Base description which applies to whole site

2.5 Strategische Evaluatie Agenda (SEA)

De Strategische Evaluatie Agenda (SEA) is in 2021 geïntroduceerd als één van de instrumenten van het herziene Rijksbrede evaluatiestelsel. In de afgelopen jaren heeft JenV significante verbeterslagen gemaakt in de kwaliteit van de SEA. De SEA in de begroting 2025 bevat een aantal ontwikkelingen ten opzichte van de SEA in de begroting 2024. De grootste stap die JenV heeft gezet is het herijken van de SEA thema-indeling door het aantal hoofdthema’s te reduceren. Daarbij was het uitgangspunt om daar waar nodig en gewenst per begrotingsartikel een meer samenhangende indeling tussen de hoofd- en subthema’s te bewerkstelligen. Het herijken van de thema-indeling heeft als doel om het inzicht in en de kwaliteit van JenV-beleid te versterken door de hoofdthema’s aan te scherpen. De nieuwe thema-indeling dekt net zoals voorheen alle begrotingsartikelen van JenV.  Een volgende ontwikkeling is dat JenV significante stappen aan het maken is in het (re)construeren van beleidstheorieën en de bijbehorende inzichtsbehoeften. De resultaten hiervan zijn in de SEA 2025 nog niet bij alle thema’s zichtbaar, maar het inzicht in de noodzaak en toegevoegde waarde hiervan is JenV-breed aanwezig. De actieve houding binnen JenV om de kwaliteit van de SEA en het beleid te verbeteren zal ook de komende jaren nog leiden tot een aanscherping van de JenV-onderzoeksprogrammering. Aansluitend zal de nieuwe kabinetsperiode tot eventuele verdere wijzigingen leiden in de thema-indeling en de geplande evaluaties/onderzoeken. De SEA is een meerjarig evaluatie-instrument die gericht is op lopend beleid, wijzigingen in de onderzoeksprogrammering kunnen plaatsvinden op basis van de prioriteiten uit het Hoofdlijnenakkoord en het Regeerprogramma.

Tabel 5 Strategische Evaluatie Agenda

Thema

Type onderzoek

Afronding

Status

Toelichting onderzoek

Begrotingsartikel(en)

Kritische communicatie en veiligheidsprocessen

Periodieke rapportage

2029

Te starten

Syntheseonderzoek naar het thema Kritische communicatie en veiligheidsprocessen en de bijbehorende subthema's.

31, 36

Beleid t.o.v. de continuïteit van de politieorganisatie

Periodieke rapportage

2030

Te starten

Syntheseonderzoek naar het thema Beleid t.o.v. de continuïteit van de politieorganisatie en de bijbehorende subthema's.

31

Politiestelsel (wetten)

Periodieke rapportage

2028

Te starten

Syntheseonderzoek naar het thema Politiestelsel (wetten) en de bijbehorende subthema's.

31

Rechtsbestel

Periodieke rapportage

2027/2028

Te starten

Syntheseonderzoek naar het thema Rechtsbestel en de bijbehorende subthema's.

32

Rechtshandhaving en criminaliteitsbestrijding

Periodieke rapportage

2027

Te starten

Syntheseonderzoek naar het thema Rechtshandhaving en criminaliteitsbestrijding en de bijbehorende subthema's.

33

Veiligheid en lokaal bestuur

Periodieke rapportage

2026

Te starten

Syntheseonderzoek naar het thema Veiligheid en lokaal bestuur en de bijbehorende subthema's.

33

Georganiseerde, ondermijnende criminaliteit

Periodieke rapportage

uiterlijk 2027

Te starten

Syntheseonderzoek naar het thema Georganiseerde, ondermijnende criminaliteit en de bijbehorende subthema's.

33

Genoegdoening aan slachtoffers en samenleving

Periodieke rapportage

2028

Te starten

Syntheseonderzoek naar het thema Genoegdoening aan slachtoffers en samenleving en de bijbehorende subthema's.

