Werken aan waterveiligheid, zoetwatervoorziening en waterkwaliteit vraagt continu inspanningen en investeringen. Deze worden verantwoord in het Deltafonds. Het aantal mensen en de waarde van het te beschermen goed veranderen onder invloed van economische en demografische ontwikkelingen. Ook water en bodem veranderen in de loop van de tijd; de zeespiegel stijgt en de bodem daalt. Door de klimaatverandering wordt het warmer en zullen rivierafvoeren en regenval grotere extremen vertonen.
Het Deltaprogramma is het nationale programma waarin Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen samenwerken om Nederland veilig en aantrekkelijk te houden en goed te blijven voorzien van zoetwater. Zo kan onze economie blijven profiteren van de gunstige ligging in de delta.
Het Deltaprogramma heeft als doel ons land nu en in de toekomst te beschermen tegen hoogwater en de zoetwatervoorziening op orde te houden.
Mijlpalen en resultaten 2023
Hieronder wordt ingegaan op de mijlpalen in het lopende programma. Hiermee wordt inzichtelijk gemaakt welke projecten in 2023 worden opgeleverd en bij welke projecten de uitvoering in 2023 start.
Beheer, onderhoud en vervanging
In 2023 gaat IenW onder meer de volgende activiteiten in het kader van exploitatie, onderhoud en vernieuwing uitvoeren.
Hoofdwatersystemen | - Zandsuppleties basiskustlijn |
---|---|
- Stuwen Maas (planfase en groot onderhoud) | |
- Sifons en Duikers ZN (planfase) | |
- Gemaal IJmuiden (planfase) | |
- Objecten IJsselmeergebied (planfase) | |
- Gemaal Heumen (planfase) | |
- Bediening Maasobjecten (MB2) (planfase) |
Voor een nadere toelichting op de stand van zaken van beheer, onderhoud en vervanging wordt verwezen naar bijlage 4 Instandhouding van deze begroting.
Aanleg
In 2023 wordt voortvarend gewerkt aan het verbeteren van de waterveiligheid, onder andere door het uitvoeren van het tweede Hoogwaterbeschermingsprogramma, het Hoogwaterbeschermingsprogramma en Maaswerken. Hieronder volgen de mijlpalen die IenW bij deze programma’s in 2023 wil behalen:
Programma | Mijlpaal | Project |
---|---|---|
HWBP | Start realisatie | Krachtige IJsseldijken Krimpenerwaard (KIJK) |
Culemborgse Veer-Beatrix Sluis (CUB) | ||
Wijk bij Duurstede Amerongen (WAM) | ||
Den Oever - Den Helder DODH, incl. tussen- en aansluitstukken | ||
Katwoude | ||
Ravenstein Lith | ||
Neder-Betuwe | ||
Industrieterrein Grutbroek | ||
Sint Annaland | ||
Zuidermeerdijk-MSNF | ||
IJmeerdijk - Almere poort | ||
Koppelstuk Durgerdam | ||
Standhazense Dijk | ||
Dijkkruising Oeffelt | ||
Oplevering | Noordelijke Randmeerdijk (incl WDOD) | |
Apeldoorns Kanaal | ||
SVK Hollandse IJsselkering (schuif) | ||
Dijkkruising Oeffelt | ||
Maaswerken | Voor de Maaswerken worden in 2023 geen nieuwe projecten opgestart of bestaande projecten afgerond. |
Voor een nadere toelichting over de stand van zaken voor de lopende programma’s wordt verwezen naar de toelichting op de productartikelen, de voortgangsrapportages aan de Tweede Kamer, het Deltaprogramma 2023 en het MIRT Overzicht 2023. Het Deltaprogramma is te vinden op de website PM.
