Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2018 Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (Tweede suppletoire begroting)
Art. nr. | Uitgaven 2018 | |
---|---|---|
Stand begroting 2018 na ISB | 3.860.285 | |
Stand na 1e suppletoire begroting 2018 | 4.125.876 | |
Stand na Miljoenennota 2019 | 4.277.327 | |
Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties (Najaarsnota): | ||
MKB-Innovatiestimulering Topsectoren (MIT) | 2 | – 14.055 |
Verduurzaming Industrie | 2 | – 19.866 |
Transitiekosten Invest-NL i.o. | 2 | – 7.561 |
Seed Capital regeling | 3 | 9.800 |
Begrotingsreserve Maatregelen voor CO2-reductie | 4 | 500.000 |
SDE+ | 4 | – 6.700 |
Nationaal Programma Groningen (van aanvullende post) | 5 | 50.000 |
Nationaal Programma Groningen (naar Provinciefonds) | 5 | – 50.000 |
Apparaatsuitgaven | 40 | 11.193 |
Overige mutaties | Div. | – 1.839 |
Totaal | 470.972 | |
Stand na 2e suppletoire begroting 2018 | 4.748.299 |
Toelichting
MKB-Innovatiestimulering Topsectoren (MIT)
MKB Innovatiestimulering Topsectoren wordt met € 14,1 mln verlaagd. Dit is in het bijzonder het gevolg van de decentralisatie naar het Provinciefonds voor de decentrale uitvoering van de MIT door de provincies (€ 16,1 mln).
Verduurzaming Industrie
Verduurzaming Industrie – € 19,9 mln. Hiervan is € 1,7 mln overgeheveld naar NWO en de gemeente Rotterdam in het kader van de verduurzaming van de industrie. Het restant van € 18,2 mln betreft klimaatmiddelen die in 2018 niet tot besteding komen. Deze middelen zullen in 2019 weer beschikbaar komen voor de verduurzaming van de industrie.
Transitiekosten Invest-NL i.o.
Het transitiebudget voor Invest-NL (€ 7,6 mln) is in 2018 niet benut. De oprichting van Invest-NL wordt voorzien in 2019 waardoor ook de daarmee samenhangende transitiekosten ten behoeve van de overgang van medewerkers naar Invest-NL en het samenwerkingsverband met FMO in de komende jaren zullen worden gemaakt. De niet benutte middelen in 2018 zullen de komende jaren weer beschikbaar worden gesteld.
Seed Capital regeling
Betreft een bijdrage van € 9,8 mln van het Ministerie van VWS ten behoeve van de Seed Capital regeling voor de eHealth tender.
Begrotingsreserve Maatregelen voor CO2-reductie
Het kabinet zal mogelijk additionele maatregelen nemen om aanvullende CO2-reductie te realiseren. Omdat de aard en timing van de eventuele aanvullende maatregelen nog onzeker is, heeft het kabinet besloten deze eventuele maatregelen via een tijdelijke begrotingsreserve mogelijk te maken. De reserve loopt tot en met 2020, wordt gekoppeld aan artikel 4 (Een doelmatige energievoorziening en beperking van de klimaatverandering) van de EZK-begroting en staat onder voorafgaand toezicht van het Ministerie van Financiën. De reserve wordt eenmalig gevuld met € 500 mln. Als de uitgaven hoger uitvallen dan de beschikbare middelen uit de begrotingsreserve, dan gelden de reguliere begrotingsregels. Als de uitgaven lager uitvallen dan vloeit het restant terug naar de schatkist. Onttrekking van middelen uit de reserve moet vooraf door het Ministerie van Financiën goedgekeurd worden. Daarbij wordt getoetst op het zo kostenefficiënt mogelijk verminderen van CO2. Het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat coördineert de set aan maatregelen om CO2 te reduceren. Andere departementen zoals LNV, IenW en BZK kunnen ook een beroep doen op deze middelen voor CO2-reducerende maatregelen.
