Activa | 31-12-2021 | 31-12-2020 | Passiva | 31-12-2021 | 31-12-2020 | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Intra-comptabele posten | ||||||||||
1 | Uitgaven ten laste van de begroting | 2.013.542 | 1.775.998 | 2 | Ontvangsten ten gunste van de begroting | 641.179 | 292.165 | |||
3 | Liquide middelen | 2.598 | 4.538 | |||||||
4 | Rekening-courant RHB1 | 0 | 0 | 4a | Rekening-courant RHB | 2.023.269 | 2.123.695 | |||
5 | Rekening-courant RHB Begrotingsreserve | 254.389 | 752.372 | 5a | Begrotingsreserves | 254.389 | 752.372 | |||
6 | Vorderingen buiten begrotingsverband | 714.727 | 708.616 | 7 | Schulden buiten begrotingsverband | 66.419 | 73.291 | |||
8 | Kas-transverschillen | |||||||||
Subtotaal intra-comptabel | 2.985.256 | 3.241.524 | Subtotaal intra-comptabel | 2.985.256 | 3.241.524 | |||||
Extra-comptabele posten | ||||||||||
9 | Openstaande rechten | 0 | 0 | 9a | Tegenrekening openstaande rechten | 0 | 0 | |||
10 | Vorderingen | 474.986 | 674.019 | 10a | Tegenrekening vorderingen | 474.986 | 674.019 | |||
11a | Tegenrekening schulden | 0 | 0 | 11 | Schulden | 0 | 0 | |||
12 | Voorschotten | 1.729.973 | 1.309.076 | 12a | Tegenrekening voorschotten | 1.729.973 | 1.309.076 | |||
13a | Tegenrekening garantieverplichtingen | 652.848 | 690.772 | 13 | Garantieverplichtingen | 652.848 | 690.772 | |||
14a | Tegenrekening andere verplichtingen | 1.171.710 | 904.880 | 14 | Andere verplichtingen | 1.171.710 | 904.880 | |||
15 | Deelnemingen | 0 | 0 | 15a | Tegenrekening deelnemingen | 0 | 0 | |||
Subtotaal extra-comptabel | 4.029.517 | 3.578.747 | Subtotaal extra-comptabel | 4.029.517 | 3.578.747 | |||||
Totaal | 7.014.773 | 6.820.271 | Totaal | 7.014.773 | 6.820.271 |
Toelichting op de saldibalans
Algemeen
De balansposten zijn bepaald en gewaardeerd overeenkomstig de geldende voorschriften van de Comptabiliteitswet. Indien van de geldende voorschriften is afgeweken is dit nader toegelicht.
Alle bedragen zijn opgenomen in duizenden euro's tenzij anders vermeld. In de tabel van de saldibalans zijn de bedragen overeenkomstig de voorschriften naar boven afgerond. In de tabellen van de toelichting zijn de bedragen op de standaard wijze afgerond en opgeteld. Door de verschillende wijze van afronden kan de som van de overige tabellen afwijken van de bedragen van de tabel van de saldibalans.
Saldibalanspost 8, kas-transverschillen, is niet van toepassing voor het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.
Uitgaven ten laste van de begroting 2021 | 2.013.542 |
---|
De uitgaven over 2021 zijn gespecificeerd in het jaarverslag van LNV (hoofdstuk XIV) onderdeel uitgaven, artikelen 21 t/m 24 en 50.
Ontvangsten ten gunste van de begroting 2021 | 641.179 |
---|
De ontvangsten over 2021 zijn gespecificeerd in het jaarverslag van LNV (hoofdstuk XIV) onderdeel ontvangsten, artikelen 21 t/m 24 en 50.
Liquide Middelen | 2.598 |
---|---|
De post liquide middelen is opgebouwd uit de saldi van banken en contante gelden. |
De post liquide middelen bestaat uit de aanwezige banksaldi bij Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) voor de uitvoering van de regeling Borgstellingskrediet voor de Landbouw .
Rekening-Courant Rijkshoofdboekhouding | 2.023.269 |
---|---|
Op de rekening-courant Rijkshoofdboekhouding is de financiële verhouding tussen LNV en de Rijksschatkist van het Ministerie van Financiën geadministreerd. |
Het bedrag op de saldibalans is overeenkomstig de saldo opgave per 31 december 2021 van het Ministerie van Financiën.
