Stand ontwerp-begroting 20221 | Stand 1e suppletoire begroting2 | Mutaties 2e incidentele suppletoire begroting | Stand 2e incidentele suppletoire begroting | Mutatie 2023 | Mutatie 2024 | Mutatie 2025 | Mutatie 2026 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen | 35.801.495 | 39.099.270 | 520.000 | 39.619.270 | ‒ 500.000 | 0 | 0 | 0 |
Uitgaven | 35.801.495 | 39.360.718 | 520.000 | 39.880.718 | ‒ 500.000 | 0 | 0 | 0 |
Financiering gemeenten | ||||||||
Bijdrage aan medeoverheden | 35.799.984 | 39.358.908 | 520.000 | 39.878.908 | ‒ 500.000 | 0 | 0 | 0 |
Algemene uitkering en de aanvullende uitkeringen | 30.674.140 | 33.448.635 | 500.000 | 33.948.635 | ‒ 500.000 | 0 | 0 | 0 |
Decentralisatie-uitkeringen | 985.328 | 1.601.678 | 20.000 | 1.621.678 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Integratie-uitkering Voogdij 18+ | 745.391 | 772.059 | 0 | 772.059 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Integratie-uitkering Beschermd wonen | 1.425.741 | 1.495.475 | 0 | 1.495.475 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Integratie-uitkering Participatie | 1.888.667 | 1.955.263 | 0 | 1.955.263 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Integratie-uitkering Overig | 80.717 | 85.798 | 0 | 85.798 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Kosten Financiële verhoudingswet | ||||||||
Opdrachten | 911 | 1.210 | 0 | 1.210 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Onderzoeken verdeelsystematiek | 911 | 1.210 | 0 | 1.210 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijdragen aan ZBO's/RWT's | 600 | 600 | 0 | 600 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Onderzoeken verdeelsystematiek | 600 | 600 | 0 | 600 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Ontvangsten | 35.801.495 | 39.360.718 | 520.000 | 39.880.718 | ‒ 500.000 | 0 | 0 | 0 |
Stand is inclusief de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 B, nr. 1) en drie NvW's (Kamerstukken II 2021/22, 35925 B, nr. 6, Kamerstukken II 2021/22, 35925 B, nr. 13 en Kamerstukken II 2021/22, 35925 B, nr. 15)
Stand is inclusief de incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36065, nr. 2), eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36120 B, nr. 1) en de nota's van wijziging op de eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36120 B, nr. 5 en Kamerstukken II 2021/22, 36120 B, nr. 6)
Toelichting
Energietoeslag
In 2023 heeft het kabinet € 1,4 mld. beschikbaar gesteld voor de uitvoering en uitgifte van een eenmalige aanvullende tegemoetkoming voor de gestegen energieprijzen voor huishoudens met een laag inkomen. Om huishoudens in 2022 nog beter te ondersteunen, krijgen gemeenten de mogelijkheid om hiervan € 500 per huishouden al in 2022 uit te keren. Om deze reden wordt € 500 mln. van de begroting 2023 naar 2022 geschoven. Dit is tevens verwerkt in de Nota van Wijziging op de ontwerpbegroting 2023 van het Gemeentefonds dd. 23 september 2022.
Hierdoor is er voor de energietoeslag in 2023 in totaal € 900 mln. beschikbaar.
Individuele bijzondere bijstand
Individuele studenten kunnen als gevolg van de stijgende energieprijzen in ernstige financiële problemen komen. Hiervoor kunnen zij terecht bij de individuele bijzondere bijstand. Het kabinet stelt een bedrag van € 35 mln. beschikbaar aan gemeenten. Van dit totale bedrag is reeds € 15 mln. beschikbaar via het Gemeentefonds. Daarnaast wordt er € 20 mln. toegevoegd aan de ontwerpbegroting. Deze middelen zijn afkomstig van de begrotingen van SZW en OCW. De overboeking van deze middelen wordt in de begroting van SZW en OCW verwerkt binnen het reguliere begrotingsproces bij tweede suppletoire begroting.
Afdrachten aan het Gemeentefonds hebben gevolgen voor de belasting-ontvangsten. Deze worden op artikel 1 Belastingen van de begroting van het Ministerie van Financiën (IXB) verantwoord. De budgettaire gevolgen voor de belastingontvangsten worden in de tweede suppletoire begroting 2022 van Financiën verwerkt.