34.3, 34.4

Voorkomen van (herhaald) crimineel gedrag

Periodieke rapportage

2026

Te starten

Syntheseonderzoek naar het thema Voorkomen van (herhaald) crimineel gedrag en de bijbehorende subthema's.

34.1, 34.2, 34.3, 34.5

Beschermen van kinderen

Periodieke rapportage

2027

Te starten

Syntheseonderzoek naar het thema Beschermen van kinderen en de bijbehorende subthema's.

34.1, 34.5

Nationale veiligheid

Periodieke rapportage

2025

Te starten

Syntheseonderzoek naar het subthema Contraterrorisme.

36.2

 

Periodieke rapportage

2027

Te starten

Syntheseonderzoek naar de subthema's Bewaken en Beveiligen, Crisisbeheersing en Statelijke dreigingen.

36.2

Inburgering

Periodieke rapportage

PM

Te starten

Syntheseonderzoek naar het thema inburgering en de bijbehorende subthema's.

38.2

Voor het meest recente overzicht van de realisatie van periodieke rapportages (voorheen beleidsdoorlichtingen) klik op deze link: Status periodieke rapportages. In «Bijlage 5: Uitwerking Strategische Evaluatie Agenda».zijn alle geplande onderzoeken en evaluaties per beleidsthema nader uitgewerkt. De herijkte beleidsthema's op de Strategische Evaluatie Agenda onderstaand nader toegelicht.

Met ingang van het Kabinet-Schoof is de SEA op het gebied van Toegang, toelating en opvang vreemdelingen (artikel 37.2) en Terugkeer en bewaring vreemdelingen (artikel 37.3) overgeheveld naar de begroting van het Ministerie van Asiel en Migratie en de SEA aangaande de Inburgering opgenomen op de begroting van JenV (voorheen op de begroting van SZW).

Toelichting beleidsthema's

Artikel 31 en 36 - Politie en veiligheidregio's

DGPenV staat voor het creëren van randvoorwaarden waarbinnen bestuurders, gezagen en uitvoerende organisaties – binnen rechtstatelijke waarborgen – veiligheid optimaal vorm kunnen geven voor de inwoners van Nederland. Hierbij kent zij een stelselverantwoordelijkheid. Dit betekent dat zij zorg draagt voor heldere rollen, verantwoordelijkheden en taken voor de diverse organisaties en dat de stelsels toekomstbestendig zijn. Daarnaast is zij verantwoordelijk voor de kwaliteit, legitimiteit en continuïteit van uitvoerende organisaties zoals de politie, veiligheidsregio’s, maar ook het brandweerkorps en het politiekorps in Caribisch Nederland. Dit betekent dat DGPenV zorgt voor passend beleid, de juiste bevoegdheden en heldere kaders voor deze uitvoeringsorganisaties.

Het beleid voor de politie is niet eenzijdig belegd bij DGPenV. Ook andere DG-en maken beleid, bijvoorbeeld op het terrein van crisisbeheersing, rechtshandhaving, migratie, etc. dat de politie uitvoert. Dit onderdeel ziet louter op het beleid waar DGPenV verantwoordelijk voor is.

Kritische communicatie en veiligheidsprocessen

DGPenV draagt in het kader van de ministeriële stelselverantwoordelijkheid zorg voor de stelsels van de rampenbestrijding en crisisbeheersing op decentraal niveau en van de brandweerzorg, en voor missie kritische communicatievoorzieningen en alerteringssystemen. Vanuit de begroting worden bijdragen verstrekt aan de veiligheidsregio’s (de Brede Doeluitkering Rampenbestrijding) en de Landelijke Meldkamer Samenwerking voor hun taken op dat gebied. Ook wordt er een bijdrage verstrekt aan het Nederlandse Instituut Publieke Veiligheid (NIPV) om de veiligheidsregio’s bij hun taakuitvoering te ondersteunen. In die hoedanigheid heeft DGPenV een kader- en normzettende rol in de governance maar is zij ook systeemeigenaar van een aantal belangrijke (vitale) communicatiesystemen. Inzichtsbehoeften die op dit thema spelen zijn: is het beleid doelmatig en doeltreffend? Hoe duurzaam zijn de systemen? Hoe zorgen we in tijden van crisis voor een effectieve aanpak van de ramp? Zijn de samenwerkingsverbanden hier goed op ingericht en wordt informatie op een goede manier gedeeld?

