A. Algemene doelstelling
Het bevorderen van een sterke, pluriforme, toegankelijke en kwalitatief hoogwaardige cultuursector en het zorgen voor het cultureel erfgoed.
B. Rol en verantwoordelijkheid
De verantwoordelijkheid van de Minister is in de Wet op het specifiek cultuurbeleid verankerd. De Minister is verantwoordelijk voor het scheppen van voorwaarden voor het in stand houden, ontwikkelen en sociaal en geografisch spreiden van cultuuruitingen. Overwegingen van kwaliteit en verscheidenheid zijn daarbij leidend. Dit is aanvullend op het cultuuraanbod dat zonder betrokkenheid van de overheid tot stand komt.
Financieren: De Minister heeft een financierende rol door het bekostigen van de basisinfrastructuur cultuur en subsidiëring van specifieke (wettelijke) programma's en regelingen op de terreinen erfgoed, kunsten, letteren en bibliotheken.
Stimuleren: De Minister heeft een stimulerende rol bij het versterken van de cultuursector door programma’s als cultuureducatie, leesbevordering, ondernemerschap en internationaal cultuurbeleid.
Regisseren: De Minister heeft een regisserende rol bij de uitvoering van en het toezicht op het behoud en beheer van het erfgoed, op grond van de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen en de Erfgoedwet. Toezicht op naleving van deze wetten ligt bij de Erfgoedinspectie. De Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed is onder andere belast met de uitvoering van de Erfgoedwet. Het Nationaal Archief geeft uitvoering aan de Archiefwet.
Indicatoren / kengetallen
Doelstelling/indicator | Basiswaarde (jaartal) | Tussenstreefwaarde (2018) | Streefwaarde | Bron | ||
---|---|---|---|---|---|---|
6 | Het bevorderen van een sterke, pluriforme, toegankelijke en kwalitatief hoogwaardige cultuursector en het zorgen voor het cultureel erfgoed | |||||
a) | Aantal bezoeken | |||||
• | Aantal bezoeken gesubsidieerde podiumkunsten (inclusief buitenland) | 2,2 miljoen (2012–2015)1 | 2,5 miljoen (2018)2 | Stabiel of hoger (2020) | Opgave van gesubsidieerde instellingen aan OCW | |
• | Aantal bezoekers gesubsidieerde musea | 7,8 miljoen (2012–2015)1 | 7,9 miljoen (2018)2 | Stabiel of hoger (2020) | Opgave van gesubsidieerde instellingen aan OCW | |
b) | Cultuurbereik | |||||
• | Percentage van de bevolking van 6 jaar en ouder die voorstellingen, musea en bibliotheken bezoekt | 89% | –3 | –3 | SCP/CBS (CVTO 2012–2014) |
Basiswaarde aantal bezoeken aan instellingen in de podiumkunsten (-jeugd- theater, opera, dans, productiehuizen en de orkesten) en musea is gebaseerd op de verantwoording van de via de basisinfrastructuur gesubsidieerde instellingen.
(Tussen)streefwaarde aantal bezoeken aan instellingen in de podiumkunsten (-jeugd- theater, opera, dans, productiehuizen en de orkesten) en musea is gebaseerd op de begrotingen die de instellingen voor de periode 2017–2020 hebben ingediend.
Cultuurbereik: het percentage van de bevolking dat wordt bereikt door culturele voorzieningen geeft een beeld van het totale bereik van culturele voorzieningen. Dit is in lijn met de algemene doelstelling voor artikel 14. Hier is geen streefwaarde aan verbonden. De indicator is als kengetal opgenomen om ontwikkelingen te volgen.
Meer indicatoren rondom de doelen en functies van het cultuurstelsel worden in woord, beeld en cijfers gepresenteerd op OCW in cijfers en Cultuur in Beeld.
C. Beleidswijzigingen
Voor 2018 zijn geen majeure beleidswijzigingen voorzien.
