Belangrijkste uitgavenmutaties na 1e suppletoire begroting 2010
Uitgaven | art.nr | ||
---|---|---|---|
Stand Ontwerpbegroting 2010 | 1 409 117 | ||
Stand na 1e suppletoire begroting 2010 | 1 612 090 | ||
Belangrijkste mutaties 2e suppletoire begroting 2010 | |||
1. | Naar BZK ten behoeve van GF in het kader van Motie Van Heugten | – 15 000 | 2 |
2. | Bodemopgave provincie Noord-Brabant | 9 200 | 10 |
3. | Saldo FES aanpassingen | – 441 959 | divers |
4. | Naar BZK tbv provinciefonds inzake bodemsanering | – 7 739 | 10 |
5. | Naar BZK tbv gemeentefonds inzake bodemsanering | – 6 640 | 10 |
Overige mutaties | 31 457 | ||
Stand na 2e suppletoire begroting 2010 | 1 181 409 |
Toelichting:
Ad 1.
Het gemeentefonds wordt incidenteel met € 15 miljoen verhoogd ten gunste van de gemeenten Veendam en Soesterberg. Conform de Motie Van Heugten (Kamerstuknummer 31 700 XI, nummer 16 herdruk) wordt een rijksbijdrage van € 15 miljoen geïnvesteerd in Ontwikkeling stationsgebied en Poort van Veendam (€ 5 miljoen) en Gebiedsontwikkeling Vliegbasis Soesterberg/Masterplan Dorp Soesterberg (€ 10 miljoen) met als randvoorwaarden dat medeoverheden voor tenminste een gelijkwaardig bedrag mee-investeren en dat het project binnen drie jaar tot uitvoering komt.
Ad 2.
In de provincie Noord-Brabant is de opgave van bodemsanering door o.a. het project Cadmium in de Kempen omvangrijk. Het tempo van de uitvoering leidt ertoe dat de provincie in 2010 ca. € 24 mln aan bodemsanering gaat besteden, die deels uit de reguliere budgetmiddelen kunnen worden betaald, maar deels ook niet. VROM heeft een verzoek van de provincie voor extra middelen op een eerder moment niet kunnen honoreren, omdat deze toen o.a. vanwege bezuinigingen niet beschikbaar waren. Derhalve heeft Noord-Brabant de uitvoering van de sanering getemporiseerd en de reeds in uitvoering genomen maatregelen voorgefinancierd. De provincie kan met deze aanvulling de noodzakelijke fasering van de aanpak weer grotendeels terugbrengen op de oorspronkelijke planning.
Ad 3.
Algemene toelichting FES-budgetten:
Het kasritme van de FES-budgetten wordt aangepast naar aanleiding van de in het Regeerakkoord opgenomen maatregel dat de belegde ruimte wordt overgeheveld naar het Infrafonds respectievelijk de departementale begrotingen. De verwerkte mutaties betreffen het saldo van de op- en afboekingen.
Ad 4 en Ad 5.
Het «Convenant bodemontwikkelingsbeleid en aanpak spoedlocaties» wordt in de periode 2010 tot en met 2014 in uitvoer gebracht door een uitvoeringsprogramma. Met ingang van 1 januari 2010 wordt een deel van het bodemsaneringsbudget uitgekeerd aan gemeenten en provincies via de decentralisatie-uitkering Bodemsanering in het gemeentefonds en provinciefonds.
Belangrijkste ontvangstenmutaties na 1e suppletoire begroting 2010
Ontvangsten | art.nr | ||
---|---|---|---|
Stand Ontwerpbegroting 2010 | 412 464 | ||
Stand na 1e suppletoire begroting 2010 | 684 020 | ||
Belangrijkste mutaties 2e suppletoire begroting 2010 | |||
1. | Afdracht inflatieresultaat 2009 Rgd | 9 933 | 91 |
2. | Afdracht niet relevante ontvangst conversielening Rgd | 157 324 | 91 |
3. | Saldo FES aanpassingen | – 441 959 | divers |
Overige mutaties | – 2 263 | ||
Stand na 2e suppletoire begroting 2010 | 407 055 |
|
Toelichting:
Ad 1.
Het inflatieresultaat van de Rgd wordt via VROM/WWI afgedragen aan het Ministerie van Financiën.
Ad 2.
De afdracht betreft het saldo van het afkopen van objecten die al in 2009 in uitvoering zijn genomen. De mutatie heeft een relatie met de systeemwijziging. Op de WWI begroting zijn al meerjarige reeksen voor uitgaven aan huisvestingsprojecten afgeboekt en nieuwe reeksen voor de gebruikersvergoeding worden nu opgeboekt (WWI, art 6).
Ad 3.
In samenhang met de aanpassing van de betreffende FES-budgetten bij de uitgaven worden ook de ontvangsten overeenkomstig verlaagd.
Artikelsgewijze toelichting
Wetsartikel 1 (uitgaven/verplichtingen en ontvangsten)