Base description which applies to whole site

8.2 Saldibalans Ministerie van Financiën IXB

Tabel 65 Saldibalans per 31 december 2021 van het Ministerie van Financiën (IX) (bedragen x € 1.000)1

Activa

Passiva

  

31-12-2021

31-12-2020

  

31-12-2021

31-12-2020

 

Intra-comptabele posten

   

Intra-comptabele posten

  

1)

Uitgaven ten laste van de begroting

9.480.546

8.519.778

2)

Ontvangsten ten gunste van de begroting

172.147.480

151.367.516

3)

Liquide middelen

59.271

59.191

    

4)

Rekening-courant RHB

163.006.672

143.063.036

    

5)

Rekening-courant RHB Begrotingsreserve

472.453

514.025

5a)

Begrotingsreserves

472.453

514.025

6)

Vorderingen buiten begrotingsverband

7.518

8.341

7)

Schulden buiten begrotingsverband

406.527

282.830

 

Subtotaal intra-comptabel

173.026.460

152.164.371

 

Subtotaal intra-comptabel

173.026.460

152.164.371

 

Extra-comptabele posten

   

Extra-comptabele posten

  

9)

Openstaande rechten

50.018.823

42.112.474

9a)

Tegenrekening openstaande rechten

50.018.823

42.112.474

10)

Vorderingen

4.045.868

3.988.376

10a)

Tegenrekening vorderingen

4.045.868

3.988.376

11a)

Tegenrekening schulden

0

0

11)

Schulden

0

0

12)

Voorschotten

191.564

217.606

12a)

Tegenrekening voorschotten

191.564

217.606

13a)

Tegenrekening garantieverplichtingen

198.004.449

219.168.695

13)

Garantie- verplichtingen

198.004.449

219.168.695

14a)

Tegenrekening andere verplichtingen

5.884.320

5.119.659

14)

Andere verplichtingen

5.884.320

5.119.659

15)

Deelnemingen

39.144.119

38.878.642

15a)

Tegenrekening deelnemingen

39.144.119

38.878.642

 

Subtotaal extra-comptabel

297.289.143

309.485.486

 

Subtotaal extra-comptabel

297.289.143

309.485.486

 

Overall Totaal

470.315.603

461.649.857

 

Overall Totaal

470.315.603

461.649.857

1

Vanwege afrondingsverschillen zijn kleine afwijkingen zichtbaar tussen de saldibalans en de verantwoordingsstaat.

Algemene toelichting

Alle bedragen zijn opgenomen tegen nominale waarden en vermeld in duizenden euro’s tenzij anders vermeld. Relevante posten worden hieronder nader toegelicht. Hierbij is de nummering van de saldibalans aangehouden. Door afronding van bedragen kan het voorkomen dat totaaltellingen niet aansluiten bij de som der delen.

1. Uitgaven ten laste van de begroting

Deze post bevat de nog niet met de Rijkshoofdboekhouding verrekende begrotingsuitgaven 2021. Verrekening van de begrotingsuitgaven zal plaatsvinden nadat de Slotwet door de Staten-Generaal is vastgesteld.

2. Ontvangsten ten gunste van de begroting

Deze post betreft de nog niet met de Rijkshoofdboekhouding verrekende begrotingsontvangsten 2021. Verrekening van de begrotingsontvangsten zal plaatsvinden nadat de Slotwet door de Staten-Generaal is vastgesteld.

3. Liquide middelen

De liquide middelen bestaan uit de saldi op bankrekeningen en de bij kasbeheerders aanwezige kasgelden.

4. Rekening-courant Rijkshoofdboekhouding

Deze post geeft de financiële verhouding met de Rijkshoofdboekhouding weer. Het bedrag is per 31 december 2021 in overeenstemming met de opgave van de Rijkshoofdboekhouding.

