Base description which applies to whole site

4 UITGAVEN EN NIET-BELASTINGONTVANGSTEN

Deze bijlage biedt een overzicht van de verschillende manieren waarop de uitgaven en de niet-belastingontvangsten van de overheid worden weergegeven. Er wordt een vergelijking gemaakt tussen de begroting van 2020 zoals gepresenteerd in de Miljoenennota 2020 en de realisatie van dat jaar in het Financieel Jaarverslag van het Rijk. De overheidsuitgaven kunnen op kasbasis, maar ook op transactiebasis worden geregistreerd. In het eerste geval worden transacties geboekt in de periode waarin betaling plaatsvindt, in het tweede geval in de periode waarin rechten en verplichtingen zijn ontstaan. Op de departementale begrotingen worden de uitgaven op kasbasis geregistreerd: welke bedragen worden van de bankrekeningen van het Rijk afgeschreven. Bij het saldo van de overheid (EMU-saldo) wordt niet uitgegaan van de uitgaven op kasbasis, maar op transactiebasis: de uitgaven worden geboekt in de periode waarin rechten en verplichtingen zijn ontstaan. Bij de tabellen hieronder worden de gebruikte begrippen verder toegelicht.

Tabel 4.1 bevat alle netto-uitgaven van de Rijksoverheid: de optelsom van de uitgaven minus de niet-belastingontvangsten. Om de uitgaven te beheersen is er een uitgavenplafond. De uitgaven onder het uitgavenplafond mogen het uitgavenplafond niet overschrijden. Het uitgavenplafond is op zijn beurt gesplitst in drie verschillende deelplafonds: het plafond Rijksbegroting, het plafond Sociale Zekerheid en het plafond Zorg. De meeste netto-uitgaven vallen onder een van de drie plafonds. Er zijn echter ook uitgaven en ontvangsten die niet onder een plafond vallen.

In het bovenste deel van de tabel zijn de uitgaven uitgesplitst in de begrotingsgefinancierde en de premiegefinancierde uitgaven. De begrotingsgefinancierde uitgaven worden betaald uit belastingen en zijn de optelling van alle uitgaven en niet-belastingontvangsten op de departementale begrotingen. Dit zijn de uitgaven waarvoor het parlement autorisatie verleent door de begrotingen aan te nemen. Naast de begrotingsgefinancierde uitgaven zijn er ook premiegefinancierde uitgaven. De uitgaven aan zorg en sociale zekerheid worden voornamelijk gefinancierd uit de premies. In het onderste deel van de tabel zijn de begrotings- en premiegefinancierde uitgaven per deelplafond opgeteld.

Tabel 4.1 Netto-uitgaven naar type en plafond (in miljoenen euro)
 

MN 2020

FJR 2020

Verschil

Bron

Begrotingsgefinancierde netto-uitgaven

    

Plafond Rijksbegroting

143.546

155.467

11.920

Tabel 4.5

Plafond Sociale Zekerheid

23.864

40.101

16.238

Tabel 4.6

Plafond Zorg

2.450

2.421

‒ 29

Tabel 4.7

Netto-uitgaven buiten het uitgavenplafond

21.016

24.203

3.187

Tabel 4.8

Totaal begrotingsgefinancierde netto-uitgaven

190.876

222.191

31.316

Tabel 4.1

Premiegefinancierde netto-uitgaven

    

Plafond Sociale Zekerheid

61.340

62.172

832

Tabel 4.6

Plafond Zorg

70.993

71.458

465

Tabel 4.7

Totaal premiegefinancierde netto-uitgaven

132.334

133.630

1.297

 

Totaal netto-uitgaven

323.209

355.822

32.612

 
     

Plafond Rijksbegroting

143.546

155.467

11.920

Tabel 4.5

Plafond Sociale Zekerheid

85.204

102.274

17.070

Tabel 4.6

Plafond Zorg

73.443

73.879

435

Tabel 4.7

Totaal netto-uitgaven onder het uitgavenplafond

302.194

331.619

29.425

 

