Base description which applies to whole site

3. Beleidsprioriteiten

Inleiding

De focus van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) lag in 2023 op een aantal grote en urgente opgaven: samenhangende transities in de landbouw en het landelijk gebied, maar ook het herstellen van de natuur. Samen met provincies, waterschappen, gemeenten en maatschappelijke partners zijn op deze dossiers stappen gezet.

Noemenswaardig zijn hier de gebiedsprogramma’s die de provincies hebben aangeleverd om de landbouw te verduurzamen en de natuur te herstellen en te versterken. Daarnaast hebben we de handen op elkaar gekregen voor de Agenda Natuurinclusief en zijn we gestart met het verduurzamen van de visserijsector.

Sinds eind 2022 is LNV bezig met het uitvoeren van het advies van de Commissie Remkes. Concreet betekent dit dat we hebben geprobeerd te komen tot een Landbouwakkoord. Het doel hiervan was zowel de sector als de keten verduurzamen en perspectief bieden. Op 20 juni kwamen die onderhandelingen tot een eind, desondanks is LNV nog steeds in zeer actief gesprek met alle partijen. Daarnaast zijn we in 2023 gestart met de uitvoering van de Aanpak Piekbelasting.

In 2023 is ook het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) verder gebracht en half december als Ontwerp NPLG naar de Tweede Kamer gestuurd en ter inzage gelegd. Het beschrijft de aanpak en uitgangspunten om te komen tot een landelijk gebied waar de kwaliteit van het water op orde is, waar planten en dieren kunnen voortbestaan en dat een bijdrage levert aan de strijd tegen en het anticiperen op klimaatverandering.

Op Europees niveau werd 2023 gekenmerkt door ingrijpende besluiten, zoals die rond visserij en het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). Maar ook die rond gewasbeschermingsmiddelen (glyfosaat), de Natuurherstelverordening, de implementatie van de Europese Ontbossingsvrije Productenverordening en het niet-verlengen van de derogatierichtlijn.

Transitie landelijk gebied - Integrale aanpakstikstof, water, klimaat en natuur

NPLG

In 2023 heeft de gebiedsgerichte aanpak binnen het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) in belangrijke mate vorm gekregen. Zo hebben de provincies rond 1 juli 2023 hun eerste versie van de gebiedsprogramma’s voor het landelijk gebied aangeleverd bij het ministerie van LNV. Onderdeel in die gebiedsprogramma’s is het beschrijven van hoe de problematiek in samenhang kan worden opgelost. De wettelijk verplichte stikstofplannen zijn eveneens opgenomen in deze provinciale programma’s. In 2023 zijn de programma’s op verschillende manieren beoordeeld: door experts van verschillende ministeries en door kennisinstellingen. De provincies hebben na de beoordeling een brief ontvangen met daarin advies over hoe hun programma’s te verbeteren.

Na beoordeling van de gebiedsprogramma’s heeft het kabinet op 16 december 2023 het ontwerp-NPLG en bijbehorend PlanMER gepubliceerd (Kamerbrief 34682, nr. 183). Dit ontwerp-NPLG bevat het beleid om de komende jaren verder te werken aan de gebiedsgerichte aanpak. Daarnaast is met de eerste versie van de gebiedsprogramma’s en bijbehorende maatregelpakketten al veel werk verzet en zijn concrete maatregelen aangedragen om de natuur, het water en het klimaat te verbeteren. Dit biedt de mogelijkheid om, na positieve beoordeling van het Rijk, middelen beschikbaar te kunnen stellen voor de maatregelpakketten.

Transitiefonds

Voor het Transitiefonds is in 2023 een Instellingswet ingediend. Deze is in de Tweede Kamer besproken en aangenomen en ligt in de Eerste Kamer voor behandeling. In 2023 is een deel van de gereserveerde middelen beoogd voor het Transitiefonds vanuit de Aanvullende Post ingezet voor onder andere versnellingsmaatregelen, uitvoeringskosten bij medeoverheden en aanpak piekbelasting.

Natuurdoelanalyses

Om natuur effectief en efficiënt te herstellen is een goede  kennisbasis nodig. In 2023 zijn door provincies en de ministeries van IenW en Defensie 132 natuurdoelanalyses opgesteld. Daarmee is inzichtelijk gemaakt wat de toestand van een stikstofgevoelig Natura2000-gebied is, en of er noodzaak is voor aanvullende herstelmaatregelen. Deze informatie is door de provincies opgenomen in de eerste versies van de gebiedsprogramma’s. De onafhankelijke Ecologische Autoriteit is in 2023 gestart met de wetenschappelijke toetsing van de natuurdoelanalyses. Deze heeft zich hoofdzakelijk gericht op stikstofgevoelige natuur en heeft in 2023 bijna de helft van de natuurdoelanalyses getoetst.  

Toestemmingsverlening

Om meer zekerheid en duidelijkheid te bieden aan initiatiefnemers en het bevoegd gezag, heeft LNV in 2023 samen met vertegenwoordigers van bevoegde instanties gewerkt aan het aanscherpen en verduidelijken van het beleid en aan het instrumentarium van toestemmingverlening. De beleidslijn die in de Hoofdlijnenbrief (Kamerstukken 33576, nr. 265) en in de concrete uitwerking daarvan in de Kamerbrief over de toestemmingverlening (Kamerstukken 35334, nr. 260) waren daarbij het uitgangspunt. Daarnaast zijn met de wijziging Regeling Natuurbescherming (nu omgevingsregeling) in oktober 2023 provinciale stikstofbanken ondergebracht in het AERIUS Register en zijn er nieuwe rijksdoelenbanken ingesteld.

PAS-meldingen 2023

In december 2023 hadden 127 meldingen een oplossing. In 2023 is de prioritering van verdeling van de stikstofdepositieruimte uit de SSRS-bank aangepast, zodat ruimte die vrijkomt en in het SSRS wordt geplaatst de eerste vier maanden alleen voor PAS-meldingen gebruikt kan worden. Daarnaast stelde het kabinet budget beschikbaar voor versnelling van de legalisatieopgave van de PAS-melders. Daarmee hebben vijf provincies voor 34 aanvullende maatwerkoplossingen middelen gekregen. Deze maatregelen moeten voor eind februari 2025 gerealiseerd zijn.

