Het kabinet maakt werk van kwaliteit en toegankelijkheid van de zorg met oog voor betaalbaarheid. Hoe om te gaan met een toenemende vraag aan zorg terwijl de personele capaciteit niet toeneemt, is een groot, complex en urgent vraagstuk. Het is bovendien een proces van lange adem. Daarom heeft het kabinet een aantal maatregelen genomen om de personele en financiële houdbaarheid van de zorg verbeteren. Met het integraal zorgakkoord (IZA) en het programma wonen, zorg en ondersteuning voor ouderen (WOZO) is hier samen met partijen in de zorg een belangrijke invulling aan gegeven. Tabel 18 bevat een overzicht van de maatregelen die nog concrete acties vragen van het kabinet en/of Tweede en Eerste Kamer. Het kabinet hecht eraan uitvoering te blijven geven aan deze maatregelen, zodat de zorg ook in de toekomst betaalbaar, beschikbaar en bereikbaar blijft.
in miljoenen euro, + is saldobelastend, in actueel prijspeil | ||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | struc | struc in | |
Passende Zorg | 0 | ‒ 23 | ‒ 70 | ‒ 117 | ‒ 187 | ‒ 233 | ‒ 1.206 | 2037 |
Vormgeving eigen risico | 0 | ‒ 200 | ‒ 200 | ‒ 200 | ‒ 200 | ‒ 200 | ‒ 200 | 2025 |
Stimulering 1,5-lijnszorg | 0 | 0 | 0 | ‒ 50 | ‒ 50 | ‒ 50 | ‒ 50 | 2027 |
Standaardisatie gegevensuitwisseling | 0 | 0 | 0 | ‒ 113 | ‒ 227 | ‒ 340 | ‒ 340 | 2029 |
Maatregelen niet-IZA | 0 | ‒ 65 | ‒ 145 | ‒ 145 | ‒ 145 | ‒ 145 | ‒ 145 | 2026 |
Geneesmiddelen-vergoedingssysteem | 0 | ‒ 140 | ‒ 140 | ‒ 140 | ‒ 140 | ‒ 140 | ‒ 140 | 2025 |
Normerende tarieven | 0 | ‒ 70 | ‒ 74 | ‒ 74 | ‒ 74 | ‒ 74 | ‒ 74 | 2026 |
Scheiden wonen en zorg | ‒ 43 | ‒ 130 | ‒ 173 | ‒ 217 | ‒ 257 | ‒ 297 | ‒ 1.200 | 2052 |
Doorontwikkeling kwaliteitskader | 0 | ‒ 200 | ‒ 350 | ‒ 350 | ‒ 350 | ‒ 350 | ‒ 350 | 2026 |
Behandeling Wlz | 0 | ‒ 170 | ‒ 170 | ‒ 170 | ‒ 170 | ‒ 170 | ‒ 170 | 2024 |
Meerjarig contracteren | 0 | ‒ 245 | ‒ 135 | ‒ 135 | ‒ 135 | ‒ 135 | ‒ 135 | 2026 |
Maatwerk PGB | 0 | ‒ 30 | ‒ 60 | ‒ 110 | ‒ 110 | ‒ 110 | ‒ 110 | 2027 |
Inkomensafhankelijke eigen bijdrage Wmo | 0 | 0 | ‒ 225 | ‒ 225 | ‒ 225 | ‒ 225 | ‒ 225 | 2026 |
Besparing jeugdzorg | 0 | ‒ 500 | ‒ 500 | ‒ 511 | ‒ 511 | ‒ 511 | ‒ 511 | 2027 |
Totaal | ‒ 43 | ‒ 1.773 | ‒ 2.242 | ‒ 2.557 | ‒ 2.781 | ‒ 2.980 | ‒ 4.856 |
Passende Zorg
In het coalitieakkoord van Rutte IV is ingezet op het stimuleren van passende zorg, onder andere door het verbeteren en verbreden van de toetsing voor de opname van zorg in het basispakket. Daarbij is het van belang dat de onderzoeksresultaten naar de praktijk kunnen worden gebracht zodat passende zorg gerealiseerd gaat worden. Voor effectiviteitsonderzoek is nog 68 miljoen euro op de Aanvullende Post beschikbaar, waar de inhoudelijke plannen nog voor worden uitgewerkt. De middelen dienen om een ingeboekte besparing van structureel 1,2 miljard euro te realiseren in 2037.
Vormgeving eigen risico
Het ontwerpbesluit tot een maximum eigen risico per diagnose-behandelcombinatie (dbc) in de medisch-specialistische zorg is controversieel verklaard. Het kabinet zal het ontwerpbesluit opnieuw voorhangen bij de Tweede Kamer. Daarnaast zal het kabinet het ontwerpbesluit voor advies aanhangig maken bij de Afdeling Advisering van de Raad van State. Hiermee streeft het kabinet ernaar om de wijzigingen per 1 januari 2025 in werking te laten treden. Indien de Tweede Kamer hier niet mee instemt, zal een besparingsverlies van 200 miljoen euro ontstaan.
Stimulering anderhalvelijnszorg
In het coalitieakkoord is ingezet op een verschuiving van complexe medisch-specialistische zorg (msz) naar de ‘basis-msz’ (anderhalvelijnszorg). Onderdeel van de invulling zijn de afspraken die zijn gemaakt in het IZA over het breder implementeren van goede voorbeelden van zorg op het snijvlak van de eerste en tweede lijn. Het borgen en opschalen van goede voorbeelden en daarmee invulling aan deze taakstelling, vraagt nog verdere inzet en afstemming met onder andere de Nederlandse Zorgautoriteit.