D. Budgettaire gevolgen van beleid en budgetflexibiliteit
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | |||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen | 2.072.046 | 195.766 | 388.142 | 469.820 | 470.341 | 831.223 | 831.230 | ||
Waarvan garantieverplichtingen | 55.649 | – 210.530 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Totale uitgaven | 795.135 | 745.537 | 777.883 | 838.211 | 836.392 | 833.673 | 833.680 | ||
Waarvan juridisch verplicht (%) | 98,00% | ||||||||
Bekostiging | 600.818 | 637.498 | 687.242 | 749.192 | 749.192 | 746.378 | 746.385 | ||
– | Culturele basisinfrastructuur | 475.203 | 401.462 | 401.387 | 401.387 | 401.387 | 397.473 | 397.480 | |
Vierjaarlijkse instellingen | 318.126 | 238.706 | 238.881 | 238.881 | 238.881 | 234.967 | 234.974 | ||
Vierjaarlijkse fondsen | 157.077 | 162.756 | 162.506 | 162.506 | 162.506 | 162.506 | 162.506 | ||
– | Erfgoedwet | 0 | 121.325 | 121.238 | 121.238 | 121.238 | 121.238 | 121.238 | |
Huisvesting | 0 | 81.752 | 81.665 | 81.665 | 81.665 | 81.665 | 81.665 | ||
Beheer en onderhoud collecties | 0 | 39.573 | 39.573 | 39.573 | 39.573 | 39.573 | 39.573 | ||
– | Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen | 0 | 1.194 | 46.099 | 46.099 | 46.099 | 46.099 | 46.099 | |
Stelseltaken openbare bibliotheekvoorzieningen | 0 | 1.194 | 22.629 | 22.629 | 22.629 | 22.629 | 22.629 | ||
Digitale openbare bibliotheek | 0 | 0 | 12.200 | 12.200 | 12.200 | 12.200 | 12.200 | ||
Bibliotheekvoorziening leesgehandicapten | 0 | 0 | 11.270 | 11.270 | 11.270 | 11.270 | 11.270 | ||
– | Monumentenzorg | 78.754 | 43.581 | 68.469 | 119.919 | 119.919 | 120.419 | 120.419 | |
– | Archieven incl. Regionale Historische Centra | 26.607 | 24.982 | 24.647 | 24.647 | 24.647 | 25.247 | 25.247 | |
– | Flankerend beleid huisvesting | 10.254 | 34.954 | 7.902 | 7.902 | 7.902 | 7.902 | 7.902 | |
– | Cultuureducatie met Kwaliteit | 10.000 | 10.000 | 17.500 | 28.000 | 28.000 | 28.000 | 28.000 | |
Subsidies | 58.519 | 47.305 | 37.529 | 35.561 | 34.337 | 34.861 | 34.861 | ||
– | Verbreden inzet cultuur | 15.043 | 8.499 | 8.684 | 7.666 | 6.266 | 9.066 | 9.066 | |
– | Internationaal cultuurbeleid (incl. HGIS) | 6.862 | 6.965 | 7.155 | 7.005 | 7.005 | 6.052 | 6.052 | |
– | Programma leesbevordering | 3.476 | 3.350 | 3.350 | 3.350 | 3.350 | 3.350 | 3.350 | |
– | Creatieve Industrie | 0 | 1.805 | 1.975 | 1.975 | 1.975 | 1.975 | 1.975 | |
– | Monumentenzorg | 0 | 1.321 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
– | Erfgoed en ruimte | 2.567 | 3.462 | 3.500 | 3.500 | 3.500 | 3.500 | 3.500 | |
– | Programma ondernemerschap | 1.575 | |||||||
– | Specifiek cultuurbeleid | 28.996 | 21.903 | 12.865 | 12.065 | 12.241 | 10.918 | 10.918 | |
Opdrachten | 95.405 | 17.684 | 10.079 | 9.918 | 10.088 | 10.288 | 10.288 | ||
– | Beleidsonderzoek, evaluaties en kennisbasis | 95.405 | 2.121 | 2.127 | 2.006 | 2.176 | 2.176 | 2.176 | |
– | Monumentenzorg | 5.607 | 3.717 | 3.717 | 3.717 | 3.692 | 3.692 | ||
– | Archeologie | 2.365 | 865 | 865 | 865 | 865 | 865 | ||
– | Erfgoed en Ruimte | 1.930 | 2.500 | 2.500 | 2.500 | 2.500 | 2.500 | ||
– | Overige opdrachten | 5.661 | 870 | 830 | 830 | 1.055 | 1.055 | ||
Bijdragen aan agentschappen | 37.180 | 40.301 | 40.307 | 40.814 | 40.049 | 39.420 | 39.420 | ||
– | Nationaal Archief | 37.180 | 25.873 | 25.778 | 26.285 | 26.684 | 25.622 | 25.622 | |
– | Nationaal Archief Programma | 14.428 | 14.529 | 14.529 | 13.365 | 13.798 | 13.798 | ||