5. en 5a. Begrotingsreserves

In de praktijk worden dit ook wel interne begrotingsreserves oftewel risicovoorzieningen genoemd. Een begrotingsreserve is een meerjarige budgettaire voorziening die op een afzonderlijke rekening-courant wordt aangehouden. Het gaat om een interne budgettaire voorziening of reserve binnen de Rijksbegroting. De reserve blijft meerjarig beschikbaar voor het doen van uitgaven in latere jaren. Voor elke begrotingsreserve wordt in de administratie van de Rijkshoofdboekhouding een afzonderlijke rekening-courant aangehouden.

Tabel 66 Begrotingsreserves (bedragen x € 1 mln.)

Naam Begrotingsreserve

Saldo1-1-2021

Toevoegingen 2021

Onttrekkingen 2021

Saldo31-12-2021

Verwijzing naar begrotingsartikel

Garantie BES

4,0

1,0

0,0

5,0

2

Ekv

508,5

81,2

124,4

465,3

5

NHT

1,5

0,6

0,0

2,1

2

Totaal

514,0

82,8

124,4

472,4

 

Garantie BES

In 2017 heeft de Staat een garantie voor het DGS voor de BES-eilanden ingesteld. Jaarlijks wordt voor deze garantie € 1 mln. toegevoegd aan de begrotingsreserve.

Ekv

In overeenstemming met het garantiekader voor risicoregelingen is er een risicovoorziening voor de Exportkredietverzekering opgericht. Deze risicovoorziening werkt als een buffer om meerjarig grote budgettaire schommelingen in de uitgaven binnen het uitgavenplafond van de begroting van het ministerie van Financiën op te kunnen vangen. De opgehaalde, kostendekkende, premies in enig jaar vloeien in deze reserve en schades op afgesloten dossiers en uitvoeringskosten vloeien uit de reserve.

NHT

De Staat heft een jaarlijkse premie (€ 625.000 over 2021) over het afgegeven garantiebedrag van € 50 mln. Deze middelen worden gestort in een per 1 juni 2018 opgerichte begrotingsreserve.

6. Vorderingen buiten begrotingsverband

Onder de vorderingen buiten begrotingsverband zijn posten opgenomen, die nog met derden moeten worden verrekend.

Vordering DNB a.g.v. winstafdracht

Somalië is vorig jaar schuldbehandeling gestart onder het Heavily Indebted Poor Countries (HIPC) initiatief, waarbij Nederland heeft toegezegd bij te dragen aan kwijtschelding van achterstallige betalingen van Somalië aan het IMF ('arrears clearance'). De Nederlandse bijdrage is EUR 4,3 mln. via DNB. Als gevolg van de tijdelijke stopzetting van de winstafdracht van DNB aan de Staat is dit als vordering opgenomen.

7. Schulden buiten begrotingsverband

Onder de schulden buiten begrotingsverband zijn de posten opgenomen, die nog aan derden moeten worden betaald. De stand ultimo 2021 van € 407 mln. heeft grotendeels betrekking op in december 2021 ontvangen provinciale opcenten die nog verrekend moeten worden met de provincies en de consignatiekas.

9. Openstaande rechten

Deze post kan als volgt worden gespecificeerd.

Tabel 67 Openstaande rechten (bedragen x € 1.000)
 

Ultimo 2021

Ultimo 2020

Belastingvorderingen

49.766.954

41.942.884

Vorderingen DRZ

71.539

83.763

Btw-compensatiefonds

3.859

9.017

Overige

176.471

76.810

Totaal

50.018.823

42.112.474

Belastingvorderingen (Belastingdienst en Douane)

De belangrijkste posten van de ultimo 2021 openstaande belastingvorderingen zijn in onderstaande tabel opgenomen. De stand van de openstaande belastingvorderingen is in 2021 toegenomen met € 7,8 mld. Deze stijging wordt met name veroorzaakt door het verruimde uitstel van betaling in het kader van het corona-steun- en herstelpakket van de Rijksoverheid. De belangrijkste posten van de ultimo 2021 openstaande belastingvorderingen zijn in onderstaande tabel opgenomen.