SDE+
Voor de programma-uitgaven van het Maritiem Informatievoorzieningen Servicepunt (MIVSP), extra personele inzet ten behoeve van de werkzaamheden voor Wind op Zee/Routekaart 2030 en de bijdrage aan de vervanging van een radarinstallatie bij Wemeldinge wordt in totaal € 6,7 mln budget overgeheveld naar Rijkswaterstaat.
Nationaal programma Groningen
Op grond van de afspraken in het Regeerakkoord is voor het Nationaal Programma Groningen in 2018 € 50 mln beschikbaar op de Rijksbegroting. Dit bedrag is van de aanvullende post van de Rijksbegroting overgeboekt naar de begroting van EZK en vervolgens is dit bedrag dat bestemd is voor de provincie Groningen gestort in het Provinciefonds. Binnen het Nationaal Programma Groningen werken regio en Rijk samen aan de economische versterking en de kwaliteit van de leefomgeving in de regio Groningen. Voor het NPG is totaal € 1,15 mld beschikbaar en is bestemd voor de uitrol van projecten voor het toekomstperspectief voor Groningen. Het gaat om projecten in het kader van leefbaarheid, energie en economie. Dit komt ten goede aan de inwoners van Groningen.
Apparaatsuitgaven
Betreft hogere apparaatsuitgaven, waaronder hogere uitgaven voor de organisatie van de Nationaal Coördinator Groningen van € 8,4 mln en extra kosten van € 2,3 mln voor toezicht dat de ACM uitoefent op een aantal vervoerssectoren, die door het Ministerie van IenW worden gedekt.
Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2018 van Economische Zaken en Klimaat (Tweede suppletoire begroting)
Art. nr. | Ontvangsten 2018 | |
---|---|---|
Stand begroting 2018 na ISB | 3.664.301 | |
Stand na 1e suppletoire begroting 2018 | 3.539.037 | |
Stand na Miljoenennota 2019 | 3.952.667 | |
Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties (Najaarsnota): | ||
High Trust | 1 | – 24.682 |
Cofinanciering Europees Fonds Regionale Ontwikkeling | 2 | 4.200 |
Dividend Limburgse industrie- en investeringsbank (liof) | 3 | 2.000 |
Verkoop NOM-aandelen | 3 | – 3.000 |
Overige mutaties | Div. | 2.230 |
Totaal | – 19.252 | |
Stand na 2e suppletoire begroting 2018 |
| 3.933.415 |
Toelichting
High Trust-ontvangsten
De High trust-ontvangsten bestaan voornamelijk uit het saldo van de door de ACM ontvangen en terugbetaalde boetes. Door onzekerheid over gerechtelijke uitspraken en het moment waarop dit in de tijd plaatsvindt, fluctueert het saldo aan High trust-ontvangsten door de jaren heen en laat zich niet plannen. Ten opzichte van de meerjarig geraamde boeteopbrengst van ruim € 30 mln, treedt voor 2018 een tegenvaller op van € 24,7 mln.
Cofinanciering Europees Fonds Regionale Ontwikkeling
De verhoging van de diverse ontvangsten met € 4,2 mln is het gevolg van terugontvangsten samenhangend met de vaststelling van de verstrekte cofinanciering in het kader van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling over de periode 2007–2013.
Dividend Limburgse industrie- en investeringsbank (LIOF)
Van de Limburgse industrie- en investeringsbank (LIOF) is € 2 mln dividend ontvangen.
Verkoop aandelen investerings- en ontwikkelingsmaatschappij voor Noord Nederland (NOM)
De afhandeling van de verkoop NOM aandelen is vertraagd waardoor € 3 mln niet meer in 2018 wordt ontvangen.
Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2018 Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (Tweede suppletoire begroting)
Art. nr. | Uitgaven 2018 | |
---|---|---|
Stand begroting 2018 na ISB | 739.546 | |
Stand na 1e suppletoire begroting 2018 | 853.847 | |
Stand na Miljoenennota 2019 | 837.828 | |
Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties (Najaarsnota): | ||
Vertraging klimaat | 6 en 8 | – 10.000 |
Sectorbijdrage fosfaatreductieplan | 6 | 19.300 |
Fosfaatrechtenstelsel | 6 | 10.600 |
Onderuitputting Brexit | 6 | – 9.800 |
Implementatie van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) | 6 | 3.956 |
Floriade 2022 | 6 | – 2.500 |
Pilots klimaatslimme landbouw in veenweide gebieden | 8 | – 3.200 |
Reservering regionale opgaven | 43 | 26.400 |
Regionale opgaven Rotterdam Zuid | 43 | – 24.000 |
Uitvoeringskosten regionale opgaven en BES | 43 | – 2.400 |
Herinrichting LNV | 43 | – 12.446 |
ICT ontvlechting LNV | 43 | – 9.365 |
Overige mutaties | Div. | – 7.035 |
Totaal | – 20.490 | |
Stand na 2e suppletoire begroting 2018 |
| 817.338 |
Toelichting
Vertraging klimaat
Bij de uitdeling van de middelen uit Regeerakkoord is voor 2018 € 44,5 mln aan de LNV begroting toegevoegd. Door vertraging in de uitputting komt € 10,0 mln niet tot benutting. Dit budget bestaat uit subsidies voor plantaardige productie (€ 6,8 mln), opdrachten voor plantaardige productie (€ 1,7 mln) en opdrachten voor duurzame veehouderij (€ 1,5 mln). Deze middelen worden naar 2019 doorgeschoven, zodat LNV ze in 2019 voor klimaatdoeleinden kan aanwenden.
Sectorbijdrage fosfaatreductieplan
Het extra budget Sectorbijdrage fosfaatreductieplan ad € 19,3 mln zijn ten behoeve van de uitvoeringskosten van RVO.nl voor het fosfaatreductieplan. Deze middelen zijn volledig ontvangen vanuit de sector en zijn daarom ook opgenomen in de belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties.
Fosfaatrechtenstelsel
Naar aanleiding van wijzigingen in de opzet van het fosfaatrechtenstelsel zijn de uitvoeringskosten voor RVO.nl toegenomen. Het gaat om meerwerk van € 10,6 mln en ziet voornamelijk op het instellen van een fosfaatbank, het inrichten van een openbaar fosfaatregister, het aanpassen van de fosfaatrechtenrechten voor vleesvee, het hanteren van een vrijstelling van fosfaatrechten voor zoogkoeien en op extra juridisch werk vanwege de verwachte stijging van het aantal bezwaarschriften.
Onderuitputting Brexit
Door vertraging in de voorbereiding van de NVWA en de landbouw gerelateerde keuringsdiensten op de Brexit, is sprake van een onderuitputting van € 9,8 mln op het beschikbare budget in 2018. In de Kamerbrief van 12 oktober (Kamerstuk 23 987, nr. 272) is ingegaan op de voorbereiding van de NVWA en de keuringsdiensten op de Brexit.
Implementatie van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG)
Dit betreft de eerder gereserveerde bijdrage aan de NVWA en RVO.nl voor de implementatie van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG).
Floriade 2022
In 2022 vindt de Floriade plaats in Almere. Ten behoeve van de voorbereiding hiervan stelt LNV € 2,5 mln beschikbaar.
Pilots klimaatslimme landbouw in veenweide gebieden
Dit betreft de overboeking naar het Provinciefonds voor de uitvoeringskosten van de pilots klimaatslimme landbouw in veenweide gebieden. Deze pilots worden door de provincies Zuid-Holland en Utrecht uitgevoerd en hebben het doel om de CO2 uitstoot in veenweidegebieden te verminderen.
Reservering regionale opgaven
De Minister van LNV coördineert de besteding van de Regeerakkoord envelop. De bijdragen worden na toevoeging aan de LNV-begroting verdeeld richting de betreffende regionale opgaven. Bij de tweede suppletoire begroting wordt vanaf de aanvullende post van de Rijksbegroting € 26,4 mln naar de LNV-begroting overgeheveld. Deze middelen zijn bestemd voor Rotterdam-Zuid, de BES-eilanden en uitvoeringskosten.