Versnellingsvoorstellen

Op verzoek van de minister voor Natuur en Stikstof hebben de provincies in het voorjaar van 2022 voorstellen ingediend om de integrale gebiedsgerichte aanpak versneld van start te laten gaan. Met deze versnellingsvoorstellen is vooruitlopend op de gebiedsprogramma’s in de jaren 2022 en 2023 bijgedragen aan de doelen in de integrale gebiedsgerichte aanpak: natuur (inclusief stikstof), water en klimaat. In het kader van deze voorstellen is in 2023 verder gewerkt aan het uitvoeren van onder andere innovatiemaatregelen, gebiedsprocessen, kennisontwikkeling en het uitvoeren van KRW-, natuur- en stikstofmaatregelen.

Aanpak piekbelasting

In opvolging aan het advies ‘Wat wel kan’ van Remkes is gestart met als focus de aanpak van piekbelasting. De ondernemers die vallen onder de aanpak kunnen gebruik maken van een zaakbegeleider, die als vast contactpersoon namens de overheid een ondernemer kan begeleiden en faciliteren. Beëindigings- en omschakelregelingen zijn geopend voor ongeveer 3000 agrarische ondernemers, waarvan meer dan 1200 zich hebben aangemeld.

In 2023 zijn twee regelingen geopend om veehouders te ondersteunen die hun bedrijf willen beëindigen vanwege stikstofdepositie op kwetsbare en overbelaste Natura2000-gebieden. Dit zijn: de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (Lbv) met een subsidieplafond van 500 mln. euro en de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties met piekbelasting (Lbv-plus) met een subsidieplafond van 975 mln. euro. Circa 500 ondernemers hebben een aanvraag ingediend voor de Lbv. Deze beëindigingsregeling bood circa 10.000 ondernemers die niet vallen onder de aanpak piekbelasting, de mogelijkheid om hun veehouderijlocatie te beëindigen. Daarnaast zijn er nog circa 230 aanvragen waarvan nog wordt nagegaan of ze onder de Lbv of de Lbv-plus vallen. Er is veel interesse voor de Lbv en Lbv-plus (Kamerstuk 30252, nr. 130) en overstijgt het daarvoor beschikbare budget. Daarom heeft het kabinet in 2023 voorbereidingen getroffen voor het verhogen van het budget voor deze regelingen.

Nationale Grondbank

Sinds januari 2023 is de Nationale Grondbank operationeel. De bank kan aangekochte agrarische grond en bedrijfslocaties beschikbaar maken voor maatregelen als extensivering, ruiling/verplaatsing of functieverandering.

Voortgang Bronmaatregelen

In 2023 is tegelijkertijd doorgewerkt aan de implementatie van het bronmaatregelenpakket uit de structurele aanpak stikstof. Volgens de Voortgangsrapportage Bronmaatregelen zijn er inmiddels dertien van de achttien bronmaatregelen in uitvoering. Het tussendoel om het volledige maatregelenpakket eind 2023 in uitvoering te hebben is hiermee niet gehaald. Er is bij vijf verschillende maatregelen oponthoud opgetreden.

De Tweede Kamer is geïnformeerd dat de opbrengst van het structurele maatregelen pakket naar verwachting lager is dan verwacht (Kamerbrief 35334, nr. 260). Daarnaast heeft er op basis van de voortgangsrapportage bronmaatregelen bijsturing plaatsgevonden, middels aanvullende of aangepaste inzet op de maatregelen uit de structurele aanpak stikstof. Zo zijn er diverse projecten uit de gebiedsprogramma’s van het NPLG gefinancierd (Kamerbrief 34682, nr. 186), en zijn er extra middelen beschikbaar gesteld voor het programma Schoon en Emissieloos bouwen (SEB) en verduurzaming van de binnenvaart. Ook is het pakket bijgestuurd met maatregelen in de industrie.

Normeren en beprijzen

De inzet van het kabinet is erop gericht geweest om ook via aanvullend normerend en beprijzend instrumentarium te sturen op stikstofreductie in alle sectoren. Het kabinet heeft ABD Topconsult gevraagd om, voortbouwend op eerdere advies, hiervoor op optie uit te werken. Dit heeft geleid tot het rapport ‘Normeren en Beprijzen van stikstofemissies – sturen op stikstof’ dat in juni aan de Kamer is aangeboden (Kamerbrief 35334, nr. 261). De bevindingen uit dit rapport kunnen worden meegenomen in  verdere beleidsontwikkeling en worden betrokken bij de kabinetsformatie.

Internationale samenwerking

In 2023 is met grensprovincies ingezet op verdere intensivering van de samenwerking met de ons omringende landen. Met Vlaanderen is gewerkt aan een afsprakenkader voor de dossieruitwisseling bij toestemmingsverlening met grensoverschrijdende effecten. Het streven is om dit in de loop van 2024 af te ronden. Daarnaast is via een aantal pilots meer ervaring opgedaan met de gezamenlijke aanpak van grensoverschrijdende problematiek en data. Samen met grensprovincies wordt tevens gewerkt aan samenwerkingsverbanden gericht op grensoverschrijdend stikstof- en natuurbeleid met de Duitse deelstaten Noordrijn-Westfalen en Nedersaksen. Hiervoor hebben verschillende ambtelijke gesprekken plaatsgevonden om te komen tot een gedeelde kennisbasis en begrip van de Nederlandse en Duitse situatie. Daarnaast is er op EU-niveau inzet gepleegd om te komen tot beleid dat in lijn is met de Nederlandse opgaves en een borging van een gelijk speelveld.

Brede welvaart in het landelijk gebied

Het kabinet vindt het belangrijk dat bij de transitie in het landelijk gebied aandacht is voor de brede welvaart van de mensen die er wonen, werken, opgroeien en recreëren. Tegelijkertijd zien we dat de brede welvaart al onder druk staat in een aantal gebieden. Daarom versterken we het Nationaal Netwerk Brede Welvaart (NNBW) en werken we samen met andere departementen om deze opgave het hoofd te bieden. Het NNBW is een kennis- en leerprogramma van rijksoverheid en regionale planbureaus en in 2023 zijn hier diverse bijeenkomsten over georganiseerd. In 2023 is tevens een verkenning gestart om inzichtelijk te krijgen hoe het is gesteld met de brede welvaart en wat er nodig is om deze te bevorderen. Ook heeft LNV weer meegetekend met twee Regio Deals, waarmee regionale initiatieven in het landelijk gebied worden mogelijk gemaakt.  Bovendien werken provincies als onderdeel van het integrale gebiedsprogramma landelijk gebied aan een sociaal economische impact analyse (SEIA). Daarin maken provincies inzichtelijk wat de effecten van het NPLG zijn op sociale en economische aspecten.