Tabel 68 Belastingvorderingen uitgesplitst naar belastingsoort (bedragen € x 1 mld.)
 

Ultimo 2021

Ultimo 2020

Vpb

13,8

13,4

Inkomstenbelasting/premies volksverzekeringen

7,2

6,2

Omzetbelasting

9,5

7,3

Loonbelasting/premies volksverzekeringen

11,6

8,1

Erf- en schenkbelasting

0,8

0,7

Douanerechten

0,7

0,6

Overig

6,2

5,67

Totaal

49,8

41,9

Het volgende overzicht geeft aan in welk jaar de nog openstaande belastingvorderingen zijn ontstaan.

Figuur 8 - Ouderdom van de Belastingvorderingen (verdeling in procenten)

Van het totale te vorderen bedrag zal uiteindelijk een aanzienlijk gedeelte niet inbaar zijn. Bij 82% van de openstaande belastingvorderingen is de uiterste betaaldatum verstreken. Van deze achterstandsposten is 25% aan te merken als betwist, bijvoorbeeld omdat een bezwaarschrift is ingediend. Ook van de niet-betwiste rechten met een betalingsachterstand zal een gedeelte niet of moeilijk inbaar zijn, bijvoorbeeld als gevolg van faillissementen.

De Belastingdienst en de Douane stellen vorderingen, die niet meer verhaald kunnen worden op de belastingplichtige, buiten invordering. Er worden dan geen invorderingsmaatregelen meer genomen. Een buiten invordering gestelde vordering blijft nog wel invorderbaar (tot het moment van verjaring). Als alsnog betaald wordt of verrekend kan worden, wordt dit bedrag afgeboekt op de vordering. In 2021 bedroeg het nettobedrag aan buiten invordering gestelde vorderingen (incl. alsnog gerealiseerde afboekingen) € 0,6 mld. Van een gedeelte van de openstaande vorderingen is het recht om in te vorderen formeel verjaard. Volgens de huidige inzichten zullen om die reden vorderingen tot een bedrag van ca. € 80 mln. in 2022 alsnog buiten invordering gesteld worden.

Tabel 69 Verloop van de belastingvorderingen (bedragen x € 1.000)
 

Ultimo 2021

Ultimo 2020

Ultimo vorig jaar

41.942.885

27.638.842

Rechten Belastingdienst Caribisch Nederland (BCN) vorig jaar

0

‒ 49.724

Ontstane rechten

99.482.546

107.315.041

Vervallen rechten

‒ 91.658.477

‒ 93.019.104

Rechten BCN dit jaar

0

57.829

Totaal

49.766.954

41.942.884

Tabel 70 Opeisbaarheid van de belastingvorderingen (bedragen x € 1.000)
 

Ultimo 2021

Ultimo 2020

Reguliere belastingvorderingen

45.984.762

38.141.643

Rechten BCN

61.547

57.829

Conserverende aanslagen Inkomstenbelasting/Premies volksverzekeringen (IB/PVV)

3.691.370

3.721.105

Conserverende aanslagen Erf- en schenkbelasting

29.276

22.307

Totaal

49.766.954

41.942.884

Dit betreft het nominale bedrag van de in de debiteurenadministraties van de Belastingdienst en de Douane geregistreerde openstaande invorderingsopdrachten, gecorrigeerd voor de betalingen die ultimo 2021 waren ontvangen maar nog niet waren verwerkt in de debiteurenadministraties.

Van de totale € 49,8 mld. zijn de conserverende aanslagen, € 3,7 mld., niet direct invorderbaar.

Vorderingen DRZ

De vorderingen (rechten) van € 71,5 mln. ultimo 2021 hebben betrekking op de periode tot en met 2026. De vorderingen van DRZ bestaan voor 99,2% uit verkopen van militair strategische roerende zaken. In 2021 is door DRZ € 30,5 mln. aan betalingen ontvangen voor militair strategische goederen van Defensie.

