De overheidsfinanciën zijn van ons allemaal en zijn er voor ons allemaal. Juist daarom is het zo belangrijk dat het kabinet jaarlijks verantwoording aflegt over de inkomsten en uitgaven van het Rijk. We zijn het immers aan de burger verplicht elke euro goed te besteden.
Voor u ligt het eerste Financieel Jaarverslag Rijk over een volledig regeringsjaar van dit kabinet. Het is een jaarverslag met positieve berichten. De economie groeide flink in 2018 en dat zien we overal in de samenleving terug. Meer mensen dan ooit tevoren waren aan het werk. Een belangrijke mijlpaal, met positieve impact op de economie, maar vooral op de privélevens van een ieder die niet langer werkloos thuis zit. Tegelijkertijd komt de groei op veel plekken terecht, maar wordt die helaas nooit door iedereen gevoeld.
De overheidsfinanciën zijn in 2018 verder verbeterd. Het kabinet heeft geïnvesteerd in belangrijke publieke sectoren als zorg, onderwijs en veiligheid. De uitgaven zijn daardoor met 13 miljard euro toegenomen ten opzichte van 2017. Desondanks was er voor het derde opeenvolgende jaar een overschot.
Het kabinet heeft minder uitgegeven dan begroot. Dit komt onder meer door de ambitieuze investeringsagenda. Het grootste deel van dit geld blijft beschikbaar in latere jaren, bijvoorbeeld voor de aanleg van wegen en aanschaf van nieuw defensiematerieel.
De overheidsschuld daalde en daardoor hebben we wat achter de hand voor slechtere tijden. Ik vind dat belangrijk te midden van een snel veranderende wereld, waarbij gebeurtenissen in de buitenwereld als vanouds een grote impact hebben op onze op export gerichte economie. Voortdurende onzekerheid over de brexit, toenemende handelsbelemmeringen en protectionisme maken het in het bijzonder noodzakelijk ons voor te bereiden op een minder gunstig economisch klimaat. Zo kunnen we ook voor volgende generaties een veilige samenleving met toegankelijke zorg en hoogstaand onderwijs garanderen.
De Minister van Financiën
W.B. Hoekstra