Om de staatsschuld zo goedkoop mogelijk te financieren bij een acceptabel risico voor de rijksbegroting is voor de periode 2008–2011 een 7-jaars gecentreerde portefeuille als benchmark gedefinieerd. Een benchmark prikkelt om zo scherp mogelijk te opereren vanuit zowel de beleidsvorming als de executie. Dit behelst niet alleen het realiseren van zo laag mogelijke kosten door juiste financieringskeuzen en scherpe executie, maar ook het zoveel mogelijk risico’s ten opzichte van de benchmark afdekken. Het resultaat van schuldfinanciering wordt inzichtelijk gemaakt door deze af te zetten tegen de benchmark. Het gaat dan om zowel de kosten als het risico. Bij een vergelijkbaar risico is over 2010 sprake van een positief resultaat ten opzichte van de benchmark van € 492 mln. (inclusief resultaat op de Fortis portefeuille). Dit resultaat ten opzichte van de benchmark is het gevolg van financieringskeuzen en executie in de jaren 2008, 2009 en 2010. De schuldmanager heeft daarbij niet actief posities ingenomen ten opzichte van de benchmark 4. De opbouw van het resultaat ten opzichte van de benchmark in termen van kosten en risico wordt nader toegelicht in hoofdstuk 4.