Introductie
Het Ministerie van IenW kent een scheiding tussen beleid, uitvoering en toezicht. Het formuleren van beleid en wet- en regelgeving is primair belegd bij de beleidsdirectoraten-generaal. De toezichthoudende taken zijn bij IenW belegd bij de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT). De ILT voert ook taken uit namens de Minister van Economische Zaken en Klimaat, de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Minister van Justitie en Veiligheid.
Producten en diensten
De producten en diensten van de ILT betreffen de toelating op de markt (vergunningen) en vervolgens de handhaving van de van toepassing zijnde wet- en regelgeving.
De ILT zet haar schaarse capaciteit selectief in op de terreinen waar de maatschappelijke risico’s het grootst zijn en waar het handelen van de ILT het meeste effect kan sorteren. Een belangrijke pijler voor deze afweging is de ILT-Brede Risicoanalyse (IBRA). Deze ontwikkelde methode helpt de ILT om ordelijk te kiezen, op basis van maatschappelijke schade, aan welke taken zij prioriteit geeft en aan welke niet. De grootste risico’s worden door de ILT programmatisch aangepakt. De ILT gaat steeds meer in programma’s werken, met telkens de meest kansrijke combinatie van disciplines, specialisten en instrumenten. Daarbij worden verschillende instrumenten ingezet: van gerichte nalevingscommunicatie tot opsporing. In 2021 lopen de volgende programma’s gebaseerd op IBRA:
1. Minder broeikasgassen
2. Duurzame producten
3. Bodem
4. Onjuiste verwerking afvalstoffen
5. Slim en veilig goederenvervoer over de weg
6. Schoon schip
7. Veilig en duurzaam Schiphol
8. Veiligheid op het spoor
9. Verstoring marktwerking bij taxivervoer
10. Optimaliseren dienst- en vergunningverlening
11. Regie en Toezicht op Externe Relaties en Producten
12. Legionella
Een nadere toelichting op deze programma’s is te vinden in het Meerjarenplan 2021.
1. Vergunningverlening
Nieuwe toetreders tot een markt moeten aantonen dat ze aan de wettelijke eisen voldoen. Wordt daar aan voldaan, dan verleent de ILT één of meer vergunning(en) of certificaten. De wetgever verbindt door die keuze veiligheidseisen aan marktordeningsprincipes: zonder vergunning mag het bedrijf niet handelen.
2. Handhaving
Het handhaven van wet- en regelgeving geschiedt door middel van dienstverlening, toezicht en opsporing. Het zwaartepunt van de inspectieactiviteiten ligt op het terrein van het toezicht. De ILT kent de volgende toezichtsvormen:
• Objectinspecties;
• Administratiecontroles;
• Audits;
• Dienstverlening (meldingen, vragen)
3. Incident- en ongevalsonderzoek
Ongevallenonderzoek is bij ernstige ongevallen opgedragen aan de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OvV). In voorkomende gevallen levert de ILT expertise en deskundigen en soms (zoals bij scheepvaart en railvervoer) heeft de ILT een eigen taak bij het onderzoeken van ongevallen. Ongevallenonderzoek kan aanleiding zijn om de dienstverlening te vergroten en/of het toezicht te versterken. In ernstige gevallen van falen kan uit het onderzoek een toezichtmaatregel voortvloeien.
Incidenten en ongevallen vragen om een snelle respons en een gecoördineerde aanpak. Ondanks dat crisismanagement geen toezichtstaak is, is de (systeem)verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de crisisbeheersingstaak belegd bij de Inspecteur-generaal. Het betreft de preparatie, respons en (deels) nazorg van incidenten.
