A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
De begrotingsstaten die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2005 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van de Raad van State, de Algemene Rekenkamer, de Nationale ombudsman, de Kanselarij der Nederlandse Orden, het kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen en het kabinet van de Gouverneur van Aruba (IIB).
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
Onderstaand worden (relatief) omvangrijke slotwetmutaties per artikel toegelicht.
In vergelijking met de tweede suppletore begroting zijn de uitgaven circa € 2,3 mln onder de raming gebleven. De directe personele uitgaven aan advisering zijn vrijwel conform de vastgestelde begroting. De directe personele uitgaven van bestuursrechtspraak zijn als gevolg van het niet volledig invullen van de beschikbare formatie beneden de raming gebleven.
Binnen de aan advisering en bestuursrechtspraak toe te rekenen uitgaven zijn enkele meevallers opgetreden: In het verslagjaar is de Raad van State voor de WAO eigenrisicodrager geworden. Dit besluit heeft geleid tot een daling in de premie-uitgaven. Verder zijn de personele uitgaven als gevolg van een gedaalde bezetting in de ondersteunende functies onder de raming gebleven. Daarnaast vallen de materiële uitgaven mee, waaronder de automatiserings- en huisvestingsuitgaven. Deze niet gerealiseerde uitgaven betreffen projecten die voor een deel in 2006 tot uitvoering komen.
De uitgaven aan Hoger Beroep Vreemdelingenzaken betroffen in het jaar 2005 € 12,8 mln.
Artikel 2. Algemene Rekenkamer
De Algemene Rekenkamer heeft bij tweede suppletore begroting 2005 ruim € 0,2 mln aan de begroting toegevoegd gekregen voor de vergoeding van extra kosten in het kader van het Besluit Tegemoetkoming Ziektekosten Rijksambtenaren. Met deze uitgaven was door de Algemene Rekenkamer echter al rekening gehouden. Voorts had de Algemene Rekenkamer een gemiddelde onderbezetting van 3% in de personeelsbezetting. Deze twee oorzaken verklaren tezamen het overschot van € 0,6 mln.
Artikel 5. Kabinet van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen
De personeelskosten zijn lager dan begroot door vertraagde invulling van de vacature van de plaatsvervangend directeur alsmede het voortijdig vertrek van de directeur. Daarnaast is sprake van een gunstige koersverhouding.
Artikel 6. Kabinet van de Gouverneur van Aruba
Vertraging van de aanbesteding en realisatie van beveiliging en omheining van de woning van de Gouverneur (€ 0,25 mln) en het kantoor (€ 0,05 mln) zijn de belangrijkste oorzaken. De rest van het verschil wordt veroorzaakt door een gunstige koersverhouding en niet bestede bijstellingen voor loon- en prijsbijstellingen.