Algemene doelstelling
Een breed vertrouwde bron van beleidsrelevante economische analyse zijn.
Al het werk van het CPB heeft als doel bij te dragen aan de beleidsvorming, zowel nationaal als internationaal. Het meest bekend zijn de ramingen. Het CPB heeft in 2011 wederom vier reguliere ramingen gepubliceerd. Zoals gebruikelijk is in het voorjaar het Centraal Economisch Plan verschenen en op Prinsjesdag de Macro Economische Verkenning. In juni en december verschenen korte tussentijdse updates, waarbij de decemberraming op uitzonderlijk veel belangstelling kon rekenen, als gevolg van de verslechterde economische vooruitzichten. Naast boeken over arbeidsmarktflexibiliteit en een kosteneffectiviteitsanalyse van de toekomstige inrichting van de Afsluitdijk, verscheen in november het boek Europa in Crisis, een publieksgericht boek over de Europese schuldencrisis, dat samen met Uitgeverij Balans werd uitgegeven. Ook werd een samenwerkingverband gestart met de Brusselse economische denktank Bruegel, om de internationale zichtbaarheid van het CPB te vergroten en de Europese beleidsdiscussie eerder te kunnen betrekken in de Nederlandse beleidsanalyse.
Het jaar stond vooral in het teken van vernieuwing. De website werd geheel vernieuwd, de papieren kwartaal Nieuwsbrief werd vervangen door een maandelijkse elektronische nieuwsbrief en de publicatiereeksen gingen op de schop. Er zijn nu vier reeksen: CPB Boeken, CPB Discussion papers (gericht op een wetenschappelijk publiek), CPB Notities (met antwoorden op speciale verzoeken om doorrekening in de regel van departementen of de politiek) en CPB Policy Briefs. Deze laatste reeks is nieuw en heeft als doel beleidsmakers te informeren over een voor hen relevant onderwerp met een kort en helder geschreven stuk. In 2011 heeft het CPB-onderzoek, naast de drie genoemde boeken, geresulteerd in 14 CPB Policy Briefs, 34 CPB Notities en 36 CPB Discussion Papers.
Ook de organisatie van het CPB werd aangepast, voornamelijk om inhoudelijke redenen. Er werd teruggegaan van zes naar vijf sectoren en van 20 naar 15 programma’s. In de loop van het jaar werd de omvang van de taakstelling van het huidige kabinet duidelijk, hetgeen resulteert in een volgende reorganisatie die in de komende jaren zijn beslag gaat krijgen.
Gezien de vele reacties op de publicaties, zowel in rechtstreekse contacten met politici, ambtenaren, wetenschappers en andere publieke actoren, als in de media worden de analyses en prognoses breed ontvangen en gebruikt door de regering, het parlement en overige maatschappelijke organisaties. Daarmee is de doelstelling ruimschoots bereikt.
Externe factoren
De belangrijke externe factor waarmee het CPB werd geconfronteerd was de taakstelling van het huidige kabinet. Daarbij werd er door regering en parlement in sterke mate een beroep op het CPB gedaan. Dat blijkt uit de toename van het aantal notities, maar ook uit het verzoek om de economische verkenning tot 2015 te actualiseren en te publiceren bij het CEP 2012.
Budgettaire gevolgen van beleid
Realisatie | Vastgestelde Begroting 2011 | Verschil 2011 | ||||
---|---|---|---|---|---|---|
2008 | 2009 | 2010 | 2011 | |||
Verplichtingen (totaal) | 13 580 | 14 586 | 14 931 | 13 964 | 12 997 | 967 |
Uitgaven (totaal) | 13 580 | 14 586 | 14 931 | 13 964 | 12 997 | 967 |
– Apparaatuitgaven CPB | 13 580 | 14 586 | 14 931 | 13 964 | 12 997 | 967 |
Ontvangsten (totaal) | 2 065 | 2 570 | 2 073 | 2 256 | 1 643 | 613 |
Het verschil tussen de realisatie en de oorspronkelijke vastgestelde begroting bedraagt bijna € 1 mln. De hogere uitgaven betroffen onder meer compensatie van loonkosten in verband met langdurig afwezigen en een loon- en prijsbijstelling van € 0,35 mln. Daarnaast heeft met betrekking tot de extern gefinancierde projecten een desaldering van € 0,6 mln plaatsgevonden. De voorbereiding op de verhuizing van het Centraal Plan Bureau naar de locatie Bezuidenhoutseweg 30 bracht € 0,15 mln aan uitgaven met zich mee.