Netto-uitgaven buiten het uitgavenplafond

21.016

24.203

3.187

Tabel 4.8

Totaal netto-uitgaven

323.209

355.822

32.612

 

Tabel 4.2 geeft alle uitgaven zoals die vermeld zijn in de individuele begrotingshoofdstukken van de Rijksbegroting. In die hoofdstukken zelf zijn de uitgaven verdeeld over verschillende beleids- en niet-beleidsartikelen, maar in de tabel wordt alleen het totaal per begrotingshoofdstuk weergegeven. Het betreft hier de kasuitgaven van de begrotingshoofdstukken. Alleen voor het begrotingshoofdstuk van Nationale Schuld zijn de bedragen op transactiebasis.

Tabel 4.2 Uitgaven begrotingen (in miljoenen euro)
  

MN 2020

FJR 2020

Verschil

1

De Koning

44

45

1

2A

Staten-Generaal

162

186

23

2B

Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten van de Gouverneurs

134

143

9

3

Algemene Zaken

70

75

5

4

Koninkrijksrelaties

83

852

769

5

Buitenlandse Zaken

10.351

11.151

799

6

Justitie en Veiligheid

13.376

14.382

1.006

7

Binnenlandse Zaken

6.016

6.961

945

8

Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

42.718

44.462

1.744

9A

Nationale Schuld (Transactiebasis)

6.663

7.013

351

9B

Financiën

7.903

8.534

631

10

Defensie

11.035

11.190

155

12

Infrastructuur en Waterstaat

8.912

9.461

549

13

Economische Zaken en Klimaat

5.706

8.937

3.231

14

Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

1.406

1.776

370

15

Sociale Zaken en Werkgelegenheid

39.697

59.902

20.205

16

Volksgezondheid, Welzijn en Sport

18.909

27.250

8.340

17

Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

3.079

3.186

107

50

Gemeentefonds

31.826

33.436

1.610

51

Provinciefonds

2.480

2.603

123

55

Infrastructuurfonds

6.546

6.371

‒ 175

58

Diergezondheidsfonds

36

94

57

60

Accres Gemeentefonds

216

0

‒ 216

61

Accres Provinciefonds

28

0

‒ 28

64

BES-fonds

42

51

9

65

Deltafonds

1.105

1.079

‒ 26

AP

Aanvullende Posten

4.097

0

‒ 4.097

90

Consolidatie1

‒ 6.979

‒ 5.797

547

HGIS

Internationale Samenwerking2

‒ 5.091

‒ 5.188

‒ 97

 

Totaal

215.663

253.346

37.046

Noot 1: Dit betreft een correctie voor dubbeltellingen die ontstaan door het «bruto-boeken» van bijdragen. Het bruto-boeken houdt in dat zowel het departement dat bijdraagt, als het departement dat ontvangt de uitgaven op zijn begroting opneemt. Het gaat voornamelijk om bijdragen via de begroting van Infrastructuur en Waterstaat aan het Infrastructuurfonds en het Deltafonds.

Noot 2: In deze tabel zijn de uitgaven voor Internationale Samenwerking toegerekend aan de begrotingen waarop deze worden verantwoord. Deze totale uitgaven voor Internationale Samenwerking lopen daarom niet mee in de totaaltelling.

Tabel 4.3 bevat alle niet-belastingontvangsten op de verschillende begrotingshoofdstukken van de Rijksbegroting. Dit betreft alle ontvangsten die geen belasting- of premie-ontvangst zijn. Denk bijvoorbeeld aan het dividend dat uitgekeerd wordt door staatsdeelnemingen, het terugbetalen van studieschulden of de opbrengst van boetes en schikkingen. Ook hier geldt dat alle bedragen op kasbasis zijn, behalve de begroting van Nationale Schuld, die deels op transactiebasis is opgesteld. Omdat hier inzicht wordt gegeven in de niet-belastingontvangsten worden de ontvangsten vanuit het uitgeven van nieuwe staatschuld niet meegeteld. Deze ontvangsten komen in bijlage 6 aan bod bij de bepaling van het EMU-saldo.

