Artikel 1. Waddenfonds
1.1 Algemene beleidsdoelstelling
De doelen van het Waddenfonds zijn als volgt in vier operationele doelen vertaald:
1. het vergroten en versterken van de natuur- en landschapswaarden van het Waddengebied;
2. het verminderen of wegnemen van externe bedreigingen van de natuurlijke rijkdom van de Waddenzee;
3. een duurzame economische ontwikkeling in het waddengebied en een substantiële transitie naar een duurzame energiehuishouding in het waddengebied en de direct aangrenzende gebieden;
4. het ontwikkelen van duurzame kennishuishouding ten aanzien van het waddengebied.
Deze doelen gelden voor het waddengebied als geheel: door middel van subsidies uit het Waddenfonds voor investeringen wordt aan deze doelen bijgedragen.
Doelbereiking en maatschappelijke effecten
Om de doelbereiking en de maatschappelijke effecten van de bestedingen uit het Waddenfonds kwantitatief zichtbaar te kunnen maken, zijn in de begroting van het Waddenfonds 2010 effectindicatoren opgenomen. Omdat gebleken is dat het eerste Uitvoeringsplan Waddenfonds uit 2006 onvoldoende inhoudelijke sturing en samenhang gaf om te komen tot projecten die fundamenteel bijdragen aan de doelen van het Waddenfonds, is er een nieuw Uitvoeringsplan Waddenfonds 2010– 2014 opgesteld dat meer inhoudelijk richting geeft zodat eventuele versnippering van in te zetten middelen wordt voorkomen. Tevens zijn in dit plan de doelen voorzien van gekwantificeerde indicatoren, die ook zullen worden opgenomen in de begroting van het Waddenfonds. Projectvoorstellen die niet passen binnen dit uitvoeringsplan, zullen niet worden gehonoreerd. Het nieuwe Uitvoeringsplan is opgesteld door het Regionaal College Waddengebied en in januari 2010 door de toenmalige minister van VROM goedgekeurd.
Dit beleidsverslag beperkt zich tot een kwalitatieve beschrijving van hoe de gehonoreerde projecten bijdragen aan de vier operationele doelen en de daarbij benoemde prestaties.
Externe factoren
Het succes van een subsidieregeling wordt in belangrijke mate bepaald door de hoeveelheid en kwaliteit van de ingediende projectvoorstellen. Met 106 aanvragen uit de 1e tender, 77 aanvragen uit de 2e tender en 102 aanvragen uit de 3e tender die het totale beschikbare budget verre overstijgen en gegeven het feit dat de subsidieregeling bij de eerste twee tenders slechts gedeeltelijk van kracht was, zal deze succesfactor naar verwachting voor het Waddenfonds positief uitpakken.
Een andere succesfactor is het draagvlak in de regio. Hierin wordt voorzien doordat het Uitvoeringsplan Waddenfonds in het Regionaal College Waddengebied wordt opgesteld en doordat draagvlak in de regio als één van de toetsingscriteria van de regeling geldt. Daarnaast zal een commissie, bestaande uit regionale vertegenwoordigers, zich mogen uitspreken over het voorgenomen besluit van de minister omtrent de te honoreren projecten uit het Waddenfonds.
Tendersysteem
De selectie van investeringsvoorstellen voor subsidie uit het Waddenfonds verlopen via een zogenaamd tendersysteem: gedurende een bepaalde periode in het jaar kunnen projectvoorstellen worden ingediend, die door een onafhankelijke commissie worden beoordeeld. Van te voren is bekend gemaakt hoeveel financiële middelen er voor de tender beschikbaar zijn. Middels dit systeem worden alleen de allerbeste projectvoorstellen gehonoreerd.
3e Tender 2010
In het voorjaar van 2010 is de derde tender van het Waddenfonds opengesteld. Deze tender kon volledig worden opengesteld: dit betekent dat niet alleen lagere overheden, niet-gouvernementele organisaties, particulieren, (kleine en middelgrote) landbouw ondernemingen en de visserijsector projectvoorstellen konden indienen, maar ook subsidie kon worden aangevraagd voor milieubescherming en onderzoek, ontwikkeling en innovatie. Vanaf de tweede tender kunnen ook projectvoorstellen worden ingediend, die vallen onder de de-minimissteun. Dit laatste houdt in dat afhankelijk van de sector per bedrijf een beperkt bedrag subsidie kan worden ontvangen.