Beleid t.o.v. de continuïteit van de politieorganisatie

Één van de centrale vragen vanuit DGPenV is de vraag in hoeverre de politieorganisatie, nu en in de toekomst, berekend is op haar taak. Het gaat hier onder meer om aspecten die onder de verantwoordelijkheid van DGPenV vallen. Hierbij kun je denken aan de kaders die worden gesteld voor politiepersoneel vanuit bijvoorbeeld de cao-onderhandelingen, maar ook aan samenwerkingen op internationaal terrein en de wisselwerking tussen politie en de samenleving. Zijn de kaders die worden gesteld doelmatig en doeltreffend? Wat kunnen we leren van andere landen of uitvoeringsorganisaties? Welke maatschappelijke ontwikkelingen zien we op de politie afkomen en wat betekent dit voor de organisatie?

Politiestelstel

DGPenV is verantwoordelijk voor het politiestelsel. Dit geeft zij onder andere vorm door kaders te stellen in de Politiewet 2012, bijvoorbeeld ten aanzien van de inrichting van de politieorganisatie en de bevoegdheden van de politie. Ook worden kaders over de informatiefunctie gesteld, bijvoorbeeld in de Wet politiegegevens. Vragen in dit domein hebben betrekking op hoe kunnen we het politiebestel efficiënt inrichten, zijn de bevoegdheden toekomstbestendig en wat is de uitwerking van de kaders over informatie-uitwisseling?

Artikel 32 - Rechtspleging en rechtsbijstand

Rechtsbestel

DGRR schept de voorwaarden voor een slagvaardig, toegankelijk en doelmatig rechtsbestel. Dit thema is geclusterd in twee subthema’s: toegang tot het recht en strafrechtelijk bestel. Toegang tot het recht is een voorwaarde voor een goed functionerende rechtsstaat. Het is één van de taken binnen de Directie Rechtsbestel om te zorgen dat rechtszoekenden toegang tot het recht vinden. Iedereen in Nederland moet een passende en duurzame uitkomst kunnen vinden voor zijn of haar (juridische) probleem. Daar werken we aan door ervoor te zorgen dat iedereen toegang heeft tot informatie, advies en ondersteuning, en een beslissing van een neutrale instantie. Daarbij zetten we de rechtzoekende centraal. Het strafrechtelijk bestel is een belangrijke pijler van het rechtsbestel. Het strafrechtelijk bestel verdient continue aandacht, onderhoud en vernieuwing. Zo is er aandacht voor herstelrecht, bijvoorbeeld in de vorm van mediation in strafzaken. Ook is er het voornemen om de evaluatie van de pilots Innovatiewet Strafvordering voort te zetten en wordt er onderzoek gedaan naar de vraag of er sprake is van klassenjustitie in de strafrechtketen (onder voorbehoud) en is aandacht voor de continuïteit en vernieuwing in de juridische beroepen zoals notariaat en gerechtsdeurwaarders.

Artikel 33 - Veiligheid en criminaliteitsbestrijding

Rechtshandhaving en criminaliteitsbestrijding

DGRR bevordert en draagt bij aan een rechtvaardige, effectieve en integrale rechtshandhaving en criminaliteitsbestrijding (preventief en repressief) op lokaal, regionaal, nationaal en internationaal niveau. Op basis van de rechtstatelijke kaders werkt de directie eraan mee om het opsporings- en vervolgingsapparaat zo goed als mogelijk in staat te stellen om zijn taak uit te oefenen.

De missie met betrekking tot maatschappelijke veiligheid is om bij te dragen aan het stellen van normen die aansluiten bij maatschappelijke ontwikkelingen, opdat in samenwerking met relevante partijen het strafrecht betekenisvol en effectief kan worden ingezet (naast andere instrumenten). Het doel is om het maatschappelijk vertrouwen in de strafrechtelijke handhaving te behouden en zo mogelijk te versterken. Subthema’s waarop dit zich o.a. richt zijn bijzonder strafrecht, verkeershandhaving, mensenhandel, cybercrime, de aanpak van discriminatie, veilige publieke taak (VPT) en wapenbeleid.

