Base description which applies to whole site

3.9 Artikel 14. Slavernijverleden: fonds en herdenkingscomité

Op 19 december 2022 heeft de minister-president namens de regering excuses aangeboden voor het handelen van de Nederlandse staat in het verleden: postuum aan alle tot slaaf gemaakten die wereldwijd onder dat handelen hebben geleden, aan hun dochters en zonen, en aan al hun nazaten tot in het hier en nu.

Aan de excuses van de regering zijn maatregelen verbonden die gericht zijn op kennis en bewustwording, erkenning en herdenken en de doorwerking en verwerking van het trans-Atlantisch slavernijverleden. Daarnaast blijft het kabinet zich inzetten voor kansengelijkheid en het bestrijden van discriminatie en racisme.

Stimuleren

  • De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) stimuleert dat er duurzaam meer aandacht en erkenning komt voor het slavernijverleden als wezenlijk onderdeel van ons gezamenlijk verleden.

  • Daarnaast stimuleert de minister van BZK de kabinetsbrede opgave om te komen tot duurzame verwerking en bestrijding van de doorwerking van dit verleden die nazaten ook in het heden nog ervaren. Dit met het oog op een breder maatschappelijk proces van verzoening en heling ten aanzien van het slavernijverleden.

  • De minister van BZK stimuleert het vergroten van kennis en bewustwording over het slavernijverleden.

Regisseren

  • De minister van BZK coördineert door middel van een stuurgroep de verdere invulling en voortgang van de activiteiten rondom slavernijverleden, waaronder de subsidieregeling en het op te richten Herdenkingscomité. Als coördinator van de stuurgroep ziet zij tevens toe op de uitvoering van de andere toezeggingen ten aanzien van kennis en bewustwording, herdenken en erkennen en verwerking en doorwerking uit de kabinetsreactie, die bij de overige vakdepartementen belegd zijn. De invulling van deze activiteiten vindt plaats in samenwerking met nazaten en andere betrokken gemeenschappen.

Uitvoeren

  • De minister van BZK geeft uitvoering aan de totstandkoming van een subsidieregeling. Met de subsidieregeling ondersteunt de regering maatschappelijke initiatieven die een impuls geven aan blijvend meer kennis en bewustwording; de viering en herdenking, en/of een bijdrage leveren aan de verwerking of het bestrijden van de doorwerking van het slavernijverleden.

De betrokken bewindspersonen hebben besloten de beschikbare middelen evenredig te verdelen over de drie geografische gebieden (Kamerstukken II 2023/24, 36284, nr. 36). Dit betekent dat er voor Europees Nederland € 33,3 mln. beschikbaar is voor de subsidieregeling voor maatschappelijke initiatieven en € 33,3 mln. voor andere maatregelen die gericht zijn op kennis en bewustwording, erkenning en herdenken en de doorwerking en verwerking van het trans-Atlantisch slavernijverleden. Het gaat dan onder andere om de tijdelijke regeling kosteloze naamswijziging, onderzoek en een kenniscentrum (voortgangsbrief slavernijverleden 22 april 2024 Kamerstukken II 2023/24, 36284, nr. H).

Voor het Caribisch deel van het Koninkrijk is € 33,3 mln. beschikbaar voor de subsidieregeling voor maatschappelijke initiatieven en € 33,3 mln. voor andere maatregelen die gericht zijn op kennis en bewustwording, erkenning en herdenken en de doorwerking en verwerking van het trans-Atlantisch slavernijverleden.

Zowel het overgrote deel van de beleidsintensiveringen voor Europees Nederland (€ 33,3 mln.) als de middelen voor het Caribisch deel van het Koninkrijk (€ 66,6 mln.) zijn middels de eerste suppletoire begroting 2024 overgeboekt naar de betreffende begrotingshoofdstukken.

Ook voor Suriname is € 33,3 mln. beschikbaar voor de subsidieregeling voor maatschappelijke initiatieven en € 33,3 mln. voor andere maatregelen die gericht zijn op kennis en bewustwording, erkenning en herdenken en de doorwerking en verwerking van het trans-Atlantisch slavernijverleden. Er wordt nog invulling gegeven aan deze middelen.

Tabel 17 Budgettaire gevolgen van beleid art. 14 Slavernijverleden (bedragen x € 1.000)
  

2023

2024

2025

2026

2027

2028

2029

Art.

Verplichtingen

0

8.000

26.278

26.222

58.011

24.658

8.000

         
 

Uitgaven

0

8.000

26.278

26.222

58.011

24.658

8.000

         

14.0

Slavernijverleden: fonds en herdenkingscomité

0

8.000

26.278

26.222

58.011

24.658

8.000

 

Subsidies (regelingen)

0

8.000

16.335

16.332

16.333

16.333

8.000

 

Maatschappelijke initiatieven

0

0

8.333

8.333

8.333

8.333

0

 

Herdenkingscomité

0

8.000

8.002

7.999

8.000

8.000

8.000

 

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

0

0

9.943

9.890

41.678

8.325

0

 

Diverse bijdragen

0

0

9.943

9.890

41.678

8.325

0

         
 

Ontvangsten

0

0

0

0

0

0

0

         

Geschatte budgetflexibiliteit

Tabel 18 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 14
 

2025

juridisch verplicht

0%

bestuurlijk gebonden

100%

beleidsmatig gereserveerd

0%

nog niet ingevuld/vrij te besteden

0%

Juridisch verplicht

Van het totale uitgavenbudget van artikel 14 is 0% juridisch verplicht. Het is volledig bestuurlijk gebonden.

14 Slavernijverleden: fonds en herdenkingscomité

Subsidies (regelingen)

Maatschappelijke initiatieven

De regeling voor maatschappelijke initiatieven voor Europees Nederland is in 2024 in werking getreden en hebben nazaten en andere betrokkenen aanvragen kunnen indienen. In 2025 zullen er nog aanvraagrondes worden geopend voor nazaten en andere betrokkenen.

Herdenkingscomité

Het Herdenkingscomité Nederlands Slavernijverleden wordt opgericht. Het Herdenkingscomité zal op 1 juli 2025 de Nationale Herdenking Nederlands Slavernijverleden organiseren en andere activiteiten gericht op bewustwording. Op de begroting is structureel € 8 mln. gereserveerd voor het Herdenkingscomité.

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

Diverse bijdragen

Om de middelen ten behoeve van Suriname op het juiste instrument te kunnen verantwoorden zijn deze naar gerealloceerd naar het instrument Bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken.

Licence