Bij de 3e tender zijn in totaal 102 projectvoorstellen ingediend waarvan er 60 ontvankelijk zijn verklaard. Van deze projecten zijn er op 17 december 2010 18 projecten gehonoreerd voor een totaalbedrag van € 36,7 mln. Besloten is om het oorspronkelijk beschikbaar gestelde tenderbedrag van € 33,0 mln op te hogen, teneinde meer projecten mogelijk de maken (Stcrt. 2010 nr. 20990, 24 december 2010). Deze ophoging van € 3,7 mln is mogelijk omdat niet in alle jaren het beschikbare tenderbedrag volledig is gebruikt.
Afgesproken is dat aan het einde van de fondsperiode (2026) de investeringen uit het Waddenfonds gelijkelijk verdeeld zullen zijn over ecologie en economie. Van het gehonoreerde bedrag bij de 3e tender komt € 13,9 mln ten goede aan ecologie en € 22,8 mln ten goede aan economie. Over de afgelopen drie tenders is er 57% naar ecologie en 43% naar economie gegaan, zodat bijsturing vooralsnog niet actueel is.
Tot nu toe zijn er drie tenders van het Waddenfonds opengesteld. In het totaal zijn er 285 projectvoorstellen ingediend, waarvan er 53 zijn gehonoreerd. Het totaal aan subsidies bedraagt € 105 mln. De totale projectkosten van de gehonoreerde projecten bedraagt € 180,1 mln, zodat geconcludeerd mag worden dat het beoogde vliegwieleffect werkt. Van iedere euro die via het Waddenfonds geïnvesteerd wordt, is 42 eurocent afkomstig van derden.
Realisatie meetbare gegevens bij algemene doelstelling
In de begroting 2010 is de meetbaarheid en daarmee de afrekenbaarheid van de begroting van het Waddenfonds vergroot:
• Er zijn indicatoren ontwikkeld waarmee de doelen van de PKB-Waddenzee kunnen worden gemonitoord;
• De gekwantificeerde doelen uit het Uitvoeringsprogramma Waddenfonds 2010–2014 zijn opgenomen in de begroting 2011 van het Waddenfonds;
• Bij de beleidsevaluatie (eens in de vier jaar) zal zichtbaar worden gemaakt in hoeverre de gehonoreerde projecten hebben bijgedragen aan de vier doelstellingen van het Waddenfonds.
Bij de operationele doelstellingen is de mate van doelbereiking dan ook niet opgenomen. Wel is bij de verantwoording over de operationele doestellingen weergegeven welke in de 3e tender 2010 gehonoreerde projecten daartoe bijdragen.
1.4 Budgettaire gevolgen van het beleid
Realisatie 2006 | Realisatie 2007 | Realisatie 2008 | Realisatie 2009 | Realisatie 2010 | Vastgestelde begroting 2010 | Verschil 2010 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen: | 0 | 2 275 | 41 079 | 29 245 | 36 993 | 40 478 | – 3 485 | |
Uitgaven: | 0 | 146 | 4 453 | 14 267 | 6 256 | 40 478 | – 34 222 | |
Programma: | 0 | 0 | 2 760 | 13 220 | 5 216 | 39 600 | – 34 384 | |
Vergroten/versterken van natuur- en landschapswaarden van het Wad | 0 | 0 | 0 | 685 | 3 733 | 17 820 | – 14 087 | |
Verminderen externe bedreigingen van de rijkdom van de Waddenzee | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 2 376 | – 2 376 | |
Duurzame economische ontwikkeling en energiehuishouding | 0 | 0 | 2 400 | 11 195 | 483 | 17 820 | – 17 337 | |
Ontwikkelen duurzame kennishuishouding waddengebied | 0 | 0 | 360 | 1 340 | 1 000 | 1 584 | – 584 | |
Apparaat: | 0 | 146 | 1 693 | 1 047 | 1 040 | 878 | 162 | |
Beheers- en uitvoeringskosten | 0 | 146 | 1 693 | 1 047 | 1 040 | 878 | 162 | |
Ontvangsten: | 0 | 33 878 | 33 878 | 33 878 | 4 497 | 33 878 | – 29 381 |
Toelichting
Verplichtingen
Bij de 3e tender zijn in totaal 102 projectvoorstellen ingediend waarvan er 60 ontvankelijk zijn verklaard. Van deze projecten zijn er op 17 december 2010 door de minister van Infrastructuur en Milieu 18 projecten gehonoreerd voor een totaalbedrag van € 36,7 mln. De verdeling naar operationeel doel is:
• € 19,7 mln Vergroten/versterken van natuur- en landschapswaarden van het Wad;
• € 17,0 mln Duurzame economische ontwikkeling en energiehuishouding;
• € 0,0 mln Ontwikkelen duurzame kennishuishouding waddengebied.