Stand Slotwet t-2 | Vastgestelde begroting, ontwerpbegroting of in voorkomende gevallen de 1e suppletoire begroting t-1 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Baten | |||||||
Omzet | 156.743 | 182.688 | 168.247 | 166.567 | 167.094 | 166.873 | 167.153 |
- waarvan omzet moederdepartement | 131.945 | 157.988 | 143.547 | 141.867 | 142.394 | 142.173 | 142.453 |
- waarvan nog uit te voeren werkzaamheden | |||||||
- waarvan omzet overige departementen | 341 | 831 | 831 | 831 | 831 | 831 | 831 |
- waarvan omzet derden | 24.457 | 23.869 | 23.869 | 23.869 | 23.869 | 23.869 | 23.869 |
Vrijval voorzieningen | 2 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijzondere baten | 429 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Rentebaten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal baten | 157.174 | 182.688 | 168.247 | 166.567 | 167.094 | 166.873 | 167.153 |
Lasten | |||||||
Apparaatskosten | 153.196 | 182.440 | 168.014 | 166.337 | 166.863 | 166.642 | 166.922 |
Personele kosten | 112.148 | 126.654 | 127.234 | 125.282 | 125.671 | 125.508 | 125.508 |
- waarvan eigen personeel | 104.567 | 113.479 | 120.861 | 120.052 | 120.052 | 120.052 | 120.052 |
- waarvan inhuur externen | 7.581 | 12.941 | 6.154 | 5.014 | 5.402 | 5.239 | 5.239 |
- waarvan overige personele kosten | 0 | 234 | 219 | 216 | 218 | 217 | 217 |
Materiële kosten | 41.048 | 55.787 | 40.780 | 41.055 | 41.192 | 41.134 | 41.415 |
- waarvan apparaat ICT | 1 | 235 | 221 | 217 | 218 | 218 | 218 |
- waarvan bijdrage aan SSO's | 28.560 | 23.699 | 19.779 | 19.924 | 19.990 | 19.962 | 20.102 |
- waarvan overige materiële kosten | 12.457 | 31.853 | 20.780 | 20.914 | 20.984 | 20.954 | 21.095 |
Beheer en Onderhoud | |||||||
Afschrijvingskosten | 574 | 131 | 123 | 122 | 122 | 122 | 122 |
Materieel | 574 | 131 | 123 | 122 | 122 | 122 | 122 |
- waarvan apparaat ICT | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
- waarvan overige materiële afschrijvingskosten | |||||||
Immaterieel | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Dotaties voorzieningen | 3.054 | 117 | 110 | 109 | 109 | 109 | 109 |
Overige kosten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijzondere lasten | 45 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Rentelasten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal lasten | 156.869 | 182.688 | 168.247 | 166.567 | 167.094 | 166.873 | 167.153 |
Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening | 305 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Agentschapsdeel Vpb-lasten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Saldo van baten en lasten | 305 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting
Omzet IenW
De omzet IenW is een vergoeding voor de productgroepen vergunningverlening en handhaving (toezicht, incidentmelding en onderzoek).
Specificatie omzet IenW | Realisatie 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Hoofdstuk XII | |||||||
Omzet art 24 Handhaving en toezicht | 131.498 | 144.870 | 130.431 | 128.747 | 129.269 | 129.048 | 129.328 |
Omzet art 97 Algemeen departement | 12718 | 13.118 | 13.116 | 13.120 | 13.125 | 13.125 | 13.125 |
Totaal | 144.216 | 157.988 | 143.547 | 141.867 | 142.394 | 142.173 | 142.453 |
De ILT ontvangt in 2021 een hogere structurele agentschapsbijdrage (€ 9,8 miljoen). Deze extra bijdragen zijn noodzakelijk voor het uitvoeren van nieuwe taken en het intensiveren van bestaande taken; daarnaast betreft het eveneens de loon- en prijsbijstelling 2021. Op basis van de ILT-brede risico analyse (IBRA) worden de nieuwe medewerkers daar ingezet, waar het risico hoog is en waar de inzet vergroot moet worden om tot een voldoende niveau van toezicht te komen. De focus verschuift daarbij van reguliere werkzaamheden naar een meer programmatische aanpak.
Omzet overige departementen
De omzet afkomstig van andere departementen betreft de middelen voor het toezicht op naleving van de Wet normering topinkomens in opdracht van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Ook zet de ILT, in opdracht van dezelfde Minister, haar werkzaamheden voort op het gebied van de handhaving van de naleving van de verplichtingen met betrekking tot het energielabel in het kader van de Europese richtlijn energieprestatie van gebouwen.