Begrotingsreserves | 254.389 |
---|---|
Een begrotingsreserve is een meerjarige budgettaire voorziening binnen de begroting die LNV aanhoudt op een afzonderlijke rekening-courant bij het Ministerie van Financiën. De reserve blijft meerjarig beschikbaar voor het doen van uitgaven in latere jaren. |
LNV maakt gebruik van de mogelijkheid om begrotingsreserves aan te houden. In het jaarverslag is bij de betreffende begrotingsartikelen informatie over deze reserves opgenomen eventueel aangevuld met relevante ontwikkelingen. De toevoegingen en onttrekkingen die respectievelijk ten laste of ten gunste van de begroting hebben plaatsgevonden worden in het jaarverslag toegelicht.
Specificatie begrotingsreserves: | Saldo 31-12-2020 | Toevoegingen | Onttrekkingen | Saldo 31-12-2021 | Artikel |
---|---|---|---|---|---|
Landbouw | 30.518 | 2.082 | 13.134 | 19.466 | 21 |
Visserij | 26.875 | 3.390 | 826 | 29.439 | 21 |
Borgstellingsfaciliteit | 79.022 | 5.756 | 0 | 84.777 | 21 |
Apurement | 85.146 | 1.282 | 12.046 | 74.382 | 21 |
Risicovoorziening jonge boeren | 46.000 | 0 | 0 | 46.000 | 21 |
Stikstof | 484.811 | 0 | 484.811 | 0 | 22 |
Risicovoorziening garantstelling Groenfonds | 324 | 0 | 324 | 22 | |
Totaal | 752.372 | 12.833 | 510.817 | 254.388 |
Vorderingen buiten begrotingsverband | 714.727 |
---|---|
Onder de vorderingen buiten begrotingsverband zijn bedragen opgenomen die nog van derden moeten worden ontvangen. |
De vorderingen buiten begrotingsverband zijn als volgt te specificeren: | Bedrag |
---|---|
Vordering EU uitgaven ELGF | 635.239 |
Vordering EU uitgaven ELFPO (POP3) | 32.836 |
Vordering op provincies inzake POP | 23.659 |
Vorderingen op overige opdrachtgevers RVO | 14.937 |
Superheffing | 4.155 |
Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij | 2.650 |
Salarisvorderingen | 685 |
Overige vorderingen | 565 |
Totaal | 714.726 |
Vordering EU uitgaven ELGF
De gelden die LNV voor het Europese fonds ELGF voorfinanciert betreffen de declaraties van de maanden november (16/10 ‒ 30/11) en december. De gedeclareerde bedragen van deze maanden zijn in 2022 ontvangen respectievelijk in de maanden januari en februari. De navolgende tabel geeft inzicht in de totaalbedragen van uitgaven en ontvangsten met betrekking tot het ELGF van de jaren waarvan de jaaraangiften nog niet door de Europese Commissie zijn vastgesteld.
De vordering EU uitgaven ELGF is als volgt te specificeren: | Bedrag |
---|---|
Te weinig ontvangen ELGF voorgaand dienstjaar | 23 |
ELGF boekjaar 2021, in 2020 gerealiseerde uitgaven | 638.407 |
Vordering 31 december 2020 | 638.430 |
ELGF boekjaar 2021, in 2021 gerealiseerde uitgaven | 63.222 |
Ontvangsten uit ELGF boekjaar 2021 | ‒ 700.088 |
Afrekeningen 2020 | ‒ 1.385 |
Te weinig ontvangen ELGF boekjaar 2021 | 179 |
ELGF boekjaar 2022, in 2021 gerealiseerde uitgaven | 635.059 |
Vordering 31 december 2021 | 635.239 |
De jaaraangifte is hoger vastgesteld dan de maandelijkse gedeclareerde bedragen. Naar verwachting zal de Europese Commissie de jaaraangifte 2021 in 2022 definitief vaststellen en het te weinig ontvangen bedrag verrekenen.
* Het boekjaar voor het ELGF loopt van 16 oktober tot en met 15 oktober van het volgende jaar.
