Dienst Landelijk Gebied (DLG)
Suppletoire begroting 2015 (Tweede suppletoire begroting),
Als gevolg van overleg tussen EZ en de provincies over de uitwerking van het Onderhandelingsakkoord decentralisatie natuur van september 2011 zijn op 1 maart 2015 400 fte’s van de Dienst Landelijk Gebied (DLG) overgegaan naar de provincies. Op die datum zijn ook 132 fte’s van DLG overgegaan naar RVO voor het uitvoeren van de rijksopdrachten in het landelijk gebied.
Sinds 1 maart 2015 voert DLG geen primaire activiteiten meer uit. Vanaf deze datum zijn alleen nog afrondende activiteiten verricht als het opleveren van huurpanden en het afsluiten van projecten. Omdat is besloten het agentschap DLG met ingang van 1 juli 2015 op te heffen, is een jaarrekening over het eerste halfjaar van 2015 opgesteld. In de suppletoire begrotingsstaat inzake de agentschappen zijn de mutaties bij de 2e suppletoire begroting gebaseerd op de realisaties over het eerste halfjaar 2015. De jaarrekening van DLG over het eerste halfjaar wordt opgenomen in het jaarverslag van EZ over 2015.
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA)
Suppletoire begroting 2015 (Tweede suppletoire begroting),
Omschrijving | (1) | (2) | (3) | (4) |
---|---|---|---|---|
Oorspronkelijk vastgestelde begroting | Mutaties | Mutaties | Totaal geraamd | |
(+of–) 1e suppletoire begroting | (+of–) 2e suppletoire begroting | |||
Baten | ||||
Omzet moederdepartement | 133.988 | 1.798 | – 7.969 | 127.817 |
Omzet overige departementen | 79.494 | 2.164 | – 784 | 80.874 |
Omzet derden | 72.900 | 16.310 | 291 | 89.500 |
Rentebaten | 25 | 0 | 0 | 25 |
Bijzondere baten | 0 | 7.500 | 200 | 7.700 |
Vrijval voorzieningen | 0 | 0 | 100 | 100 |
Totaal baten | 286.407 | 27.772 | – 8.163 | 306.016 |
Lasten | ||||
Apparaatskosten | ||||
– Personele kosten | 192.777 | 4.278 | 4.861 | 201.915 |
Waarvan eigen personeel | 176.796 | 7.002 | 2.109 | 185.906 |
Waarvan externe inhuur | 15.981 | – 2.724 | 2.752 | 16.009 |
– Materiele kosten | 83.485 | 24.117 | – 248 | 107.354 |
Waarvan apparaat ICT | 0 | 0 | 0 | |
Waarvan Bijdrage aan SSO's | 38.600 | 264 | 556 | 39.419 |
Rentelasten | 541 | 0 | – 206 | 335 |
Afschrijvingskosten | ||||
– Materieel | 6.579 | 0 | – 1.124 | 5.455 |
Waarvan apparaat ICT | 0 | 0 | 0 | |
– Immaterieel | 4.702 | 0 | – 346 | 4.357 |
Overige lasten | ||||
– dotaties voorzieningen | 500 | 0 | 0 | 500 |
– bijzondere lasten | 0 | 0 | 0 | |
Totaal lasten | 288.584 | 28.395 | 2.937 | 319.916 |
Saldo van baten en lasten | – 2.177 | – 623 | – 11.100 | – 13.900 |
Toelichting op de baten
Omzet moederdepartement
De omzet moederdepartement is naar verwachting € 8 mln lager dan begroot. Dit wordt met name veroorzaakt doordat de uitgaven voor de uitvoering van het Plan van Aanpak (PvA) € 6,4 mln achter blijven bij het beschikbare budget. Dit betreft vooral uitgaven voor de ICT-modernisering, die later plaatsvinden dan bij het opstellen van het PvA was voorzien. Het resterende verschil ad € 2 mln is het gevolg van niet gerealiseerde activiteiten met name omtrent registratie dierproeven, eliminatieacties exoten, voorbereiding nieuwe meststelsel, Q-bank en overgenomen PBO-taken ad € 1 mln. Daar staat een budgetverhoging tegenover voor loon- en prijsbijstelling 2015 ad € 1,6 mln. Voorts heeft een verschuiving van € 0,2 mln plaatsgevonden naar bijzondere baten.
Omzet overige departementen
De omzet overige departementen valt € 0,8 mln lager uit als gevolg van vertraging in de uitvoering van onderzoeksprojecten RIVM voor € 0,5 mln en € 0,3 mln als gevolg van het niet geheel realiseren van activiteiten omtrent projectplan veiligheid.nl, openbaarmaking en ruimte inbouwen voor incidenten.
Omzet derden
De omzet derden valt naar verwachting € 0,3 mln hoger uit dan begroot als gevolg van € 2,4 mln hogere retributies, € 0,4 mln hogere overige baten, een correctie van – € 1 mln op de omzet retributies voorgaand boekjaar en een bijstelling van de KDS-retributies/prognose van – € 1,5 mln. De bijstelling van de KDS-retributies/prognose heeft geen invloed op het resultaat.
Bijzondere baten
Onder de post bijzondere baten wordt de bijdrage van het moederdepartement voor ICT verantwoord die geen relatie heeft met de productie van de NVWA. In verband hiermee vindt een verschuiving plaats van de omzet moederdepartement naar de bijzondere baten voor € 0,2 mln.