Omzet derden
De opbrengsten derden betreffen de doorberekende kosten aan de afnemers van de vergunningen en overige externe opdrachten. Het toezicht op de woningcorporaties wordt doorbelast aan de sector en is ook opgenomen onder omzet derden (raming 2021: € 14,3 miljoen).
Realisatie 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Opbrengsten vergunningverlening | 9.284 | 9.065 | 9.065 | 9.065 | 9.065 | 9.065 | 9.065 |
Opbrengsten woningcorporaties | 13.773 | 14.691 | 14.304 | 14.304 | 14.304 | 14.304 | 14.304 |
Overige opbrengsten | 960 | 500 | 500 | 500 | 500 | 500 | 500 |
Totaal omzet derden | 24.017 | 24.256 | 23.869 | 23.869 | 23.869 | 23.869 | 23.869 |
Lasten
Personele kosten
De ILT ontvangt in 2021 een hogere agentschapsbijdrage. Op basis van de ILT-brede risico analyse (IBRA) worden de nieuwe medewerkers daar ingezet, waar het risico hoog is en waar de inzet vergroot moet worden om tot een voldoende niveau van toezicht te komen. De focus verschuift daarbij van reguliere werkzaamheden naar een meer programmatische aanpak. De externe inhuur betreft voornamelijk inhuur op ICT-terrein.
Realisatie 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Aantal FTE | 1.149 | 1.184 | 1.262 | 1.264 | 1.264 | 1.264 | 1.264 |
Eigen personele kosten (x € 1.000) | 104.567 | 113.479 | 120.861 | 120.052 | 120.052 | 120.052 | 120.052 |
Inhuur (x € 1.000) | 7.581 | 12.941 | 6.154 | 5.014 | 5.402 | 5.239 | 5.239 |
Totale kosten | 113.297 | 126.420 | 127.015 | 125.066 | 125.453 | 125.290 | 125.290 |
Materiële kosten
De materiële kosten omvatten onder andere ICT, huisvesting, opleidingen en overige kosten voor middelen ten behoeve van de uitvoering van de inspectietaken. De eerder begrote kostendalingen op huisvesting en ICT-beheer worden vanaf 2021 en verder gerealiseerd.
De organisatieverandering bij ILT is in 2020 afgerond. Onder meer het programmatisch werken wordt geïmplementeerd zoals in het Meerjarenplan ILT 2021 verder wordt toegelicht. Daarnaast wordt het IV- landschap verder vernieuwd. Dit levert de komende jaren naar verwachting besparingen op de ICT-kosten op, afhankelijk van het tempo waarmee de verouderde applicaties kunnen worden vervangen en stopgezet. Mede daardoor kunnen de kosten voor externe ICT-inhuur worden teruggebracht.
Stand slotwet t-2 | Vastgestelde begroting, ontwerpbegroting of in voorkomende gevallen de 1e suppletoire begroting t-1 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1. | Rekening courant RHB 1 januari + depositorekeningen | 26.542 | 34.721 | 39.825 | 39.825 | 39.825 | 39.825 | 39.825 |
+/+ totaal ontvangsten operationele kasstroom | 611 | 157.174 | 163.931 | 163.613 | 163.713 | 164.391 | 164.414 | |
-/- totaal uitgaven operationele kasstroom | 6.359 | ‒ 137.201 | ‒ 178.609 | ‒ 163.413 | ‒ 163.513 | ‒ 164.191 | ‒ 164.214 | |
2. | Totaal operationele kasstroom | 6.970 | 19.973 | ‒ 14.678 | 200 | 200 | 200 | 200 |
-/- totaal investeringen | ‒ 5 | ‒ 9 | ‒ 200 | ‒ 200 | ‒ 200 | ‒ 200 | ‒ 200 | |
+/+ totaal boekwaarde desinvesteringen | 114 | 18 | ||||||
3. | Totaal investeringskasstroom | 109 | 9 | ‒ 200 | ‒ 200 | ‒ 200 | ‒ 200 | ‒ 199 |
-/- eenmalige uitkering aan moederdepartement | ||||||||
+/+ eenmalige storting door moederdepartement | 1.100 | ‒ | ||||||
-/- aflossingen op leningen | ||||||||
+/+ beroep op leenfaciliteit | ‒ | ‒ | ‒ | ‒ | ‒ | ‒ | ‒ | |
4. | Totaal financieringskasstroom | 1.100 | ‒ | ‒ | ‒ | ‒ | ‒ | ‒ |
5. | Rekening courant RHB 31 december + stand depositorekeningen (=1+2+3+4) | 34.721 | 54.703 | 24.947 | 39.825 | 39.825 | 39.825 | 39.826 |
Toelichting
Operationele kasstroom
De operationele kasstroom bestaat uit het geraamde saldo van baten en lasten gecorrigeerd voor afschrijvingen en mutaties in de voorzieningen.
