Base description which applies to whole site

4.7 Beheer materiële activa

A. Algemene doelstelling

Een optimaal financieel resultaat bij het beheren en afstoten van materiële activa van/voor het Rijk ten behoeve van de realisatie van rijksdoelstellingen.

B. Rol en verantwoordelijkheid

De Minister van Financiën heeft een uitvoerende rol op het gebied van roerende materiële activa. De Minister is verantwoordelijk voor het vervoeren, bewaren, vernietigen en verkopen van overtollige en in beslaggenomen roerende zaken. Deze taken zijn opgedragen aan DRZ. Het aan Financiën toebehorende deel van de verkoopopbrengsten van in beslag genomen goederen staat geraamd in de tabel Budgettaire gevolgen van beleid (zie onderdeel D. van deze paragraaf). De hoogte van de verkoopopbrengsten wordt bepaald door de verkoop van overtollige roerende zaken van de rijksoverheid waarvoor geen middelenafspraken met andere ministers zijn vastgelegd.

Het Rijk bezit materiële activa die nodig zijn voor de realisatie van rijksdoelstellingen. De wettelijke basis voor deze uitvoerende rol ligt in de Comptabiliteitswet. Daarin staat dat de Minister van Financiën belast is met de verantwoordelijkheid voor het (privaatrechtelijk) beheer van de roerende zaken die aan de staat toebehoren dan wel zijn toevertrouwd, een en ander voor zover de verantwoordelijkheid voor dat beheer niet bij of krachtens de wet bij een of meer andere ministers is gelegd.

C. Beleidsconclusies

In 2015 is de vernieuwing van de Regeling Materieel Beheer (RMB) nagenoeg afgerond. Hierin is de rol van DRZ als centrale dienst ten aanzien van de afstoot van roerende zaken verankerd. Naast de afstoot van overcomplete goederen zijn ook de aan de staat vervallen roerende zaken vanuit het beslagproces in de RMB opgenomen.

Voor de doelmatigheidsindicatoren wordt verwezen naar het niet-beleidsartikel 8 (zie paragraaf 5.1), waar de apparaatsgelden van DRZ zijn opgenomen (onder het onderdeel SG-cluster).

D. Budgettaire gevolgen van beleid
Beleidsartikel 7 Beheer materiële activa (bedragen x € 1.000)
 

Realisatie

Vastgestelde begroting

Verschil

 

2011

2012

2013

2014

2015

2015

2015

Verplichtingen

383

500

– 1.550

350

0

306

– 306

               

Uitgaven

383

500

334

350

0

306

– 306

               

Beheerskosten DRZ

383

500

334

350

0

306

– 306

               

Ontvangsten

1.905

2.767

2.278

13.807

2

1.800

– 1.798

               

Programma-ontvangsten baten-lastendiensten

             

Vervreemding DRZ

1.905

2.767

2.278

13.807

2

1.800

– 1.798

E. Toelichting op de instrumenten

Vervreemding DRZ

De realisatie van ontvangsten heeft betrekking op de verkoop van overtollige roerende zaken van de rijksoverheid (voor zover er geen middelenafspraak gemaakt is).

Ontvangsten en uitgaven inzake inbeslaggenomen goederen

Volgens het huidige BIV (Besluit Inbeslaggenomen Voorwerpen) moeten opbrengsten uit verkopen van inbeslaggenomen goederen worden verantwoord op de begroting van het Ministerie van Veiligheid en Justitie. In 2015 is met de Auditdienst Rijk en het Ministerie van Veiligheid en Justitie overleg geweest om de opbrengsten van de verkoop van inbeslaggenomen goederen over te boeken. Derhalve zijn de opbrengsten in 2015 bij Ministerie van Veiligheid en Justitie verantwoord.

Niet uit tabel blijkende budgettaire gevolgen

Middelenafspraken

De Minister van Financiën verzorgt behalve de vervreemding van de eigen (overtollige) roerende zaken ook de vervreemding van (overtollige) roerende zaken van andere ministers. Wanneer een middelenafspraak is gemaakt met een Minister, dan wordt de opbrengst uit vervreemding door deze Minister verantwoord op zijn eigen begroting.

Licence