Bijdragen aan (inter-)nationale organisaties | 3.213 | 2.749 | 2.726 | 2.726 | 2.726 | 2.726 | 2.726 | ||
Bijdragen aan (inter-)nationale organisaties | 3.213 | 2.749 | 2.726 | 2.726 | 2.726 | 2.726 | 2.726 | ||
Ontvangsten | 2.421 | 14.452 | 494 | 494 | 494 | 494 | 494 |
Budgetflexibiliteit
Van het totale budget voor artikel 14 is voor 2018 98,0 procent juridisch verplicht.
Bekostiging
Het beschikbare budget voor 2018 is 100 procent juridisch verplicht. Aan de juridische verplichting liggen de regeling en de Wet op het specifiek cultuurbeleid ten grondslag, op basis waarvan in het jaar 2016 voor 4 jaar aan de instellingen in de basisinfrastructuur is beschikt. Daarnaast betreft het verplichtingen op basis van de Erfgoedwet en de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen. Voor de Erfgoedwet is van toepassing dat de musea voor het beheer en behoud van collecties en de huisvesting langjarig zullen worden bekostigd. Tot slot zijn ook de middelen voor cultuuronderwijs meerjarig verplicht. Deze middelen worden toegekend aan samenwerkingsverbanden van culturele instellingen en scholen voor basisonderwijs.
Subsidies
Van het beschikbare budget is 68,8 procent juridisch verplicht voor 2018. Dit is een deel van de verschillende programma’s die onder dit instrument vallen en ingezet zijn in het kader van het cultuurbeleid.
Het resterende deel van het budget is voor een belangrijk deel beleidsmatig verplicht. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de subsidiebijlage en de toelichting op de instrumenten.
Opdrachten
Van het beschikbare budget is 58,2 procent juridisch verplicht. Onder dit instrument worden naast Beleidsonderzoek, evaluaties en kennisbasis ook de contractuitgaven voor de Monumentenzorg, Archeologie en Erfgoed en Ruimte opgenomen. Ervaringsgegevens laten zien dat in de loop van het jaar dit budget volledig wordt verplicht.
Bijdrage aan agentschappen
Dit betreft de rijksbijdrage aan het Nationaal Archief. Het budget voor 2018 is 100 procent juridisch verplicht.
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Dit betreft de contributies voor verdragen en lidmaatschappen waar Nederland aan deelneemt. Deze contributies lopen door tot wederopzegging en dragen bij aan de uitvoering van internationale afspraken. Het budget voor 2018 is 100 procent juridisch verplicht. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de toelichting op de instrumenten.
E. Toelichting op de financiële instrumenten
Bekostiging
Culturele basisinfrastructuur
De culturele basisinfrastructuur wordt voor een periode van vier jaar bekostigd. De besluiten over de culturele basisinfrastructuur voor de periode 2017–2020 zijn in de brief van 20 september 2016 beschreven. In totaal kent het rijk in deze periode subsidie toe aan 88 culturele instellingen en 6 fondsen. De culturele basisinfrastructuur bestaat uit vierjaarlijkse instellingen op het gebied van podiumkunsten (toneel, dans, opera en orkesten), beeldende kunsten, film, musea, letteren, architectuur, vormgeving, nieuwe media, cultuureducatie en een aantal bovensectorale instellingen. Daarnaast zijn er de zes cultuurfondsen, die sectoraal zijn georganiseerd. De cultuurfondsen spelen een belangrijke rol in het cultuurstelsel. Door middel van flexibele en kortlopende subsidieregelingen kunnen zij de dynamiek en de vernieuwing in de cultuur op de voet volgen en zijn zij in staat snel op sectorale ontwikkelingen te reageren.
