1. Inleiding
Dit niet-beleidsartikel heeft een technisch-administratief karakter. Vanuit dit artikel vinden overboekingen van loon- en prijsbijstellingen naar de loon- en prijsgevoelige artikelen binnen de begroting plaats. Ook worden er taakstellingen of extra middelen op dit artikel geplaatst die nog niet aan de beleidsartikelen zijn toegedeeld.
2. Budgettaire gevolgen van beleid
Realisatie | Realisatie | Realisatie | Realisatie | Oorspronkelijk vastgestelde begroting | Verschil | |||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2015 | 2015 | |||
Verplichtingen | 0 | 0 | 0 | 0 | – 46.645 | 46.645 | ||
Uitgaven | 0 | 0 | 0 | 0 | – 46.640 | 46.640 | ||
1. Loonbijstelling | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||
2. Prijsbijstelling | 0 | 0 | 0 | 2.190 | – 2.190 | |||
3. Onvoorzien | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||
4. Taakstelling | 0 | 0 | 0 | – 48.830 | 48.830 | |||
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 5.000 | – 5.000 |
Als gevolg van afronding kan de som van de delen afwijken van het totaal.
3. Toelichting
Loonbijstelling
Op dit onderdeel wordt de loonbijstelling verwerkt in het kader van algemene salarismaatregelen, incidentele loonontwikkeling en overige specifieke maatregelen op het gebied van arbeidsvoorwaarden en premies sociale zekerheid. Het artikel heeft het karakter van een «parkeerartikel» totdat de loonbijstelling toegedeeld kan worden aan de relevante begrotingsartikelen. De door het Ministerie van Financiën bij eerste suppletoire wet toegekende loonbijstelling tranche 2015 (circa € 2,9 miljoen) is grotendeels aan de begrotingsartikelen toegedeeld. Een reservering in verband met het CAO-akkoord (€ 0,7 miljoen) is niet tot besteding gekomen.
Prijsbijstelling
Op dit onderdeel worden de in het kader van de prijsbijstelling ontvangen bedragen geboekt totdat toerekening plaatsvindt aan prijsgevoelige begrotingsartikelen. De bij ontwerpbegroting beschikbare prijsbijstelling tranche 2014 (circa € 2,2 miljoen) en de door het Ministerie van Financiën bij eerste suppletoire wet toegekende prijsbijstelling tranche 2015 (circa € 1,6 miljoen) zijn bij eerste respectievelijk tweede suppletoire wet ingezet voor het VWS-brede budgettaire beeld, met uitzondering van de prijsbijstelling voor het begrotingsgefinancierde BKZ (€ 0,2 miljoen).
Onvoorzien
De grondslag voor dit onderdeel ligt in de Comptabiliteitswet, waarin de mogelijkheid bestaat een artikel voor onvoorziene uitgaven op te nemen. VWS heeft daar in 2015 geen gebruik van gemaakt.
Taakstelling
Op dit onderdeel worden taakstellingen geboekt in afwachting van concrete invulling ervan en inboeking op de betreffende begrotingsartikelen. De in de begroting 2015 opgenomen taakstelling betrof grotendeels de taakstellende onderuitputting die op de VWS-begroting is ingeboekt.
De taakstelling voor 2015 (€ 48,8 miljoen) is deels bij eerste (€ 0,8 miljoen) en deels bij tweede suppletoire wet 2015 (€ 48 miljoen) ingevuld.
Ontvangsten
De ontvangstenraming van VWS is bij de voorjaarsbesluitvorming in 2010 structureel verhoogd met € 5 miljoen. De ontvangstenraming is bij eerste suppletoire wet 2015 verhoogd in verband met de afroming van eigen vermogen bij het agentschap RIVM dat hoger was dan de maximum toegestane omvang conform de regeling agentschappen (€ 0,4 miljoen). Bij de tweede suppletoire wet 2015 is de taakstelling op de ontvangsten (€ 5,4 miljoen) ingevuld.