Uitgaven
In opdracht van het ministerie van Milieu en Infrastructuur voert de Dienst Landelijk Gebied (DLG) van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie het Waddenfonds uit. In 2010 heeft DLG voor een totaalbedrag van € 5,2 mln aan voorschotverzoeken op projecten gehonoreerd. Overeenkomstig de fondssystematiek wordt het niet aangewende deel van het uitgavenbudget naar latere jaren overgeheveld.
Ontvangsten
In 2010 is vanuit het begrotingshoofdstuk Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (XI) artikel 2 «Realisatie Nationaal Ruimtelijk Beleid» € 4,5 mln naar het Waddenfonds overgedragen.
Vermogen van het Waddenfonds
De opbouw van het fondsvermogen per 31 december 2010 kan als volgt worden weergegeven:
Cumulatieve ontvangsten Waddenfonds (2006–2010) | 106 131 |
Af: Cumulatieve uitgaven Waddenfonds (2006–2010) | -/- 25 122 |
Saldo ontvangsten en uitgaven | 81 009 |
Saldo ontvangsten en uitgaven | 81 009 |
Af: Openstaande verplichtingen | 83 930 |
Fondsvermogen per 31 december 2010 | -/- 2 921 |
In de Wet op het Waddenfonds is in artikel 3 lid 2 bepaald dat ontvangsten Waddenfonds vanuit de begroting van het begrotingshoofdstuk Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer tot een bedrag van € 677,6 mln. Het recht op de nog te ontvangen bedragen voor het Waddenfonds kan als volgt worden weergegeven:
Wet op het Waddenfonds (art 3 lid 2) (excl. efficiencykorting Regeerakkoord) | 677 600 |
Àf: cumulatieve ontvangsten Waddenfonds (2006–2010) | -/- 106 131 |
Recht op te ontvangen bedragen | 571 469 |
1.3 Operationele doelstelling
1.3.1 Vergroten en versterken van de natuur- en landschapswaarden van het Waddengebied
Instrumenten
• PKB Waddenzee; de planologische kernbeslissing (PKB) Waddenzee bevat de hoofdlijnen van het rijksbeleid voor de Waddenzee;
• (Investerings)subsidies; om de doelen van het Waddenfonds te realiseren worden door middel van een subsidieregeling door het rijk investeringen in het Waddengebied gestimuleerd;
• AMvB Ruimte; hierin zijn de concrete beleidsbeslissingen uit de PKB Waddenzee beleidsneutraal opgenomen.
Realisatie meetbare gegevens bij operationele doelstelling.
De gehonoreerde projecten uit de 3e tender die bijdragen aan deze operationele doelstelling:
• Wadden Sea Long-Term Ecosystem Research (WaLTER). De ontwikkeling van een geïntegreerd monitoringsplan voor de Waddenzee.
• Ruim baan voor vissen in het waddengebied. Maatregelen en innovatieve oplossingen voor de migratie van vis tussen Waddenzee en watersystemen op het vaste land.
• Van Polder naar Kwelder: 10 jaar ontwikkeling. Evaluatie van het bestaande verkwelderingsexperiment in Noarderleegh.
• Metawad-1: hoe habitatherstel trekkende wadvogels beïnvloedt. Onderzoek naar de effecten op trekkende wadvogels van veranderingen van habitats in de Waddenzee.