Transitie landbouw - Een toekomstbestendige landbouwsector

Landbouwakkoord

Agrarische ondernemers zijn gemotiveerd om hun bedrijven duurzamer en toekomstbestendiger te maken ondanks de onzekerheden die hiermee samenhangen. Ontwikkelingen richting duurzaamheid en het behalen van doelen op het gebied van natuur, water en klimaat zijn cruciaal voor perspectief voor ondernemers. Deze transitie vereist samenwerking tussen de sector, overheid, ketenpartijen en andere maatschappelijke partners. Het is daarbij belangrijk om duidelijkheid voor agrarische ondernemers te creëren over wat er van hen wordt verwacht en op welke termijn. Het kabinet heeft daarom intensief samengewerkt met partijen om een Landbouwakkoord te bereiken. Hoewel er geen definitief akkoord bereikt is, zijn de gesprekken waardevol geweest voor het opbouwen van vertrouwen en begrip tussen betrokkenen. Dit is de basis voor toekomstige onderhandelingen onder leiding van een nieuw kabinet.

Keten en ondernemerschap

Het versterken van de positie van de boer in de keten heeft prioriteit. In 2023 is veel aandacht geschonken aan de mogelijkheden tot samenwerking in de keten. Zo is met de Autoriteit Consument en Markt (ACM) een symposium georganiseerd voor agrarische ondernemers, brancheverenigingen en ketenpartijen over samenwerking en ruimte voor duurzaamheidsafspraken binnen de mededingingsregels. De wet Oneerlijke Handelspraktijken in de landbouw en voedselvoorzieningsketen wint aan bekendheid en heeft geleid tot enkele klachten bij de ACM en een geschil dat is voorgelegd aan de Geschillencommissie.

In opdracht van LNV heeft Wageningen Economic Research de Monitor Duurzaam Voedsel over het jaar 2022 uitgevoerd. Gebleken is dat ten opzichte van 2021 de totale bestedingen aan voedsel in 2022 met 15% zijn toegenomen en de bestedingen aan duurzaam voedsel met 13%. Inflatie en een verschuiving van de consumentenvraag van de detailhandel naar de foodservice na COVID-19 spelen een belangrijke rol bij deze ontwikkelingen. Om een duurzamer voedselaanbod te stimuleren, hebben het Voedingscentrum en de overheid ingezet op het verhogen van de bewustwording onder consumenten over een duurzaam dieet.

Het ministerie van LNV heeft een opdracht gegeven om het Supermarktdashboard te ontwikkelen om meer transparantie te bieden over de duurzaamheid van voedsel in supermarkten. Het dashboard is inmiddels gepubliceerd en wordt nog verder ontwikkeld.

Het Voedingscentrum heeft via de stichting Samen Tegen Voedselverspilling consumenten aangemoedigd om minder voedsel te verspillen. LNV heeft een versnellingsagenda (Kamerstukken 31532, nr. 280) opgesteld om het doel van een halvering van voedselverspilling in 2030 te bereiken, met al een afname van 23% in 2022 ten opzichte van 2015.

Samen met partners uit dierlijke sectoren zijn initiatieven genomen om de vraag naar duurzame dierlijke producten te vergroten: marktprogramma Verduurzaming Dierlijke Producten. Zo is er gestart met het opstellen van een convenant voor een dierwaardige veehouderij met de grootste veehouderijsectoren en maatschappelijke organisaties. Dit is belangrijk voor de transitie naar een dierwaardige veehouderij richting 2040. Eind 2023 is de Kamer geïnformeerd dat de gesprekken hierover vooralsnog gestopt zijn (Kamerstukken 28286, nr. 1321).

Met de agrarische ondernemerschapsagenda ondersteunt LNV boeren in hun verdienvermogen op weg naar een duurzame landbouw. Het Omschakelprogramma Duurzame Landbouw ondersteunt agrarische ondernemers die willen omschakelen naar stikstofarmere, meer duurzame bedrijfsvoering. Het Investeringsfonds Duurzame Landbouw (IDL), het belangrijkste onderdeel van het programma, heeft na de pilotfase in 2023 een definitief karakter gekregen (Kamerstuk 30252, nr. 125).

Om nieuw ondernemerschap te stimuleren is de inzet op de multifunctionele landbouw (MFL) verder versterkt. Dit is een verzamelbegrip voor bedrijven die hun agrarische productie en omgeving combineren met het leveren van diensten aan de samenleving. De samenwerking binnen het Platform Multifunctionele Samenwerking heeft in 2023 onder andere een handreiking ruimtelijke ordening MFL opgeleverd, opgesteld door de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG).

Markttoegang voor dierlijke en plantaardige producten is van belang voor het verdienvermogen van de Nederlandse land- en tuinbouw. Nederland leverde via verschillende fora in Brussel inbreng voor EU-handelsakkoorden, met aandacht voor duurzaamheid, dierenwelzijn en bevordering van het gelijk speelveld. Ook buiten de EU zet Nederland zich in voor behoud en verbetering van markttoegang. Daardoor is bijvoorbeeld de sluiting van de Amerikaanse markt voor uitgangsmateriaal voor de sierteelt in groeimedium (grondloze voedingsbodem) voorkomen. Daarnaast kon de re-export van groentezaden naar India doorgang blijven vinden.

De animo voor de ecoregeling van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) oversteeg in 2023 aanzienlijk het beschikbare budget. Het is goed nieuws dat veel agrarische ondernemers grote stappen (willen) zetten in de verduurzaming van hun bedrijfsvoering.

Verduurzaming landbouw

De Subsidiemodules brongerichte verduurzaming stal- en managementmaatregelen (Sbv) is niet opengesteld in 2023, omdat bepaalde emissiearme stalsystemen niet de verwachte emissiereductie realiseren. Dit creëert een dilemma: agrarische ondernemers hebben een behoefte aan emissiearme stalsystemen en technieken om stikstofuitstoot te verminderen. Echter, als deze systemen niet voldoende zekerheid bieden over stikstofemissie op individueel bedrijfsniveau, wordt het moeilijk om natuurvergunningen te verlenen. Met een brief (Kamerstuk 28 973, nr. 254) is de Kamer geïnformeerd wat de inzet is om die situatie te doorbreken. Daarbij is ook gekeken naar het betrouwbaar meten en berekenen van broeikasgasemissies in de veehouderij.

