De producten van het infrastructuurfonds dragen bij aan het realiseren van de doelstellingen van de begroting van IenM (Hoofdstuk XII). Evenals in de begroting van het Infrastructuurfonds is in het jaarverslag van het Infrastructuurfonds aan het begin van de artikelen aangegeven aan welk(e) beleidsartikel(en) het betreffende IF artikel is gerelateerd.
Ingegaan wordt op de realisatie van programma’s en budgettaire gevolgen van de uitvoering. Om de hoeveelheid informatie te beperken is gekozen voor het hanteren van de hieronder aangegeven norm op productartikel niveau. Aan de hand van deze norm is bepaald of een verschil is toegelicht.
Naar aanleiding van de aanbeveling van de commissie Kuiken is de normering waarbij geldt dat begrotingsbedragen boven de € 50 miljoen met een afwijking van meer dan 5 mln ook worden toegelicht.
Begrotingsbedrag | Verschil |
---|---|
< € 4,5 mln. | > 50% |
€ 4,5 – € 22,5 mln. | > € 2,5 mln. |
> € 22,5 mln. | > 10% |
> € 50 mln. | > € 5 mln. |
Dit houdt in dat die hoofdproducten, waarbij het verschil tussen het begrotingsbedrag en de realisatie kleiner is dan de aangegeven norm niet worden toegelicht. Een uitzondering hierop wordt gemaakt voor beleidsmatige relevante mutaties, deze worden ongeacht bovenstaande normering wel toegelicht.
Verder worden in afwijking van bovenvermelde norm die artikelen, waarop in de begroting 2011 geen of zeer geringe ontvangsten zijn geraamd maar waar in 2011 wel relatief kleine bedragen op zijn gerealiseerd, niet apart toegelicht.
Bekostigingssystematiek Rijkswaterstaat
Op 8 juni 2010 (kamerstuk 30 873 nr. 3) heeft de voormalig Minister van Verkeer en Waterstaat u het rapport «evaluatie baten-lastendienst Rijkswaterstaat» aangeboden. Bij de aanbieding is u toegezegd de bekostigingssystematiek van Rijkswaterstaat, die gebaseerd was op een generiek opslagpercentage op de externe kosten van een project, aan te passen. Deze aanpassing werd noodzakelijk geacht om aan te sluiten bij het huidige sturingsmodel, de transparantie van de geldstromen voor interne en externe stakeholders te vergroten en om voldoende prikkels tot het vergroten van de doelmatigheid in te bouwen.
De kern van de nieuwe bekostigingssystematiek is dat er een splitsing is aangebracht tussen de externe kosten die samenhangen met aanleg en onderhoud op de netwerken en de apparaatskosten van RWS. De relatie tussen de externe kosten en de daarmee gemoeide apparaatskosten (en daarmee de efficiency) is genormeerd. Hiermee krijgt RWS een hoeveelheid capaciteit (fte) ter beschikking voor de uitvoering van het productiepakket, die een goede weergave is van de productieopgave.
Bij Voorjaarsnota 2011 is als gevolg van de aanpassing van de bekostigingssystematiek van RWS op de Productartikelen 11, 12, 15, 16 en 18 de nieuwe operationele doelstelling «Netwerkgebonden kosten» ingesteld. Onder deze operationele doelstelling zijn de hoofdproducten «Apparaatskosten RWS» en «Overige netwerkgebonden kosten» opgenomen, respectievelijk «Overige netwerkoverstijgende kosten» op artikel 18. Tussen deze artikelen en artikel 14 zijn budgettair neutrale structurele mutaties aangebracht als conversie naar het nieuwe bekostigingsmodel.
In mijn brieven aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal (Kamerstukken II, 30 119 nrs. 4 en 5 van resp. 10 januari 2011 en 3 maart 2011) heb ik de Kamer hierover geïnformeerd.
De vastgestelde begroting 2011 is gebaseerd op de oude bekostigingssystematiek, waarbij de bij Voorjaarsnota 2011 nieuw ingestelde operationele doelstelling «Netwerkgebonden kosten» nog niet was opgenomen. De realisatiecijfers over het jaar 2011 zijn gebaseerd op de aangepaste bekostigingssystematiek. Rijkswaterstaat heeft namelijk met ingang van 1 januari 2011 haar administratieve processen gebaseerd op de aangepaste bekostigingssystematiek.
Om bij de toelichting op de verschillen als gevolg van de realisatie 2011 te voorkomen dat de oude en nieuwe bekostigingsystematiek met elkaar interveniëren zijn er twee verschil kolommen opgenomen in het overzicht «tabel budgettaire gevolgen van de uitvoering». De eerste verschil kolom betreft de bij Voorjaarsnota doorgevoerde mutaties als gevolg van de aanpassing van de bekostigingsystematiek. De verschillen in de tweede kolom betreffen de feitelijk uitvoeringsverschillen in het jaar 2011.
Indicatoren
Voor wat betreft de indicatoren moet worden vermeld dat IenM bij het verkrijgen van deze indicatoren voor een deel afhankelijk is van verzameling door externe partijen zoals het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De praktijk is zodanig dat deze gegevens in een aantal gevallen later beschikbaar komen. Dit leidt ertoe dat niet in alle gevallen de gegevens over het verslagjaar ten tijde van het opstellen van het jaarverslag beschikbaar waren.
Toezeggingen
Toezegging 23 juni 2011 | Verwerking |
---|---|
De minister zal bij de volgende begrotingsnota meer transparantie betrachten dan nu het geval was. | Vanaf Najaarsnota 2011 worden niet alleen realisatieprogramma’s op het IF transparanter verantwoord, maar ook zijn projecttabellen met de planstudieprogramma’s opgenomen waarin de begrotingsmutaties op projectniveau zichtbaar zijn gemaakt en waarvan de belangrijkste mutaties van een toelichting zijn voorzien. Bij het jaarverslag was dit al jaren van toepassing. Alle productartikelen van het Infrastructuurfonds zijn vanaf dit jaarverslag voorzien van een toelichtende tabel die inzichtelijk maakt welke mutaties gedurende het jaar hebben plaatsgevonden. Zowel de mutaties binnen een artikel (tussen de verschillende artikelonderdelen) als van en naar andere artikelen. Bij alle mutaties is aangegeven of de mutatie een inter-temporele kasschuif betreft of dat er sprake is van in- of extensiveringen of een technische boeking. Bij inter-temporele kasschuiven is er, over de jaren heen bezien, geen sprake dat er gelden aan het betreffende artikel worden onttrokken, maar slechts sprake van een aanpassing van het kasritme. Bij technische mutaties moet gedacht worden aan bijvoorbeeld toevoeging loon- en prijscompensatie of bijvoorbeeld de overheveling van een project en de bijbehorende begrotingsgelden van artikel a naar b. |