Bedrijfsvoeringparagraaf VWS Jaarverslag 2015
Deze paragraaf gaat in op de vaste elementen uit de Rijksbegrotingsvoorschriften voor de bedrijfsvoeringparagraaf. De paragraaf heeft voor het overige het karakter van een uitzonderingsrapportage.
Rechtmatigheid
Artikeltoleranties
De tolerantiegrens van onzekerheden met betrekking tot de rechtmatigheid van artikel 4 Zorgbreed beleid is overschreden. Deze overschrijding wordt grotendeels veroorzaakt door een onzekerheid over de in 2015 vastgestelde uitgaven 2014 van Caribisch Nederland. De onzekerheid bedraagt € 86 miljoen. Het totaal van de onzekerheid op dit artikel bedraagt € 86,3 miljoen. Dit is een overschrijding van de rapporteringstolerantie met € 59 miljoen (216% van de tolerantie).
De tolerantie van onzekerheden met betrekking tot de rechtmatigheid van de samenvattende verantwoordingsstaat agentschappen is overschreden. Duidelijkheid over het toepassen van de criteria bij de motivering van de leverancierskeuze bij aanbestedingen is in 2015 uitgebleven. Daardoor zijn de agentschappen onvoldoende in de gelegenheid geweest om hierop in te spelen. De onzekerheid op dit punt bedraagt € 29,6 miljoen. Het totaal van de onzekerheid op dit artikel bedraagt € 31,1 miljoen. Dit is een overschrijding van de rapporteringstolerantie met € 16,1 miljoen (107% van de tolerantie).
Totstandkoming beleidsinformatie
Er zijn geen belangrijke tekortkomingen geconstateerd bij de totstandkoming van de beleidsinformatie. Het totstandkomingsproces inzake informatie over prestatie-indicatoren en kengetallen, dat onderdeel is van de informatie over beleid en bedrijfsvoering, voldoet aan de daaraan te stellen eisen. De Auditdienst Rijk constateert dat de totstandkoming van het jaarverslag, en dan met name de onderbouwing van de artikelgewijze toelichting, aandacht verdient.
Financieel- en materieel beheer
Pgb-trekkingsrechten
Bij de invoering van het trekkingsrecht bij het persoonsgebonden budget (pgb) per 1 januari 2015 zijn problemen opgetreden die ertoe leidden dat pgb-betalingen mogelijk niet tijdig en/of niet juist plaatsvonden. Hierdoor is hinder, ongemak en stress ontstaan bij pgb-houders en hun zorgverleners. 2015 heeft om die reden in het teken gestaan van het herstellen en stabiliseren van het trekkingsrecht. Inmiddels zijn de betalingen gestabiliseerd.
De nadruk heeft in 2015 gelegen op uitbetaling, ook om hiermee de continuïteit van zorg zo goed mogelijk te borgen. Hierbij is bewust gekozen voor een aangepast controleregime, met de hieruit voortvloeiende mogelijke rechtmatigheidskwesties. Op dit moment wordt door de ketenpartijen samengewerkt om de uiteindelijke onrechtmatige of onzekere posten binnen de pgb-betalingen in 2015 zoveel als mogelijk te beperken.
Voorts is er, mede naar aanleiding van de aanbevelingen van de Rekenkamer in haar verantwoordingsonderzoek, verder gewerkt om verbeteringen te realiseren in de trekkingsrechtketen. In 2015 is het fundament gelegd voor de structurele vereenvoudiging en vernieuwing van het trekkingsrechtsysteem. Ketenpartners zijn nader tot elkaar gekomen en hebben gezamenlijk een visie op het systeem ontwikkeld, die zij hebben uitgewerkt in het verbeterplan trekkingsrecht pgb. Dit plan is inmiddels uitgewerkt in een werkagenda voor 2016, met een gefaseerde aanpak. Bovendien wordt ook de governance van de keten met ingang van 2016 structureel ingericht en doorontwikkeld, mede met de komst van een nieuwe ketenregisseur.
