De ontwikkeling van het staatsvermogen
Het staatsvermogen is afgenomen van 1 miljard euro negatief in 2011 tot 24,4 miljard negatief in 2012. In 2012 is de staatschuld verder toegenomen tot 71,2 procent bbp, de ontwikkeling van het staatsvermogen laat ook een afname zien. Ten opzichte van 2011 is het totaal van niet-financiële activa licht gedaald, de totale vorderingen zijn gestegen en de totale schulden zijn sterk toegenomen (ca. 33 miljard euro).
De grootste mutaties betreffen de volgende posten. De winstrechten minerale reserves zijn afgenomen in 2012 met 10,3 miljard euro als gevolg van verkoop voorraad aardgas in 2012 en een veel kleinere herwaardering van het aardgas in 2012. De waarde van de aandelen, securities en overige deelnemingen zijn gestegen als gevolg van volumeveranderingen, mutaties in de reserves en mutaties in het eigen vermogen. Ook de waarde van de staatsobligaties is sterk gestegen (41,2 miljard euro) als gevolg van volumemutaties (32,9 miljard euro) en prijsmutaties (8,3 miljard euro). Voor een uitgebreidere toelichting op de afzonderlijke balansposten zij verwezen naar hoofdstuk 2 van deze staatsbalans.
Figuur 1. Ontwikkeling Staatsvermogen
In Tabel 1 is de ontwikkeling van het vermogen van de Staat weergegeven, uitgesplitst naar de drie verklarende factoren: de mutatie van het EMU-saldo van het Rijk, de mutatie als gevolg van herwaardering van balansposten en de mutatie in netto financiële transacties.
(x € miljard) | |
---|---|
1. Staatsvermogen ultimo 2011 | – 1,0 |
2. Mutatie door EMU-saldo Rijk | – 19,0 |
3. Mutatie door herwaarderingen | 2,3 |
4. Mutatie door netto financiële transacties en overig | – 6,7 |
5. Staatsvermogen ultimo 2012 (5= 1+2+3+4) | – 24,4 |
Het EMU-saldo van de overheid in 2012 bedroeg – 4,1 procent van het bbp, circa 24,4 miljard euro negatief. Het rijksdeel van het EMU-saldo liet over 2012 een negatief saldo van 19 miljard euro zien.
Samenstelling van het staatsvermogen
2011 | 2012 | |
---|---|---|
A Niet-financiële activa | 219.665 | 213.570 |
A1 Winstrechten minerale reserves | 133.800 | 123.500 |
A2 Overige niet-financiële activa | 85.865 | 90.070 |
B Vorderingen | 182.310 | 198.235 |
B1 Chartaal geld en deposito's | 651 | 229 |
B2 Langlopende effecten | 10.845 | 8.286 |
B3 Financiële derivaten | 9.260 | 13.114 |
B4 Verstrekte kortlopende leningen | 19.682 | 27.821 |
B5 Verstrekte langlopende leningen | 30.249 | 32.069 |
B6 Aandelen en overige deelnemingen | 77.218 | 82.165 |
B7 Handelskredieten en transitorische posten | 34.406 | 34.552 |
C Schulden | 402.963 | 436.170 |
C1 Chartaal geld en deposito's | 835 | 1.282 |
C2 Kort lopende waardepapieren | 43.387 | 32.979 |
C3 Staatsobligaties | 297.088 | 338.324 |
C4 Kortlopende leningen | 22.811 | 32.730 |
C5 Langlopende leningen | 19.570 | 12.428 |
C6 Handelskredieten en transitorische posten | 19.272 | 18.427 |
D Staatsvermogen (A+B–C) | – 989 | – 24.365 |
De afzonderlijke balansposten worden toegelicht in hoofdstuk 2 van de staatsbalans. Meer in het algemeen springt de toename van de staatsobligaties, de toename van de kortlopende leningen en de afname van de kortlopende waardepapieren en de afname van de winstrechten minerale reserves in het oog. De Garantieregeling voor bancaire leningen van 200 miljard euro is niet geactiveerd op de balans. Garanties hebben het karakter van een contingent liability (voorwaardelijke verplichting) en mogen volgens ESR 1995 regelgeving als zodanig niet geactiveerd worden op de balans. In bijlage 6 van het FJR is een overzicht van alle garantieregelingen opgenomen.
Segmentering van het vermogen
Onder segmentering van het staatsvermogen wordt verstaan in hoeverre het vermogen van de staat als het ware al een specifieke bestemming heeft gekregen in de vorm van positieve saldi van de fondsen van de rijksbegroting, zoals het Infrastructuurfonds, het Waddenfonds en het Diergezondheidsfonds. Positieve saldi van begrotingsfondsen kunnen beschouwd worden als een soort van geoormerkt staatsvermogen. Bij een negatief staatsvermogen, zoals in 2012 het geval is, geeft segmentering inzicht hoeveel negatief het niet-vastliggende staatsvermogen bedraagt. Ultimo 2012 bedroeg het saldo van de begrotingsfondsen 149 miljoen euro positief. Tabel 3 bevat een overzicht van de opbouw van dit saldo. Gegeven het negatief vermogen ultimo 2012 van 24,4 miljard euro, bedraagt het niet-vastliggend staatsvermogen 24,6 miljard euro negatief.
(x € miljoen) | |
---|---|
Naam Begrotingsfonds | Saldo |
Infrastructuurfonds | 144 |
BTW-Compensatiefonds | 0 |
Gemeentefonds | 0 |
Provinciefonds | 0 |
Diergezondheidsfonds | 5 |
BES-fonds | 0 |
Totaal ultimo 2012 | 149 |
De ontvangsten van de begrotingsfondsen met het vermogen nul worden ieder jaar gelijk gesteld aan de uitgaven van deze begrotingsfondsen. Het vastliggen van vermogen in begrotingsfondsen blijkt met een omvang van bijna 0,2 miljard euro beperkt van omvang te zijn.