2021 | |
---|---|
Stand Miljoenennota 2021 (excl. IS) | 31,5 |
Beleidsmatige mutaties | |
Rijksbegroting | |
Afrekening bcf | 31,2 |
Diversen | 0,2 |
31,4 | |
Technische mutaties | |
Rijksbegroting | |
Diversen | ‒ 63 |
‒ 63 | |
Totaal mutaties sinds Miljoenennota 2021 | ‒ 31,5 |
Stand Financieel Jaarverslag van het Rijk 2021 (subtotaal) | 0 |
Totaal Internationale samenwerking | |
Stand Financieel Jaarverslag van het Rijk 2021 | 0 |
2021 | |
---|---|
Totaal Internationale samenwerking |
Uitgaven
Accres tranche 2018 & accres tranche 2019
De indexatie van het provinciefonds ademt mee met de Rijksbegroting. Op basis van de gerealiseerde begroting van het Rijk voor 2018 en de geactualiseerde begroting voor 2019 wijzigde de accrestranche 2018 respectievelijk 2019 voor het provinciefonds. De wijziging in de tranche 2019 valt onder de post diversen.
Accres provinciefonds
Het bijgestelde accres wordt bij Voorjaarsnota en Miljoenennota overgeboekt aan het gemeentefonds. Deze overboeking valt onder de post diversen.
Bijstelling BCF
Het plafond van het BCF is gekoppeld aan de accrespercentages zoals die volgen uit de normeringssystematiek voor het provinciefonds en provinciefonds. Het plafond wordt aangepast voor taakmutaties (zoals decentralisaties) die gepaard gaan met onttrekkingen of toevoegingen aan het BCF.
Als het plafond overschreden wordt, komt het verschil ten laste van het gemeentefonds en provinciefonds. Bij een realisatie later dan het plafond, komt het verschil ten gunste van het gemeentefonds en provinciefonds. De toevoeging of uitname wordt over het gemeentefonds en provinciefonds verdeeld conform de aandelen van de gezamenlijke gemeenten en provincies in het BCF in het gerealiseerde jaar.
In 2019 is het aandeel van de provincies 17,7 miljoen euro in de geraamde ruimte onder het plafond voor 2019 bestemd voor het Provinciefonds. De definitieve berekening van het plafond en de bijbehorende afrekening van het BCF voor 2019 vindt plaats bij Voorjaarsnota 2020.