Nr | Begrotingsstuk | Onderwerp | Beroep art. 2.27, tweede lid, CW (ja/nee) | Verplichtingen aangegaan voor autorisatie EK (ja/nee) | Uitgaven voor autorisatie EK (ja/nee) | Indieningsdatum | Aangenomen door EK (datum) |
---|---|---|---|---|---|---|---|
1 | 14 | Verwerven kunstwerk | Nee | Nee | Nee | 8-dec-21 | 18-jan-22 |
2 | 14 | Tegemoetkoming musea na directe lockdown | Ja | Ja | Ja | 23-dec-22 | 24-mei-22 |
3 | 3, 14 | Extra middelen examens en steunpakket cultuur in verband met Covid-19 | Ja | Ja | Ja | 26-jan-22 | 24-mei-22 |
4 | 1, 3, 4, 6, 7, 11, 95 | Overlopende verplichtingen van o.a. zelftesten, ventilatie en Nationaal Programma Onderwijs | Ja | Ja | Ja | 3-feb-22 | 21-jun-22 |
5 | 4, 11, 14 | Maatschappelijke diensttijd en KOT kwijtscheldingen | Ja | Ja | Ja | 4-feb-22 | 24-mei-22 |
6 | 1, 3, 14, 91, 95 | Nationaal Programma Onderwijs en suppletieregeling cultuur | Ja | Ja | Ja | 21-apr-22 | 12-jul-22 |
7 | 1, 3, 4, 6, 9, 11, 12, 13, 14, 15, 16, 95 | Werk aan Uitvoering, Oekraïne en Herdenkingsjaar Slavernijverleden | Ja | Ja | Ja | 7-jul-22 | 7-feb-22 |
Toelichting
Het besluit in de eerste Incidentele Suppletoire Begroting (ISB), namelijk het verwerven van een kunststuk, kon niet wachten tot de reguliere Eerste Suppletoire Begroting omdat de aankoop een snelle afhandeling van de verwerving richting de eigenaar/verkoper behoefde. Indien er was gewacht tot het eerstvolgende reguliere begrotingsmoment, de Eerste Suppletoire Begroting, had de aankoop van het kunststuk pas drie maanden later kunnen plaatsvinden. De aankoop van het kunststuk heeft plaatsgevonden nadat de Staten-Generaal deze incidentele begrotingswet heeft geautoriseerd.
Het besluit in de tweede ISB, namelijk het tegemoetkomen van musea na de directe lockdown in december 2021, kon niet wachten tot de reguliere Eerste Suppletoire Begroting omdat er spoedig verplichtingen moesten worden aangegaan richting het Mondriaan Fonds. Om dezelfde reden is de uitvoering van dit beleid al gestart voordat de Staten-Generaal deze begrotingswet had geautoriseerd. Voor de indiening van deze ISB is de Kamer vooraf geïnformeerd per brief van 21 december 2021 over «Aanpassing steunmaatregelen». Uitstel van de uitvoering van dit beleid was niet in het belang van het rijk omdat de culturele sector in deze periode haar deuren moest sluiten vanwege een harde lockdown. Om de klap voor deze sector op te vangen was het nodig dat het kabinet met spoed aanvullend € 5,6 miljoen beschikbaar stelde voor de periode van de verplichte sluiting via het Mondriaan Fonds.
De besluiten in de derde ISB, namelijk aanpassingen aan eindexamens en een steunpakket voor de culturele en creatieve sector wegens de lockdown, konden niet wachten tot de reguliere Eerste Suppletoire Begroting. Normaliter wordt nieuw beleid pas uitgevoerd nadat de Staten-Generaal de begrotingswet heeft geautoriseerd. De uitvoering van de maatregelen die in deze derde ISB zijn opgenomen konden echter niet wachten. Er moest namelijk snel worden overgegaan tot het verplichten en uitgeven van bedragen richting scholen en uitvoeringsinstanties zodat zij aan de slag kunnen met betrekking tot de eindexamens en richting diverse culturele fondsen met betrekking tot het steunpakket voor de culturele en creatieve sector. Daarom heeft het kabinet de uitvoering van deze maatregelen gestart voordat deze waren geautoriseerd door de Staten-Generaal. Voor de indiening van deze ISB is de Kamer vooraf geïnformeerd per brief van 17 december 2021 over Besluit eindexamens voortgezet onderwijs 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 31289, nr. 506). Ook over het steunpakket voor de culturele en creatieve sector is de Kamer op 14 december 2021 geïnformeerd per brief Steunpakket in het eerste kwartaal van 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35420, nr. 462).