Vordering EU uitgaven ELFPO (POP3)
De gelden die LNV voor het Europese fonds ELFPO voorfinanciert inzake het Plattelandsontwikkelingsprogramma 3 betreffen de declaraties van de maanden november (16/10 ‒ 30/11) en december. Het gedeclareerde bedrag van deze maanden is in 2022 ontvangen in de maand februari. De navolgende tabel geeft inzicht in de totaalbedragen van uitgaven en ontvangsten met betrekking tot het ELFPO van de jaren waarvan de jaaraangiften nog niet door de Europese Commissie zijn vastgesteld.
De vordering EU uitgaven ELFPO is als volgt te specificeren: | Bedrag |
---|---|
Te weinigontvangen ELFPO voorgaand dienstjaar | 13 |
ELFPO boekjaar 2021, in 2020 gerealiseerde uitgaven | 33.792 |
Vordering 31 december 2020 | 33.806 |
ELFPO boekjaar 2021, in 2021 gerealiseerde uitgaven | 129.293 |
Ontvangsten uit ELFPO boekjaar 2021 | ‒ 163.204 |
Afrekeningen 2020 | 14 |
Te veel ontvangen ELFPO boekjaar 2021 | ‒ 90 |
ELFPO boekjaar 2022, in 2021 gerealiseerde uitgaven | 32.926 |
Vordering 31 december 2021 | 32.836 |
De jaaraangifte is lager vastgesteld dan de maandelijkse gedeclareerde bedragen. Naar verwachting zal de Europese Commissie de jaaraangifte 2021 in 2022 definitief vaststellen en het te veel ontvangen bedrag verrekenen.
* Het boekjaar van ELFPO loopt van 16 oktober tot en met 15 oktober van het volgende jaar.
Vorderingen op provincies inzake POP
De provincies zijn betrokken bij de uitvoering van de projecten en regelingen van het Plattelandsontwikkelingsprogramma (POP). Het gaat hier om uitgaven die door RVO.nl zijn gerealiseerd waarvan de provincies een deel van de financiering voor hun rekening nemen volgens het afgesloten convenant voor de uitvoering. De gerealiseerde uitgaven worden per kwartaal door RVO.nl bij de provincies in rekening gebracht. Het huidige POP3 loopt van 2014 tot en met 2022.
Vorderingen op overige opdrachtgevers RVO
RVO.nl voert opdrachten uit voor derden. De opdrachten worden verstrekt door publieke, particuliere en Europese organisaties. Het openstaande bedrag zal RVO.nl in rekening brengen bij de betreffende opdrachtgevers.
Superheffing
RVO.nl heeft van 1 januari 2014 tot 1 april 2015 de melkquoteringsregeling uitgevoerd. Op grond van de Europese regelgeving was bij overschrijding van het landenquotum superheffing verschuldigd aan Brussel. De verschuldigde heffing is vervolgens doorberekend aan kopers en veehouders. In verband met recente uitspraken van het hof in een procedure en een door RVO gestarte bestuurdersaansprakelijkheidsprocedure zal de afwikkeling nog enige tijd vergen.
Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij
Het betreft de door LNV gedane uitgaven voor de uitvoering van projecten en regelingen van het Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij.
Salarisvorderingen
Dit betreft betalingen aan personeel inzake salarissen en diverse vergoedingen in afwachting van definitieve verrekening.
Schulden buiten begrotingsverband | 66.419 |
---|---|
Onder de schulden buiten begrotingsverband zijn de bedragen opgenomen die nog ten gunste van derden moeten worden gebracht. |
De schulden buiten begrotingsverband zijn als volgt te specificeren: | Bedrag |
---|---|
ELFPO werkkapitaal | 24.759 |
Vereffeningsorganisatie Product- en Bedrijfschappen | 16.106 |
Vrijgevallen gelden voormalige Product- en Bedrijfschappen | 8.754 |
Contante waarborgen RVO.nl | 8.284 |
Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij | 5.934 |
Schulden aan overige opdrachtgevers RVO | 1.335 |
Overige schulden | 1.246 |
Totaal | 66.418 |
ELFPO werkkapitaal
Het Plattelandsontwikkelingsprogramma 3 van 2014-2020 heeft de Europese Commissie in 2014 goedgekeurd en is in 2020 met 2 jaar verlengd. Als gevolg van deze goedkeuring heeft de Europese Commissie aan LNV werkkapitaal voor de uitvoering van POP3 beschikbaar gesteld overeenkomstig verordening (EU) Nr. 1306/2013. Bij de afsluiting van POP3 zal deze voorfinanciering door de commissie worden verrekend.