Erfgoedwet
Op basis van de Erfgoedwet worden museale instellingen belast met de zorg voor het beheer van de museale cultuurgoederen van de Staat of andere cultuurgoederen of verzamelingen. Hiervoor ontvangen deze instellingen met een wettelijke taak een structurele vergoeding. Voor de subsidiëring van deze taak wordt op grond van de regeling Beheer rijkscollectie en subsidiëring museale instellingen middelen beschikbaar gesteld waarbij onderscheid wordt gemaakt in enerzijds beheer en onderhoud van collecties en anderzijds huisvesting.
Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen
Per 1 januari 2015 is de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen in werking getreden. De wet organiseert het openbare bibliotheekwerk als een netwerk van samenwerkende lokale en provinciale openbare bibliotheekvoorzieningen waarbij de Koninklijke Bibliotheek (KB) een coördinerende rol vervult. In het netwerk verricht de KB als nationale bibliotheek van Nederland tevens taken voor het stelsel als geheel, waaronder het beheer en de ontwikkeling van de digitale openbare bibliotheek en de bibliotheekvoorziening voor leesgehandicapten. In 2018 concentreren de activiteiten zich op de uitvoering van een gezamenlijke innovatieagenda, op de doorontwikkeling van de digitale openbare bibliotheek en op de voorbereiding van de evaluatie van de wet, die in 2019 verschijnt.
Monumentenzorg
In juli 2016 is de Erfgoedwet, die een aantal wetten op het gebied van cultureel erfgoed vervangt waaronder de Monumentenwet, van kracht geworden. Daarmee is de Erfgoedwet het nieuwe kader geworden voor de financiering van de monumentenzorg. Wat betreft de financiering van de instandhouding van rijksmonumenten is in 2018 de Beleidsbrief inzake wijzigingen in de instandhoudingssubsidie voor rijksmonumenten per 2013 van belang. Voorts wordt aandacht besteed aan restauraties van grote monumenten. De omvorming van de fiscale monumentenaftrek in een uitgavenregeling ter tegemoetkoming aan de monumenteigenaren staat gepland voor 2019. Daarnaast krijgen in 2018 onderwerpen als herbestemming en verduurzaming aandacht. Momenteel vindt, via het project Erfgoed telt, een herijking plaats van de financiering van het stelsel van de monumentenzorg. Dit moet in 2019 leiden tot een herzien systeem van de financiering van de monumentenzorg. In 2016 heeft een eerste pilot voor verduurzaming van monumenten plaatsgevonden. In 2018 vindt een vervolg plaats van de pilot duurzame monumenten via een revolving fund mede om de doelstellingen over het energiebeleid tot en met 2050 te behalen.
Archieven incl. Regionale Historische Centra
OCW draagt bij aan de kosten van bewaring en presentatie van de rijksarchieven uit de provincie door de Regionale Historische Centra, die in elke provinciehoofdstad met uitzondering van Zuid-Holland zijn gevestigd. Voor de archiefsector vervult het Nationaal Archief een ondersteunende functie op het terrein van kennis en innovatie.
Flankerend beleid huisvesting
De middelen voor flankerend beleid huisvesting zijn gereserveerd voor het Garantiefonds rijksmusea, bedoeld als garantstelling voor leningen aangegaan door rijksmusea voor huisvesting en voor eventuele knelpunten die samenhangen met de invoering van de Erfgoedwet. Daarnaast zijn middelen bestemd voor huisvestingskosten van instellingen die niet onder de Erfgoedwet vallen.