Begroting op hoofdlijnen
Verlenging looptijd investeringsfondsen tot en met 2036
Bij de begroting 2023 wordt de looptijd van het Deltafonds met een jaar verlengd tot en met 2036. Het niveau van extrapolatie is gelijk aan het jaar 2035 stand begroting 2022 na verwerking van structurele begrotingsmutaties. Daarnaast zijn de structurele bijdragen van derden doorgetrokken. Met de verlenging tot en met 2036 komt in totaal – inclusief structurele ontvangsten – een ruimte van circa € 1,5 miljard beschikbaar op het Deltafonds. Deze ruimte wordt bij voorrang ingezet voor het dekken van de doorlopende verplichtingen, zoals de uitgaven die zijn benodigd voor de instandhouding van het huidige areaal. Hiervoor is in 2036 circa € 1,2 miljard benodigd. De ruimte die in 2036 resteert na aftrek van de doorlopende verplichtingen bedraagt circa € 0,3 miljard en wordt toegevoegd aan de investeringsruimte.
art. | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028-2035 | 2036 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2022 | 1.328.425 | 1.711.929 | 1.484.586 | 1.356.558 | 1.373.952 | 1.448.587 | 10.471.805 | |||
Mutaties 1e suppletoire begroting 2022 | 198.893 | 94.902 | 239.092 | 402.052 | 102.999 | 41.652 | ‒ 200.218 | |||
Stand 1e suppletoire begroting 2022 | 1.527.318 | 1.806.831 | 1.723.678 | 1.758.610 | 1.476.951 | 1.490.239 | 10.271.587 | |||
Belangrijkste mutaties | ||||||||||
Kaderrelevante mutaties Deltafonds | ||||||||||
1. Extrapolatie 2036 | Div | 1.469.825 | ||||||||
2. Loon- en prijsbijstelling 2022 | Div | 63.453 | 77.367 | 63.998 | 55.797 | 58.484 | 62.884 | 554.872 | 69.359 | |
3. Desalderingen | Div | 9.219 | 8.080 | 7.410 | 6.945 | 7.462 | 8.262 | 71.123 | 11.330 | |
4. Overboekingen andere begrotingen | Div | 1.144 | 2.223 | 1.845 | 1.999 | 2.505 | 2.600 | 10.400 | 0 | |
5. Kasschuif | Div | 10.327 | 13.003 | ‒ 573 | ‒ 5.477 | ‒ 13.532 | 844 | ‒ 9.783 | 5.191 | |
6. Kasschuif tlv generale beeld | Div | ‒ 20.000 | 944 | 61.872 | ‒ 52.541 | ‒ 27.775 | 15.000 | 22.500 | ||
Mutaties binnen kaders Deltafonds | ||||||||||
7. CA Instandhouding | 3.02 | 33.444 | 149.872 | 135.459 | ||||||
5.04 | ‒ 33.444 | ‒ 149.872 | ‒ 135.459 | |||||||
Stand ontwerpbegroting 2023 | 1.591.461 | 1.908.448 | 1.858.230 | 1.765.333 | 1.504.095 | 1.579.829 | 10.920.699 | 1.555.705 |
Toelichting
1. Bij de begroting 2023 wordt de looptijd van het Deltafonds met een jaar verlengd tot en met 2036. Het niveau van extrapolatie is gelijk aan het jaar 2035 stand begroting 2022 na verwerking van structurele begrotingsmutaties. Daarnaast zijn de structurele bijdragen van derden doorgetrokken.
2. Loon- en prijsbijstelling 2022: Jaarlijks wordt besloten of de overheidsuitgaven van de Rijksbegroting gecorrigeerd worden voor loon- en prijsontwikkelingen. Dit betreft de toegekende loonbijstelling en prijsbijstelling tranche 2022 die vanuit Hoofdstuk XII wordt overgeheveld naar het Deltafonds.
3. Desalderingen: Deze mutatie betreft een aanpassing van de ontvangsten. De aanpassing betreft met name een actualisatie van de bijdragen derden die gerelateerd zijn aan het hoogwaterbeschermingprogramma.
4. Overboekingen van en naar andere ministeries: de omvangrijkste betreft een overboeking vanuit de generale middelen ter financiering van het programma Werken aan uitvoering.