Het verschil bij de ontvangsten (€ 0,6 mln) is geheel toe te schrijven aan extra ontvangsten in het kader van extern gefinancierde projecten.
De gemiddelde prijs per fte op personeel en materieel is hoger dan geraamd. De reden voor deze stijging is dat in 2011 extra budget is uitgekeerd voor zowel loon- en prijsbijstelling als voor compensatie in verband met langdurige afwezigen. Daarnaast is extra budget ontvangen omdat er meer externe projecten zijn uitgevoerd dan dat oorspronkelijk was geraamd (€ 1,6 mln). Tevens zijn in 2011 extra materiële uitgaven verricht ter voorbereiding op de verhuizing om het Centraal Plan Bureau uitgekeerd. Dit extra budget is omgezet in uitgaven die leiden tot een hogere gemiddelde prijs.
Prestatie-indicatoren
In onderstaande tabel worden de prestatie-indicatoren weergegeven, voorzien van bijbehorende streefwaarden zoals opgenomen in de begroting 2011, en de realisatiewaarden over 2011.
Kritische succesfactor | Prestatie-indicator | Streefwaarde | Realisatie 2011 |
---|---|---|---|
1. Een goede beoordeling van de kwaliteit van het CPB | 1a. Evaluatie kwalitatief functioneren CPB door een visitatiecommissie | 1a. Elke 5 à 6 jaar evaluatie, Oordeel goed | 1a. n.v.t. (laatst uitgevoerd in 2010) |
1b. Evaluatie kwalitatief functioneren CPB door een toetsgroep van beleidsmakers | 1b. Elke 5 à 6 jaar evaluatie, Oordeel goed | 1b. n.v.t. (eerst volgende rond 2013) | |
2. Een goede beoordeling van CPB-producten | 2a. Projectevaluatie van elk project >3 maanden | 2a. Oordeel goed, evenwicht tussen inzet en resultaat | 2a. gerealiseerd, doelgerichtheid blijft aandachtspunt |
2b. Aantallen publicaties die aan wetenschappelijke standaarden voldoen | 2b. 10 Discussion Papers en 9 artikelen in wetenschappelijke tijdschriften | 2b. 36 Discussion Papers en 22 artikelen in wetenschappelijke tijdschriften | |
3. Specifieke klanten en het brede publiek bedienen met relevante ramingen en analyses | 3a. Mate van tevredenheid CPC en CEC-departementen over het CPB-werkplan en de CPB-jaarrapportage | 3a. Positieve waardering werkplan en jaarrapportage op hoofdlijnen | 3a. Overwegend zeer tevreden. Commentaar met name van ministeries beperkt. |
3b. Percentages persberichten bij CPB-publicaties | 3b. Persberichten bij 90% van de CPB Documenten en Bijzondere Publicaties | 3b. 90% ruimschoots gehaald | |
3c. Aandacht in de landelijke pers n.a.v. CPB-persberichten | 3c. Artikelen in ≥ 2 landelijke dagbladen bij ≥ 75% van de CPB-persberichten | 3c. 75% ruim-schoots gehaald in FD, AD, Volkskrant, NRC, Telegraaf | |
3d. Expertrol in landelijke pers | 3d. Ten minste 1x per maand expertrol terugzien in publiciteit | 3d. Ruim gehaald | |
3e. Leesbaarheid van publicaties en persberichten d.m.v. onderzoek onder journalisten. | 3e. Elke 3 jaar, Oordeel goed | 3e. niet van toepassing (komt in 2012 weer aan de orde) | |
4. Internationaal als toonaangevend worden beschouwd | 4. Aantal verwijzingen naar CPB-publicaties in working papers van OECD, IMF en EC | 4. Minimaal 15 keer per jaar | 4. 44 |
a Centrale Plancommissie en Centraal Economische Commissie. |