Tabel 4.3 Niet-belastingontvangsten begrotingen (in miljoenen euro)
  

MN 2020

FJR 2020

Verschil

1

De Koning

0

0

0

2A

Staten-Generaal

4

4

‒ 1

2B

Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten van de Gouverneurs

6

6

0

3

Algemene Zaken

7

7

0

4

Koninkrijksrelaties

39

63

25

5

Buitenlandse Zaken

787

863

76

6

Veiligheid en Justitie

1.546

1.244

‒ 303

7

Binnenlandse Zaken

654

922

268

8

Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

1.364

1.519

155

9A

Nationale Schuld (Transactiebasis)

9.146

13.786

4.639

9B

Financiën

3.101

2.823

‒ 278

10

Defensie

265

308

44

12

Infrastructuur en Milieu

16

29

13

13

Economische Zaken

4.879

5.238

359

14

Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

90

292

202

15

Sociale Zaken en Werkgelegenheid

1.923

1.803

‒ 121

16

Volksgezondheid, Welzijn en Sport

134

751

617

17

Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

79

109

30

50

Gemeentefonds

0

0

0

51

Provinciefonds

0

0

0

55

Infrastructuurfonds

6.546

6.043

‒ 503

58

Diergezondheidsfonds

36

110

74

65

Deltafonds

1.105

1.030

‒ 75

AP

Aanvullende Posten

39

0

‒ 39

90

Consolidatie1

‒ 6.979

‒ 5.797

547

HGIS

Internationale Samenwerking2

‒ 164

‒ 195

‒ 31

 

Totaal

24.787

31.154

5.731

Noot 1: Dit betreft een correctie voor dubbeltellingen die ontstaan door het «bruto-boeken» van bijdragen. Het bruto-boeken houdt in dat zowel het departement dat bijdraagt, als het departement dat ontvangt de uitgaven op zijn begroting opneemt. Het gaat voornamelijk om bijdragen via de begroting van Infrastructuur en Waterstaat aan het Infrastructuurfonds en het Deltafonds.

Noot 2: In deze tabel zijn de niet-belastingontvangsten voor Internationale Samenwerking toegerekend aan de begrotingen waarop deze worden verantwoord. Deze totale niet-belastingontvangsten voor Internationale Samenwerking lopen daarom niet mee in de totaaltelling.

Tabel 4.4 geeft per begrotingshoofdstuk de netto-uitgaven weer, oftewel de uitgaven (tabel 4.2) minus de niet-belastingontvangsten (tabel 4.3). De daaropvolgende tabellen (tabel 4.5 tot en met tabel 4.7) geven per deelplafond aan welke uitgaven er onder vallen, op welk begrotingshoofdstuk deze staan, en of de uitgaven begrotings- of premiegefinancierd zijn.

Tabel 4.4 Netto-uitgaven begrotingen (in miljoenen euro)
  

MN 2020

FJR 2020

Verschil

1

De Koning

44

45

1

2A

Staten-Generaal

158

182

24

2B

Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten van de Gouverneurs

128

137

9

3

Algemene Zaken

64

69

5

4

Koninkrijksrelaties

45

788

744

5

Buitenlandse Zaken

9.565

10.288

723

6

Justitie en Veiligheid

11.830

13.138

1.309

7

Binnenlandse Zaken

5.361

6.039

678

8

Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

41.353

42.942

1.589

9A

Nationale Schuld (Transactiebasis)

‒ 2.483

‒ 6.772

‒ 4.289

9B

Financiën

4.802

5.711

908

10

Defensie

10.770

10.882

112

12

Infrastructuur en Waterstaat

8.896

9.432

536

13

Economische Zaken en Klimaat

827

3.699

2.872

14

Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

1.316

1.484

168

15

Sociale Zaken en Werkgelegenheid

37.774

58.100

20.326

16

Volksgezondheid, Welzijn en Sport

18.775

26.499

7.724

17

Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

3.000

3.078

78

50

Gemeentefonds

31.826

33.436

1.610

51

Provinciefonds

2.480

2.603

123

55

Infrastructuurfonds

0

328

328

58

Diergezondheidsfonds

0

‒ 16

‒ 16

60

Accres Gemeentefonds

216

0

‒ 216

61

Accres Provinciefonds

28

0

‒ 28

64

BES-fonds

42

51

9

65

Deltafonds

0

49

49

AP

Aanvullende Posten

4.058

0

‒ 4.058

HGIS

Internationale Samenwerking1

‒ 4.927

‒ 4.993

‒ 66

 