Toelichting op de lasten
Personele kosten
De kosten van eigen personeel stijgen met € 2,1 mln. Dit is het saldo van enerzijds de (netto) kosten voor de remplaçantenregeling ad € 7,5 mln en de CAO-stijging van € 2 mln en anderzijds lagere kosten als gevolg van een vrijval ten gunste van de salariskosten van de afbouw ploegentoeslag en verlofuren ad € 2 mln. Daarnaast vallen de personele kosten € 5,4 mln lager uit als gevolg van een vertraagde invulling van vacatures, die merendeels zijn ontstaan door het gebruik van de remplaçantenregeling. Mede hierdoor kan de voorgenomen productie niet volledig worden gerealiseerd.
De kosten voor inhuur externen zijn € 2,8 mln hoger dan begroot. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door tijdelijke inhuur voor het PvA en verbetering van de bedrijfsvoeringproces.
Materiële kosten
De totale materiële kosten dalen met € 0,2 mln.
De algemene materiële kosten dalen met € 1,3 mln, de bureaukosten met € 0,2 mln en als gevolg van een onttrekking aan de voorziening leegstand dalen de huisvestingskosten met € 1,4 mln.
Hier staat tegenover dat de automatiseringskosten met € 1,9 mln, de overige huurkosten met € 0,3 mln en de specifieke materiële kosten met bijna € 0,5 mln stijgen.
Waarvan bijdrage aan SSO’s
De bijdrage aan SSO’s stijgen met € 0,6 mln ten opzichte van de begroting. Dit is het gevolg van een stijging van de automatiseringskosten (€ 1,9 mln) en een lagere bijdrage aan het Rijksvastgoedbedrijf voor € 1,4 mln.
Rentelasten
De rentelasten vallen als gevolg van lagere investeringen in 2014 en de lage rentetarieven € 0,2 mln lager uit.
Afschrijvingskosten
De materiële afschrijvingskosten zijn, met name door lagere investeringen in dienstauto’s, € 1,1 mln lager dan begroot.
De immateriële afschrijvingskosten zijn als gevolg van vertraagde systeemontwikkeling € 0,3 mln lager.
| (in € 1.000) | 2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 |
---|---|---|---|---|---|---|
1 | Eigen vermogen per 01/01 | 3.661 | 3.920 | 3.859 | 10.248 | 2.666 |
2 | Saldo van baten en lasten | 259 | – 61 | 665 | – 7.582 | – 13.900 |
3 | Directe mutaties in het EV: | |||||
3a | Uitkering aan moederdepartement | 0 | 0 | 0 | 0 | |
3b | Bijdrage moederdepartement ter versterking eigen vermogen | 0 | 0 | 0 | 19.400 | |
3c | Overige mutaties | 0 | 0 | 5.724 | 0 | 0 |
Eigen vermogen per 31/12 | 3.920 | 3.859 | 10.248 | 2.666 | 8.166 |
Toelichting
Gezien de beperkte omvang van het eigen vermogen en het voorziene negatieve exploitatieresultaat in 2015 heeft het moederdepartement besloten om het eigen vermogen middels een eenmalige dotatie te versterken met € 19,4 mln.
Kasstroomoverzicht
Omschrijving | – 1 | – 2 | – 3 | (4)= (1)+(2)+(3) | |
---|---|---|---|---|---|
Oorspronkelijk vastgestelde begroting | Mutaties (+of–) 1e suppletoire begroting | Mutaties (+of–) 2e suppletoire begroting | Totaal geraamd | ||
1. | Rekening-courant RHB 1 januari 2013 | 41.942 | 18.087 | 0 | 60.029 |
2. | Totaal operationele kasstroom | – 441 | – 9.504 | – 7.040 | – 16.985 |
Totaal investeringen (-/-) | – 28.730 | 0 | 9.648 | – 19.082 | |
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+) | 1.600 | 0 | 0 | 1.600 | |
3. | Totaal investeringskasstroom | – 27.130 | 0 | 9.648 | – 17.482 |
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-) | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Eenmalige storting door het moederdepartement (+) | 0 | 0 | 19.400 | 19.400 | |
Aflossingen op leningen (-/-) | – 11.530 | 0 | 1.167 | – 10.363 | |
Beroep op leenfaciliteit (+) | 15.950 | 7.972 | – 4.840 | 19.082 | |
4. | Totaal financieringskasstroom | 4.420 | 7.972 | 15.727 | 28.119 |
5. | Rekening-courant RHB 31 december 2013 (=1+2+3+4) | 18.791 | 16.555 | 18.335 | 53.681 |
Toelichting
Operationele kasstroom
De operationele kasstroom is € 7 mln hoger ten opzichte van de 1e suppletoire begroting als gevolg van:
-
– een negatiever saldo van baten en lasten – € 11,1 mln;
-
– te hoge mutatie op de voorzieningen € 5,9 mln;
-
– afschrijvingslasten – € 1,5 mln;
-
– overige balansmutaties – € 0,3 mln.
Investeringskasstroom
De investeringen zijn € 9,6 mln lager als gevolg van vertraging bij de vernieuwing van het ICT-landschap € 6,1 mln en uitstel van uitbreiding van het aantal dienstauto’s € 3,5 mln.
Financieringskasstroom
De financieringskasstroom valt € 15,7 mln hoger uit. Dit is met name het gevolg van de eenmalige storting van € 19,4 mln door het moederdepartement. Doordat de investeringen in 2014 lager zijn uitgevallen dan begroot, vallen de aflossing op de leningen in 2015 eveneens met€ 1,1 mln lager uit. Door een geringere uitbreiding van het aantal dienstauto’s wordt voor € 3,5 mln minder aan leningen afgeroepen. Voor systeemontwikkeling wordt € 1,3 mln minder aan leningen afgeroepen.