De ouderdom (jaar van herkomst) van de vorderingen DRZ is als volgt:

Tabel 71 Ouderdom van de vorderingen DRZ (bedragen x € 1.000)

Ontstaan vóór 2018

48.797

Ontstaan in 2018

0

Ontstaan in 2019

4.400

Ontstaan in 2020

10.275

Ontstaan in 2021

8.067

Totaal

71.539

Overige

Financiën heeft nog een vordering van € 176,5 mln. openstaan op dividenden staatsdeelnemingen. Het gaat hier met name om nog terug te ontvangen dividendbelasting over 2021.

10. Vorderingen

Deze post kan als volgt worden gespecificeerd.

Tabel 72 Vorderingen (bedragen x € 1.000)
 

Ultimo 2021

Ultimo 2020

Niet gerelateerd aan de kredietcrisis

  

Geconsolideerde vorderingen exportkredietverzekering

295.772

311.455

Overige vorderingen exportkredietverzekering

662.097

460.887

Overige

56.270

59.610

Subtotaal

1.014.139

831.952

Ontstaan als gevolg van de kredietcrisis

  

Lening Griekenland

3.031.728

3.156.424

Subtotaal

3.031.728

3.156.424

Totaal

4.045.867

3.988.376

Geconsolideerde vorderingen exportkredietverzekering

Verreweg het grootste deel van de geconsolideerde vorderingen (excl. consolidatierente) van € 0,30 mld. is opgenomen in consolidatie-overeenkomsten in het kader van de Club van Parijs. Vorderingen begrepen in consolidatie-overeenkomsten zijn door landen erkende schulden waar een betalingsregeling voor geldt en kunnen derhalve worden beschouwd als recuperabel.

Lening Griekenland

In 2010 had Griekenland als eerste land van de eurozone problemen om zichzelf te blijven financieren op de markt. Als gevolg daarvan is besloten de lidstaten van de eurozone samen met het IMF tot het verlenen van financiële steun door het verstrekken van bilaterale leningen. Deze zogenaamde Greek Loan Facility (GLF) bestond oorspronkelijk uit € 80 mld. aan bilaterale leningen van de landen van de eurozone en € 30 mld. van het IMF. In juli 2011 is besloten om de nog niet uitgekeerde leningen uit de GLF over te hevelen naar het EFSF. Vanuit de bilaterale leningen in het GLF is € 52,9 mld. uitgekeerd aan Griekenland. Het Nederlandse aandeel in de GLF was in totaal € 3,2 mld. Sinds 2012 zijn geen nieuwe leningen meer verstrekt en is Griekenland in 2020 gestart met het terugbetalen van de leningen. Eind 2021 bedraagt het Nederlandse aandeel in de GLF € 3 mld.

Niet uit de balans blijkende vordering

Tot de voorwaardelijke vorderingen kan het saldo van de Maintenance Of Value posities (MOV) worden gerekend (betreft internationale instellingen). Het betreft een statutaire verplichting voor de aandeelhouders om onder bepaalde voorwaarden de waarde van hun originele ingelegde kapitaalinleg in nationale valuta constant te houden. De stand van de MOV-posities bedroeg € 46,8 mln. Het saldo van de MOV-posities kan afhankelijk van wisselkoersfluctuaties een vordering dan wel een verplichting voorstellen. Door de aandeelhouders van de internationale instellingen is echter besloten dat er geen uitkering van de MOV-verplichtingen zal plaatsvinden. Zodoende zullen er geen financiële transacties op basis van de MOV plaatsvinden, tenzij de aandeelhouders besluiten deze bevriezing op te heffen.