Totaal

190.876

222.191

31.316

Noot 1: In deze tabel zijn de netto uitgaven voor Internationale Samenwerking toegerekend aan de begrotingen waarop deze worden verantwoord. Deze totale uitgaven voor Internationale Samenwerking lopen daarom niet mee in de totaaltelling.

Tabel 4.5 Netto-uitgaven onder plafond Rijksbegroting (in miljoenen euro)
  

MN 2020

FJR 2020

Verschil

1

De Koning

44

45

1

2A

Staten-Generaal

158

182

24

2B

Overige Hoge Colleges van Staat en Kabinetten van de Gouverneurs

128

137

9

3

Algemene Zaken

64

69

5

4

Koninkrijksrelaties

24

148

124

5

Buitenlandse Zaken

9.565

10.288

723

6

Veiligheid en Justitie

11.830

13.138

1.309

7

Binnenlandse Zaken

5.396

6.116

721

8

Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

39.182

41.178

1.996

9A

Nationale Schuld (Transactiebasis)

4.797

4.780

‒ 16

9B

Financiën

5.235

5.595

359

10

Defensie

10.766

10.911

145

12

Infrastructuur en Milieu

8.896

9.432

536

13

Economische Zaken

4.817

7.311

2.495

14

Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

1.316

1.484

168

15

Sociale Zaken en Werkgelegenheid

610

555

‒ 55

16

Volksgezondheid, Welzijn en Sport

3.510

8.411

4.902

17

Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

3.013

3.111

99

50

Gemeentefonds

28.059

29.541

1.482

51

Provinciefonds

2.480

2.603

123

55

Infrastructuurfonds

0

328

328

58

Diergezondheidsfonds

0

0

0

60

Accres Gemeentefonds

216

0

‒ 216

61

Accres Provinciefonds

28

0

‒ 28

64

BES-fonds

42

51

9

65

Deltafonds

0

49

49

80

Prijsbijstelling

477

0

‒ 477

81

Arbeidsvoorwaarden

1.651

0

‒ 1.651

86

Algemeen

1.242

0

‒ 1.242

HGIS

Internationale Samenwerking1

‒ 5.091

‒ 5.027

64

 

Totaal netto-uitgaven plafond Rijksbegroting

143.546

155.467

11.920

Noot 1: In deze tabel zijn de netto uitgaven voor Internationale Samenwerking toegerekend aan de begrotingen waarop deze worden verantwoord. Deze totale uitgaven voor Internationale Samenwerking lopen daarom niet mee in de totaaltelling.

Tabel 4.6 Netto-uitgaven onder plafond Sociale Zekerheid (in miljoenen euro)
  

MN 2020

FJR 2020

Verschil

15

Sociale Zaken en Werkgelegenheid

21.542

38.145

16.603

50

Gemeentefonds

1.893

1.957

63

AP

Aanvullende Posten

429

0

‒ 429

 

Begrotingsgefinancierde netto-uitgaven

23.864

40.101

16.238

40

Sociale Verzekeringen

61.340

62.172

832

 

Premiegefinancierde netto-uitgaven

61.340

62.172

832

    

0

 

Totaal netto-uitgaven plafond Sociale Zekerheid

85.204

102.274

17.070

Tabel 4.7 Netto-uitgaven onder plafond Zorg (in miljoenen euro)
  

MN 2020

FJR 2020

Verschil

16

Volksgezondheid, Welzijn en Sport

562

482

‒ 80

50

Gemeentefonds

1.874

1.938

65

AP

Aanvullende Posten

14

0

‒ 14

 

Begrotingsgefinancierde netto-uitgaven

2.450

2.421

‒ 29

41

Zorg

70.993

71.458

465

 

