Mainports – Luchthavens
In 2010 heeft de Alderstafel Schiphol advies uitgebracht over de uitwerking van het experiment met het nieuwe normen- en handhavingsstelsel. Daarmee wordt mede invulling gegeven aan de luchtvaartambities genoemd in het regeerakkoord. Het experiment nieuwe normen en handhavingstelsel Schiphol is op 1 november 2010 van start gegaan.
Het kabinet heeft het advies van de heer Alders over Eindhoven Airport overgenomen. Met dit advies is de afspraak om 70 000 niet-mainportgebonden vluchten vanaf Schiphol elders te accommoderen, een stap dichterbij gebracht. Eindhoven Airport mag tot 2020 in twee stappen in totaal 25 000 extra vliegbewegingen uitvoeren. Daarnaast dient Eindhoven Airport een stevig pakket aan maatregelen voor hinderbeperking en verduurzaming van de luchthaven realiseren.
In maart 2010 is met de inwerkingtreding van een herindeling van het Nederlands-Duitse luchtruim een extra route gecreëerd. Dit is een eerste voorbereiding op de totstandkoming van een gezamenlijk Europees luchtruim en een functioneel airspace block europe central (FABEC). Op 2 december 2010 heeft Nederland samen met België, Duitsland, Frankrijk, Luxemburg en Zwitserland het FABEC-verdrag ondertekend. Dit geeft invulling aan de verplichting van de Single European Sky wetgeving tot het invoeren van Functionele Luchtruimblokken.
Mainports – Maritiem
In 2010 is de concurrentiekracht van de mainport Rotterdam en het achterlandnetwerk versterkt. De landaanwinning voor Maasvlakte 2 verloopt volgens planning: de aanleg van de kademuren voor de eerste terminal en de aanleg van 3,5 km harde zeewering aan de noordwestkant van Maasvlakte 2 zijn gestart. Eind 2010 was bijna driekwart van het benodigde zand opgespoten. Voor de aanleg van 750 ha natuur- en recreatieterrein om de leefbaarheid in Rotterdam-Rijnmond te vergroten, lopen bestemmingsplanprocedures. Een belangrijke schakel in het achterland, de Overslagterminal Alphen, is in gebruik genomen en het bestemmingsplan voor het Containertransferium Rotterdam is ter vaststelling naar de gemeenteraad gestuurd.
In het mainportnetwerk vervullen de drie andere grote zeehavens een belangrijke rol. Voor de haven van Amsterdam is in 2010 de planstudie zeesluis IJmuiden van start gegaan. Met betrekking tot Zeeland zijn de Vlaams-Nederlandse onderhandelingen over het project Kanaalzone Gent-Terneuzen voortgezet.
Voor het functioneren van de mainports zijn ook de achterlandverbindingen over de vaarwegen van groot belang. In 2010 is gewerkt aan het oplossen van knelpunten op die verbindingen. Zo is een verkenning gestart naar de Volkeraksluizen op de route naar België, is een start gemaakt met de verbetering van de Maasroute en de omlegging van de Zuid-Willemsvaart bij ’s Hertogenbosch en de eerste fase van verruiming van de Twentekanalen is opgeleverd.
De binnenvaartambassadeur heeft in 2010 aanbevelingen geformuleerd voor een structuurversterking van de binnenvaart, opdat deze beter bestand is tegen toekomstige marktschommelingen en beter in staat is haar groeipotenties waar te maken.
Beleidsconclusie
In 2010 zijn er stappen gezet om Schiphol de ruimte te geven om verder uit te groeien tot een duurzame en concurrerende luchthaven. De rijksoverheid heeft zich ingezet om zorg te dragen voor een goede ontsluiting van de zeehavens. Ook in crisistijd is de voorbereiding en uitvoering van infrastructurele projecten doorgegaan. De meeste particuliere investeerders in grote projecten in de zeehavens hebben, mede daardoor, hun investeringsplannen voortgezet. Dat blijkt uit het feit dat het marktaandeel van de Nederlandse zeehavens, Rotterdam voorop, duidelijk is toegenomen. Zo is het Rotterdamse aandeel in containers binnen de range Hamburg – Le Havre sinds 2008 met 2% gegroeid.