Kosten
De maatregelen van het pakket Belastingplan 2013 zijn uitvoerbaar en handhaafbaar door de Belastingdienst. In de onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van de gevolgen van het totale pakket Belastingplan 2013 voor de uitvoeringskosten.
2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Belastingplan 2013 | 0,0 | 4,5 | – 3,9 | – 3,9 | – 7,2 | – 7,2 |
Overige fiscale maatregelen 2013 | 0,3 | 4,0 | 4,6 | 0,2 | – 0,1 | – 0,1 |
Wet herziening fiscale behandeling eigen woning | 0,0 | 6,2 | 2,7 | 2,7 | 2,7 | 2,7 |
Wet herziening fiscale behandeling woon-werkverkeer | 0,3 | 1,9 | 0,7 | – 0,6 | – 1,8 | – 2,5 |
Wet verhuurderheffing | 0,0 | 8,2 | 5,8 | 5,0 | 4,3 | 4,0 |
Wet elektronische registratie notariële akten | 2,3 | – 1,4 | – 6,0 | – 6,4 | – 6,4 | – 6,4 |
Totaal pakket Belastingplan 2013 | 2,9 | 23,3 | 3,9 | – 2,9 | – 8,4 | – 9,4 |
Toelichting
De uitvoeringskosten van de Belastingdienst voor de wetsvoorstellen Overige fiscale maatregelen 2013, Wet herziening fiscale behandeling woon-werkverkeer, Wet herziening fiscale behandeling eigen woning, Wet verhuurderheffing en Wet elektronische registratie notariële akten worden in de desbetreffende memories van toelichting nader toegelicht. De Belastingdienst maakt voor het Belastingplan 2013 uitvoeringkosten voor de maatregelen inzake afstempeling pensioenen eigen beheer, afdrachtvermindering onderwijs en bestrijding van constructie met bodem(voor)recht. De afdrachtvermindering onderwijs, de afschaffing van de thincapregeling en de bestrijding van constructies met bodem(voor)recht leiden ook tot besparingen. De aan het wetsvoorstel verbonden uitvoeringskosten en besparingen die betrekking hebben op 2013 en verder liggende jaren, worden verwerkt bij de budgettaire besluitvorming in het voorjaar 2013. De uitvoeringskosten en besparingen als gevolg van de bestrijding van de constructies met bodem(voor)rechten worden meegenomen bij de bezuinigingstaakstelling van de Belastingdienst uit het Regeer- en Gedoogakkoord, conform de lijn vermeld in de brief van de Staatssecretaris van Financiën van 3 februari 2012 aan de Tweede Kamer.31