Veiligheid en lokaal bestuur

Eén van de taken binnen DGRR is zorgen voor de (wettelijke) toerusting van de burgemeester ten aanzien van zijn openbare orde taak en voor het ondersteunen van publieke en private partners bij het tegengaan van criminaliteit. Dit doet DGRR met menskracht, financiering, beleid en wetgeving, agendering, kennis, onderzoek, gedragsbeïnvloeding en het verstevigen en bestendigen van het bestuurlijke netwerk. Binnen het thema veiligheid en lokaal bestuur voorziet DGRR ook in een infrastructuur tussen lokaal bestuur en ondernemers en JenV. Dit zijn de RIEC's, LIEC, PVO's en PVO-NL, accounthouders, en overleggen met G4, G40 en M50. Daarnaast voert DGRR het secretariaat van het Nationaal Platform Crimininaliteitsbeheersing en het Strategisch Beraad Veiligheid. Ook zijn is DGRR verbonden met tal van (maatschappelijke) organisaties. Tot slot financiert DGRR het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid.

Artikel 33 - Veiligheid en criminaliteitsbestrijding (incl. Ondermijning)

Georganiseerde, ondermijnende criminaliteit

De aanpak van georganiseerde, ondermijnende criminaliteit staat al jaren hoog op de politieke agenda. In de afgelopen jaren is de aanpak geïntensiveerd en is er meer geld beschikbaar gekomen om het fenomeen zoveel mogelijk te voorkomen en te bestrijden. Daarmee is er binnen DGO ook veel aandacht voor de resultaten en effecten van de aanpak. De komende jaren wordt in toenemende mate gewerkt aan het verkrijgen van nog beter inzicht in de behaalde resultaten die met de gezamenlijke aanpak bereikt worden. Bij dit proces worden inzichten uit onderzoek en uitvoeringspraktijk betrokken en worden werkwijzen ontwikkeld om kennis, geleerde lessen en succesvolle voorbeelden te benutten. De SEA DGO kent vanaf 2025 één thema: de aanpak van ondermijnende georganiseerde criminaliteit. Binnen dit thema zijn de verschillende onderzoeken in deelthema’ s geclusterd. Dit zijn preventie met gezag, terugdringen van de vraag naar en aanbod van illegale drugs, publiek-private samenwerking, de aanpak van logistieke knooppunten, criminele geldstromen, de aanpak van Outlaw Motor Gangs (OMG’s) en de strafrechtelijke aanpak.

Artikel 34 - Straffen en beschermen

DGSenB kent drie hoofddoelen van beleid:

  • 1. Voorkomen dat burgers (opnieuw) dader of slachtoffer worden van criminaliteit;

  • 2. Volwassenen en kinderen beschermen die vanwege de kwetsbare positie waarin zij verkeren bedreigd of verleid worden door (herhaalde) criminaliteit of die bedreigd worden in hun ontwikkeling;

  • 3. Bewerkstelligen dat met een straf of op andere wijze genoegdoening wordt geboden aan het slachtoffer en aan de samenleving als geheel.

Voorkomen van (herhaald) crimineel gedrag

In het kader van voorkomen werkt DGSenB aan de doorontwikkeling wet kansspelen op afstand. De wet KOA wordt geëvalueerd. De inzichtbehoefte voor het kansspelbeleid is opgenomen in de begroting 2024. Ook onder voorkomen valt de forensische zorg waarbij DGSenB werkt aan een voldoende en passend forensisch aanbod en detentiecapaciteit. De inzichtbehoefte op dit thema staat ook in de begroting 2024.  Voor de overige subthema's screenen, aanpak criminaliteitsfenomenen en aanpak jeugdcriminaliteit wordt nog een inzichtsbehoefte opgesteld. 

