Financiële stabiliteit in de eurozone is voor Nederland van groot belang. Problemen in het ene land kunnen immers eenvoudig over de grens waaien en daarmee ook voor problemen zorgen in andere eurolanden. Verreweg het grootste deel van de Nederlandse export en import vindt plaats binnen de Europese Unie. Nederland is dus gebaat bij een sterke Europese economie, en ondervindt veel hinder – zoals de afgelopen crises hebben getoond – van financiële instabiliteit in de eurozone en de Europese Unie.
Het Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM) kan eurolanden in financiële moeilijkheden steunen. Het ESM verstrekt financiële steun aan landen, samen met het Internationaal Monetair Fonds (IMF) waar mogelijk. Landen uit de eurozone hebben kapitaal gestort in en garanties verstrekt aan dit permanente noodfonds, zodat het ESM zelf geld kan aantrekken op financiële markten om steun aan landen te kunnen verstrekken.29 Het ESM heeft de Europese Financiële Stabiliteitsfaciliteit (EFSF) vervangen. Het EFSF blijft bestaan totdat de laatste leningen zijn afgelost. Naast het ESM voor de eurozone bestaat voor de Europese Unie als geheel ook het Europees Financieel Stabiliteitsmechanisme (EFSM). De Europese Unie trekt zelf de financiering aan voor EFSM-programma’s en leent dat geld door aan lidstaten die steun ontvangen.
Figuur 3.3.1 Uitgekeerde nog uitstaande leningen steunfondsen (in miljarden euro)
Bron: Europese Commissie, Europese Financiële Stabiliteitsfaciliteit en Internationaal Monetair Fonds. Het Jaarverslag Ministerie van Financiën en Nationale Schuld (IX), bevat in paragraaf 3.2-F in het «Overzicht uitgekeerde leningen» meer gedetailleerde informatie over de verschillende steunfondsen.
Griekenland
Het ESM heeft in 2016 Griekenland 10,3 miljard euro steun verstrekt. Voordat de Grieken deze steun overgemaakt kregen, moesten ze aantonen dat zij het openbaar bestuur, het pensioenstelsel en de financiële sector zouden hervormen. Ook moest het land maatregelen nemen om de begroting en de belastingheffing en het ondernemersklimaat te verbeteren. Het land heeft met de steun het begrotingstekort gefinancierd en voldaan aan aflossingsverplichtingen en een deel van de achterstallige betalingen aan de private sector. Vorig jaar was Griekenland ook in staat een deel van de uitstaande IMF-schuld terug te betalen. Nu rest nog een schuld van 12,9 miljard euro.30 Eind vorig jaar hebben eurolanden schuldmaatregelen goedgekeurd die er met name voor moeten zorgen dat Griekenland langer kan profiteren van de huidige lage rente bij het ESM en het EFSF. Deze maatregelen leiden niet tot extra kosten voor de Nederlandse begroting.
Overige landen
Ook uit de andere eurolanden kwam vorig jaar goed nieuws. Mede door de aantrekkende economie verliet Cyprus in maart 2016 het leningenprogramma zonder een vervolgprogramma.31 Het land had slechts 70 procent van de gereserveerde 10 miljard euro (inclusief de IMF-lening) nodig, onder andere door de toepaste bail in voor de financiële sector. Tevens herstelde de Cypriotische economie zich sneller dan verwacht. Spanje betaalde in 2016 1 miljard euro vervroegd terug aan het ESM. Daarmee heeft het land inmiddels 6,6 miljard euro van de uitstaande schuld van 41,3 miljard euro terugbetaald. Ook Portugal kon vorig jaar opnieuw vervroegd aflossen aan het IMF, zodat de Portugese schuld inmiddels bijna is gehalveerd van 29,3 miljard in april 2014 tot 16,4 miljard eind 2016.
Bankenunie
Het gemeenschappelijk afwikkelingsmechanisme voor falende banken zag vorig jaar het levenslicht. Dat betekende een volgende stap in de ontwikkeling van de Europese bankenunie die met grote snelheid tot stand komt. Dat proces startte in 2014 met gemeenschappelijk Europees toezicht op de grote banken. Lidstaten hebben inmiddels hun nationale regelgeving aangepast aan de Europese standaard. Zo zijn consequentere toezichtregels ontstaan binnen Europa en beter kwaliteitstoezicht in de gehele Europese Unie. Dat zorgt voor financiële stabiliteit in de Europese Unie en beperkt de risico’s van de financiële sector voor belastingbetalers.
Het werk aan een veiligere financiële sector is nog niet af. Tijdens het Nederlandse voorzitterschap van de Europese Unie in de eerste helft van 2016 heeft de Raad de Europese Commissie gevraagd om wetgeving die de risico’s in de bankensector verder terugdringt.32 De Commissie heeft eind 2013 een pakket maatregelen gepresenteerd met extra prudentiële eisen en eisen voor buffers voor banken die onderdeel moeten zijn van een eventuele bail-in.33