Comptabiliteitswet en herziening lagere comptabele regelgeving
De Minister van Financiën is verantwoordelijk voor de modernisering van de Comptabiliteitswet. In dit verband heeft de Minister van Financiën in 2016 het wetsvoorstel Comptabiliteitswet 2016 bij de Tweede Kamer ingediend. Naast een moderne structuur heeft dit wetsvoorstel tot doel om de taken en de bevoegdheden van de Algemene Rekenkamer bij de praktijk te laten aansluiten. Een andere doelstelling van dit wetsvoorstel is om flexibiliteit te bieden aan toekomstige ontwikkelingen die zich op het gebied van het beheer van de financiën van het Rijk kunnen voordoen.
Afgelopen jaar heeft de Tweede Kamer het wetsvoorstel Comptabiliteitswet 2016 behandeld. Vervolgens heeft de Tweede Kamer het wetsvoorstel op onderdelen gewijzigd, waardoor onder andere de bevoegdheden van de Algemene Rekenkamer ten aanzien van staatsdeelnemingen zijn uitgebreid. Op 11 oktober 2016 is het wetsvoorstel met algemene stemmen door de Tweede Kamer aangenomen. De Eerste Kamer heeft in maart 2017 het wetsvoorstel aanvaard.
Het voorgenoemde wetsvoorstel brengt een modernisering van de op de Comptabiliteitswet gebaseerde regelgeving met zich mee. De werkzaamheden hiervan zijn ondertussen gestart.
Visie financiële informatievoorziening Rijk
In 2016 heeft de financiële functie een visie ontwikkeld op de (financiële) informatievoorziening. Een onderdeel van deze visie betreft het gebruik van nieuwe technologieën die de kwaliteit en flexibiliteit van de financiële functie zullen verbeteren. De visie op de financiële functie is in een programma «Op weg naar een digitale begroting» verankerd. Het programma bestaat uit een aantal projecten, zoals:
-
– Blockchain: in 2016 is verkend wat blockchain voor de financiële functie kan betekenen. Om de mogelijkheden van blockchaintechnologie na te gaan is gekozen om een werkend prototype uit te werken rondom schatkistbankieren. Deze casus betreft de nieuwbouw van een fictieve onderwijsinstelling en het ketenproces van financiering daaromheen. Deelnemende actoren aan de pilot zijn de Ministeries van Financiën en Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de gemeente Amsterdam;
-
– Standard Business Reporting (SBR): SBR is de nationale standaard voor de digitale uitwisseling van alle bedrijfsmatige rapportages. Met SBR worden de gegevens in de bedrijfsadministratie eenmalig op een standaard manier vastgelegd. De gegevens zijn eenvoudig her te gebruiken voor verschillende rapportages aan overheidsinstellingen en een aantal banken, doordat de bedrijfsadministratie het bronbestand is. Met één druk op de knop worden rapportages opgesteld en digitaal verzonden naar verschillende partijen. Zo hebben ondernemers en intermediairs minder werk aan het samenstellen en aanleveren van verschillende (verplichte) rapportages. De ambitie is om de verschillende financiële data binnen het Rijk te standaardiseren en SBR te gebruiken als methodiek voor gegevensuitwisseling binnen het Rijk. De gestandaardiseerde financiële data is makkelijker te gebruiken voor (beleids)analyse, monitoring en auditing.
-
– Digitale begroting: op Verantwoordingsdag is de site www.rijksfinancien.nl gelanceerd. Deze site ontsluit op een moderne, interactieve en toegankelijke wijze financiële verantwoordingsinformatie over de afgelopen jaren voor de financiële professional of geïnteresseerde. Doel is om stapsgewijs steeds meer en andere soorten informatie toe te voegen aan deze site.
Tot slot streeft het Rijk naar rijksbreed strategisch personeelsbeleid om ook in de toekomst over voldoende gekwalificeerd personeel binnen de administraties te beschikken.
Evaluatie Auditdienst Rijk (ADR)
De Auditdienst Rijk is in 2016 extern geëvalueerd. Uit het evaluatierapport «De ADR in 2020: Een kritische vriend» blijkt dat de opdrachtgevers tevreden zijn over het functioneren van de ADR. De ADR kenmerkt zich als een professionele organisatie, die de dienstverlening aan zijn opdrachtgevers centraal stelt. De evaluatie laat ook zien dat het noodzakelijk is voor de ADR om zich te blijven ontwikkelen. De vragen van de opdrachtgevers en ook de eisen vanuit de beroepsorganisaties, zoals de Nederlandse Beroepsorganisaties van Accountants maken dat de ADR wendbaar moet zijn en de juiste kwaliteiten in huis moet hebben. Uit de evaluatie blijkt dat de ADR hierbij momenteel tegen de grenzen van zijn eigen organisatie en werkwijze aanloopt. Om deze reden heeft de ADR een ondernemingsplan en een veranderagenda opgesteld, die moeten bijdragen dat de ADR ook in de toekomst een robuuste en kwalitatief hoogwaardige organisatie blijft. De verandering zal leiden tot een kleiner, meer daadkrachtig opererend management met een flexibel(er) inzetbaar «onderzoeksapparaat». Hierdoor kan de ADR in de toekomst beter invulling geven aan de veranderende vraag van de opdrachtgevers.
De ambitie van de Auditdienst Rijk is voorts om sneller en directer te communiceren over risico’s en bevindingen en daarbij een duidelijk handelingsperspectief te bieden aan zijn opdrachtgevers. De ADR wil werken aan de juiste opdrachten, met de juiste mensen en leidend tot de juiste boodschap.
In het belang van een transparante en open overheid worden de rapporten van de Auditdienst Rijk vanaf 1 juli 2016 door de verantwoordelijke bewindspersoon openbaar gemaakt79, tenzij daarvoor een uitzondering geldt. De Minister van Financiën stuurt elk halfjaar een overzicht naar de Kamer met de titels van door de Auditdienst Rijk uitgebrachte rapporten en plaatst dit overzicht op de website van de rijksoverheid.
Vennootschapsbelasting rijksoverheid
Per 1 januari 2016 zijn ministeries belastingplichtig geworden voor de vennootschapsbelasting voor zover zij activiteiten verrichten die een onderneming vormen. Per ministerie heeft een inventarisatie van mogelijk belaste activiteiten plaatsgevonden. In een aantal gevallen is daar een externe adviseur bij betrokken. Vrijwel alle ministeries hebben verkennende gesprekken gevoerd met de belastinginspecteur over de belastingplicht en welke kwesties in vooroverleg dienen te worden ingebracht. Dit vooroverleg geeft de ministeries en de belastinginspecteur zekerheid vooraf over de uiteindelijke behandeling van onzekere kwesties in de aangifte (bijvoorbeeld: wel of geen belastingplicht voor een activiteit, welke tarieven voor diensten berekend mogen worden, hoe de fiscale winst te berekenen).
De coördinatie van deze aanpak vindt rijksbreed plaats vanuit het Fiscaal Loket Rijk, dat is ondergebracht bij de directie Financieel Economische Zaken van het Ministerie van Financiën. Deze coördinatie bestaat uit het organiseren van rijksbrede overleggen en het bepalen van standpunten in onderwerpen die rijksbreed spelen. Daarnaast heeft het Fiscaal Loket Rijk de afzonderlijke ministeries desgevraagd geadviseerd over de fiscaalrechtelijke duiding van de activiteiten en implementatie van de vennootschapsbelastingplicht.