De onderwijsvrijstelling is een subjectieve vrijstelling voor lichamen die uitsluitend of nagenoeg uitsluitend bekostigd onderwijs geven (of bekostigd onderzoek verrichten). Er is sprake van bekostigd onderwijs (of onderzoek) als het onderwijs hoofdzakelijk wordt bekostigd uit publieke middelen of uit een of meer van de bijdragen die zijn opgesomd in de wettekst waarin de onderwijsvrijstelling is opgenomen (zoals wettelijk collegegeld of wettelijke lesgelden).
De onderwijsvrijstelling kan op basis van de huidige wettekst te beperkt uitwerken voor enkele scholen voor primair of voortgezet onderwijs met een internationale afdeling die (gedeeltelijk) door de overheid worden bekostigd. Omdat bij een internationale afdeling (van een bekostigde school) niet alle werkelijke kosten worden gefinancierd vanuit de overheid, is aan deze bekostigde scholen de mogelijkheid geboden een verplichte ouderbijdrage te vragen voor toelating tot de internationale afdeling.21 Die bijdrage van de ouders (of verzorgers) kwalificeert op basis van de huidige tekst van de onderwijsvrijstelling, anders dan de andere verplichte bijdragen, niet als toegelaten financieringsmiddel voor de bekostigingseis. Hierdoor bestaat de mogelijkheid dat het lichaam (meestal een stichting) waarin een dergelijke bekostigde school met een internationale afdeling is ondergebracht, niet in aanmerking komt voor de onderwijsvrijstelling. Het kabinet is van mening dat in de genoemde situatie onbedoeld belastingplicht ontstaat. De verplichte ouderbijdrage voor toelating tot een internationale afdeling22 is volgens het kabinet op een lijn te stellen met het wettelijke collegegeld en met wettelijke lesgelden. Daarom wordt voorgesteld om de verplichte ouderbijdragen ten behoeve van toelating tot een internationale afdeling van een door de overheid (gedeeltelijk) bekostigde school aan te merken als toegelaten financieringsmiddel voor de bekostigingseis.
Tevens wordt voorgesteld om de verplichte ouderbijdrage voor toelating tot een geaccrediteerde Europese school eveneens als toegelaten financieringsmiddel voor de bekostigingseis aan te merken. Op dit moment is er slechts één geaccrediteerde Europese school in Nederland. Op deze school wordt zowel internationaal georiënteerd primair als voortgezet onderwijs aangeboden. Ook hier geldt dat de verplichte ouderbijdrage vergelijkbaar is met het wettelijke collegegeld en met wettelijke lesgelden.23