Garanties
Een garantie wordt omschreven als een voorwaardelijke financiële verplichting van het Rijk aan een derde buiten het Rijk, die pas tot uitbetaling komt als zich bij de wederpartij een bepaalde omstandigheid (realisatie van een risico) voordoet. Garantieregelingen worden doorgaans als verplichting opgenomen in de begroting van het betreffende vakdepartement.
Tabel 6.1 bevat de garantieregelingen van het Rijk. Alle regelingen met een uitstaand risico groter dan 100 miljoen euro zijn uitgesplitst weergegeven, en alle regelingen met een uitstaand risico kleiner dan 100 miljoen euro zijn samengevat in de posten «overig». Het overzicht bevat alle garanties met stand ultimo 2012. Ontwikkelingen daarna zijn nog niet in het overzicht opgenomen. Deze worden meegenomen in het garantieoverzicht bij de Miljoenennota 2014.
Er zijn verschillende soorten garanties:
-
– Kredietgarantie: garantie op rente- en aflossingsverplichtingen (risico gemaximeerd voor totaalbedrag);
-
– Garantie voor deelnemingen: garantie op vol- of bijstorten aandelenkapitaal (risico gemaximeerd voor totaalbedrag);
-
– (Her-)verzekering: garantie op moeilijk/niet te verzekeren risico’s (risico gemaximeerd per gebeurtenis);
-
– Overig, exploitatiegarantie: garantie op minimum van exploitatieniveau (risico gemaximeerd per jaar);
-
– Overig, liquiditeitsgarantie: garantie op minimum van liquiditeitsniveau (risico gemaximeerd voor totaalbedrag).
Een garantieregeling van het Rijk kent vrijwel altijd een maximum, dus een plafond. Dit plafond kan een jaarlijks plafond zijn (per jaar mag een maximaal bedrag aan risico worden verleend) of een totaalplafond (er mag nooit meer risico verleend worden dan het plafond). In tabel 6.1 is onderscheid gemaakt tussen beide soorten plafonds. Het bedrag dat daadwerkelijk als risico is verleend, heet in de tabel geëffectueerd risico. Onder het geëffectueerde risico vallen ook de garanties die in eerdere jaren zijn verstrekt. Bij internationale garanties is gekozen het garantieplafond gelijk te stellen aan het geëffectueerde risico, ook al is de ruimte onder het plafond niet volledig benut. Hiervan is sprake bij de Europese garanties (EFSF, EFSM, ESM) en de garanties van een aantal internationale financiële instellingen. Bij het EFSF is tot nu toe minder dan de helft van het plafond belegd, bij het ESM nog niets.
In tabel 6.2 komen de bijbehorende uitgaven en ontvangsten aan de orde. De in de tabel getoonde uitgaven betreffen de schade-uitkeringen op afgegeven garanties. De in de tabel getoonde ontvangsten betreffen zowel ontvangen premies of provisies en dergelijke, als op derden verhaalde (schade-)uitkeringen.
Achterborgstellingen
Naast het risico uit garantieregelingen wordt het Rijk ook indirect blootgesteld aan risico’s uit achterborgstellingen. In dit geval wordt de daadwerkelijke garantieverplichting niet afgegeven door het Rijk, maar door een daarvoor aangewezen tussenpersoon, bijvoorbeeld een stichting. Het Rijk zal pas worden aangesproken wanneer de tussenpersoon niet aan haar verplichtingen kan voldoen. In de begroting van het betreffende vakdepartement worden dergelijke achterborgstellingen niet als verplichting opgenomen (zolang er geen schade ontstaat vanuit de achterborgstelling). De achterborgstellingen zijn opgenomen in tabel 6.3. Bij de kwantificering van de achterborgstellingen wordt aangesloten bij de cijfers uit goedgekeurde jaarverslagen van de betreffende tussenpersoon.
Voor precieze details over garantieregelingen en achterborgstellingen wordt verwezen naar de begrotingen en jaarverslagen van de betreffende vakdepartementen (in de tabellen is aangegeven op welke begroting en op welk begrotingsartikel de verschillende regelingen zijn opgenomen).