Vereffening Product- en Bedrijfschappen
Per 1 januari 2015 is de vereffening van de Product- en Bedrijfschappen onder verantwoordelijkheid van EZ gebracht. Op 1 januari 2019 werd de Minister van LNV verantwoordelijk voor de laatste fase van de vereffening van de vermogens van de schappen. Voor de uitvoering van de vereffeningstaken is de vereffeningsorganisatie PBO opgericht. In verband met de beëindiging van de vereffeningsorganisatie heeft LNV per 1 januari 2021 deze taken overgenomen. De vereffeningsorganisatie heeft de gelden uit de vereffing naar LNV gestort. Het bedrag bestaat onder andere uit een voorziening sociaal plan en de reserves voor het nog niet vereffende Productschap Tuinbouw.
Vrijgevallen gelden uit vereffening voormalige Product- en Bedrijfschappen
De Minister van LNV draagt er zorg voor dat deze saldi een bestemming krijgen die ten nutte komt van het deel van het bedrijfsleven dat betrokken was bij de vereffende schappen.
Contante waarborgen RVO.nl
RVO.nl ontvangt per bank gelden van het bedrijfsleven als zekerheidsstelling voor in- en uitvoercertificaten. Als aan de voorwaarden van de regeling inzake certificaten is voldaan dan betaalt RVO.nl op verzoek van de belanghebbende de bedragen terug.
Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij
Dit betreft door RVO.nl van de EU ontvangen bedragen voor de financiering van projecten en regelingen van het Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij. Dit zijn met name de regelingen Innovatie Aquacultuur, Innovatie Aanlandplicht en Samenwerkingsprojecten Wetenschap en Visserij.
Schulden aan andere opdrachtgevers RVO
RVO.nl voert opdrachten uit voor derden. De opdrachten worden verstrekt door publieke, particuliere en Europese organisaties. RVO.nl zal de betreffende gelden overeenkomstig opdracht of overeenkomst aan begunstigden verstrekken.
Rechten | 0 |
---|---|
Rechten onstaan doordat op grond van wettelijke regelingen, in de toekomst aanspraak bestaat op gelden van derden. |
Vorderingen | 474.986 |
---|---|
De vorderingen hebben betrekking op te ontvangen bedragen voor de begroting van LNV. |
De vorderingen zijn als volgt te specificeren: | Bedrag |
---|---|
Direct opeisbare vorderingen | 86.964 |
Op termijn opeisbare vorderingen | 48.019 |
Geconditioneerde vorderingen | 340.003 |
Totaal | 474.986 |
De direct opeisbare vorderingen zijn als volgt te specificeren: | Bedrag |
---|---|
Vorderingen inzake beleid | 83.656 |
Vorderingen NVWA door CJIB te innen | 2.753 |
Diversen | 555 |
Totaal | 86.964 |
Vorderingen inzake uitvoering beleid
LNV heeft vorderingen opgelegd voortkomend uit subsidie vaststellingen van diverse regelingen.
Vorderingen NVWA door CJIB te innen
Het betreft de door het CJIB ten behoeve van de NVWA te innen bedragen voor de boetebeschikkingen en dwangsommen van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren/de Wet dieren (GWD), de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden (WGB), de Wet Natuurbescherming (WNB) en de Plantgezondheidswet (PGW).
De op termijn opeisbare vorderingen zijn als volgt te specificeren: | Bedrag |
---|---|
Lening Stichting Wageningen Research (DLO) | 32.219 |
Stichting Groenfonds | 15.800 |
Totaal | 48.019 |
Stichting Groenfonds
Inzake het versterken van het investeringsvermogen van de Stichting Groenfonds heeft LNV middelen ter beschikking gesteld (€ 5,8 mln.). Voor het Pilot-Investeringsfonds Duurzame Landbouw is een lening verstrekt (€ 9,0 mln.).
De geconditioneerde vorderingen zijn als volgt te specificeren: | Bedrag |
---|---|
Landinrichtingsrente | 195.742 |
Gestelde zekerheden | 111.255 |
Bureau Beheer Landbouwgronden | 18.699 |
Borgstelling MKB Landbouwkredieten (BL) | 14.307 |
Totaal | 340.003 |
Landinrichtingsrente
Het gaat hier om door grondeigenaren te betalen landinrichtingsrente die voortkomt uit afgesloten landinrichtingsprojecten. De inning van de verschuldigde landinrichtingsrente vindt plaats door de Belastingdienst. Naar verwachting zal in 2043 de laatste afwikkeling van deze regeling plaatsvinden.