• Stelling Den Helder, Poort naar de Waddenzee. Subsidie voor o.a. herstel en behoud van drie forten als onderdeel van het weer herkenbaar maken van Den Helder als vestingstad.
• Herplant van iepen in de waddenregio. Versterken en herstellen van karakteristieke (iepen)beplantingen.
• Een sterk staaltje naar het Wad. Vervanging van de stalen vijzel van poldermolen de Goliath, waardoor deze weer kan malen.
Zie voor een uitgebreidere beschrijving van deze projecten: www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2010/12/17/zoden-aan-de-dijk.html.
1.3.2. Verminderen of wegnemen van externe bedreigingen van de natuurlijke rijkdom van de Waddenzee
Instrumenten
• PKB Waddenzee; De planologische kernbeslissing (PKB) Waddenzee bevat de hoofdlijnen van het rijksbeleid voor de Waddenzee;
• (Investerings)subsidies; Om de doelen van het Waddenfonds te realiseren worden door middel van een subsidieregeling door VROM investeringen in het Waddengebied gestimuleerd;
• AMvB Ruimte; Hierin zijn de concrete beleidsbeslissingen uit de PKB Waddenzee beleidsneutraal opgenomen.
Realisatie meetbare gegevens bij operationele doelstelling
Er zijn bij de 3e tender geen projecten gehonoreerd die bijdragen aan deze operationele doelstelling.
1.3.3. Bevorderen van een duurzame economische ontwikkeling in het Waddengebied en substantiële transitie naar een duurzame energiehuishouding in het Waddengebied en de direct aangrenzende gebieden
Instrumenten
• PKB Waddenzee; De planologische kernbeslissing (PKB) Waddenzee bevat de hoofdlijnen van het rijksbeleid voor de Waddenzee;
• (Investerings)subsidies; Om de doelen van het Waddenfonds te realiseren worden door middel van een subsidieregeling door VROM investeringen in het Waddengebied gestimuleerd;
• AMvB Ruimte; Hierin zijn de concrete beleidsbeslissingen uit de PKB Waddenzee beleidsneutraal opgenomen.
Realisatie meetbare gegevens bij operationele doelstelling
De gehonoreerde projecten uit de 3e tender die bijdragen aan deze operationele doelstelling:
• Biogasleiding Noordoost Friesland. Subsidie voor aanleg biogasleiding in Noordoost Friesland.
• Energie Transitiepark Eemsdelta fase 1. Pilot testen algenkweeksysteem.
• Boerderijen aan de Waddenkust. Subsidie voor instandhouding en herstel van cultuurhistorisch karakteristieke boerderijen en boerderij-erven.
• Herplant van iepen in de waddenregio. Versterken en herstellen van karakteristieke (iepen)beplantingen.
• Opwaardering landschappelijke waarden wierde Weiwerd. Opwaardering van de landschappelijke en cultuurhistorische waarden van de wierde Weiwerd.
• Een sterk staaltje naar het Wad. Vervanging van de stalen vijzel van poldermolen de Goliath, waardoor deze weer kan malen.
• Nieuwland, jeugdherberg wordt gastenverblijf. Herbestemming voormalige jeugdherberg tot toeristisch gastenverblijf.
• Vissers van de Wadden. Flexibilisering van het kleine kustvisserijbedrijf met als doel het beter samengaan van visserij en natuurbeheer in de Waddenzee.
• Kiek over Diek. Aanleg doorgaande fietsroute langs en over de gehele Groningse waddenzeedijk.
• De Nollen: symbiose van natuur, cultuur en ecologie. Subsidie voor de bouw van tentoonstellingsruimten, gastverblijven, een beheerderwoning en de inrichting van het overgangsgebied van de Stichting de Nollen naar het gebied van Noord-Holland.
• Kweldercentrum Noarderleech. Realisatie kweldercentrum Noarderleech, een ontmoetings- en informatiecentrum.
• Ecomare – de westelijke waddenpoort. Het op een hoger plan tillen van Ecomare op het gebied van educatie en voorlichting.
• Zilt perspectief. Onderzoek naar de gevolgen van de verzilting en de mogelijkheden van de landbouw om daarbij aan te sluiten.
