De Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1, eerste lid, komt te luiden:
-
1. Onder de naam «motorrijtuigenbelasting» wordt een belasting geheven ter zake van het houden van een personenauto, een bestelauto, een motorrijwiel, een vrachtauto of een autobus.
B
Voor artikel 6 wordt de aanduiding «Hoofdstuk II Personenauto’s, bestelauto’s, motorrijwielen en vrachtauto’s» vervangen door «Hoofdstuk II Belastingplichtige». Voorts vervalt de aanduiding «Afdeling 1 Belastingplichtige».
C
In artikel 6 vervalt «voor een personenauto, een bestelauto, een motorrijwiel en een vrachtauto».
D
In artikel 7, eerste lid, vervalt «– welk begrip in dit hoofdstuk uitsluitend omvat een motorrijtuig als bedoeld in artikel 6 –».
E
Voor artikel 10 wordt de aanduiding «Afdeling 2 Wijze van heffing» vervangen door: «Hoofdstuk III Wijze van heffing» en wordt na deze aanduiding ingevoegd: Afdeling 1 Tijdvak.
F
Voor artikel 14 wordt ingevoegd de aanduiding «Afdeling 2 Aangifte en tijdstip van betaling».
G
In artikel 15, derde lid, wordt «bestelauto’s of motorrijwielen» vervangen door: bestelauto’s, motorrijwielen of autobussen.
H
Voor artikel 17 vervalt de aanduiding «Afdeling 3 Aangifte», onder vernummering van de vierde en vijfde afdeling tot derde en vierde afdeling.
I
In artikel 19, tweede lid, onderdeel b, wordt «een vrachtauto» vervangen door: een vrachtauto of een autobus.
J
Na artikel 21 wordt ingevoegd de aanduiding «Hoofdstuk IV Tarief» . Voorts wordt de aanduiding «Afdeling 6 Tarief» vervangen door: Afdeling 1 Algemeen.
K
Voor artikel 23 wordt ingevoegd de aanduiding «Afdeling 2 Tarief personenauto».
L
Voor artikel 24 wordt ingevoegd de aanduiding «Afdeling 3 Tarief bestelauto».
M
Voor artikel 25 wordt ingevoegd de aanduiding «Afdeling 4 Tarief motorrijwiel».
N
Voor artikel 25a wordt ingevoegd de aanduiding «Afdeling 5 Tarief vrachtauto».
O
Voor artikel 25b wordt ingevoegd de aanduiding »Afdeling 6 Tarief rijdende winkel».
P
Na artikel 25b wordt een afdeling ingevoegd luidende:
Afdeling 7. Tarief autobus
Artikel 25c
-
1. Voor een autobus bedraagt de belasting:
bij een eigen massa in kilogrammen van
over een tijdvak van drie maanden
vermeerderd
met
per 100 kg eigen massa boven
1 000 of minder
€ 25,28
1 100 tot en met 2 600
€ 28,52
€ 3,25
1 100 kg
2 700 en meer
€ 79,98
€ 1,05
2 700 kg
-
2. De belasting bedraagt nihil voor een autobus die hoofdzakelijk wordt gebruikt voor het openbaar vervoer, bedoeld in artikel 1, onderdeel h, van de Wet personenvervoer 2000, en die is bestemd om hoofdzakelijk te worden aangedreven door een kracht die wordt ontleend aan vloeibaar gemaakt petroleumgas als bedoeld in 26, zesde lid, van de Wet op de accijns of aan aardgas.
Q
Voor artikel 26 wordt ingevoegd de aanduiding «Afdeling 8 Tarief buitenlands motorrijtuig».
R
Voor artikel 27 wordt ingevoegd de aanduiding «Afdeling 9 Overige bepalingen».
S
Artikel 27 wordt als volgt gewijzigd:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1» geplaatst.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
-
2. Bedragen van € 5 en minder worden niet geheven.
T
In artikel 31 wordt «deze afdeling» gewijzigd in: dit hoofdstuk.
U
Voor artikel 33 wordt de aanduiding «Afdeling 7 Naheffing» vervangen door de aanduiding «Hoofdstuk V Naheffing».
V
In artikel 35a, onderdeel a, ten tweede, wordt «een vrachtauto» vervangen door: een vrachtauto of een autobus.
W
Voor artikel 37a wordt de aanduiding «Hoofdstuk IIA» vervangen door de aanduiding «Hoofdstuk VI».
X
Hoofdstuk III vervalt.
Y
Voor artikel 62 wordt de aanduiding «Hoofdstuk V» vervangen door de aanduiding «Hoofdstuk VII».
Z
Voor artikel 71 wordt de aanduiding «Hoofdstuk VI» vervangen door de aanduiding «Hoofdstuk VIII».
AA
Voor artikel 78 wordt de aanduiding «Hoofdstuk VII» vervangen door de aanduiding «Hoofdstuk IX».
BB
Voor artikel 80 wordt de aanduiding «Hoofdstuk VIII» vervangen door de aanduiding «Hoofdstuk X».
CC
In artikel 81a wordt «25b, 37c, eerste lid, en 47, eerste lid,» vervangen door: 25b, 25c, eerste lid, en 37c, eerste lid,.
DD
Artikel 83 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid vervalt «, dan wel het in artikel 40, eerste lid, bedoelde tijdvak van drie maanden».
2. In het tweede lid vervalt «, dan wel artikel 40, eerste lid,».
3. Aan het derde lid wordt een zin toegevoegd, luidende: Bedragen van € 10 of minder worden niet geheven.
4. Aan het vierde lid wordt een zin toegevoegd, luidende: Bedragen van € 10 en minder worden niet terugbetaald.
5. Het vijfde en het zesde lid vervallen.
EE
Voor artikel 85 wordt de aanduiding «Hoofdstuk IX» vervangen door de aanduiding «Hoofdstuk XI».