Gestelde zekerheden
Dit betreffen zekerheden die bij de uitvoering van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid van de EU worden gevraagd. De uitvoering hiervan vindt plaats bij RVO.nl.
Bureau Beheer Landbouwgronden
Het Bureau Beheer Landbouwgronden beschikt over financiële middelen die in voorgaande jaren door LNV zijn verstrekt. Een deel van deze middelen is bestemd voor het afwikkelen door BBL van een tweetal projecten. Het resterende deel is het aandeel van LNV in het eigen vermogen van BBL. Overige financiële verplichtingen en/of afwikkelingen zullen onder verantwoordelijkheid van LNV plaatsvinden.
Borgstelling MKB Landbouwkredieten (BL)
Op basis van de regeling Borgstelling MKB Landbouwkredieten (BL) verstrekken deelnemende banken krediet aan land- en tuinbouwondernemers onder garantie (borgstelling) van de Staat. De regeling Borgstelling MKB landbouwkredieten is geharmoniseerd met de regeling Borgstelling MKB kredieten (BMKB). Op het moment dat de bank de garantie aanspreekt betaalt RVO.nl de claim uit aan de bank. Hierdoor ontstaat er voor RVO.nl een vordering op de onderneming die wordt opgenomen in de debiteurenadministratie. De bank heeft conform de regeling een volgplicht. Wanneer een ondernemer een voorstel tot afkoop bij de bank indient legt de bank dit ter beoordeling voor aan RVO.nl. Na instemming van RVO.nl zorgt de bank voor afwikkeling van de overeengekomen regeling en maakt het aan RVO.nl toekomende bedrag over.
Schulden | 0 |
---|---|
De schulden hebben betrekking op bedragen die ten gunste van de begroting van LNV zijn ontvangen. |
Voorschotten | 1.729.973 |
---|---|
Voorschotten zijn bedragen die aan derden zijn betaald vooruitlopend op later definitief vast te stellen of af te rekenen bedragen. |
Beleidsartikelen | 2017 en eerder | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | Totaal |
---|---|---|---|---|---|---|
21. Land- en tuinbouw | 5.536 | 2.568 | 12.155 | 40.168 | 248.335 | 308.761 |
22. Natuur, visserij en gebiedsgericht werken | 180.477 | 14.469 | 61.289 | 316.183 | 558.778 | 1.131.197 |
23. Kennis en innovatie | 9.491 | 1.548 | 2.735 | 4.766 | 238.116 | 256.655 |
24. Uitvoering en toezicht | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Buiten begrotingsverband | 2.665 | 24 | 2.938 | 3.018 | 24.713 | 33.359 |
Totaal | 198.169 | 18.610 | 79.116 | 364.134 | 1.069.942 | 1.729.972 |
Verloop van voorschotten gedurende het dienstjaar 2021 | Bedrag |
---|---|
Beginstand 1 januari 2021 | 1.309.076 |
Verstrekte voorschotten | 1.224.603 |
Eindafgerekende voorschotten | ‒ 803.707 |
Eindstand 31 december 2021 | 1.729.972 |
Garantieverplichtingen | 652.848 |
---|---|
De garantieverplichtingen zijn voorwaardelijke financiële verplichtingen. Deze verplichtingen komen op een later moment tot uitbetaling als bij de werderpartij die de garantie heeft ontvangen zich bepaalde omstandigheden voordoen, bijvoorbeeld een bepaald risico of een onzekere gebeurtenis. |
Beleidsartikelen | Stand per 31-12-2020 | In 2021 aangegaan + | Bijstellingen -/- | Uitgaven -/- | Stand per 31-12-2021 |
---|---|---|---|---|---|
21. Land- en tuinbouw | 385.460 | 41.966 | 58.388 | 1.103 | 367.935 |
22. Natuur, visserij en gebiedsgericht werken | 305.311 | 0 | 20.399 | 0 | 284.913 |
23. Kennis en innovatie | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
24. Uitvoering en toezicht | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal | 690.771 | 41.966 | 78.786 | 1.103 | 652.848 |
Andere verplichtingen | 1.171.710 |
---|---|