In het Nationaal Programma Landbouwbodems (NPL) is gewerkt aan een strategie voor duurzaam bodembeheer en extra CO2-opslag zoals afgesproken in het Klimaatakkoord. Onderzoek toont aan dat het doel van 0,5 Megaton extra CO2-opslag in landbouwbodems in theorie haalbaar is. Met het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW) wordt meer ingezet op kennisverspreiding over duurzaam bodembeheer en klimaatadaptatie. Verder is bijgedragen aan koolstofopslag via regionale initiatieven binnen het NPLG en provinciale programma's (PPLG's). In 2023 is de uitvoering van het Actieprogramma klimaatadaptatie landbouw (AP KAL) voortgezet, met aandacht voor klimaatadaptieve maatregelen in het NPLG. 

Tot en met 2025 hebben landbouwers onder de derogatiebeschikking de mogelijkheid om meer dan 170 kg N/ha uit dierlijke mest uit te rijden. Vanaf 2023 tot en met 2026 geldt dat er wordt afgebouwd. In 2023 zijn verschillende maatregelen uit het 7de Actieprogramma Nitraat, het addendum en de derogatiebeschikking uitgewerkt. Zo zijn maatregelen vastgesteld voor het verplicht aanhouden van bufferstroken, het aanwijzen van met nutriënten verontreinigde gebieden, het verlagen van de mestproductieplafonds en het stimuleren van de inzaai van vanggewassen. Verder is er gewerkt aan de voortzetting van de Versterkte Handhavingsstrategie mest en de implementatie van het real-time Vervoersbewijs Dierlijke Meststoffen (rVDM) voor import en export. Vanwege de afbouw van de derogatie is besloten een subsidieregeling behoud grasland open te stellen om bedrijven te stimuleren derogatie aan te vragen en daarmee het areaal grasland te behouden. In 2023 is de subsidieregeling hoogwaardige mestverwerking voor de tweede keer opengesteld.  

Het ‘Actieplan groei van biologische productie en consumptie’ heeft als doel om te groeien van 4% biologisch areaal (2022) naar 15% in 2030. Aan de vraagkant zijn in 2023 onder meer gedragsonderzoek, een consumentenwebsite en een pilot rijkscatering gestart, aan de aanbodkant is de publicatie van de Wegwijzer biologisch ondernemen en continuering van de pilot Investeringsfonds Duurzame Landbouw van belang. Ook heeft LNV de kennisagenda biologische landbouw gepubliceerd en een marktontwikkelingsprogramma ontwikkeld om consumptie van biologische producten te stimuleren. Besloten is dat ondernemers met een omzet kleiner dan 50.000 euro de SKAL-tarieven in 2024 niet hoeven te betalen. Over de voortgang van het actieplan ‘Groei van biologische productie en consumptie’ is de Kamer met een brief geïnformeerd (Kamerstuk 30 252, nr. 148). Uit SKAL certificeringscijfers blijkt dat het biologisch landbouwareaal  in 2023 licht gegroeid van 88.049 hectare (eind 2022) naar ongeveer 95.550 ha (eind 2023), inclusief de percelen die nog in omschakeling zijn.

De Nationale Eiwitstrategie (NES) heeft als doel de zelfvoorziening van Nederland en de EU in duurzame plantaardige eiwitten te vergroten voor mens, dier en natuur (Kamerstukken 35925-XIV-156). LNV zet zich in voor de opschaling van de teelt en verwerking van eiwitrijke gewassen. Het areaal veldbonen verdubbelde in 2023 tot 4.341 ha, en ook de arealen sojabonen en niet-bittere lupine groeiden. Het ontwikkelen van alternatieve eiwitbronnen en een verschuiving naar meer plantaardige eiwitten in het eetpatroon zijn ook belangrijk. Twee nieuwe monitors volgen jaarlijks de vraag, het aanbod en de verkoop van plantaardige en dierlijke eiwitten.

De ministeries van BZK, LNV, I&W en EZK voeren gezamenlijk beleid om de keten boer-verwerker-bouwer te versterken, gericht op het mogelijk maken van meer biobased bouwen (Kamerbrief 32852, nr. 286).

Gewasbescherming

In 2023 is veel maatschappelijke en politieke aandacht geweest voor toelating en gebruik van gewasbeschermingsmiddelen, zoals de verlenging van de Europese goedkeuring van de werkzame stof glyfosaat. In het kader van de bescherming van de waterkwaliteit (KRW) zijn stappen gezet om emissies verder terug te dringen, zoals het voorbereiden van nieuwe verplichtingen in het Besluit activiteiten leefomgeving (Omgevingswet). De Kamer is in december 2023 met een brief geïnformeerd over de voortgang Kaderrichtlijn water (Kamerbrief 27625, nr. 661).

Diergezondheid en -welzijn

In 2023 zijn er 10 uitbraken van vogelgriep geweest op commerciële en hobbylocaties en zijn er in totaal ruim 313.000 vogels op besmette locaties in Nederland geruimd. We zien nog steeds sterfte onder wilde vogels en onder andere zoogdieren, zoals vossen en bunzingen. Op 6 juli 2023 hebben de ministers van LNV en VWS het Intensiveringsplan preventie vogelgriep naar de Kamer gestuurd ter voorkomen van vervolguitbraken (Kamerbrief 28807, nr. 291). In het Intensiveringsplan is onder meer beschreven welke stappen er de komende periode worden gezet om vaccinatie van pluimvee mogelijk te maken. Als de veldproef, die september 2023 is gestart, laat zien dat het vaccin ook onder praktijkomstandigheden veilig en effectief is, én het vaccin in de EU is toegelaten, zal worden gestart met een pilot op meerdere pluimveebedrijven.

De uitbraak van blauwtong afgelopen jaar heeft veel ziekte en sterfte veroorzaakt bij herkauwers, met name bij schapen. Blauwtong heeft veel veehouders hard getroffen, zowel emotioneel als bedrijfseconomisch: ongeveer 5% van de Nederlandse schapenpopulatie is hieraan overleden. De Tweede Kamer is geïnformeerd over de stand van zaken en de ontwikkelingen die er zijn rond onderzoeken en vaccinaties (Kamerbrief 30669 nr. 23).