Zie voor een uitgebreidere beschrijving van deze projecten: www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2010/12/17/zoden-aan-de-dijk.html.
1.3.4. Het ontwikkelen van een duurzame kennishuishouding ten aanzien van het waddengebied
Instrumenten
• PKB Waddenzee; De planologische kernbeslissing (PKB) Waddenzee bevat de hoofdlijnen van het rijksbeleid voor de Waddenzee;
• (Investerings)subsidies; Om de doelen van het Waddenfonds te realiseren worden door middel van een subsidieregeling door VROM investeringen in het Waddengebied gestimuleerd;
• AMvB Ruimte; Hierin zijn de concrete beleidsbeslissingen uit de PKB Waddenzee beleidsneutraal opgenomen.
Realisatie meetbare gegevens bij operationele doelstelling
Er zijn bij de 3e tender geen projecten gehonoreerd die bijdragen aan deze operationele doelstelling.
1.4 Overzicht beleidsonderzoeken
Type | Onderwerp | Algemeen Doel of Operationeel Doel | Start | Afgerond | Vindplaats |
---|---|---|---|---|---|
Quality StatusReport | vervolgmeting | 01 | 2008 | 2010 | http://www.waddensea-secretariat.org/ QSR-2009/index.htm |
1.5 Slotwet
Artikel 1. Waddenfonds | Verplichtingen | Uitgaven | Ontvangsten |
---|---|---|---|
Stand 2e suppletoire begroting 2010 | 43 164 | 34 065 | 4 497 |
Mutaties Slotwet 2010 | – 6 171 | – 27 809 | 0 |
Stand Slotwet 2010 (Realisatie) | 36 993 | 6 256 | 4 497 |
Toelichting
Verplichtingen
De onderuitputting van het verplichtingenbudget wordt met name veroorzaakt doordat bij 2e suppletoire begroting 2010 de niet aangewende middelen 2009 in z’n geheel naar dit begrotingsjaar zijn doorgeschoven. Gelet op de verplichtingen 3e tender en de uitvoeringskosten had een deel ook naar latere jaren moeten worden doorgeschoven.
Uitgaven
In opdracht van het ministerie van Milieu en Infrastructuur voert de Dienst Landelijk Gebied (DLG) van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie het Waddenfonds uit. In 2010 heeft DLG voor een totaalbedrag van € 5,2 mln aan voorschotverzoeken gehonoreerd. Overeenkomstig de fondssystematiek wordt het niet aangewende deel van het uitgavenbudget, € 27,8 mln naar latere jaren overgeheveld.
2. Jaarrekening
(1) | (2) | (3)=(2) – (1) | ||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Omschrijving | Oorspronkelijk vastgestelde begroting 2010 | Realisatie 2010 | Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting 2010 | |||||||
verplichtingen | uitgaven | ontvangsten | verplichtingen | uitgaven | ontvangsten | verplichtingen | uitgaven | ontvangsten | ||
Beleidsartikelen | ||||||||||
01 | Waddenfonds | 40 478 | 40 478 | 33 878 | 36 993 | 6 256 | 4 497 | – 3 485 | – 34 222 | – 29 381 |
Sub-totaal | 40 478 | 33 878 | 6 256 | 4 497 | – 34 222 | – 29 381 | ||||
07 | cumulatief voordelig eindsaldo 2009 | 0 | 0 | 82 768 | 82 768 | +82 768 | +82 768 | |||
Sub-totaal | 40 478 | 33 878 | 89 024 | 87 265 | +48 546 | +53 387 | ||||
08 | Nadelig eindsaldo 2010 | 0 | 1 759 | 0 | 0 | +1 759 | ||||
05 | Totaal | 40 478 | 33 878 | 89 024 | 89 024 | +48 546 | +55 146 |
31-12-2010 | 31-12-2009 | 31-12-2010 | 31-12-2009 | ||
---|---|---|---|---|---|
1. Uitgaven ten laste van de begroting | 2. Ontvangsten ten gunste van de begroting | ||||
– Begroting 2008 | 63 157 | ||||
– Begroting 2009 | 14 267 | – Begroting 2009 | 82 7681 | 33 878 | |