Fraudebestrijding
De bestrijding van fouten en fraude in de zorg is geïntensiveerd. Het afgelopen jaar zijn belangrijke stappen gezet om de rechtmatigheid in de zorg te versterken. De programmadirectie Fraudebestrijding Zorg van VWS heeft in nauw overleg met zorgaanbieders, zorgverzekeraars, gemeenten, handhavingpartners en organisaties van patiënten en cliënten het programmaplan «Rechtmatige Zorg: aanpak fouten en fraude 2015–2018» opgesteld dat op 27 maart 2015 aan de Tweede Kamer is aangeboden (TK 28 828, nr. 89). VWS zet in op het realiseren van de totstandkoming en monitoring van een ketenaanpak voor preventie, toezicht, opsporing en vervolging op het gebied van fraude, oneigenlijk gebruik en onrechtmatig declareren in de zorg. In het hiervoor genoemde programmaplan zijn doelstellingen en activiteiten opgenomen die zijn gerangschikt naar vier thema’s: ketenbrede samenwerking, preventie, controle en handhaving.
In de vierde voortgangsrapportage Rechtmatige Zorg (TK 28 828, nr. 93), die in oktober 2015 aan de Tweede Kamer is aangeboden, zijn de activiteiten en behaalde resultaten ten aanzien van de versterking van rechtmatige zorg over het afgelopen jaar nader toegelicht. De eerste resultaten zijn veelbelovend: kennis wordt actiever gedeeld door onder meer het organiseren van het congres Rechtmatige Zorg op 1 oktober 2015. Ook ondersteunen we gemeenten bij hun nieuwe taken. Verder scherpen we de toelating en screening van nieuwe toetreders aan. Daarnaast hebben zorgverzekeraars hun controles geïntensiveerd en kunnen patiënten en cliënten – door meer inzicht in zorgkosten – hierbij beter assisteren. Tot slot is de capaciteit voor handhaving uitgebreid.
Frauderisico’s en het M&O-beleid
Voor de uitvoering van het M&O-beleid voor de zorgtoeslag wordt verwezen naar het jaarverslag van het Ministerie van Financiën.
Er zijn bij VWS geen gevallen van fraude gebleken.
Oprichting Dienst Uitvoering Subsidies aan Instellingen
In de zomer 2015 is de Dienst Uitvoering Subsidies aan Instellingen (DUS-I) van start gegaan. DUS-I is als shared service organisatie van VWS, OCW en SZW opgericht voor de uitvoering van de subsidieverstrekking door VWS, OCW en SZW. Ten behoeve van deze samenwerking is een nieuwe kaderregeling subsidies ontwikkeld en zijn de standaarddocumenten van het subsidieverleningproces geharmoniseerd. Een nieuw geharmoniseerd werkproces voor de drie departementen is eveneens vastgesteld. Dit nieuwe werkproces zal de komende periode stapsgewijs worden geïmplementeerd.
Onzekerheid inkoopuitgaven door interpretatie aanbestedingswet m.b.t. motivering leverancierskeuze
Artikel 1.4 van de Aanbestedingswet (AW) stelt dat aanbestedende diensten bij meervoudig en enkelvoudig onderhandse aanbestedingen (onder de Europese drempel) de ondernemers die zij uitnodigen op basis van objectieve criteria kiezen.
Bovendien moeten zij op verzoek van een ondernemer de motivering van die keuze verstrekken. Voor het verantwoordingsjaar 2015 bestond onduidelijkheid over de vraag of en zo ja welke documentatievereisten werden gesteld aan deze keuze.
Voor het verantwoordingsjaar 2015 heeft de Algemene Rekenkamer aangekondigd dat, in afwachting van nadere kaders voor het controlejaar 2015, de motivering van de objectieve leverancierskeuze voor alle inkopen tussen de nul en € 33.000,– niet in het rechtmatigheidsoordeel wordt betrokken. Bevindingen op dit punt bij inkopen boven deze grens kunnen leiden tot onzekerheden in de inkoopstroom.
Voor 2016 en volgende jaren wordt een nader kader opgesteld dat kan rekenen op draagvlak bij alle betrokken partijen (regelgevers, kaderstellers, uitvoerders en controleurs).
