Groeiparagraaf
Op 20 april 2011 is de Tweede Kamer akkoord gegaan met een aanpassing van de presentatie van de Rijksbegroting onder de naam «Verantwoord Begroten» (Kamerstuk 31 865, nr. 26). In de begroting 2012 zijn reeds belangrijke wijzigingen doorgevoerd, onder meer als gevolg van «Verantwoord Begroten». Het betreft de volgende wijzigingen:
-
• De tabellen budgettaire gevolgen zijn ingedeeld naar financiële instrumenten conform de definities in de Rijksbegrotingsvoorschriften. Vooral het instrument «opdracht» wordt veelvuldig gebruikt, omdat dit instrument goed aansluit bij de activiteiten binnen Defensie. In de kolommen 2011 en 2012 is de indeling van de begroting 2012 gehandhaafd.
-
• Er is een koppeling gemaakt tussen de tabellen budgettaire gevolgen en de toelichtingen.
-
• Daarnaast is conform mijn toezegging aan de Kamer een Centraal Investeringsartikel opgenomen. Hieronder vallen de investeringen uit beleidsartikel 7 Defensie Materieel Organisatie (voorheen beleidsartikel 25) en beleidsartikel 8 Commando DienstenCentra (voorheen beleidsartikel 26), Investeringen voor Wetenschappelijk Onderzoek en Navo-bijdragen uit niet-beleidsartikel 9 Algemeen (voorheen niet-beleidsartikel 90).
-
• Oefen- en uitzendtoelagen zijn in de begroting 2013 als onderdeel van respectievelijk gereedstelling en inzet opgenomen onder de programma-uitgaven. Voor de begroting 2014 zullen deze toelagen in lijn met andere departementen worden gepresenteerd als apparaatsuitgaven dan wel programma-uitgaven, conform de rijksbrede definities.
In een afzonderlijke brief wordt gerapporteerd over de voortgang van de maatregelen uit de beleidsbrief van 7 april 2011. Dit gebeurt aan de hand van key performance indicators zoals die zijn vermeld in de jaarrapportage over 2011 (Kamerstuk 33 240 X, nr. 1).
Beleidsartikelen
In beleidsartikel 1 Inzet wordt de inzet van de krijgsmacht verantwoord. Dit betreft de bijdragen van Defensie aan crisisbeheersingsoperaties, contributies aan common funded Navo- en EU-operaties, inzet voor nationale en koninkrijkstaken en overige inzet. Het artikel is uitgebreid met een overzicht voor de structurele inzet die in andere beleidsartikelen is verantwoord, bijvoorbeeld door de Kmar, de EODD en de Kustwachten.
In de beleidsartikelen 2 tot en met 5 wordt de taakuitvoering geraamd voor zeestrijdkrachten, landstrijdkrachten, luchtstrijdkrachten, de marechaussee en de aan hen gemandateerde inzet, voor zover deze niet valt onder artikel 1.
In beleidsartikel 6 zijn de investeringen opgenomen voor de krijgsmacht, te weten investeringen voor materieel, infrastructuur, ICT, wetenschappelijk onderzoek en bijdragen aan de Navo-investeringen. Daarnaast zijn de verkoopopbrengsten voor afstoting van materieel en infrastructuur in dit beleidsartikel opgenomen.
In de beleidsartikelen 7 Ondersteuning door Defensie Materieel Organisatie en 8 Ondersteuning door Commando DienstenCentra zijn de uitgaven en verplichtingen geraamd voor de ondersteunende en dienstverlenende defensieorganisaties.
In het niet-beleidsartikel 9 Algemeen worden de niet specifiek aan een defensieonderdeel toe te wijzen programma-uitgaven opgenomen. In niet-beleidsartikel 10 worden de uitgaven ten behoeve van het centrale apparaat van Defensie begroot, waaronder voor de Bestuursstaf en de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD), alsmede pensioenen en wachtgelden.