Onderdeel van afspraken van de Eurogroep is dat de inkomsten van de ECB en de nationale centrale banken op de Griekse staatsobligaties worden doorgegeven aan Griekenland. Dit betreffen de inkomsten uit de SMP-portefeuille en de ANFA-portefeuille. Het ESM heeft een speciale rekening waarop lidstaten de inkomsten kunnen overmaken. Medio 2018 is besloten om conditioneel aan het honoreren van de afspraken de inkomsten in de toekomst weer uit te keren. De Eurogroep heeft daartoe in juni aan de Eurozone-lidstaten verzocht het betalen van de inkomsten van na 2014 aan de speciale ESM rekening te hervatten. In 2021 is er € 33,3 mln. overgemaakt.

Ouderdomsoverzicht van de vorderingen

De ouderdom van de vorderingen exclusief de geconsolideerde en overige vorderingen exportkredietverzekeringen, is als volgt:

Tabel 73 Ouderdom van de vorderingen (bedragen x € 1.000)

Ontstaan vóór 2017

3.086.888

Ontstaan in 2017

12

Ontstaan in 2018

622

Ontstaan in 2019

25

Ontstaan in 2020

32

Ontstaan in 2021

419

Totaal

3.087.998

Opeisbaarheid van de vorderingen

Het volgend overzicht geeft inzicht in de mate van opeisbaarheid van de vorderingen.

Tabel 74 Opeisbaarheid van de vorderingen (bedragen x € 1.000)

Opeisbaarheid

Bedrag

Direct opeisbare vorderingen

16.982

Op termijn opeisbare vorderingen

4.006.385

Geconditioneerde vorderingen

22.500

Totaal

4.045.867

11. Schulden

Onder schulden zijn posten opgenomen die zijn voortgekomen uit ontvangsten ten gunste van de begroting. De begroting IXB van het ministerie van Financiën heeft geen schulden.

12. Voorschotten

Deze post kan als volgt worden gespecificeerd.

Tabel 75 Voorschotten (bedragen x € 1.000)
 

Ultimo 2021

Ultimo 2020

Personeel en Materieel

24.614

31.929

Herverzekering leverancierskredieten

‒ 138.305

‒ 93.675

Btw-compensatiefonds

143.000

146.281

Overige

162.255

133.071

Totaal

191.564

217.606

Personeel en Materieel

Deze post betreft diverse voorschotten aan personeel. Daarnaast hebben deze voorschotten betrekking op betalingen aan diverse crediteuren waarvan de goederen/diensten nog geleverd dienen te worden.

Herverzekering leverancierskredieten

De in 2021 betaalde en ontvangen bedragen in het kader van de herverzekering leverancierskredieten hebben een voorlopig karakter. De bedragen worden vanaf 2022 definitief vastgesteld na ontvangst van de verklaring van de externe accountant. Deze vaststelling betreft zowel de uitgaven als de ontvangsten. Daarom is het saldo van de in 2020 & 2021 betaalde en ontvangen bedragen als voorschot opgenomen. Omdat in beide jaren meer is ontvangen dan betaald, leidt dit tot een negatief voorschotbedrag van per saldo € 138,3 mln.

Btw-compensatiefonds

Dit zijn voorschotten die betrekking hebben op bijdragen aan gemeenten en regionale openbare lichamen.

Overige voorschotten

Voor € 132 mln. betreft het ambtshalve voorschotten uitbetaald op de evenredige bijdrage verdeling. Deze voorschotten zijn uitbetaald aan burgers bij wie meer dan het maximum aan inkomensafhankelijke bijdrage in het kader van de zorgverzekeringswet is ingehouden. Het gehele bedrag is ontstaan in 2021. Daarnaast betreft dit voor € 30 mln. voorschotten programmakosten Toeslagen (UHT).

Het volgende overzicht geeft inzicht in de ouderdom van de voorschotten, waarvan de uitgaven reeds in het jaar van verstrekking ten laste van de begroting zijn gebracht. Tevens is aangeven welk deel in 2021 tot afrekening is gekomen.