Om de fysieke en mentale gezondheid van gezelschapsdieren te verbeteren, zijn in 2023 maatregelen genomen, bijvoorbeeld om het aantal bijtincidenten te verminderen. Ook is gewerkt aan de huis- en hobbydierenlijst.

Op 7 december 2023 heeft de Europese Commissie (EC) twee wetsvoorstellen gepresenteerd over het welzijn van honden en katten en over het welzijn van dieren tijdens transport. Deze voorstellen maken deel uit van de herziening van de Europese dierenwelzijnsregelgeving. LNV streeft naar strengere regelgeving op dit gebied en heeft de eerste beoordeling van de wetsvoorstellen op 22 december 2023 naar de Kamer gestuurd (Kamerbrief 22112, nr. 3861). Voor wat betreft diertransport is de Nederlandse inzet, ook op aandringen van de Tweede Kamer, onder meer gericht op beperking van de transportduur en aanscherping van bepalingen op het gebied van de maximumtemperatuur tijdens diertransporten.

Glastuinbouw

In het convenant energietransitie glastuinbouw 2022-2030 (Kamerbrief 32627, nr. 43) is de ambitie opgenomen om in 2040 een klimaatneutrale en economisch rendabele glastuinbouwsector te realiseren. Het convenant bevat het restemissiedoel voor 2030, voorlopig vastgesteld op 4,3 tot 4,8 Mton CO2-equivalenten.Om deze ambitie waar te kunnen maken is bij de voorjaarsbesluitvorming invulling gegeven aan een samenhangend pakket dat de energietransitie van de glastuinbouw moet stimuleren.

In het voorjaar van 2023 heeft het kabinet de borgstelling voor de glastuinbouwsector (Kamerbrief 32637, nr. 529) vanwege de economische gevolgen van de Russisch-Oekraïense oorlog gepubliceerd. Het gebruik van deze borgstelling was in 2023 minder dan in voorgaande jaren. Dit komt doordat de kredietverstrekking in de land- en tuinbouwsector in 2022 en 2023 aanzienlijk is afgenomen.

Toekomstbestendige visserij

In 2023 heeft LNV verschillende subsidieregelingen geopend en afgerond om de visserijsector te ondersteunen bij grote uitdagingen om te komen tot een toekomstbestendige visserijsector. Dit omvatte de afhandeling van drie Brexit Adjustment Reserve-regelingen (BAR), inclusief de saneringsregeling voor kotters. Deze regelingen zijn in het leven geroepen voor Nederlandse visserijbedrijven die negatieve gevolgen ondervinden als gevolg van de Brexit. Daarnaast is de overbruggingsregeling begin 2023 geopend en uitbetaald. Eind november is ook de energie-efficiëntieregeling gesloten, die vissers ondersteunt bij het verbeteren van de energie-efficiëntie van hun vaartuigen, zodat deze bedrijven duurzamer kunnen ondernemen en het ze helpt om brandstof te besparen. Hiermee zijn visserijbedrijven tegemoet gekomen in hun gestegen bedrijfskosten als gevolg van de oorlog in Oekraïne.

Na de verkleining van de totale visserijvloot als gevolg van de saneringsregeling ligt de focus voor de transitie in de Nederlandse visserij op de verduurzaming en flexibilisering van het visserijbedrijf. Op basis van de Agenda Visserij (kamerbrief 29675, nr. 210) is in 2023 verder gewerkt aan de transitie in de visserij. De visserij is een belangrijk onderdeel in de voedselproductie op zee en de grote wateren. Daarvoor is in 2023 verder gewerkt aan het opstellen van de «Visie voedsel op zee en grote wateren».

In 2023 is het Europese LIFE-project CIBBRiNA gestart voor een duur van 6 jaar. In dit programma willen 45 organisaties uit 13 landen de ongewenste bijvangst van gevoelige en beschermde soorten structureel verminderen.

Nederland zet zich actief in voor de bescherming van de Europese paling onder CITES. Het import- en exportverbod wordt streng gehandhaafd, met nauwe samenwerking op nationaal en internationaal niveau. Recentelijk zijn op Schiphol levende glasalen in beslag genomen en zijn er strafrechtelijke onderzoeken gestart binnen de EU.

Natuurversterking in de Noordzee, Waddenzee en Grote Wateren

Ook wat betreft natuur en biodiversiteit in de grote wateren zijn stappen gezet. Op de Noordzee zijn stappen gezet met de bescherming van waardevolle ecologische gebieden. In maart 2023 zijn er, in lijn met het Noordzeeakkoord, sluitingen voor visserij doorgevoerd door de Europese Commissie. Hierdoor is nu ongeveer in totaal 5% van de bodem van de Noordzee beschermd. Ook is er in 2023 gestart met de wetenschappelijke achtergronddocumenten voor soortenbeschermingsplannen voor vogels en bodemdieren als basis voor de uitvoering van de afspraak van het Noordzeeakkoord om soortenbeschermingsplan op te stellen. Daarnaast is in 2023 met IenW gewerkt aan de concept milieudoelen voor de Kaderrichtlijn Mariene Strategie die moeten leiden naar een goede milieutoestand in de Noordzee.

Voor de grote wateren ligt het accent op voortzetting van de Programmatische Aanpak Grote Wateren (PAGW). In 2023 is verder gewerkt aan projecten uit de 1 en 2e tranche aan gebiedsgerichte projecten die moeten helpen bij een robuust en veerkrachtig ecosysteem. Tevens is een start gemaakt met projecten die in het kader van de 3e tranche eind 2022 zijn gehonoreerd (Kamerstuk 27625, nr. 595). Zo zijn in dat verband projecten goedgekeurd in het IJsselmeergebied, het rivierengebied, in het Waddengebied & Eems-Dollard en in de Zuidwestelijke Delta. Verder is voortgang geboekt met de nadere uitwerking van het Beleidskader Natuur Waddenzee (Kamerstukken 29684, nr. 232).