Ten slotte worden in de niet-beleidsartikelen 11 en 12 de Geheime uitgaven opgenomen en de ramingen voor Nominaal en onvoorzien.
In de onderstaande tabel staan de oude en nieuwe artikelindeling weergegeven.
Indeling begroting 2012 | Indeling begroting 2013 | Opmerkingen |
---|---|---|
Beleidsartikel 20 Inzet | Beleidsartikel 1 Inzet | |
Beleidsartikel 21 Commando zeestrijdkrachten | Beleidsartikel 2 Taakuitvoering zeestrijdkrachten | |
Beleidsartikel 22 Commando landstrijdkrachten | Beleidsartikel 3 Taakuitvoering landstrijdkrachten | |
Beleidsartikel 23 Commando luchtstrijdkrachten | Beleidsartikel 4 Taakuitvoering luchtstrijdkrachten | |
Beleidsartikel 24 Commando Koninklijke marechaussee | Beleidsartikel 5 Taakuitvoering marechaussee | |
Beleidsartikel 6 Investeringen krijgsmacht | Samengesteld uit: ba: 25 Investeringen en verkoopopbrengsten materieel ba: 26 Investeringen en verkoopopbrengsten ICT en Infrastructuur nba: 90 Wetenschappelijk onderzoek en Navo-bijdragen | |
Beleidsartikel 25 Defensie Materieel Organisatie | Beleidsartikel 7 Ondersteuning door Defensie Materieel Organisatie | |
Beleidsartikel 26 Commando DienstenCentra | Beleidsartikel 8 Ondersteuning door Commando DienstenCentra | |
Niet-beleidsartikel 70 Geheime uitgaven | Niet-beleidsartikel 11 Geheime uitgaven | |
Niet-beleidsartikel 80 Nominaal en onvoorzien | Niet-beleidsartikel 12 Nominaal en onvoorzien | |
Niet-beleidsartikel 90 Algemeen | Niet-beleidsartikel 9 Algemeen | |
Niet-beleidsartikel 91 Centrale Apparaatsuitgaven | Niet-beleidsartikel 10 Centrale Apparaatsuitgaven |
Overig
Ook worden in de begroting de ramingen voor de baten-lastendiensten Defensie Telematica Organisatie (onderdeel van het Joint IV Commando), de Dienst Vastgoed Defensie (divisie Vastgoed en Beveiliging) en Paresto (divisie Facilitair en Logistiek) weergegeven. Daarnaast is in de bijlagen informatie opgenomen over de uitgaven voor veteranen en de uitgaven voor zorg en nazorg.
De begroting van het ministerie van Defensie is ook digitaal beschikbaar op de website www.rijksbegroting.nl. Om de toegankelijkheid verder te vergroten zijn in de digitale versie, waar mogelijk, hyperlinks aangebracht naar de achterliggende documenten.
Defensie Materieelprojectenoverzicht (MPO)
Zoals gebruikelijk ontvangt de Kamer op Prinsjesdag het MPO. Hierin wordt per project meer gedetailleerde informatie gegeven dan in de begroting. Zo wordt duidelijk gemaakt wat de relatie is met het defensiebeleid en wat de samenhang is met andere projecten. In het MPO zijn de lopende en de geplande strategische materieelprojecten opgenomen met een financiële omvang van meer dan € 25 miljoen, evenals politiek gevoelige projecten. Daarnaast wordt ingegaan op af te stoten materieel. In deze begroting worden daarom alleen de grotere wijzigingen op de projecten verder toegelicht.
Defensie Industrie Strategie
In het jaarverslag van 2011 is gemeld dat de Defensie Industrie Strategie (DIS) is uitgevoerd en dat het bijbehorend instrumentarium is ingevoerd in de defensieorganisatie. Defensie zal de DIS, in samenwerking met het ministerie van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie (EL&I), evalueren en actualiseren.