Het gaat hier om financiële verplichtingen ten opzichte van een wederpartij die op een later moment tot betaling zal leiden. Indien de wederpartij alle gestelde voorwaarden nakomt zal de verplichting volledig tot betaling komen. |
Beleidsartikelen | Stand per 31-12-2020 | In 2021 aangegaan + | Bijstellingen -/- | Uitgaven -/- | Stand per 31-12-2021 |
---|---|---|---|---|---|
21. Land- en tuinbouw | 416.191 | 447.659 | 69.049 | 560.316 | 234.485 |
22. Natuur, visserij en gebiedsgericht werken | 223.425 | 987.457 | 1.360 | 572.684 | 636.839 |
23. Kennis en innovatie | 209.722 | 265.621 | 564 | 244.170 | 230.610 |
24. Uitvoering en toezicht | 0 | 482.027 | 0 | 482.027 | 0 |
50. Apparaat LNV | 0 | 153.243 | 0 | 153.243 | 0 |
Buiten begrotingsverband | 55.541 | 760.915 | 3.778 | 742.903 | 69.776 |
Totaal | 904.880 | 3.096.922 | 74.750 | 2.755.342 | 1.171.710 |
Voor het verantwoorden van de verplichtingen van apparaatsuitgaven op artikel 50 in bovenstaande tabel wordt het principe verplichtingen is gelijk aan kas toegepast. Het verplichtingensaldo wordt gelijk gesteld aan het uitgavensaldo waardoor er per saldo op 31 december geen openstaande verplichtingen worden verantwoord.
Niet uit de balans blijkende bestuurlijke verplichtingen |
Niet uit de saldibalans blijkende bestuurlijke verplichtingent zijn onder meer bestuursovereenkomsten of bestuursconvenanten die afgesloten worden tussen het Rijk en derden, bijvoorbeeld decentrale overheden, functionele overheden of belangenorganisaties. Dergelijke bestuurlijke verplichtingen worden alleen voor het deel waarvoor een juridische verplichting is aangegaan opgenomen in de saldibalans. Tot het moment waarop een juridische verplichting wordt aangegaan, zijn deze bestuurlijke verplichtingen nog niet administratief vastgelegd. Interne procedurese borgen dat de financiële gevolgen bekend zijn voordat een bestuurlijke overeenkomst wordt ondertekend. De uitgaven die het gevolg zijn van deze bestuurlijke verplichtingen kunnen op dat moment worden geraamd, en afhankelijk van het bedrag, toegelicht bij het betreffende begrotingsartikel en in kamerbrieven over het betreffende onderwerp. Op deze wijze wordt geborgd dat de financiële gevolgen van bestuurlijke afspraken niet alleen beleidsmatig, maar ook budgettair, door de Staten-Generaal kunnen worden geautoriseerd, ook al vindt de vastlegging van de verplichting pas op een later moment plaats. |
Noordzeeakkoord en Klimaatakkoord
Het Noordzeeakkoord omvat de afspraken tussen het Rijk en stakeholderpartijen over keuzes en beleid die de strategische opgaven voor de energietransitie uit het Klimaatakkoord, voor natuurherstel en voor een gezonde toekomst voor visserij op de Noordzee concreet en langdurig met elkaar in balans brengen. Het Klimaatakkoord is gericht op het ongeveer halveren van de uitstoot van broeikasgassen in Nederland in 2030. Het betreft akkoorden waarbij meerdere departementen zijn betrokken. Bedragen specifiek voor LNV kunnen nog niet genoemd worden.
Convenant financiering bestrijding besmettelijke dierziekten
In dit kader is ook het «Convenant financiering bestrijding besmettelijke dierziekten 2020–2024» relevant. Hierin zijn plafondbedragen afgesproken tot waaraan een sector bijdraagt aan de preventie- en bestrijdingskosten van dierziekten. Voor de verplichting die LNV heeft in het kader van het convenant is een bedrag op de begroting gereserveerd van ca. 34 mln. De werkelijke verplichting kan hoger uitvallen indien zich voor de einddatum van het convenant dierziekte crisissen gaan voordoen. LNV heeft zich verplicht voor de kosten die uitgaan boven de met de sectoren overeengekomen plafondbedragen.