Base description which applies to whole site

8.1 Toelichting bij de saldibalans per 31 december 2010

Algemene toelichting

Alle bedragen zijn opgenomen tegen nominale waarden en vermeld in duizenden euro’s tenzij anders aangegeven. Relevante posten worden hieronder nader toegelicht. Hierbij is de nummering van de saldibalans aangehouden. Door afronding van bedragen op duizenden euro’s, kunnen totaaltellingen niet aansluiten bij de som der delen.

Specifieke toelichting per saldibalanspost

1. Uitgaven ten laste van de begroting

Deze post bevat de nog niet met het ministerie van Financiën (Rijkshoofdboekhouding) verrekende begrotingsuitgaven 2010. Verrekening van de begrotingsuitgaven zal plaatsvinden nadat de Slotwet door de StatenGeneraal is vastgesteld.

2. Ontvangsten ten gunste van de begroting

Deze post betreft de nog niet met het ministerie van Financiën (Rijkshoofdboekhouding) verrekende begrotingsontvangsten 2010. Verrekening van de begrotingsontvangsten zal plaatsvinden nadat de Slotwet door de Staten-Generaal is vastgesteld.

3. Liquide middelen

De liquide middelen bestaan uit de saldi op bank- en girorekeningen en bij de kasbeheerders aanwezige kasgelden.

4. Rekening-courant Rijkshoofdboekhouding

Deze post geeft de financiële verhouding met de Rijkshoofdboekhouding weer. Er zijn drie rekening-courantverhoudingen nl. Geïntegreerd Middelen Beheer, het Partieel Schatkistbankieren en het Agentschap. De bedragen zijn per 31 december 2010 in overeenstemming met de opgaven van de Rijkshoofdboekhouding.

5. Uitgaven buiten begrotingsverband

Deze post kan als volgt worden gespecificeerd.

 

Ultimo 2010

Ultimo 2009

Te realiseren (dis)agio

– 1 446 345

122 078

Vooruitbetaalde rente onderhandse leningen

323

346

Te ontvangen rente swaps

4 839 142

3 848 090

Vooruitbetaalde disconto

89 467

88 844

Te ontvangen rente vlottende schuld

195 663

211 823

CO2-veiling

0

57

Te ontvangen rente m.b.t. GMB

300 600

355 025

Totaal

3 978 850

4 626 263

5a. Kas-transverschillen

Op deze rekening zijn de bedragen opgenomen welke zijn verantwoord in de uitgaven en ontvangsten, maar nog niet daadwerkelijk in de kas zijn uitgegeven en ontvangen.

De begrotingsuitgaven en ontvangsten worden sinds 2002 niet op kas-, maar op transactiebasis verantwoord.

6. Ontvangsten buiten begrotingsverband

Deze post kan als volgt worden gespecificeerd.

 

Ultimo 2010

Ultimo 2009

Te betalen rente onderhandse leningen

66 306

49 903

Te betalen rente openbare schuld

6 119 838

5 620 093

Te betalen rente swaps

4 755 003

4 017 869

Te betalen rente vlottende schuld

127 977

109 565

Derden van het Agentschap

2 355 777

1 509 941

Te betalen rente m.b.t. GMB

24 224

20 948

Totaal

13 449 125

11 328 319

8. Extra-comptabele vorderingen

Deze post kan als volgt worden gespecificeerd.

 

Ultimo 2010

Ultimo 2009

Callgeldleningen u/g

0

0

Extra-comptabele vorderingen

0

0

Loans

4 575 000

7 825 000

Overige

0

60

Sell/Buy Back transtransacties

0

307 754

Verstrekte leningen batenlasten-diensten

8 262 150

7 601 445

Verstrekte leningen RWT’s en derden

5 085 911

4 318 371

Totaal

17 923 061

20 052 630

De lening aan het ministerie van Binnenlandse Zaken ten behoeve van de overname van de Antilliaanse schuld van € 1,6 mld. en de aflossingen van PRORAIL zijn verwerkt. De stand van de verstrekte leningen RWT’s en derden is ultimo 2010 per saldo aanzienlijk hoger dan geraamd (ruim € 750 mln.).

9. Extra-comptabele schuld

Deze post kan als volgt worden gespecificeerd.