5. Om binnen het Deltafonds tot een sluitende programmering te komen, zijn budgettair neutrale kasschuiven over de diverse jaren noodzakelijk. Door middel van een kasschuif via artikel 01.02 Ontwikkeling waterveiligheid worden de bedragen in de juiste jaren geplaatst.
6. Met deze kasschuif ten laste van het generale beeld, worden de Coalitieakkoord middelen (CA) voor instandhouding in overeenstemming met de uitvoering gebracht.
7. In de eerste suppletoire begroting 2022 zijn de in het Coalitieakkoord extra beschikbaar gestelde middelen voor exploitatie, onderhoud en vernieuwing van de Rijksinfrastructuur aan het Deltafonds toegevoegd aan artikel 5.04 Reserveringen. Met deze mutatie worden voor de korte termijn (periode tot en met 2025) de middelen ingezet om de programmering (artikel 3.02) op te hogen.
Overprogrammering
Het kabinet Rutte IV heeft een nieuw investeringsplafond geïntroduceerd voor investeringsmiddelen. O.a. het Deltafonds en het Mobiliteitsfonds vallen onder dit plafond. Beheersing van het totaalbedrag en het behalen van concrete resultaten staat hierin centraal. De kasuitputting per jaar is minder relevant. Onder het investeringsplafond kan eenvoudig budget naar achteren in de tijd worden geschoven als er vertragingen optreden in de programmering/uitvoering, om budget en programmering weer in balans te brengen. Doordat vertragingen eenvoudig verwerkt kunnen worden, wordt de kans op niet-bestede middelen in enig jaar kleiner. Komend jaar wordt verder uitgewerkt hoe het investeringsplafond optimaal benut kan worden.
De programmering van projecten wordt doorlopend geactualiseerd op basis van de laatst beschikbare informatie. De kasramingen van de projecten in de begroting worden hier op de reguliere begrotingsmomenten op aangepast.
Onderuitputting ontstaat als in enig jaar alsnog (kas)vertraging in de programmering optreedt. Het instrument overprogrammering wordt ingezet om te voorkomen dat dergelijke vertragingen direct tot onderuitputting leiden en de beschikbare budgetten voor het investeringsprogramma zo veel mogelijk tot besteding komen in de jaren waarin deze beschikbaar zijn gesteld. Hiermee wordt geanticipeerd op een voorspelbare mate van vertraging, die zich altijd voordoet. Overprogrammering houdt in dat de programmering in de eerste jaren hoger is dan het beschikbaar budget. Over de planperiode zijn beiden in evenwicht. Ook zal de komende tijd – zoals het IBO Publieke investeringen aanbeveelt –worden onderzocht hoe het gebruik van de instrumenten overprogrammering en het nieuwe investeringsplafond in de praktijk nog meer bij dragen aan realistische planningen, effectief doelbereik en transparante en heldere communicatie aan het parlement.
Overprogrammering kan alleen worden ingezet voor beheersing van reguliere ramingsonzekerheden. Onzekerheden van exogene aard, bijv. juridische ontwikkelingen of krapte op de arbeidsmarkt, kunnen hiermee niet (volledig) opgevangen worden. De hoogte van de overprogrammering wisselt van jaar op jaar binnen een bepaalde marge en hangt af van bijv. het risicobeeld van de onderliggende programmering. Over de maximale hoogte hebben IenW en FIN afspraken.
Over de begrotingsperiode tot en met 2027 is per saldo sprake van een overprogrammering van circa € 559 miljoen op het DF. De totale overprogrammering over beide fondsen is circa € 3,9 miljard.
Fonds | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2021-2026 | 2027-2035 |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Mobiliteitsfonds | ‒ 379 | ‒ 630 | ‒ 739 | ‒ 555 | ‒ 584 | ‒ 479 | ‒ 3.366 | 3.366 |
Deltafonds | ‒ 46 | ‒ 46 | ‒ 46 | ‒ 178 | ‒ 148 | ‒ 95 | ‒ 559 | 559 |
Totale overprogrammering | ‒ 425 | ‒ 676 | ‒ 785 | ‒ 733 | ‒ 732 | ‒ 574 | ‒ 3.925 | 3.925 |