Base description which applies to whole site

2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties

In dit wetsvoorstel is een aantal begrotingswijzigingen opgenomen die per saldo leiden tot een verhoging van de geraamde uitgaven op de begroting voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (XVII) met EUR 55,7 miljoen. De stand van de geraamde ontvangsten blijft bij eerste suppletoire begroting gelijk.

De belangrijkste uitgavenmutaties bij eerste suppletoire begroting worden in onderstaande tabel weergegeven en toegelicht. De uitgebreide toelichtingen zijn per beleidsartikel opgenomen in hoofdstuk 3.

Tabel 2 Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2025 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
 

Artikelnummer

Uitgaven 2025

Uitgaven 2026

Uitgaven 2027

Uitgaven 2028

Uitgaven 2029

Uitgaven 2030

Vastgestelde begroting 2025

 

3 597 261

3 118 787

3 122 732

3 609 749

3 922 363

 

Belangrijkste suppletoire mutaties

       

1) Intensivering Handel en economie (beleidsbrief)

1.3

 

5 095

5 117

5 147

5 171

5 171

2) Intensivering Voedselzekerheid (beleidsbrief)

2.1

 

52 532

64 838

81 894

95 000

95 000

3) Intensivering Watermanagement (beleidsbrief)

2.2

 

89 029

109 883

138 789

161 000

161 000

4) Extensivering Klimaat (beleidsbrief)

2.3

 

‒ 117 000

‒ 142 000

‒ 183 000

‒ 213 000

‒ 213 000

5) Extensivering Vrouwenrechten en gendergelijkheid (beleidsbrief)

3.2

 

‒ 34 533

‒ 36 908

‒ 42 460

‒ 45 978

‒ 45 978

6) Nieuw beleidskader maatschappelijk middenveld (beleidsbrief)

3.3

 

‒ 33 716

‒ 58 459

‒ 78 492

‒ 94 195

‒ 94 195

7) Extensivering Onderwijs (beleidsbrief)

3.4

 

‒ 47 453

‒ 50 277

‒ 56 315

‒ 60 980

‒ 60 980

8) Intensivering Humanitaire hulp (beleidsbrief)

4.1

 

22 119

27 300

34 482

40 000

40 000

9) Intensivering Migratie (beleidsbrief)

4.2

 

52 532

64 838

81 894

95 000

95 000

10) Intensivering Veiligheid en stabiliteit (beleidsbrief)

4.3

 

41 473

51 188

64 653

75 000

75 000

11) Extensivering Multilaterale samenwerking (beleidsbrief)

5.1

 

‒ 28 027

‒ 34 061

‒ 44 590

‒ 52 923

‒ 52 923

12) Lagere raming asieluitgaven

5.4

200 000

200 000

400 408

203 000

140 000

140 000

13) Intensivering Handel en economie (vanuit 5.4)

1.3

10 000

45 000

45 000

   

14) Intensivering Humanitaire hulp (vanuit 5.4)

4.1

 

43 000

43 000

   

15) Intensivering Migratie (vanuit 5.4)

4.2

 

40 358

40 358

   

16) Intensivering Migratiepartnerschappen (in samenwerking met AenM)

4.2

20 000

35 000

44 000

44 000

44 000

44 000

17) Intensivering Veiligheid en stabiliteit (vanuit 5.4)

4.3

 

45 000

45 000

   

18) Oekraïne UPF 2

1.3

17 000

10 000

4 000

1 500

  

19) Oekraïne

5.3

 

252 000

    

20) Bijstelling economische groei t.o.v. MEV

5.4

 

113 874

81 716

113 958

129 694

328 990

21) Taakstelling LPB

5.4

‒ 48 884

‒ 49 766

‒ 37 091

‒ 37 832

‒ 40 485

‒ 40 485

22) EU-toerekening aan ODA

5.4

‒ 61 000

‒ 61 000

‒ 61 000

‒ 61 000

‒ 61 000

‒ 61 000

23) Extrapolatie

      

3 923 228

24) Overige mutaties

div.

‒ 81 453

‒ 187 609

‒ 237 307

‒ 64 873

‒ 161 960

‒ 231 133

Stand 1e suppletoire begroting 2025

 

3 652 924

3 606 695

3 492 275

3 810 504

3 976 707

4 107 695

Toelichting

1-11) Het uitgavenbudget in 2026 en verder voor de verschillende subartikelen is bijgesteld conform de beleidsbrief Ontwikkelingshulp (Kamerstuk 36 180 nr. 133). Voor de intensiveringen heeft uw Kamer de onderbouwing conform de werkwijze Beleidskeuzes uitgelegd (CW3.1) ontvangen in de Kamerstukken 36 180 nr. 134 en 36 180 nr. 136.

12) Het budget stijgt in 2025 en 2026 met cumulatief circa EUR 1,3 miljard vanwege de neerwaartse bijstelling van de raming voor asieluitgaven op de begroting van Asiel en Migratie. Dit budget wordt middels een kasschuif verdeeld over de jaren 2025 t/m 2030.

13-17) Ontstane ruimte op artikel 5.4 vanwege de neerwaartse bijstelling van de raming voor asieluitgaven op de begroting van Asiel en Migratie wordt ingezet voor de belangen handel en economie, veiligheid en stabiliteit en migratie. Ook wordt ontstane ruimte ingezet voor humanitaire hulp gezien crises wereldwijd. Deze inzet valt onder de CW3.1-kaders zoals uiteengezet in de Kamerstukken 36 180 nr. 134 en 36 180 nr. 136.

18) De UPF2 middelen die in 2024 niet zijn uitgegeven, worden bij deze suppletoire begroting overgeheveld naar artikel 1.3 en worden verdeeld over de jaren 2025 t/m 2028.

19) Het kabinet heeft voor 2026 additionele middelen voor niet-militaire steun aan Oekraïne beschikbaar gesteld.

20) Het totale ODA-budget stijgt cumulatief met EUR 768 miljoen in de jaren 2026 t/m 2030 vanwege koppeling van het ODA-budget aan de groei van het Bruto Nationaal Inkomen.

21) Daarnaast daalt het totale ODA-budget met cumulatief circa EUR 255 miljoen binnen de begrotingshorizon vanwege een Rijksbrede taakstelling op loon- en prijsbijstellingen.

22) De Nederlandse EU-afdrachten zijn voor een gedeelte toerekenbaar aan ODA. Dit percentage is als onderdeel van de Voorjaarsbesluitvorming geactualiseerd, waardoor EUR 61 miljoen per jaar extra onder het bestaande ODA-plafond moet worden ingepast. Dit leidt tot een verlaging van de buffer op artikel 5.4 van EUR 61 miljoen per jaar structureel.

23) Conform reguliere systematiek is het jaar 2030 aan de begrotingshorizon toegevoegd.

Tabel 3 Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2025 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
 

Artikelnummer

Ontvangsten 2025

Ontvangsten 2026

Ontvangsten 2027

Ontvangsten 2028

Ontvangsten 2029

Ontvangsten 2030

Vastgestelde begroting 2025

 

53 225

48 354

44 749

42 908

41 922

 

Belangrijkste suppletoire mutaties

       

1) Extrapolatie

div.

     

41 919

Stand 1e suppletoire begroting 2025

 

53 225

48 354

44 749

42 908

41 922

41 919

Licence