De besluiten in de vierde ISB, namelijk het overhevelen van de middelen voor zelftesten en het uitvoeren van de tegemoetkomingsregeling voor studenten in verband met COVID-19, konden niet wachten tot de reguliere Eerste Suppletoire Begroting. De middelen moesten destijds snel worden overgeboekt zodat er spoedig verplichtingen konden worden aangegaan. Normaliter wordt nieuw beleid pas in uitvoering genomen nadat de Staten-Generaal de begrotingswet heeft geautoriseerd. De uitvoering van de maatregelen die in deze vierde ISB zijn opgenomen konden echter niet wachten omdat er moest worden overgegaan tot het verplichten van bedragen voor de regelingen omtrent zelftesten en zo snel mogelijk toekenningen moesten worden gedaan in de tegemoetkomingsregeling aan studenten. Daarom heeft het kabinet de uitvoering van deze maatregelen gestart voordat deze waren geautoriseerd door de Staten-Generaal. Voor de indiening van deze ISB is de Kamer vooraf geïnformeerd per brief van 13 december 2021 over Budgettaire mutaties van de begroting van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) sinds de tweede suppletoire begroting 2021 (Kamerstukken II 2021/22, 35925, nr. 142).
De besluiten in de vijfde ISB, namelijk herverkaveling maatschappelijke diensttijd, steunpakket voor de culturele en creatieve sector en kwijtschelding publieke schulden toeslagengedupeerden, konden niet wachten tot de reguliere Eerste Suppletoire Begroting. De middelen moesten destijds snel worden overgeboekt zodat er spoedig verplichtingen konden worden aangegaan en DUO-schulden konden worden kwijtgescholden. Normaliter wordt nieuw beleid pas in uitvoering genomen nadat de Staten-Generaal de begrotingswet heeft geautoriseerd. De uitvoering van de maatregelen die in deze ISB waren opgenomen konden echter niet wachten omdat er moest worden overgegaan tot het verplichten van bedragen voor de voor de regelingen met betrekking tot maatschappelijke diensttijd en het steunpakket voor de culturele en creatieve sector. Daarnaast moest DUO zo spoedig mogelijk doorgaan met het kwijtschelden van DUO-schulden van gedupeerden in de kinderopvangtoeslagaffaire. Daarom heeft het kabinet de uitvoering van deze maatregelen gestart voordat deze waren geautoriseerd door de Staten-Generaal. Voor de indiening van deze ISB is de Kamer vooraf geïnformeerd over het gedeelte van de kinderopvangtoeslagaffaire per brief van 13 december 2021 over Budgettaire mutaties van de begroting van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) sinds de tweede suppletoire begroting 2021 (Kamerstukken II, 2021/22, 35925, nr. 142) en over het steunpakket voor de culturele en creatieve sector per brief van 31 januari 2022 over Vijfde specifiekesteunpakket voor de culturele en creatieve sector (Kamerstukken II, 2021/22, 32820-458, nr. 458).
De besluiten in de zesde ISB, namelijk de suppletieregeling cultuur, ventilatie in scholen en het Nationaal Programma Onderwijs, konden niet wachten tot de reguliere Eerste Suppletoire Begroting. Normaliter wordt nieuw beleid pas uitgevoerd nadat de Staten-Generaal de begrotingswet heeft geautoriseerd. De uitvoering van de maatregelen die in deze zesde ISB zijn opgenomen konden echter niet wachten. Er moest namelijk snel worden overgegaan tot het uitgeven van middelen voor bijvoorbeeld de suppletieregeling cultuur. De middelen moesten ook snel worden overgeboekt naar de OCW-begroting zodat richting de scholen kan worden gecommuniceerd wat de bedragen zijn waar zij op kunnen rekenen voor het schooljaar 2022/2023 in het kader van het Nationaal Programma Onderwijs. Daarom heeft het kabinet de uitvoering van deze maatregelen gestart voordat deze waren geautoriseerd door de Staten-Generaal. Voor de indiening van deze ISB is de Kamer vooraf geïnformeerd per brief van 25 februari 2022 over Bijsturing NP Onderwijs: verdeling middelen en verlenging van de bestedingstermijn (Kamerstukken II, 2021/22, 35925, nr 155).
De besluiten in de zevende ISB, namelijk Werk aan Uitvoering, Oekraïne en het Herdenkingsjaar Slavernijverleden, konden niet wachten tot de reguliere Eerste Suppletoire Begroting. Normaliter wordt nieuw beleid pas uitgevoerd nadat de Staten-Generaal de begrotingswet heeft geautoriseerd. Echter, deze zevende ISB bevat middelen om toelatingsexamens voor het hoger onderwijs te faciliteren voor Oekraïense ontheemden. Hierover is de Kamer geïnformeerd in de Verzamelbrief opvang Oekraïne (Kamerstukken II, 2021/22, 19637 VI, nr. 2899). Het aangaan van verplichtingen en uitgaven hiervoor kon niet wachten tot autorisatie. Daarom heeft het kabinet de uitvoering van deze maatregelen gestart voordat deze waren geautoriseerd door de Staten-Generaal. Over het Herdenkingsjaar Slavernijverleden is de Kamer reeds geïnformeerd in de Voorjaarsnota 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 36120, nr. 1) en in de Eerste Suppletoire Begroting van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Kamerstukken II 2021/22, 36120 XV, nr. 2).