Tot slot wordt gemeld dat het risico uit de achterborgstellingen (uit tabel 6.3) niet één op één te vergelijken is met het risico uit de garantieregelingen (uit tabel 6.1). Bij achterborgstellingen wordt deze soms gedeeld met gemeenten (bij WEW voor verplichtingen die zijn aangegaan tot en met eind 2010, en het WSW voor de gehele positie). Daarbij bezitten de fondsen een bufferkapitaal waarmee de eerste schade gedekt wordt alvorens de achterborg wordt aangesproken (zie kolom bufferkapitaal). Bij WSW is een extra verschil dat het Rijk (pas) aangesproken wordt nadat de bestaande obligo’s op de woningcorporaties zijn opgevraagd. Daarbij kan het Centraal Fonds Volkshuisvesting (CFV) sanerings- en projectsteun verlenen om een aanspraak op het WSW te voorkomen.
b | a | omschrijving | Geëffectueerd risico 2011 | Verleende garanties 2012 | Vervallen garanties 2012 | Geëffectueerd risico 2012 | Garantieplafond 2012 | Totaal plafond |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Garantie op kredieten | ||||||||
V | 24 | Garanties IS-NIO | 295,9 | 39,5 | 256,4 | 256,4 | ||
VI | 23 | Veiligheidsregio's en Politie | 1.861,9 | 47,0 | 1.814,9 | 1.814,9 | ||
VIII | 14 | Achterborgovereenkomst NRF | 177,2 | 32,5 | 10,2 | 199,5 | 680,0 | |
IXB | 2 | Garantie interbancaire leningen | 33.174,8 | 15.932,5 | 17.242,3 | 17.242,3 | ||
IXB | 4 | Kredieten EU-betalingsbalanssteun aan lidstaten | 2.355,0 | 5,0 | 2.360,0 | 2.360,0 | ||
IXB | 4 | EFSM | 2.826,0 | 6,0 | 2.832,0 | 2.832,0 | ||
IXB | 4 | EFSF | 97.782,2 | 97.782,2 | 97.782,2 | |||
IXB | 4 | ESM | 35.445,4 | 35.445,4 | 35.445,4 | |||
XIII | 13 | GO | 835,3 | 179,3 | 173,4 | 841,1 | 377,7 | |
XIII | 13 | BMKB | 2.567,8 | 485,6 | 603,9 | 2.449,4 | 706,3 | |
XIII | 13 | Scheepsnieuwbouw garantieregeling | 1.000,0 | |||||
XIII | 13 | Groeifinancieringsfaciliteit | 68,4 | 14,5 | 12,2 | 70,7 | 170,0 | |
XIII | 16 | Garantie voor investeringen & werkkapitaal landbouwondernemingen | 468,1 | 43,4 | 72,5 | 439,0 | 130,0 | |
XIII | 18 | Garantie voor natuurgebieden en landschappen | 463,6 | 14,6 | 449,1 | 449,1 | ||
XVI | 42 | Inrichtingen voor de gezondheidszorg | 631,8 | 61,2 | 570,6 | 570,6 | ||
XVI | 42 | Voorzieningen voor gehandicapten | 185,3 | 16,1 | 169,2 | 169,2 | ||
overig | 297,9 | 135,8 | 154,5 | 279,2 | 123,7 | 337,1 | ||
Totaal | 143.991,2 | 36.347,3 | 17.137,6 | 163.201,0 | 2.507,6 | 159.939,2 | ||
Garantie op deelnemingen | ||||||||
V | 24 | Garanties IS-Raad van Europa | 119,3 | 57,4 | 176,7 | 176,7 | ||
V | 24 | Garanties Regionale Ontwikkelingsbanken | 1.735,2 | 216,7 | 1.951,8 | 1.951,8 | ||