Financieel informatiesysteem
Op 1 juni 2015 is het FDC, het Financieel Dienstencentrum waar de financiële administratie van de 3F partijen (Financiën, SZW en VWS) gezamenlijk wordt gevoerd, van start gegaan. Voordat dit zover was heeft een uitgebreid onderzoekstraject plaatsgevonden. Hierbij is gestreefd om de werkwijzen van de afzonderlijke departementen zoveel mogelijk op elkaar af te stemmen tot een geharmoniseerde werkwijze. De samenwerking op het gebied van de financiële administratie moet bijdragen tot een verbetering van de continuïteit en de kwaliteit van de dienstverlening.
Beheer en controle Caribisch Nederland
Het Ministerie van VWS heeft de verantwoording over 2014 van het Zorgverzekeringskantoor (ZVK) ontvangen. De verantwoording gaat vergezeld van een controleverklaring en accountantsverslag. De externe onafhankelijke accountant is van oordeel dat de verantwoording van het ZVK een getrouw beeld geeft. De accountant heeft geen oordeel gegeven omtrent de rechtmatigheid van de jaarrekening 2014 van het ZVK. De accountant was namelijk niet in staat om voldoende en geschikte controle-informatie te verkrijgen om daarop een controleoordeel met betrekking tot de financiële rechtmatigheid over 2014 te kunnen baseren. Hierdoor kan er geen zekerheid worden verkregen over de rechtmatige uitgaven ZVK 2014. Zodoende wordt de artikeltolerantie bij artikel 4 overschreden.
Daarbij zij opgemerkt, dat alle acties van het plan om het financieel beheer bij het ZVK op orde te krijgen, in 2015 op één na zijn gerealiseerd. De administratieve organisatie (AO), de interne controle (IC), de ICT en het verzekerdenbestand zijn op orde en voldoen aan de eisen. Wat resteert en het vaststellen van de rechtmatigheid van de uitgaven belemmert, is de moeizame medewerking van enkele zorgaanbieders om hun zorgcontract te ondertekenen.
Overige aspecten van bedrijfsvoering
Informatiebeveiliging
De informatieverwerkende systemen binnen VWS met de bijbehorende organisatie en processen zijn ingericht overeenkomstig de rijksnormen voor informatiebeveiliging, zoals samengevat in de Baseline Informatiebeveiliging Rijksdienst. Hierover heeft VWS een in control-verklaring afgeven aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. De punten waar de inrichting nog niet aan voldoet zijn per organisatieonderdeel gesignaleerd en zijn opgenomen in verbeterplannen. Er zijn geen afwijkingen die volgens het bestaande inzicht tot onacceptabele risico’s kunnen leiden.
VWS is voor een belangrijk deel van zijn infrastructuur en beheer van bedrijfsapplicaties afhankelijk van de Shared Service organisaties van het Rijk. Voor de dienstverlening van de Shared Service organisaties waaraan geen aanvullende eisen worden gesteld ten opzichte van hetgeen is vastgesteld als generieke rijksbrede dienstverlening, is de Rijksbrede richtlijn dat gesteund wordt op de in control-verklaring die de betreffende SSO afgeeft aan het departement waaronder de betreffende SSO ressorteert.
Grote ICT-projecten
In 2015 kende VWS twee projecten met een meerjarenbegroting boven de vijf miljoen euro. Het betreft het project Trekkingsrecht PGB, dat is beëindigd per 31 maart 2015, en het project Marjolein. Het project Marjolein (het digitale documentmanagementsysteem van VWS) is al een aantal jaren in uitvoering, maar is vanwege veranderde criteria vanaf 2015 als te melden «Groot ICT-project» geclassificeerd. Beide projecten zijn middels het Rijks ICT-Dashboard aan de Tweede Kamer gerapporteerd.
Verslag van de activiteiten van het Audit Committee
Het Audit Committee is in 2015 vier keer bijeen geweest. De reguliere producten uit de jaarlijkse verantwoording van VWS en controles zijn geagendeerd en besproken. Het Audit Committee heeft daarnaast over specifieke onderwerpen gesproken, zoals het risicomanagement, pgb-trekkingsrechten, de Wet marktordening gezondheidszorg en de evaluatie van de inkoopnormatiek van VWS.