LNV is verantwoordelijk voor de trilaterale Waddenzee samenwerking. In september 2023 heeft de minister de Tweede Kamer geïnformeerd over het Unesco State of Conservation-rapport Waddenzee Werelderfgoed (Kamerbrief 32725, nr. 4). De Beheerautoriteit Waddenzee heeft met de beheerders verdere stappen gezet in versterking van de samenwerking in het natuur-, vis- en waterbeheer. Zo zijn er in het kader van het Integraal Beheerplan Waddenzee afspraken gemaakt over meer integrale vergunningverlening Wet natuurbescherming, extra aandacht voor toezicht & handhaving en additionele beheerinspanning rijshoutendammen (Kamerbrief 29684, nr. 250).

LNV draagt samen met andere partijen bij aan een vijfjarig NWO programma naar de effecten van klimaatverandering op de ecologie van het Waddengebied. In een Nederlands-Duits programma wordt onderzoek gedaan naar de verwachte effecten van klimaatverandering op het ecosysteem in het Waddengebied. Na een voorselectie zijn vijf voorstellen uitgenodigd om de tweede stap in het subsidieaanvraagproces (Duitsland) te doorlopen en zijn daarmee geprioriteerd voor financiering. Voor Nederland heeft NWO ingestemd met financiering van deze projecten. In de projecten wordt de rol van sediment en/of kwelders in relatie tot behoud van de Outstanding Universal Value van de Waddenzee onderzocht.

Natuurbeleid

In 2023 is via de Agenda Natuurinclusief gewerkt aan het herstel van de natuur buiten de Natura2000-gebieden. Dat gebeurt in een tiental domeinen. Op 3 november 2023 heeft de Kamer de Agenda Natuurinclusief 2.0 ontvangen (Kamerstuk 33 576, nr. 359).

In 2023 heeft LNV samengewerkt met de ministeries van BZK, VWS en IenW in het programma Groen in en om de stad. Hierin worden verschillende opgaven, zoals klimaatadaptatie, gezondheid en woningbouw, integraal aangepakt. Momenteel wordt er gewerkt aan een handreiking voor groen in en om de stad. (Kamerstuk 32813, 32847, nr. 1195). Een voorbeeld van deze gezamenlijke aanpak is de nota ‘Landelijke maatlat voor een groene, klimaatadaptieve gebouwde omgeving’ (Kamerstuk 32813, 32847, nr. 1195, 23 maart 2023) die de minister voor VRO, de minister van IenW en de minister voor NenS, naar de Tweede Kamer heeft verstuurd. Deze maatlat vormt de basis voor het klimaatadaptief bouwen. Zij definieert eenduidig wat voor nieuwbouw onder klimaatadaptief bouwen en inrichten verstaan wordt. Dit gebeurt aan de hand van kwalitatieve doelen, kwantitatieve prestatie-eisen en richtlijnen voor de thema’s overstromingen, wateroverlast, droogte, hitte, biodiversiteit en bodemdaling. Daarnaast is door BZK de Taskforce Na-isolatie opgericht om versnelling van de energietransitie via na-isolatie mogelijk te maken op een natuurinclusieve manier, ten behoeve van soortbescherming (bijvoorbeeld vleermuizen) bij de energietransitie en in de bouw.

Met de Bossenstrategie streven we naar het realiseren van 37.400 ha nieuw bos en het revitaliseren van bestaand bos (Kamerstuk 33576, nr. 186). Daarnaast willen we het Aanvalsplan landschap implementeren en streven we naar 25.000 ha agroforestry. In 2021 en 2022 is 823 ha nieuw bos gerealiseerd. Om de doelen voor 2030 te halen moet de uitvoering van de Bossenstrategie worden versneld.

In juni is het Beleidsprogramma Nationale Parken 2024-2030 aangeboden aan de Kamer (Kamerbrief 33576, nr. 351). Het programma bepaalt de richting, doelen en vereisten voor de ontwikkeling van nationale parken tot veerkrachtige natuurgebieden met recreatieve mogelijkheden.

Ook voor het Natuurnetwerk Nederland (NNN) zijn verdere stappen gezet in 2023. De provincies hebben besloten tot het opstellen van provinciale realisatiestrategieën om de afronding van het NNN te versnellen.

Het Programma Natuur zit in het derde uitvoeringsjaar. Door vertragingen, zoals langere inspraakprocedures, is fase 1 met een jaar verlengd tot 2026 op verzoek van de provincies. Ook heeft het programma een visiedocument opgesteld voor overgangsgebieden, handig voor provinciale gebiedsprocessen.

In juni 2022 presenteerde de EU haar voorstel voor een Europese verordening voor natuurherstel als onderdeel van de EU-Biodiversiteitstrategie. Op 9 november 2023 is er een voorlopig politiek akkoord bereikt waarin belangrijke Nederlandse zorgen zijn meegenomen. (Kamerstukken 21501-08-915 en 21 501-18/928). Tevens is in 2023 gestart met de nationale implementatie van de in juni van kracht geworden Europese Ontbossingsvrije Productenverordening (Kamerstuk 22112, nr. 3588).

Voor het Natuur- en Milieubeleidsplan Caribisch Nederland zijn op elk eiland twee grote programma's opgezet: één voor natuurherstel en één voor het mariene milieu, naast lopende milieuprogramma's en nieuwe bedrijfsregelgeving. De Kamer is geïnformeerd over de concrete voortgang van de uitvoering (Kamerstuk 33576 nr. 355).

Faunabeheer

Verschillende acties zijn gestart voor een toekomstbestendige aanpak van faunabeheer en de jacht. Samen met provincies wordt gewerkt aan een stelselherziening, inclusief verbetering van de telsystematiek. Ook zijn spoedwerkzaamheden uitgevoerd aan wegen vanwege graverij van dassen. Op verzoek van de minister voor Natuur en Stikstof zijn enkele ontheffingen verleend voor het verwijderen van dassenburchten, om stillegging van treinverkeer te voorkomen. Het belang van een preventieve aanpak en goede monitoring is benadrukt bij IenW en ProRail om tijdig ontheffingsaanvragen in te dienen en stillegging van treinverkeer te voorkomen.

De terugkeer van de wolf in Nederland brengt tenslotte een aantal dilemma’s met zich mee. De Raad voor de Dieraangelegenheden is op verzoek van de minister van NenS gestart met een maatschappelijke dialoog over het samenleven met de wolf in Nederland.