Beschermen van kinderen

Onder beschermen valt het subthema jeugdbescherming. Belangrijk doel is het verbeteren van de rechtsbescherming van het kind en het gezin. Tevens werkt DGSenB aan een effectiever jeugdbeschermingsstelsel en structurele workloadverlaging in de jeugdbescherming. Aan de inzichtsbehoefte op dit thema wordt momenteel nog gewerkt. Voor de overige subthema's adoptie, gezinsvorming en huiselijk geweld en kindermishandeling) wordt nog een inzichtsbehoefte opgesteld.

Genoegdoening aan slachtoffers en samenleving

Wat betreft slachtofferbeleid is het doel het zo goed mogelijk tot uitvoering brengen van de slachtofferrechten en voorzieningen die het afgelopen decennium zijn geïntroduceerd om zo de positie van slachtoffers te borgen. De meerjarenagenda is hierbij leidend. Belangrijke vragen op dit thema zijn onder andere in welke mate maken slachtoffers gebruik van de rechten die zij hebben en welk percentage van de slachtoffers bereikt DGSenB voor hulp en ondersteuning? Voor het subthema sancties wordt nog een inzichtsbehoefte opgesteld.

Artikel 36 - Contraterrorisme en nationaal veiligheidsbeleid

Het is de taak van de overheid om te zorgen voor nationale veiligheid, om te voorkomen dat de samenleving ernstig wordt geschaad. De Veiligheidsstrategie voor het Koninkrijk der Nederlanden 2023-2029 vormt de basis voor de aanpak. Veel partijen werken hieraan mee, waaronder politie en inlichtingen- en veiligheidsdiensten. Ook andere organisaties zoals vakdepartementen, gemeenten en aanbieders van vitale processen spelen een belangrijke rol. De NCTV is binnen dit netwerk de verbinder die de inspanningen van betrokken partners coördineert. De NCTV brengt de fenomenen in beeld en zoekt naar de juiste balans tussen de belangen die dienen te worden beschermd, de dreigingen die op Nederland afkomen en de manier waarop we onze weerbaarheid tegen deze dreigingen kunnen versterken.            

Nationale veiligheid                          

Het beleidsthema nationale veiligheid kent vijf subthema's: bewaken en beveiligen; contraterrorisme; crisisbeheersing; cybersecurity en statelijke dreigingen. De inzichtsbehoeften die op deze beleidsterreinen spelen, hebben betrekking op de te beschermen belangen; de aard, omvang en ernst van bestaande en nieuwe dreigingen voor deze belangen; en de wijzen waarop de weerbaarheid tegen die dreigingen effectief en efficiënt kan worden verbeterd. Daarbij gaat tevens aandacht uit naar nieuwe concepten, methoden en technieken om het zicht op de belangen, de dreiging en de stand van de weerbaarheid te verbeteren; de randvoorwaarden waaronder de inzet van beleidsinstrumenten kan plaatsvinden; en de kosten en baten (inclusief eventuele neven- en averechtse effecten) die een toepassing ervan met zich brengen. Hieronder worden de subthema's nader toegelicht.                     

Bewaken en beveiligen                     

De NCTV heeft in het stelsel bewaken en beveiligen twee verantwoordelijkheden. Ten eerste is de NCTV stelselverantwoordelijke, wat betekent dat zij belast is met het inrichten, onderhouden en functioneren van het stelsel. De NCTV zorgt ervoor dat de taken en rollen goed worden verdeeld en dat de kaders waarbinnen dat gebeurt helder zijn, zodat het stelsel adequaat kan functioneren. Ook evalueert de NCTV (de werking van) het stelsel, als onderdeel van kwaliteitsbewaking, en zorgt dat tussentijds bijgestuurd kan worden als dat nodig is. Daarnaast heeft de NCTV een bijzondere (meer operationele) verantwoordelijkheid voor een beperkte groep personen, objecten en diensten: het zogenoemde rijksdomein. De Coördinator Bewaken en Beveiligen (CBB) van de NCTV besluit namens de minister van Justitie en Veiligheid tot het nemen van bewakings- en beveiligingsmaatregelen voor de groepen die binnen dit rijksdomein vallen. Hiertoe verzamelt, beoordeelt en evalueert de NCTV de verkregen informatie(producten) van onder andere het Openbaar Ministerie, de politie, en de opsporings-, inlichtingen- en veiligheidsdiensten.