– Begroting 2010 | 6 256 | – Begroting 2010 | 4 497 | ||
3. Liquide middelen | 0 | 0 | |||
4. Rekening-courant RHB | 81 009 | 82 768 | 4. Rekening-courant RHB | 0 | 0 |
5. Uitgaven buiten begrotingsverband | 0 | 0 | 6. Ontvangsten buiten begrotingsverband | 0 | 0 |
7. Openstaande rechten | 0 | 0 | 7a. Tegenrekening openstaande rechten | 0 | 0 |
8. Extra-comptabele vorderingen | 0 | 0 | 8a. Tegenrekening extra-comptabele vorderingen | 0 | 0 |
9a. Tegenrekening extra-comptabele schulden | 0 | 0 | 9. Extra-comptabele schulden | 0 | 0 |
10. Voorschotten | 21 316 | 17 327 | 10a. Tegenrekening voorschotten | 21 316 | 17 327 |
11a. Tegenrekening garantieverplichtingen | 0 | 0 | 11. Garantieverplichtingen | 0 | 0 |
12a. Tegenrekening openstaande verplichtingen | 83 930 | 53 733 | 12. Openstaande verplichtingen | 83 930 | 53 733 |
13. Deelnemingen | 0 | 0 | 13a. Tegenrekening deelnemingen | 0 | 0 |
Totaal-generaal | 192 511 | 168 095 | Totaal-generaal | 192 511 | 168 095 |
Toelichting
Ad 1. en 2. Uitgaven en ontvangsten ten laste van de begroting resp. € 6 256 en € 87 265
Bij de begrotingsuitgaven en –ontvangsten zijn de gerealiseerde uitgaven en ontvangsten opgenomen met betrekking tot het jaar waarvoor de Rijksrekening nog niet door de Staten-Generaal zijn goedgekeurd.
Ad 4. Rekening-courant RHB € 81 009
Op de rekening-courant met de Rijkshoofdboekhouding (RHB) is de verhouding met de Rijksschatkist geadministreerd. Opgenomen is het bedrag overeenkomstig het laatst verstuurde saldobiljet van de RHB.
ad 10. Voorschotten € 21 316
Op deze rekening staat het saldo gebaseerd op de Regeling Departementale Begrotingsadministratie (voorschotten, vooruitbetalingen en voorlopige betalingen). De definitieve vaststelling dan wel de afwikkeling vindt plaats na indiening van de einddeclaratie.
Stand voorschotten per 31-12-2009 | 17 327 | |
Bij: | In 2010 verleende voorschotten | 6 001 |
Af: | Afgerekende voorschotten | – 2 012 |
Stand voorschotten per 31-12-2010 | 21 316 |
Artikel | Omschrijving | vóór 2009 | 2009 | 2010 | Totaal |
---|---|---|---|---|---|
01 | Waddenfonds | 2 533 | 12 782 | 5 388 | 20 703 |
Totaal binnen begrotingsverband | 2 533 | 12 782 | 6 001 | 21 316 | |
Departementen | 0 | 0 | 0 | 0 | |
VROM-diensten | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Derden | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Totaal buiten begrotingsverband | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Totaal-generaal | 2 533 | 12 782 | 6 001 | 21 316 |
Ad 12. Openstaande verplichtingen € 83 930
Stand verplichtingen per 31-12-2009 | 53 733 | ||
Bij: | Aangegane verplichtingen/verhogingen | 36 993 | |
Af: | Betalingen | 6 256 | |
Verlagingen/intrekkingen voorgaande jaren | 540 | – 6 796 | |
Stand verplichtingen binnen en buiten begrotingsverband per 31-12-2010 | 83 930 |
Artikel | Omschrijving | vóór 2009 | 2009 | 2010 | Totaal |
---|---|---|---|---|---|
01 | Waddenfonds | 23 276 | 24 242 | 36 412 | 83 930 |
Totaal binnen begrotingsverband | 23 276 | 24 242 | 36 412 | 83 930 | |
Departementen | 0 | 0 | 0 | 0 | |
VROM-diensten | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Derden | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Totaal buiten begrotingsverband | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Totaal generaal | 23 276 | 24 242 | 36 412 | 83 930 |