Omgevingswet

In 2023 is hard gewerkt aan de implementatie voor de Omgevingswet en het daarbij behorende digitale stelsel. Medewerkers zijn opgeleid en getraind om in 2024 hun taken onder het nieuwe stelsel uit te kunnen voeren.  

Klimaatopgave landbouw en landgebruik

Tijdens COP28 stond voedselproductie hoog op de agenda. Het kabinet heeft in begin 2023 extra maatregelen gepresenteerd om de aangescherpte doelen van de Klimaatwet te halen. Er zijn door het vastlopen van de onderhandelingen over het Landbouwakkoord nog geen besluiten genomen over aanvullende maatregelen in de veehouderij en akkerbouw. De sectorale emissiedoelen zijn bijgesteld, waarbij de doelen voor de landbouw en het landgebruik niet haalbaar lijken te zijn (Kamerstuk 32813, nr. 1230).

Het Nationaal Programma Landelijk Gebied speelt een grote rol in het behalen van de klimaatdoelen. De opgave van 5 Mton broeikasgasreductie voor de veehouderij en akkerbouw is in 2023 verdeeld over de provincies, maar die aanpak bleek in de provinciale gebiedsprogramma's nog onvoldoende uitgewerkt te zijn.

Kennis en innovatie

Onder het missiegedreven kennis- en innovatiebeleid is het programma voor publiek-private samenwerking (PPS) in 2023 versterkt met 90 projecten. LNV investeert jaarlijks in de capaciteit van Wageningen Research. Daarnaast wordt geïnvesteerd via publieke instrumenten in maatschappelijk urgente onderwerpen of onderzoek dat direct ondersteunend is aan beter beleid.

In 2023 is een nieuwe kennis- en innovatieagenda landbouw-water-voedsel (KIA-LWV) opgesteld voor de periode 2024-2027 (Kamerbrief 33009, nr. 135). Nieuw is dat natuur in deze nieuwe KIA is ondergebracht. In de nieuwe KIA-LWV wordt meer nadruk gelegd op sociale- en systeeminnovatie en op uitbreiding van de samenwerking met maatschappelijke partijen, overheden en andere sectoren.

In 2023 is het Louis Bolk Instituut (LBI) aangewezen voor subsidie via de Subsidieregeling strategisch belangrijke onderzoeksprogramma’s (SBO) om diversiteit in het kennislandschap te bevorderen.

In 2023 is de Sabe-regeling omgezet naar het Nationaal Strategisch Plan (NSP)/ Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) voor kennisoverdracht naar het boerenerf. Het NSP/GLB werd uitgevoerd met 35.500 boeren. Verschillende regelingen zijn hierbij gestart, zoals die voor zeldzame huisdierrassen en agrarisch natuur- en landschapsbeheer en ‘Samenwerken aan Innovatie’ (EIP). Ook is de afronding van het plattelandsontwikkelingsprogramma gestart met een TaskForce POP3+ (PlattelandsOntwikkelingsProgramma). Verder is in 2023 gewerkt aan het ontwikkelen van KPI's om duurzaamheidsprestaties in de landbouw te sturen. In 2023 is per sector en doel gekeken naar de implementatie van bedrijfsgerichte doelstellingen, inclusief de benodigde maatregelen voor borging, meetsystemen en sturingsinstrumenten. Enkele resultaten zijn een studie naar verbeteringen van KPI's voor NPLG-doelen, aanbevelingen voor KPI-toepassingen door markt en overheid, en een voortschrijdende KPI-kernset voor melkveehouderij en akkerbouw.

De Kamer is geïnformeerd over de voortgang van het Nationaal Kennisprogramma Stikstof (Kamerstuk 35 334, nr. 288).

In 2023 is een voorstel uit de derde ronde van het Nationaal Groeifonds gehonoreerd met Re-Ge-NL op het gebied van regeneratieve landbouw. Het kabinet heeft ook reserveringen gemaakt voor twee andere voorstellen: Centrum voor Proefdiervrije Biomedische Translatie (CPBT) en HOLOMICROBIOOM (die gaat over het op grote schaal in kaart brengen van interacties tussen micro-organismen, met focus op het voedselsysteem). De toegekende voorstellen uit ronde 2, Cellulaire agricultuur en CropXR, zijn in uitvoering.

In 2023 heeft Groenpact het versnellingsprogramma Arbeidsmarkt uitgebreid om de aansluiting tussen leren, werken en innoveren te versterken in het groene domein. Daarnaast lanceert Groenpact het programma «Groen Ondernemerschap in het onderwijs» om ondernemerschap in het onderwijs te bevorderen.

De Tweede Kamer is in oktober 2023 met het Actieprogramma Digitalisering (Kamerstuk Nummer: 26643 nr. 1086) geïnformeerd over de inzet van LNV op de digitale transitie in de LNV-domeinen.

LNV nam in 2023 deel aan het Europese onderzoeksprogramma Horizon Europe, waarbij 69 nieuwe projecten werden gestart. Daarnaast zijn er drie EU-partnerschappen gestart voor internationaal onderzoek in agro-ecologie, duurzame voedselsystemen en dierenwelzijn en -gezondheid, waar Nederland voor 6 jaar aan bijdraagt. Op mondiaal niveau heeft LNV de samenwerking voortgezet met internationaleorganisaties zoals de FAO, de Global Research Alliance (CGR) en de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO). 

Toezicht en uitvoering

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) 

De NVWA werkt risicogericht en kennisgedreven. Er wordt prioriteit gegeven aan het voorkomen, wegnemen of beperken van risico’s binnen de publieke belangen waar zij voor verantwoordelijk is, waaronder de naleving van regels bij het houden en doden van productiedieren, het voorkomen van nieuwe dier- en plantziekten via handelsstromen en online handel, en het handhaven van regels voor verboden producten en exotische dieren. De extra middelen uit het coalitieakkoord zijn gebruikt voor het verbeteren van de basis, aanpakken van urgente problemen en innovatie van toezicht. Hiervoor zijn, ondanks een krappe arbeidsmarkt, in 2023 veel nieuwe medewerkers aangenomen, opgeleid en ingewerkt. Ook is de NVWA bezig met innovatie van het toezicht door gebruik te maken van nieuwe technieken en methodieken. Voorbereidingen zijn getroffen en gepubliceerd om vanaf 2024 de demping van NVWA-tarieven door LNV te beëindigen. Er is gestart met de periodieke agentschapsdoorlichting van de NVWA. Vanaf 2023 is een herzien kostprijsmodel met nieuwe producten en tarieven van toepassing.