Standaardisatie Gegevensuitwisseling
Op de Aanvullende Post zijn middelen beschikbaar voor de coalitieakkoord maatregel Standaardisatie gegevensuitwisseling. Met deze middelen dient een ingeboekte besparing van structureel 340 miljoen euro vanaf 2029 te worden gerealiseerd. Hiertoe wordt van de beschikbare middelen in 2024 65 miljoen euro overgeheveld naar de begroting van VWS. De resterende middelen voor gegevensuitwisseling blijven op de aanvullende post. Hiervoor zal een definitief bestedingsplan worden opgesteld ten behoeve van de augustusbesluitvorming.
Maatregelen niet-IZA
Bij Voorjaarsnota 2023 is besloten om een taakstelling in te boeken voor sectoren die niet deelnemen aan de zorgakkoorden. Structurele dekking van deze taakstelling van 145 miljoen euro wordt gevonden met maatregelen op de begroting van VWS.
Taakstelling Geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS)
Bij Voorjaarsnota 2023 is het voornemen teruggedraaid om de vergoedingslimieten voor geclusterde geneesmiddelen in het Geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS) te herijken. De taakstelling die hierdoor ontstaat, wordt ingevuld door uitname van codeïne uit het basispakket (13 miljoen euro structureel) en een deel van de opbrengst van een aanpassing van de mitigerende maatregel in de Wet geneesmiddelenprijzen (165,5 miljoen euro structureel).
Sturing op doelmatigheid via tarieven (Normerende tarieven)
In het coalitieakkoord is een besparing opgenomen door sturing op doelmatigheid via de tarieven. Naar aanleiding van advies van de NZa heeft het kabinet besloten deze maatregel niet uit te voeren. Dit besparingsverlies wordt opgevangen met maatregelen op de begroting van VWS.
Scheiden wonen en zorg
Het kabinet stuurt middels het programma Wonen, Ondersteuning en zorg voor Ouderen (WOZO) erop dat ouderen langer thuis kunnen blijven wonen. Het zorgkantoor faciliteert dit door bij de inkoop te sturen op extramurale leveringsvormen. Dit sluit aan bij de behoefte van ouderen om zo lang mogelijk in de eigen omgeving te blijven wonen. Om in 2052 de structurele besparing van 1,2 miljard euro te behalen is het noodzakelijk dat toegang tot ouderenzorg met verblijf binnen de Wet langdurige zorg (Wlz) wordt aangepast. Het Zorginstituut onderzoekt of, en zo ja hoe, hiervoor criteria zijn vast te stellen.
Doorontwikkeling kwaliteitskader
Onder de regie van het Zorginstituut vindt de doorontwikkeling van het kwaliteitskader verpleeghuiszorg plaats. Het Zorginstituut heeft recent besloten om doorzettingsmacht te gebruiken om het kompas in de praktijk te brengen en een implementatieplan op te leveren. De verwachting is dat het beleidskompas uiterlijk 1 juli 2024 staat ingeschreven.
Behandeling Wlz
In het coalitieakkoord is besloten om behandeling en geneesmiddelen uit de Wlz over te hevelen naar de Zorgverzekeringswet (Zvw). Een overheveling is echter op korte termijn niet haalbaar gebleken. Per 2025 zal de bijbehorende besparing in de tarieven worden verwerkt. Het kabinet zal dit op korte termijn aan de Kamer voorhangen. Indien de Tweede Kamer hier niet mee instemt, zal een besparingsverlies van 170 miljoen euro ontstaan.
Meerjarig contracteren
Meerjarige financiering biedt zorgaanbieders meer financiële zekerheid, waardoor ze gemakkelijker investeringen of innovaties door kunnen voeren. Het wetsvoorstel domein overstijgende samenwerking regelt de wettelijke basis voor meerjarig contracteren.7 Dit wetsvoorstel is momenteel in behandeling bij de Tweede Kamer. Indien het niet mogelijk blijkt om het wetsvoorstel voor de tariefstelling tijdig te implementeren, zal een besparingsverlies van 245 miljoen euro ontstaan.
Maatwerk PGB
Bij Voorjaarsnota 2023 is besloten dat vanaf 1 januari 2025 alle pgb-houders binnen de Wlz een pgb op maat krijgen toegekend. Op dit moment wordt de invoering uitgewerkt en voorbereid.
Inkomensafhankelijke eigen bijdrage Wmo
Bij Voorjaarsnota 2023 is besloten dat vanaf 1 januari 2026 voor alle maatwerkvoorzieningen binnen de Wmo een inkomensafhankelijke eigen bijdrage zal gaan gelden. De besparing als gevolg van deze maatregel is structureel verwerkt. De realisatie is afhankelijk van een tijdig wetgevings- en uitvoeringstraject.
Besparingsopgave Jeugdzorg
In het coalitieakkoord Rutte IV is een aanvullende besparing in het kader van Jeugdzorg (wat zowel jeugdhulp als jeugdbescherming en jeugdreclassering omvat) van structureel 511 miljoen euro opgenomen. Het kabinet komt in augustus met een wetsvoorstel voor een eigen bijdrage met als beoogde inwerkingtreding 1 januari 2026. Het ministerie van VWS start parallel de internetconsultatie en uitvoeringstoetsen, die voor het einde van het jaar afgerond zullen zijn. Daarmee zijn de mogelijke voorbereidingen getroffen waarmee een besluit genomen kan worden. Voor 2025 wordt het besparingsverlies ingevuld met diverse besparingsmaatregelen op de begroting van VWS.