de ombuigingen dat lopende contracten niet zouden worden opengebroken. Er wordt nu bijgestuurd op het uitgavenbudget in 2024 en 2025 ter voorkoming dat contracten met partnerorganisaties onder het VMM-subsidiekader Power of Voices alsnog zouden moeten worden open gebroken na het initieel verwerken van de ODA-ombuigingen uit 2023 en verder.

4) Het uitgavenbudget voor 2024 op artikelonderdeel 4.1 neemt toe. In verband met groeiende crises wereldwijd (in o.a. Gaza en Soedan) wordt vanuit het verdeelartikel 5.4 EUR 49 miljoen overgeheveld naar het instrument Noodhulp bijdragen op artikel 4.1 ten behoeve van humanitaire hulpverlening bij acute crises. Dit bedrag wordt o.a. ingezet voor een aanvullende bijdrage voor 2024 aan het Central Emergency Response Fund (CERF) van de Verenigde Naties (VN) (EUR 10 miljoen), waarmee VN-organisaties snel kunnen inspringen op acute noden (in 2023 o.a. in Gaza, Soedan en Libië). Daarnaast wordt EUR 5 miljoen ingezet voor een bijdrage voor de VN-gezant voor wederopbouw voor Gaza, door een overheveling naar het Stabiliteitsfonds op de begroting van Buitenlandse Zaken (artikel 2.4).

5) Ten aanzien van artikelonderdeel 5.2 neemt het budget toe. Dit komt door een reservering van EUR 20 miljoen die bedoeld is voor de wederopbouw in Gaza. Bij besteding van deze reservering wordt bepaald waar in de begroting dit budget nodig is en zal waar nodig over artikelen worden overgeheveld. Daarnaast heeft het kabinet voor de jaren 2024 en 2025 additionele middelen voor niet-militaire steun aan Oekraïne beschikbaar gesteld. Deze middelen staan op artikelonderdeel 5.2. Waar nodig wordt het budget op een later moment nog naar artikel (onderdeel) overgeheveld.

Tabel 3 Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2024 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
 

Artikelnummer

Uitgaven 2024

Vastgestelde begroting 2024

 

57 815

Belangrijkste suppletoire mutaties

  

1) Teruggave Europese Investeringsbank

5.21

11 991

Stand 1e suppletoire begroting 2024

 

69 806

Toelichting

1) In 2024 wordt een ontvangst verwacht op artikel 5.21 vanwege een teruggave van de Europese Investeringsbank (EIB). Het betreft ongeveer EUR 12 miljoen in 2024 en in latere jaren ongeveer EUR 100.000 per jaar tot en met 2028.

Licence