Cultuureducatie met kwaliteit
Het programma Cultuureducatie met Kwaliteit wordt in de periode 2017–2020 voortgezet met een jaarlijkse investering van ruim 10 miljoen. Het programma gaat uit van drie pijlers. Ten eerste de implementatie, verdieping en ontwikkeling van het curriculum voor het leergebied kunstzinnige oriëntatie. Ten tweede de inhoudelijke deskundigheid versterken van leraren, vakdocenten en educatief medewerkers op het gebied van cultuureducatie. En ten derde het versterken van de relatie van de school met de culturele en sociale omgeving. Door een gezamenlijke inzet van de scholen, de culturele instellingen en de drie overheden wordt de kwaliteit van cultuureducatie bevorderd.
Subsidies
Verbreden inzet cultuur
Voor de financiering van de cultuurkaart is meerjarig een budget opgenomen van € 4,9 miljoen per jaar. In aanvulling op het programma Cultuureducatie met Kwaliteit zet OCW samen met private partijen tot en met 2020 extra in op muziekonderwijs in het primair onderwijs. OCW investeert tot en met 2020 samen met het Fonds voor Cultuurparticipatie tot een bedrag van ruim € 25 miljoen. Scholen kunnen een beroep doen op de regeling Impuls muziekonderwijs via het Fonds Cultuurparticipatie om de kwaliteit van het muziekonderwijs op scholen te verbeteren. Daarnaast zijn middelen beschikbaar voor uitvoering van de Nationale strategie digitaal erfgoed.
Internationaal cultuurbeleid (incl. HGIS)
Het internationaal cultuurbeleid is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de bewindspersonen van OCW en het Ministerie van Buitenlandse Zaken. In de periode 2017–2020 gelden voor het internationaal cultuurbeleid drie doelstellingen: een sterke cultuursector die in kwaliteit groeit door internationale uitwisseling en duurzame samenwerking die in het buitenland wordt gezien en gewaardeerd, een bijdrage van cultuur aan een veilige, rechtvaardige en toekomstbestendige wereld en culturele diplomatie (Kamerbrieven van 4 mei 2016 en 15 februari 2017).
Voor de versterking van de Nederlandse cultuursector wordt gekozen voor 8 focuslanden (voorheen 15) waar de meest betrokken partijen (diplomatieke posten, fondsen, DutchCulture, anderen) samen optrekken op basis van een meerjarige strategie. Daarnaast kunnen deze partijen inspelen op initiatieven vanuit het veld in 6 zogenoemde maatwerklanden, waar zich – vanwege een specifieke aanleiding – uitgelezen kansen voordoen voor Nederlandse cultuuruitingen.
Programma leesbevordering
Het leesbevorderingsprogramma Kunst van Lezen wordt voortgezet als onderdeel van het Actieprogramma Tel mee met Taal 2016–2018, dat in maart 2015 naar de Tweede Kamer is verstuurd. Tel mee met Taal is een gezamenlijke aanpak samen met het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport om laaggeletterdheid te voorkomen en tegen te gaan. In deze periode (2016–2018) worden extra middelen geïnvesteerd in Kunst van Lezen om laagtaalvaardige gezinnen beter te bereiken. Eind 2018 wordt naar aanleiding van de evaluatie besloten of deze (extra) inzet wordt gecontinueerd.
Creatieve Industrie
Ten laste van dit budget worden uitgaven gedaan op het gebied van de architectuur en de creatieve industrie in samenwerking met het Ministerie van Infrastructuur en Milieu en het Ministerie van Economische Zaken.
Erfgoed en ruimte
In het programma Visie Erfgoed en Ruimte geeft het Rijk aan welke opgaven van (inter-)nationaal belang worden geacht en waar het Rijk een rol ziet in het gebiedsgerichte erfgoedmanagement. Dit beleid wordt gecontinueerd in 2018. Naar verwachting krijgt het programma in 2019 een vervolg in de verdere uitwerking van de integrale Nationale Omgevingsvisie en het programma Erfgoed telt over een toekomstbestendig erfgoedbeleid.