Premiegefinancierde netto-uitgaven

70.993

71.458

465

     
 

Totaal netto-uitgaven plafond Zorg

73.443

73.879

435

Tabel 4.8 geeft per begrotingshoofdstuk de uitgaven weer die buiten het uitgavenplafond vallen. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om uitgaven die niet meetellen in het begrotingstekort (het EMU-saldo), zoals het verstrekken van (studie)leningen, de bijdrage van het Rijk aan de sociale fondsen of de opbrengst van het verkopen van staatsdeelnemingen. Daarnaast zijn er uitgaven die wel EMU-saldorelevant zijn, maar buiten het uitgavenplafond zijn geplaatst, zoals de uitgaven aan de zorgtoeslag.

Evenals bij voorgaande tabellen geldt dat de genoemde bedragen in tabel 4.8 op kasbasis zijn, behalve het begrotingshoofdstuk van Nationale Schuld dat deels op transactiebasis wordt opgesteld en zijn de uitgaven aan het aflossen van en de ontvangsten uit het uitgeven van de staatsschuld niet in deze tabel opgenomen.

Tabel 4.8 Netto-uitgaven buiten het uitgavenplafond (in miljoenen euro)
  

MN 2020

FJR 2020

Verschil

4

Koninkrijksrelaties

21

641

620

7

Binnenlandse Zaken

‒ 34

‒ 77

‒ 43

8

Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

2.172

1.764

‒ 408

9A

Nationale Schuld (Transactiebasis)

‒ 7.280

‒ 11.553

‒ 4.273

9B

Financiën

‒ 433

116

549

10

Defensie

4

‒ 29

‒ 34

12

Infrastructuur en Waterstaat

0

0

0

13

Economische Zaken en Klimaat

‒ 3.990

‒ 3.612

377

15

Sociale Zaken en Werkgelegenheid

15.622

19.399

3.778

16

Volksgezondheid, Welzijn en Sport

14.703

17.605

2.902

17

Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

‒ 13

‒ 34

‒ 21

58

Diergezondheidsfonds

0

0

0

AP

Aanvullende posten

244

‒ 16

‒ 261

HGIS

Internationale Samenwerking1

0

‒ 34

‒ 34

 

Totaal netto-uitgaven buiten het plafond

21.016

24.203

3.187

Noot 1: In deze tabel zijn de uitgaven voor Internationale Samenwerking toegerekend aan de begrotingen waarop deze worden verantwoord. De totale uitgaven voor Internationale Samenwerking lopen daarom niet mee in de totaaltelling.

Tabel 4.9 geeft de totale netto-uitgaven HGIS aan per begrotingshoofdstuk. Deze uitgaven aan internationale samenwerking worden gecoördineerd door het ministerie van Buitenlandse Zaken, maar verwantwoord op de individuele begrotingen. In bovenstaande tabellen zijn deze middelen onderdeel van de totalen per begroting. Onderaan deze tabellen staat het totaal aan HGIS-uitgaven over alle begrotingen.

Tabel 4.9 Netto HGIS-uitgaven begrotingen (in miljoenen euro)
  

MN 2020

FJR 2020

Verschil

5

Buitenlandse Zaken

1.438

1.409

‒ 29

6

Veiligheid en Justitie

34

24

‒ 10

7

Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

1

1

0

8

Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

62

63

1

9B

Financiën

70

181

111

10

Defensie

209

145

‒ 64

12

Infrastructuur en Waterstaat

27

28

1

13

Economische Zaken en Klimaat

27

24

‒ 3

14

Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

32

29

‒ 3

15

Sociale Zaken en Werkgelegenheid

1

1

0

16

Volksgezondheid, Welzijn en Sport

15

12

‒ 3

17

Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

3.013

3.111

99

86

Algemeen

0

0

0

 

Totaal plafondrelevante netto-uitgaven HGIS

4.927

5.027

100

9B

Financiën

0

‒ 34

‒ 34

 

Totaal niet-plafondrelevante netto-uitgaven HGIS

0

‒ 34

‒ 34

     
 

Totaal netto-uitgaven HGIS

4.927

4.993

67

Licence