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

Door de grote uitdagingen in de landbouw en natuur groeit het takenpakket van RVO snel. Het nieuwe Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) en de stikstofaanpak vergrootten de belasting van RVO in 2023. Om de organisatie beheersbaar te houden, rekening houdend met arbeidsmarktkrapte en beschikbare middelen, streeft EZK naar een gecontroleerde groei van taken. Het doel is een samenhangend en stabiel werkpakket waarbij de voor LNV relevante maatschappelijke opgaven centraal staan.

Budgetten Transitiefonds in € mln.

Budgetten Transitiefonds

Vastgestelde begroting

Stand NJN

Realisatie

Verschil (NJN)

Versnellingsmaatregelen Provincies

552

300

296

3

Toekomstbrief landbouw

102

100

12

88

LBV+

0

27

4

23

Uitvoeringskosten

14

78

40

39

Overig

0

14

0

14

Totaal budgetten Transitiefonds

668

520

352

167

Realisatie periodieke rapportages / beleidsdoorlichtingen

Thema

Artikel(en)

2019

2020

2021

2022

2023

2024

Kamerstuk

Land- en tuinbouw

21, 24

x 11

0

0

0

0

0

Eindrapport beleidsdoorlichting agrobeleid | Tweede Kamer der Staten-Generaal

Natuur, visserij en gebiedsgericht werken

22, 24

0

0

x 22

0

0

0

Beleidsdoorlichting Natuur en biodiversiteit 2015-2019 | Rapport | Rijksoverheid.nl

Kennis en innovatie

23

0

0

0

0

0

x 33

Harbersbrief: Periodieke rapportage van het Kennis en innovatiebeleid | Kamerstuk | Rijksoverheid.nl

1

In 2019 is deze beleidsdoorlichting van voormalig artikel 11 aan de Tweede kamer aangeboden (Kamerstuk 31 104, nr. 6). De eerstvolgende periodieke rapportage staat gepland voor 2025.

2

In 2021 is deze beleidsdoorlichting van voormalig artikel 11 aan de Tweede kamer aangeboden (Kamerstuk 31 104, nr. 11). De eerstvolgende periodieke rapportage staat gepland voor 2027.

3

De eerstvolgende periodieke rapportage van artikel 23 staat gepland voor 2024. De voorbereidingen zijn in 2023 gestart.

Voor het meest recente overzicht van de programmering van beleidsdoorlichtingen, klik op deze link. Voor de realisatie van andere onderzoeken, zie bijlage 3 van dit jaarverslag: «Afgerond evaluatie- en overig onderzoek».

Overzicht verstrekte garanties (x1000)

Garantieoverzicht uitstaand risico (x 1000 euro)

Garantie aan partij

Uitstaande

Verleende

Vervallen

Uitstaande

Garantie-

Totaal

Totaalstand

 

binnen de

garanties

garanties

garanties

garanties

plafond

plafond

risicovoorziening

b

a

omschrijving

collectieve sector

2022

2023

2023

2023

2023

  

Garanties

  

XIV

21

Borgstelling MKB- Landbouwkredieten (BL, BL plus en landbouwinnovatie)

Nee

290.953

17.444

46.071

262.326

78.200

 

107.812

XIV

21

Borgstelling MKB- Landbouwkredieten Corona (BL-C)*

Nee

9.794

0

4.637

5.157

 

180.000

 

XIV

21

Borgstelling MKB-landbouwkredieten, onderdeel Werkkapitaal Omschak.Duurz.(BL-O)

Nee

350

0

74

276

 

6.000

 

XIV

21

Vermogens Versterkend Krediet (BL-VVK)

Nee

4.280

0

404

3.876

18.000

  

XIV

22

Garantie voor natuurgebieden en landschappen

Nee

264.715

4.066

26.128

242.653

 

242.653

0

XIV

22

Klimaatfonds groenfonds garantie

Nee

16.464

15.506

0

31.970

 

56.000

1.080

           
  

Totaal

 

586.556

37.016

77.314

546.258

96.200

484.653

108.892

Toelichting

In 2022 zijn de verleende garanties groenfonds (klimaatfonds) per abuis niet in de saldibalans verwerkt. In 2023 is dit gecorrigeerd.  

Overzicht uitgaven en ontvangsten garanties (x1000)

Uitgaven en ontvangsten op de door de staat verstrekte garanties

Garantie aan partij

    

(x 1000 euro)

binnen de

Uitgaven

Ontvangsten

Uitgaven

Ontvangsten

b

a

omschrijving

collectieve sector

2022

2022

2023

2023

Garanties

 

XIV

21

Borgstelling MKB- Landbouwkredieten (BL, BL plus en landbouwinnovatie)

Nee

1.489

1.156

861

694

XIV

21

Borgstelling MKB- Landbouwkredieten Corona (BL-C)*

Nee

0

3

0

0

XIV

21

Borgstelling MKB-landbouwkredieten, onderdeel Werkkapitaal Omschak.Duurz.(BL-O)

Nee

0

15

0

0

XIV

21

Vermogens Versterkend Krediet (BL-VVK)

Nee

0

7

0

0

XIV

22

Garantie voor natuurgebieden en landschappen

Nee

0

0

0

0

XIV

22

Klimaatfonds groenfonds garantie

Nee

0

349

0

0

  

Totaal

 

1.489

1.530

861

694

Overzicht verstrekte leningen (x € 1000)
 

Omschrijving

Uitstaande lening

 

Uitstaande lening

 

Uitstaande lening

 

Looptijd lening

  

31-12-2021

 

31-12-2022

 

31-12-2023

  

Artikel 21 Land- en tuinbouw

Wageningen Research

19.553

 

16.754

 

13.954

 

tot en met 2027

         

Artikel 21 Land- en tuinbouw

Wageningen Research

2.465

 

 

 

Tot en met 2022

         

Artikel 21 Land- en tuinbouw

Wageningen Research

8.371

 

7.415

 

6.458

 

Tot en met 2029

         

Artikel 21 Land- en tuinbouw

Wageningen Research

1.829

 

1.641

 

1.454

 

tot en met 2030

         
  

32.218

 

25.810

 

21.866

  
Licence