Investeringskasstroom
De investeringenkasstroom is naar verwachting beperkt omdat de ILT overgaat van eigen auto’s naar leaseauto’s. De resterende investeringen betreffen bedrijfsspecifieke apparatuur.
Financieringskasstroom
Gelet op de beschikbare liquiditeiten is het doelmatig om de beperkte investeringen te financieren met eigen kasmiddelen.
Overzicht doelmatigheidsindicatoren
Stand slotwet t-2 | Vastgestelde begroting t-1 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Omschrijving Generiek Deel | |||||||
1. Kostprijzen per product (groep) | |||||||
- Handhaving | 129.094 | 151.631 | 139.645 | 138.251 | 138.688 | 138.505 | 138.737 |
- Vergunningverlening | 26.860 | 31.057 | 28.602 | 28.316 | 28.406 | 28.368 | 28.416 |
2. Tarieven/uur | |||||||
- Handhaving | 144 | 142 | 142 | 145 | 145 | 146 | 146 |
- Vergunningverlening | 142 | 134 | 131 | 132 | 132 | 133 | 133 |
3. Omzet per productgroep (PxQ) | |||||||
- Handhaving | 125.386 | 151.631 | 139.645 | 138.251 | 138.688 | 138.505 | 138.737 |
- Vergunningverlening | 13.169 | 12.949 | 15.034 | 14.750 | 14.836 | 14.793 | 14.841 |
4. FTE-totaal (excl. externe inhuur) | 1.103 | 1.184 | 1.262 | 1.264 | 1.264 | 1.264 | 1.264 |
(excl. externe inhuur) | |||||||
5. Saldo van baten en lasten (%) | ‒ 2,29% | 0,00% | 0,00% | 0,00% | 0,00% | 0,00% | 0,00% |
6. Kwaliteitsindicator 1: doorlooptijd vergunning | n.b. | 95% | 95% | 95% | 95% | 95% | 95% |
7. Kwaliteitsindicator 2: wachttijden informatiecentrum | 27 sec. | < 20 sec. | 80% < 35 sec. | 80% < 35 sec. | 80% < 35 sec. | 80% < 35 sec. | 80% < 35 sec. |
Omschrijving Specifiek Deel | |||||||
8. Kwaliteit Handhaving: | |||||||
Klachten (bezwaar en beroep) | 787 | 1000 | 1000 | 1000 | 1000 | 1000 | 1000 |
Gegrond verklaard (%) | n.b. | 0% | 0% | 0% | 0% | 0% | 0% |
Toelichting
Bovenstaand overzicht bevat de doelmatigheidsindicatoren van de ILT en is opgesteld conform de Rijksbegrotingsvoorschriften.
De kwaliteitsindicatoren (6, 7 en 8) betreffen de kwaliteit van vergunningverlening, dienstverlening en handhaving. Aangezien «gegronde klachten» in het Inspectieproces niet bestaan, cq. van de klachten niet formeel wordt vastgesteld of deze wel of niet gegrond zijn, is deze vervangen door «bezwaar- en beroepszaken». De ILT streeft naar 0% gegrond verklaarde bezwaren en beroepen.