De Nederlandse economie is aan de beterende hand, maar de gevolgen van de crisis blijven voelbaar. De productiecapaciteit in Nederland heeft een flinke klap gekregen. Deze schade, die afhankelijk van de gekozen berekening 3 tot 8 procent bbp bedraagt1, is naar verwachting moeilijk in te lopen. Daarnaast draait de economie momenteel nog steeds onder haar potentieel. Er is dus sprake van onderbezetting. Dit is onder meer zichtbaar in een pijnlijk hoge werkloosheid, die slechts langzaam afneemt. Veel Nederlanders ervaren het economische herstel daarom nog nauwelijks. Maar de Nederlandse economie is nog steeds veerkrachtig; haar groeipotentieel is niet geraakt door de crisis.
Historisch gezien verloopt economisch herstel in Nederland via een vast patroon. Eerst herstelt de export zich, vervolgens de investeringen en daarna de consumptie. De cijfers laten zien dat de Nederlandse export voor een groot deel verantwoordelijk is voor de recente positieve groeicijfers. De export profiteert van de aantrekkende wereldeconomie. Omdat Nederlands voornaamste handelspartners zich in de eurozone bevinden, is het van groot belang om de stabiliteit en groei in de eurozone veilig te stellen. De invoering van de Europese bankenunie moet het, samen met verdergaande hervormingen, mogelijk maken dat de eurozone duurzaam herstelt.
Zwakke balansen vertragen het herstel en drukken de groei. De crisis heeft de balansen van huishoudens, bedrijven en banken, die voor 2008 op onderdelen al zwak waren, verslechterd. Het herstel van de balansen zal jaren duren en kan de economische groei beperken. Over het geheel genomen zijn de eerste tekenen echter positief. De schulden van huishoudens dalen, zowel hypotheek- als overige schulden, terwijl de koopkracht stijgt. Mede hierdoor levert de consumptie naar verwachting in 2015 voor het eerst in jaren weer een positieve bijdrage aan de economische groei. De overheidsfinanciën staan er dankzij de ingrepen in recente jaren beter voor. Aantrekkende investeringen laten zien dat de positie van bedrijven verbetert. En banken zijn goed op weg om aan de strengere kapitaaleisen te voldoen. Niettemin zijn er specifieke knelpunten bij het balansherstel die aandacht verdienen. Bijvoorbeeld de positie van delen van het mkb, dat kampt met een gebrek aan eigen vermogen. Verder zijn onderwaterhypotheken – hypotheken waarbij de schuld hoger is dan de huidige marktwaarde – niet alleen een probleem voor de betrokken huishoudens, maar bedreigen zij ook het herstel van de consumptie.
Het is essentieel dat de werkgelegenheid herstelt en dat het vertrouwen in de economie terugkeert. Alleen dan gaan banken meer krediet verstrekken, huishoudens meer consumeren en bedrijven meer produceren en investeren. In het bijzonder is het belangrijk om de hoge werkloosheid aan te pakken. Onder invloed van de aantrekkende economie lijkt het hoogste punt bereikt, maar er is nog veel nodig voordat de werkloosheid terug is op het niveau van voor de crisis. De hoge werkloosheid is een bittere pil voor werkzoekenden. Voor het kabinet blijft het daarom een topprioriteit om de werkgelegenheid te herstellen en de hoge werkloosheid te bestrijden.