Base description which applies to whole site

5.11 Afschaffen betalingskorting voorlopige aanslag IB

Bij bepaalde voorlopige aanslagen IB wordt op grond van de wet een betalingskorting verleend als het gehele bedrag van de voorlopige aanslag minus het bedrag van de betalingskorting uiterlijk op de eerste vervaldag is betaald. De betalingskorting is in 1998 geïntroduceerd op advies van de Commissie Van Lunteren. De Commissie Van Lunteren deed onderzoek naar het verminderen van de administratieve lasten die samenhangen met de fiscale regelgeving en uitvoeringspraktijk.46 Deze commissie stelde vast dat een aantal belastingschuldigen in staat en bereid is om een voorlopige aanslag, die in meer dan één termijn betaald mag worden, in één keer te betalen. Met het oog op administratieve lastenverlichting werd voorgesteld en wettelijk vastgelegd om betaling in één keer te stimuleren met een betalingskorting.47

De tijden zijn veranderd. De administratieve lasten bij het voldoen van een voorlopige aanslag zijn als gevolg van het elektronisch bankieren vandaag de dag gering. Het in één keer betalen van een aanslag kost nu als gevolg van de digitalisering namelijk bijna evenveel tijd als het in gang zetten van vooraf vastgestelde periodieke betalingen. Dit maakt dat het niet langer noodzakelijk is om de volledige betaling in één keer van een voorlopige aanslag te stimuleren met een betalingskorting. Gelet daarop wordt voorgesteld om de betalingskorting bij voorlopige aanslagen IB af te schaffen. Het blijft ook na de inwerkingtreding van deze voorgestelde maatregel voor de belastingschuldige mogelijk om een voorlopige aanslag in één keer te betalen.

Sinds 1 januari 2023 wordt er al geen betalingskorting meer aangeboden bij voorlopige aanslagen Vpb. Met deze voorgestelde maatregel wordt de betalingskorting – overeenkomstig de toezegging bij de plenaire behandeling van de Fiscale verzamelwet 2023 – in haar geheel afgeschaft.

Doelmatigheid, doeltreffendheid en evaluatie

Met de afschaffing van de betalingskorting bij voorlopige aanslagen IB wordt tegemoetgekomen aan de toezegging bij de plenaire behandeling van de Fiscale verzamelwet 2023 aan het lid Nijboer om in navolging van de afschaffing van de betalingskorting bij voorlopige aanslagen Vpb de betalingskorting ook af te schaffen bij voorlopige aanslagen IB. Voorts was de betalingskorting geïntroduceerd om de administratieve lasten te verminderen. Als gevolg van het internetbankieren zijn de administratieve lasten vandaag de dag gering. Hierdoor is het niet langer noodzakelijk om volledige betaling van een voorlopige aanslag te stimuleren met een betalingskorting.

De afschaffing van de betalingskorting geschiedt simpelweg door deze niet langer aan te bieden bij een voorlopige aanslag IB. Hiermee wordt er dus niet langer korting verleend op de te betalen IB in de situatie dat de belastingschuldige de gehele voorlopige aanslag voor het verstrijken van de eerste termijn heeft voldaan. Hierdoor is de maatregel doeltreffend.

Met deze voorgestelde maatregel wordt de betalingskorting niet langer aangeboden. Hierdoor zal de opbrengst bij voorlopige aanslagen IB hoger zijn. Het niet langer aanbieden van een betalingskorting bij voorlopige aanslagen IB vereist een eenmalige aanpassing van het systeem. De uitvoeringskosten hiervoor zijn geraamd op € 110.000. Dit betreffen incidentele kosten die samenhangen met de benodigde wijzigingen in de automatisering. Door het niet langer aanbieden van de betalingskorting vervalt de financiële prikkel voor belastingschuldigen om de aanslag in één keer te voldoen. Desondanks is de verwachting dat de uitvoeringslasten niet (veel) hoger zullen worden. Ingeschat wordt dat het nalevingstekort en de uitvoeringslasten de opbrengsten die worden gerealiseerd met deze maatregel niet gaan overschrijden. Een evaluatie is niet noodzakelijk.

Uitvoeringsgevolgen Belastingdienst, Toeslagen en Douane

Het voorstel om de betalingskorting bij voorlopige aanslagen IB af te schaffen is goed uitvoerbaar voor de Belastingdienst. Voorts zal deze wijziging zorgen voor een geringe afname van de complexiteit.

Met het afschaffen van de betalingskorting komt een stimulans om de voorlopige aanslag IB tijdig te betalen te vervallen. Het blijft echter voor de belastingschuldige wel mogelijk om de voorlopige aanslag in één keer te betalen. De verwachting is echter dat een grotere groep belastingschuldigen de voorlopige aanslag IB in termijnen zal gaan betalen. In 2019 maakte ruim 53,5% van de belastingschuldigen die een betalingskorting kregen aangeboden gebruik van dit aanbod en hebben de voorlopige aanslag IB in één keer voldaan. In 2021 toen de betalingskorting – als gevolg van de lagere invorderingsrente – vaak slechts € 1 betrof, besloot nog steeds 41,8% van de belastingschuldigen om de voorlopige aanslag IB in één keer te betalen. Het is niet mogelijk in te schatten hoeveel belastingschuldigen na de inwerkingtreding van dit voorstel de voorlopige aanslag in termijnen zullen voldoen. Er bestaat een klein risico dat het bedrag van de voorlopige aanslag IB minder makkelijk binnenkomt. Voorts zullen belastingschuldigen meer gebruikmaken van betaalmethoden om in termijnen te betalen. Denk hierbij aan het verlenen van een automatische incasso. Dit kan resulteren in klantvragen. Tot slot kunnen belastingschuldigen kiezen voor een maandelijkse overboeking, met de kans dat een termijn wordt vergeten of een fout wordt gemaakt bij de overboeking. Dit zorgt voor uitval en invorderingswerkzaamheden. Daarentegen komt het op dit moment regelmatig voor dat belastingschuldigen in de veronderstelling zijn dat ze de voorlopige aanslag IB tijdig hebben voldaan, maar dat betaling pas na de eerste vervaldag is bijgeschreven op de rekening van de Belastingdienst, waardoor de belastingschuldige niet in aanmerking komt voor de betalingskorting. Voorts kan een onjuist bedrag zijn overgemaakt. Wanneer dit bedrag lager is dan het bedrag van de voorlopige aanslag IB minus de betalingskorting komt de belastingschuldige eveneens niet in aanmerking voor de betalingskorting. Deze situaties zorgen nu voor klantvragen en herstelwerkzaamheden. Deze komen na de inwerkingtreding van de voorgestelde afschaffing te vervallen. Het afschaffen van de betalingskorting heeft een zeer beperkte impact op de automatisering. Door het verwijderen van de rekenmodule wordt er geen rekening meer gehouden met de betalingskorting. De betalingskorting zal ook niet meer zichtbaar zijn op de voorlopige aanslag IB.

46

Kamerstukken II 1996/97, 25 051, nr. 3, p. 4.

47

Kamerstukken II 1996/97, 25 051, nr. 3, p. 13.

Licence