Tabel 76 Verloop en ouderdom van de voorschotten (bedragen x € 1.000)
 

Saldo1-1-2021

Verstrekt 2021

Afgerekend 2021

Saldo31-12-2021

vóór 2018

3.275

0

3.075

200

2018

637

0

300

337

2019

10.256

0

9.738

518

2020

203.438

0

188.775

14.663

2021

0

180.550

4.703

175.847

Totaal

217.606

180.550

206.591

191.565

13. Garantieverplichting

Deze post kan als volgt worden gespecificeerd.

Tabel 77 Garantieverplichtingen (bedragen x € 1.000)
 

Saldo1-1-2021

Aangegaan in 2021(=inclusief positieve bijstellingen)

Vrijgevallen garanties in 2021 (garanties die aflopen zonder dat tot een uitbetaling is gekomen)

Betalingen in 2021

Negatieve bijstelling in 2021(van in eerdere begrotingsjaren aangegane garantie-verplichtingen)

Saldo31-12-2021

Deelnemingen

61.169.216

6.670.585

‒ 19.198.694

0

0

48.641.107

DNB-IMF

43.152.377

6.505.509

‒ 19.198.694

0

0

30.459.192

Ontwikkelings-banken/NWB

18.016.839

165.075

0

0

0

18.181.915

       

Kernongevallen (WAKO)

9.768.901

0

0

0

0

9.768.901

       

Verzekeringen:

30.814.243

7.267.867

‒ 11.936.809

‒ 244.289

‒ 4.046.605

21.854.407

Exportkrediet-verzekering

18.842.123

7.267.867

0

‒ 208.978

‒ 4.046.605

21.854.407

Garantie Herverzekering leverancierskredieten(HULK)

11.972.120

0

‒ 11.936.809

‒ 35.311

0

0

       

Stabiliteits-mechanisme EFSM

2.771.582

55.485

0

0

‒ 59.648

2.767.419

Stabiliteits-mechanisme EFSF

34.154.159

0

0

0

0

34.154.159

Garantiestelling KLM

2.160.000

0

0

0

0

2.160.000

Garantie ESM

35.423.700

0

0

0

‒ 60.050

35.363.650

Garantie SRF

4.163.500

0

0

0

0

4.163.500

Garantie NGEU

27.401.109

254.048

0

0

0

27.655.157

Garantie SURE

6.071.150

62.516

0

0

0

6.133.666

Garantie kredieten EU betalingsbalanssteun

3.712.000

64.000

0

0

0

3.776.000

Garantie EIB

1.301.381

   

‒ 53

1.301.328

Overige

257.753

9.047

‒ 578

‒ 1.068

0

265.153

Totaal

219.168.695

14.383.548

‒ 31.136.081

‒ 245.356

‒ 4.166.356

198.004.449

Bovenstaande tabel bevat interne garanties met betrekking tot schatkistbankieren door de AFM en alle externe garantieverplichtingen uit hoofdstuk 3.4 Overzicht risicoregelingen, met uitzondering van de overeenkomst met FMO, aangezien de garantieverplichting FMO in theorie ongelimiteerd is. De toelichting voor de bovenstaande garantieverplichtingen is opgenomen in hoofdstuk 3.4 Overzicht risicoregelingen, Toelichting per risicoregeling.

DNB-IMF

De uitstaande garantieverplichting aan DNB inzake IMF is in 2021 met € 12,6 mld. naar beneden bijgesteld als gevolg van de volgende mutaties: de NAB-middelen zijn per 1 januari 2021 verdubbeld van SDR 4,6 mld. (€ 5,4 mld.) naar SDR 9,2 mld. (€ 10,9 mld.). Tevens heeft de IMF Executive Board ingestemd met een verlenging van een deel van de BBA-middelen waarvan de overeenkomsten per 31 december 2020 afliepen.De totale hoeveelheid BBA-middelen zijn per 1 januari 2021 gedaald na deze verlenging met € 7,7 mld. (van € 13,6 mld. naar € 5,9 mld.). Op basis van de uitgevoerde evaluatie over de garantie voor Special Drawings Rights (SDR), heeft de Nederlandse Staat met instemming van DNB, besloten deze garantie van € 11,5 mld. te laten vervallen. Daarnaast is de garantie aangepast aan de hand van de wisselkoersstand van de euro ten opzichte van de SDR van het IMF.