IXB | 3 | Garantie en vrijwaring inzake verkoop van deelnemingen | 981,4 | 13,0 | 968,4 | 986,4 | ||
IXB | 4 | Wereldbank | 3.105,4 | 120,1 | 3.225,6 | 3.225,6 | ||
IXB | 4 | EBRD | 589,1 | 589,1 | 589,1 | |||
IXB | 4 | DNB – deelneming in kapitaal IMF | 47.311,0 | 825,8 | 46.485,2 | 46.485,2 | ||
IXB | 4 | EIB | 9.895,5 | 9.895,5 | 9.895,5 | |||
overig | 27,5 | 2,1 | 25,4 | 25,4 | ||||
Totaal | 63.764,6 | 394,2 | 840,9 | 63.317,9 | 63.335,9 | |||
Garantie op moeilijk/niet te verzekeren risico's | ||||||||
VIII | 14 | Indemniteitsregeling | 295,0 | 575,0 | 576,0 | 294,0 | 300,0 | |
IXB | 2 | WAKO (kernongevallen) | 14.023,0 | 14.023,0 | 14.023,0 | |||
IXB | 3 | Deelneming ABN AMRO | 950,0 | 950,0 | 950,0 | |||
IXB | 5 | Exportkredietverzekering | 14.538,7 | 12.644,5 | 9.759,3 | 17.423,8 | 10.000,0 | |
IXB | 5 | Regeling Investeringen | 194,0 | 13,8 | 34,3 | 173,6 | 453,8 | |
overig | 124,0 | 11,1 | 2,0 | 133,1 | 196,8 | 101,0 | ||
Totaal | 30.124,7 | 13.244,4 | 10.371,6 | 32.997,5 | 10.650,6 | 15.374,0 | ||
Overige garanties (o.a. liquiditeits- of exploitatiegarantie) | ||||||||
VIII | 7 | Bouwleningen academische ziekenhuizen | 281,3 | 14,0 | 267,3 | 267,3 | ||
overig | 38,5 | 0,2 | 2,3 | 36,4 | 0,4 | 36,2 | ||
Totaal | 319,9 | 0,2 | 16,3 | 303,8 | 0,4 | 303,5 | ||
Totaal generaal | 238.200,3 | 49.986,2 | 28.366,3 | 259.820,2 | 13.158,6 | 238.952,6 | ||
Totaal generaal (% bbp) | 39,6% | 8,3% | 4,7% | 43,3% | 2,2% | 39,8% |
Hoofdstuk | Departement | Uitgaven 2011 | Ontvangsten 2011 | Uitgaven 2012 | Ontvangsten 2012 |
---|---|---|---|---|---|
IV | Koninkrijksrelaties | ||||
V | Buitenlandse Zaken | 1.782 | 1.504 | 502 | |
VI | Veiligheid en Justitie | 773 | 719 | ||
VII | Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties | ||||
VIII | Onderwijs, Cultuur en Wetenschap | ||||
IXB | Financiën | 28.283 | 540.305 | 74.405 | 405.156 |
XII | Infrastructuur en Milieu | ||||
XIII | Economische Zaken | 89.567 | 48.624 | 123.158 | 40.772 |
XV | Sociale Zaken en Werkgelegenheid | 387 | 100 | 1.005 | 4 |
XVI | Volksgezondheid, Welzijn en Sport | ||||
A | Infrastructuurfonds | ||||
Totaal generaal | 120.792 | 589.029 | 200.791 | 446.434 |
Hoofdstuk | Artikel | Omschrijving | Geborgd vermogen 2011 | Geborgd vermogen 2012 | Bufferkapitaal 2012 |
---|---|---|---|---|---|
XVI | 42 | Achterborgstelling Stichting Waarborgfonds Zorg | 8.671,7 | 8.915,2 | 512,7 |
VII | 3 | Achterborgstelling WEW (NHG) | 136.206,8 | 149.000,01 | 782,01 |
VII | 3 | Achterborgstelling WSW | 86.314,1 | 88.000,01 | 526,01 |
Totaal Achterborgstellingen | 231.192,6 | 245.915,21 | 1.820,71 |