Specifiek cultuurbeleid
Onder specifiek cultuurbeleid zijn verschillende kleinere subsidiebudgetten opgenomen. Het gaat om uitgaven aan de Adviescommissie Restitutieverzoeken Cultuurgoederen Tweede Wereldoorlog, de Stichting Cultuur-Ondernemen, de Samenwerkingsregeling musea, de btw-problematiek op de e-content (Koninklijke Bibliotheek), het toezicht op de vaste boekenprijs, culturele prijzen. Daarnaast betreft het een tijdelijke subsidie aan het Nationaal Holocaust Museum i.o. en een aantal kleine projectsubsidies.
Opdrachten
Beleidsonderzoek, evaluaties en kennisbasis
Dit budget is bestemd voor opdrachten die bestaan uit het inhuren van bureaus voor beleidsonderzoek, evaluaties, visitatie/monitoring en versterking van de kennisbasis in de cultuursector.
Monumentenzorg
De middelen zijn bestemd voor opdrachten op het gebied van de monumentenzorg voor kennis- en onderzoeksprogramma’s, ondersteuning infrastructuur erfgoed en informatie- en communicatietechniek.
Archeologie
Deze middelen zijn bestemd voor enkele ondersteuningstaken die na uitvoering van de verbetervoorstellen naar aanleiding van de evaluatie op de archeologiewetgeving die met de brief van 7 februari 2012 aan de Tweede Kamer is gestuurd, structureel noodzakelijk worden geacht.
Erfgoed en Ruimte
Deze middelen zijn bestemd voor opdrachten die worden verstrekt in het kader van de uitvoering van het programma Erfgoed en Ruimte.
Overige opdrachten
Deze middelen zijn bestemd voor opdrachten op het gebied van de programma’s Erfgoed digitaal, Gedeeld Cultureel Erfgoed en Ondernemerschap en voor werelderfgoed.
Bijdrage aan agentschappen
Deze middelen betreffen de rijksbijdrage aan het Nationaal Archief.
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties
Naast de prioriteiten die onder het financieel instrument Internationaal cultuurbeleid (incl. HGIS) zijn genoemd, is Nederland aan een aantal verplichtingen gebonden en draagt Nederland bij aan de uitvoering van internationale verdragen. Dit geldt voor de UNESCO erfgoedverdragen voor het werelderfgoed, het immaterieel erfgoed, de bescherming van cultureel erfgoed bij gewapend conflict, de bestrijding van illegale handel in cultuurgoederen en het cultuurverdrag voor de diversiteit van cultuuruitingen. Ook wordt in dit kader bijgedragen aan het Europees filmprogramma (Eurimages) en de Nederlandse Taal Unie.
Ontvangsten
De raming betreft ontvangsten als gevolg van het definitief vaststellen van toegekende subsidies.
Extracomptabele fiscale regelingen
Naast de in dit begrotingsartikel genoemde instrumenten, zijn er fiscale regelingen die betrekking hebben op dit beleidsterrein. De Staatssecretaris van Financiën is hoofdverantwoordelijk voor de wetgeving en uitvoering van deze regelingen en voor de budgettaire middelen. In onderstaande tabel is ter informatie het budgettaire belang van deze regelingen vermeld. De cijfers zijn ontleend aan de corresponderende bijlage «Fiscale regelingen» in de Miljoenennota. De fiscale regelingen die niet in onderstaande tabel zijn opgenomen, maar wel op dit beleidsartikel betrekking hebben, zijn:
-
– Vrijstelling voorwerpen van kunst en wetenschap box 3
-
– BTW Vrijstelling componisten, schrijvers en journalisten
Voor een beschrijving van de regelingen, de doelstelling, de ramingsgrond, een verwijzing naar de laatst uitgevoerde evaluatie en een programmering van evaluaties voor toekomstige jaren wordt verwezen naar de bijlage bij de Miljoenennota «Toelichting op de fiscale regelingen».
2016 | 2017 | 2018 | |
---|---|---|---|
Aftrek kosten monumentenpanden | 56 | 57 | 58 |
BTW Laag tarief culturele goederen en diensten | 1.494 | 1.568 | 1.647 |