Regionale opgaven Rotterdam Zuid
Het kabinet heeft maximaal € 130 mln gereserveerd voor het aanpakken van de opgave in Rotterdam-Zuid. Deze mutatie betreft de overboeking van € 24 mln naar het Gemeentefonds ten behoeve van Rotterdam-Zuid.
Uitvoeringskosten Regionale opgaven en BES
Uit de regio envelop is € 2 mln beschikbaar gesteld voor de uitvoeringskosten van de regionale opgaven. Daarnaast wordt er € 0,4 mln overgeboekt naar het Gemeentefonds voor de aanpak van de opgaven op Saba.
Herinrichting LNV
Op artikel 43 is bij de 1e suppletoire begroting budget gereserveerd voor de herinrichting. Met deze mutatie wordt een deel van deze middelen verdeeld over de begroting. Het betreft onder andere de verdeling van het personeelsbudget.
ICT ontvlechting LNV
Op artikel 43 is bij de 1e suppletoire begroting budget gereserveerd voor de herinrichting. Met deze mutatie wordt een deel van deze middelen verdeeld over de begroting. Voor de ICT-uitgaven als gevolg van de herinrichting van LNV is een bijdrage van € 9,3 mln overgeboekt naar de uitvoerende onderdelen.
Overige
De overige uitgaven betreffen mutaties op terreinen van artikel 6 en artikel 8 voor onder andere de bijdrage voor het onderzoek duurzame voedselsystemen bij de NWO (€ 1,5 mln), de overheveling van groenpactmiddelen voor praktijkgericht onderzoek naar het nationaal regieorgaan praktijkgericht onderzoek (€ 2,7 mln), de overheveling voor de basisfinanciering van het Planbureau Leefomgeving (€ 1,4 mln) en een bijdrage aan NWO voor het onderzoek Ecologie Noordzee (€ 0,5 mln).
Belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2018 van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (Tweede suppletoire begroting)
Art. nr. | Ontvangsten 2018 | |
---|---|---|
Stand begroting 2018 na ISB | 99.706 | |
Stand na 1e suppletoire begroting 2018 | 102.515 | |
Stand na Miljoenennota 2019 | 108.851 | |
Belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties (Najaarsnota): | ||
Sectorbijdrage fosfaatreductieplan | 6 | 19.300 |
EU-ontvangsten EFMZV | 6 | 5.226 |
Lagere ontvangsten POP2 | 8 | – 2.836 |
Overige mutaties | Div. | 2.464 |
Totaal | 24.154 | |
Stand na 2e suppletoire begroting 2018 |
| 133.005 |
Toelichting
Sectorbijdrage fosfaatreductieplan
De extra ontvangsten Sectorbijdrage fosfaatreductieplan ad € 19,3 mln zijn ten behoeve van de uitvoeringskosten van RVO.nl voor het fosfaatreductieplan. Deze middelen zijn volledig benut en zijn daarom ook opgenomen in de belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties.
EU-ontvangsten EFMZV
In het kader van het EFMZV wordt dit jaar een declaratie bij de EU ingediend voor kosten die deels in eerdere jaren zijn gemaakt. Deze kosten zijn toen ten laste van de eigen begroting gekomen. De ontvangst van € 5,2 mln leidt in 2018 tot een meevaller.
Lagere ontvangsten artikel 8
De ontvangsten op artikel 8 worden € 2,8 mln lager geraamd, als gevolg van het vervallen van opbrengsten van taken die gedecentraliseerd zijn, zoals jachtakten (€ 1,0 mln) en het Plattelands ontwikkelingsprogramma (POP2) (€ 2,8 mln).
Overige mutaties
Betreft diverse mutaties op de terreinen van artikel 6 en artikel 8 voor onder andere ontvangsten uit ingestelde vorderingen voor geconstateerde onregelmatigheden in EU subsidiedeclaraties (€ 1,0 mln) en hogere verwachte opbrengsten uit landinrichtingsrente (€ 1,5 mln).