Niet in de balans opgenomen garantieverplichting

De garantie aan het FMO betreft een instandhoudingsverplichting en is in theorie onbeperkt. De letterlijke tekst van de overeenkomst is leidend voor de interpretatie.

14. Andere verplichtingen

Deze post kan als volgt worden gespecificeerd.

Tabel 78 Andere verplichtingen (bedragen x € 1.000)
 

Saldo1-1-2021

Aangegaan in 2021(=inclusief positieve bijstellingen)

Vrijgevallen in 2021 (verplichtingen die aflopen zonder dat tot een uitbetaling is gekomen)

Betalingen in 2021

Negatieve bijstelling in 2021(van in eerdere begrotingsjaren aangegane verplichtingen)

Saldo31-12-2021

Vordering SRH

1.767.085

0

0

0

‒ 11.414

1.755.671

Deelnemingen ontwikkelingsbanken

1.305.321

2.716

0

‒ 44.200

0

1.263.837

Tegemoetkoming Toeslag Gedupeerde ouders

457.102

584.687

0

‒ 712.636

0

329.154

Overige

1.590.151

9.466.422

0

‒ 8.478.354

‒ 42.561

2.535.658

Totaal

5.119.659

10.053.826

0

‒ 9.235.190

‒ 53.975

5.884.320

Vordering SRH

De vordering SRH bestaat uit een vordering van € 1,598 mld. n.a.v. de afsplitsing van SNS Bank van de holding SNS Reaal in 2015, een bedrag van € 161 mln. dat SRH in 2017 aan de Staat heeft overgeheveld, en geaccumuleerde rente over dit bedrag. In 2021 is de vordering per saldo verlaagd met € 11,41 mln. rente.

Deelnemingen ontwikkelingsbanken

Per 31 december 2021 zijn er nog een aantal openstaande betalingsverplichtingen aan de Wereldbank (voor de onderdelen IBRD, IFC en IDA).

Tegemoetkoming Toeslag gedupeerde ouders

Deze verplichting betreft de gedane toezeggingen om de door de kinderopvangtoeslagaffaire gedupeerde ouders te compenseren. Hieronder vallen de Catshuisregeling (30K-regeling), de Integrale Beoordeling, OGS-regeling, Noodvoorziening en de Rechtsbijstandsregeling. In 2021 is voor € 584,6 mln. aan verplichtingen aangegaan waarvan € 429 mln. betrekking had op de 30 K regeling, € 30,5 mln. op de Rechtsbijstandsregeling, € 0,9 mln. OGS. € 1 mln. op de Noodvoorziening en het restant op Integrale Beoordelingen (+/- € 120 mln.)

Per 31 december 2021 resteert nog een openstaande verplichting van € 329 mln. bestaande uit € 299 mln. voor de 30K-regeling en € 30,5 mln. voor de Rechtsbijstandsregeling.

Overige

De overige aangegane verplichtingen betreffen onder meer de toename van opdrachten en externe inhuur van Belastingdienst en Toeslagen en het nog niet verstrekte deel van de achtergestelde lening aan KLM.

Niet in de balans opgenomen andere verplichtingen

Schadeloosstelling SRH

Sinds enkele jaren loopt een rechtszaak over het vaststellen van de schadeloosstelling naar aanleiding van de onteigening van effecten en vermogensbestanddelen van SNS Reaal N.V. en SNS Bank N.V. door de Staat. Op 11 februari 2021 heeft de Ondernemingskamer uitspraak gedaan. De Tweede Kamer is op 22 februari 2021 over de uitspraak en de daarna lopende cassatieperiode geïnformeerd99. In voorgenoemde brief is de Tweede Kamer tevens geïnformeerd over de direct in 2021 te vergoeden proceskosten van partijen en kosten van de deskundigen. Bij toewijzing van de cassatieprocedure door de Hoge Raad wordt de procedure terugverwezen naar het Gerechtshof en zal er waarschijnlijk nog een jaar langer geprocedeerd worden. Bij afwijzing van de cassatieprocedure is de uitspraak van het Gerechtshof definitief. In het najaar van 2022 wordt hierover een uitspraak verwacht.