 

Ultimo 2010

Ultimo 2009

Vaste schuld

  

– Staatsschuld

243 051 740

213 204 100

   

Vlottende schuld

  

– Dutch Treasury Certificates

47 900 000

52 190 000

– Callgeldleningen o/g

3 265 000

3 095 000

– Sell/Buy Back transacties

16 927

431 424

– European Commercial Paper (ECP)

5 417 657

5 463 259

– Onderhands Floating Rate Note (FRN)

7 000 000

10 000 000

– RC baten-lastendiensten

1 590 021

1 595 366

– RC RWT’s en derden

2 089 063

2 056 066

– RC Sociale Fondsen

– 3 296 729

– 3 522 227

– Overig

0

0

   

Overige schuld

  

– Deposito’s baten-lastendiensten

202 000

224 100

– Deposito’s RWT’s en derden

3 474 068

2 330 094

Totaal

310 709 747

287 067 182

De extra-comptabele schulden hebben betrekking op in het verleden binnen begrotingsverband geboekte ontvangsten, waarvan op termijn nog verrekening met derden zal plaatsvinden. Deze post betreft voornamelijk de vaste staatsschuld (€ 243,1 mld.), vlottende staatsschuld (€ 63,6 mld.) en daarnaast bevatten de extra-comptabele schulden ook de schulden die betrekking hebben op de verhoudingen tussen de RHB en de deelnemers aan geïntegreerd middelenbeheer.

De rekening-courant tegoeden vallen onder de vlottende schuld omdat ze direct opvraagbaar zijn.

Instellingen die deelnemen aan het geïntegreerd middelenbeheer kunnen lenen. De afgesloten leningen zijn vorderingen van de Staat op de deelnemers. De vorderingen bedragen ultimo 2010 € 13,3 mld. Aan de Baten lasten diensten is € 8,3 mld. uitgeleend en € 5,1 mld. aan Rechtpersonen met wettelijke taak. De vordering is inclusief een lening aan het ministerie van Binnenlandse Zaken ten behoeve van de overname van de Antilliaanse schuld op 10 oktober 2010. De gewogen gemiddelde looptijd van de leningen bedraagt bij de Baten lasten diensten circa 9,4 jaar en bij Rechtpersonen met wettelijke taak circa 14,6 jaar.

Instellingen kunnen ook deposito’s plaatsen. Hierdoor ontstaat een schuld van de Staat aan de deelnemers. De deposito’s zijn voor het overgrote deel kortlopend. Het zijn vooral de Rechtpersonen met wettelijke taak die deposito’s hebben uitstaan. Baten lasten diensten hadden op 31 december € 0,2 mld. uitstaan. Rechtpersonen met wettelijke taak € 3,4 mld. De gewogen gemiddelde looptijd bij de Baten lasten diensten was circa 5 maanden. Bij de Rechtpersonen met wettelijke taak bedroeg de gemiddelde looptijd circa 10 maanden.

Voor een specificatie naar uitgiftejaar van de stand van de vaste schuld per 31 december 2010 wordt verwezen naar het onderstaande overzicht.

Specificatie van de vaste schuld naar jaar van uitgifte per 31 december 2010 (bedragen x 1 mln. euro) 1

Jaar van uitgifte

Openbaar

Onderhands

Totaal

Vóór 1991

27,0

67,2

94,2

1991

0

228,2

228,2

1992

0

757,6

757,6

1993

9 806,5

150,4

9 956,9

1994

0

55,2

55,2

1995

0

67,3

67,3

1996/1997

0

0

0

1998

10 983,8

38,1

11 021,9

1999/2000

0

0

0

2001

14 076,0

0

14 076,0

2002

14 064,0

0

14 064,0

2003

14 983,0

0

14 983,0

2004

14 324,8

0

14 324,8

2005

26 076,2

0

26 076,2

2006

17 574,5

0

17 574,5

2007

13 155,0

0

13 155,0

2008

27 328,0

0

27 328,0

2009

40 842,3

0

40 842,3

2010

37 126,5

1 320,2 1

38 446,7

Totaal 2

240 367,6

2 684,2

243 051,8

1

Jaar van eerste uitgifte betekent dat ingeval van een heropening van een lening, het bedrag wordt opgenomen bij het oorspronkelijke jaar van eerste uitgifte van de (heropende) lening

1

Verplichtingen uit hoofde van schuldtitels uitgegeven door het land Nederlandse Antillen en het eilandgebied Curaçao, overgenomen door de Nederlandse Staat per 10 oktober 2010

2

Door afronding kan de som van de componenten afwijken van het totaal.

Licence