De afgelopen jaren zijn de zaken binnen het stelsel bewaken en beveiligen complexer, langduriger en extremer in omvang en zwaarte geworden. Dit heeft geleid tot een toenemende druk op het stelsel bewaken en beveiligen. Daarom wordt momenteel geïnvesteerd in de doorontwikkeling en versterking van het stelsel bewaken en beveiligen.              

Crisisbeheersing                  

De minister van Justitie en Veiligheid is de coördinerend minister op het gebied van crisisbeheersing. De minister is verantwoordelijk voor de inrichting, de werking, de samenhang en de integrale aanpak van het crisisbeheersingsbeleid en het bijbehorende stelsel. Ook heeft de minister, in nauwe samenwerking met de andere ministeries, de regie voor het versterken van de nationale veiligheid. De NCTV geeft invulling aan deze coördinerende verantwoordelijkheid van de minister.                                    

Contraterrorisme                 

De NCTV coördineert de inspanningen van alle partijen in Nederland die een rol hebben bij terrorismebestrijding. De nationale aanpak van terrorismebestrijding staat beschreven in de Nationale Contraterrorismestrategie (NCTS). De NCTV werkt daarnaast samen met andere overheden en in internationale samenwerkingsverbanden, zoals de Europese Unie en de Verenigde Naties. De NCTV is tevens verantwoordelijk voor het opstellen en actueel houden van het beleid en de regelgeving voor de beveiliging van de burgerluchtvaart, zowel nationaal als internationaal (EU, ICAO en bilateraal met andere landen). De NCTV monitort het beveiligingsniveau op de luchthavens en doet onderzoek naar nieuwe beveiligingsconcepten, -processen en -apparatuur.      

           

Cybersecurity                       

De toenemende afhankelijkheid van ICT maakt de samenleving en de economie kwetsbaar. Een samenleving zonder internet is niet meer denkbaar. Om de samenleving en de economie niet te verstoren, is digitale veiligheid, of cybersecurity, van vitaal belang. Daarom richt de NCTV zich op de maatschappelijke opgave om Nederland digitaal veilig te maken. In de Nederlandse Cybersecuritystrategie 2022-2028 wordt de visie op de digitaal weerbare samenleving beschreven en wordt de rol van overheid, bedrijven en burgers bij het digitaal veiliger maken van Nederland belicht.                                  

Statelijke dreigingen                          

Nederland hanteert een brede aanpak met een integrale benadering (van preventie tot respons en nazorg) op het signaleren en tegengaan van en het versterken van de weerbaarheid tegen statelijke dreigingen. Daarbij wordt gekeken naar hybride dreigingen, economische veiligheid (waaronder kennisveiligheid en vitale infrastructuur) en ongewenste buitenlandse inmenging. Effectieve internationale en Europese samenwerking is hierbij van belang. De aanpak is maatschappijbreed, landenneutraal, en adaptief en maakt gebruik van bestaande initiatieven, samenwerkingsverbanden en informatiestromen. De NCTV heeft hierbij een coördinerende rol.

Periodieke rapportages

De periodieke rapportage die op het thema Nationale Veiligheid voor 2025 staat gepland, richt zich op het subthema contraterrorisme. De overige subthema's zullen in 2027 in een periodieke rapportage worden geadresseerd.

Artikel 38 - Inburgering

In 2023 is de periodieke rapportage Integratie en Maatschappelijke samenhang uitgevoerd, waar inburgering onderdeel van uitmaakte. De periodieke rapportage concludeerde dat het nieuwe inburgeringsstelsel, dat het belangrijkste instrument vormt om de integratie en participatie van nieuwkomers in Nederland op gang te helpen is gebaseerd op evidence-based beleid en wordt door de onderzoekers als doeltreffend gekwalificeerd. De komende jaren wordt de Wet inburgering 2021 intensief gemonitord en geëvalueerd.

Licence