15. Deelnemingen

De post deelnemingen bestaat uit de aandelen in Nederlandse ondernemingen en de aandelen in internationale instellingen. De deelnemingen zijn als volgt gewaardeerd:

  • Nederlandse ondernemingen: op basis van de historische aanschafwaarde. Voor TenneT, DNB en N.V. Luchthaven Schiphol zijn de historische aanschafwaarden onbekend. Deze zijn opgenomen tegen de nominale waarde.

  • Internationale instellingen: op basis van de historische aanschafwaarde tegen de wisselkoers per 31 december 2021. Voor het restant dat niet als deelneming is opgenomen, is een garantieverplichting verstrekt (callable capital), die onder saldibalanspost 13 is opgenomen.

De deelnemingen kunnen als volgt gespecificeerd worden. In de tweede kolom van het overzicht is het deelnemingspercentage ultimo 2021 vermeld.

Tabel 79 Deelnemingen (bedragen x € 1.000)
 

Aandeel in %

Ultimo 2021

Ultimo 2020

Nederlandse ondernemingen

   

Nederlandse Gasunie N.V.

100

10.067.312

10.067.312

NS N.V.

100

1.012.265

1.012.265

TenneT B.V.

100

1.890.000

1.890.000

Air France KLM

9,3

744.396

744.396

DNB

100

500.000

500.000

BNG

50

69.613

69.613

N.V. Luchthaven Schiphol

69,8

58.937

58.937

Havenbedrijf Rotterdam

29,2

462.667

462.667

Nederlandse Loterij B.V.

99

78.273

78.273

InvestNL

100

175.000

50.000

InvestINT

51

69.163

0

Overige

div.

73.209

73.209

Subtotaal Nederlandse ondernemingen exclusief de financiële instellingen

 

15.200.835

15.006.672

Gerelateerd aan kredietcrisis

   

ABN AMRO GROUP N.V.

56,3

12.186.590

12.186.590

SRH N.V.

100

2.200.000

2.200.000

Volksbank Holding B.V. (Volksbank)

100

2.700.000

2.700.000

Subtotaal Nederlandse ondernemingen inclusief de financiële instellingen

 

32.287.425

32.093.262

Internationale instellingen

   

IBRD

1,97

371.799

345.965

EFSF

5,7

1.625

1.625

ESM

5,67

4.563.050

4.563.050

EIB

5,21

1.155.143

1.155.143

EBRD

2,5

155.250

155.250

IFC

2,2

420.749

389.830

MIGA

1,85

6.931

6.397

AIIB

1,07

182.147

168.120

Subtotaal

 

6.856.694

6.785.380

Totaal

 

39.144.119

38.878.642

Wereldbank (IBRD, IFC, MIGA)

Door de daling van de euro ten opzichte van de dollar is het uitstaande bedrag gestegen. Het aandeel in procenten is gelijk gebleven.

AIIB

Door de daling van de euro ten opzichte van de dollar is het uitstaande bedrag gestegen. Het aandeel in procenten is gelijk gebleven.

Invest International

Invest International is op 27 juli 2021 opgericht. De officiële opening en start van activiteiten vonden plaats op 1 oktober 2021. Aandeelhouders zijn de Staat (51 procent) en de Nederlandse Financieringsmaatschappij voor Ontwikkelingslanden (FMO, 49 procent). FMO is op zijn beurt eveneens voor 51% eigendom van de Staat.

Licence