Budgettaire gevolgen van beleid
Realisatie | Vastgestelde begroting | Verschil | ||||
---|---|---|---|---|---|---|
2008 | 2009 | 2010 | 2011 | 2011 | 2011 | |
Verplichtingen (totaal) | 112 081 | 123 414 | 109 112 | 96 902 | 98 848 | – 1 946 |
Uitgaven (totaal) | 113 684 | 119 499 | 103 360 | 105 903 | 104 210 | 1 693 |
Personeel stafdiensten | 36 091 | 38 139 | 36 491 | 34 481 | 29 782 | 4 699 |
Personeel diversen | 23 920 | 19 774 | 19 607 | 11 030 | 20 423 | – 9 393 |
ICT | 11 241 | 13 751 | 14 332 | 16 792 | 13 578 | 3 214 |
Materieel kernministerie | 35 720 | 30 028 | 25 959 | 26 082 | 30 339 | – 4 257 |
BES eilanden | 2 200 | – 2 200 | ||||
Materieel diversen | 6 711 | 17 807 | 6 971 | 17 517 | 7 888 | 9 629 |
Ontvangsten (totaal) | 7 003 | 10 676 | 6 857 | 2 980 | 2 300 | 680 |
Diverse ontvangsten personeel | 2 914 | 2 500 | 2 488 | 1 918 | 2 300 | – 382 |
Diverse ontvangsten materieel | 555 | 1 467 | 530 | 419 | 419 | |
Ontvangsten (buiten)diensten | 3 534 | 6 709 | 3 839 | 643 | 643 |
Personeel stafdiensten
Het verschil tussen de vastgestelde begroting en de realisatie wordt met name veroorzaakt door toevoeging van budget bij de suppletoire begrotingen 2011 vanuit de DG’s en Agentschap NL naar dit personeelsbudget in verband met het Concordaat (een overeenkomst tussen het Ministerie van BZK en het voormalig Ministerie van EZ over het uitwisselen van medewerkers). Ook is budget toegevoegd aan Personeel stafdiensten voor nieuwe activiteiten in verband met Caribisch Nederland.
Daarnaast is het budget bij eerste suppletoire begroting opgehoogd met de loonbijstelling en is het budget verhoogd (vanuit de post Personeel diversen) in verband met de kosten van langdurige afwezigen. Dit betreft een budgetverschuiving en hangt samen met het feit dat de betreffende kosten vanaf 2011 ten laste van de personeelsbudgetten van de stafdiensten (en de andere decentrale dienstonderdelen) worden geboekt.
Verder zijn, als gevolg van de departementale herindeling, bij eerste suppletoire begroting middelen toegevoegd aan Personeel stafdiensten. Dit budget was in eerste instantie aan de beleidsartikelen toegekend.
Personeel diversen
Bij tweede suppletoire begroting is het budget voor langdurige afwezigen vanuit Personeel diversen toegedeeld aan de decentrale personeelsbudgetten van de Directoraten Generaal, stafdirecties en uitvoerende diensten van EL&I. De desbetreffende kosten worden met ingang van 2011 direct ten laste van de personeelsbudgetten van de individuele dienstonderdelen gebracht; derhalve zijn ook de hiervoor beschikbare budgetten gedecentraliseerd. Dit leidt tot een lager budget en lagere realisatie op Personeel diversen.
Voorts zijn middelen voor Sociaal Flankerend Beleid overgeheveld naar het CBS en is een voor eind 2011 geplande betaling vertraagd en derhalve ten laste van 2012 gekomen. Tenslotte is op het deelbudget voor Wachtgeld en Sociaal Plan in 2011 sprake van een lagere realisatie omdat het aantal personen met aanspraak op wachtgeld en de Remkesregeling sneller is gedaald dan verwacht.
ICT
De hogere dan geraamde realisatie op ICT is het gevolg van (eerder dan voorzien) eenmalige uitgaven voor integraties van kantoorautomatisering, werkplekken en personeelsadministraties in verband met de fusie van de ministeries van voorheen EZ en LNV tot EL&I. Het werkplekconcept en de kantoorautomatisering van voormalig EZ enerzijds en het scenario van voormalig LNV voor de personeelsadministratie anderzijds worden voor het gehele kernministerie van EL&I uitgerold.
Materieel kernministerie
De lagere realisatie dan oorspronkelijk begroot is voornamelijk het gevolg van de budgetoverheveling bij de eerste suppletoire begroting van € 2,5 mln naar artikel 39 van de begroting in verband met het centraliseren van de facilitaire dienstverlening van het nieuw gevormde ministerie van EL&I. Voorts is sprake geweest van meevallende (onvoorspelbare) kosten voor nutsvoorzieningen en onderhoud (€ 0,9 mln) en vielen de kosten van invoering van de Rijkspas en de exploitatie van het Bedrijfsrestaurant lager uit dan geraamd (€ 1,4 mln) en zijn de uitgaven voor Reprografie lager dan begroot vanwege lagere afnamevolumes van Vijfkeerblauw (de grafische dienstverlener van de Rijksoverheid) (€ 0,7 mln).
Materieel diversen
De hoger dan verwachte realisatie op Materieel diversen is vrijwel geheel het gevolg van de compensatie aan Agentschap NL door de eigenaar, het ministerie van EL&I, voor de kosten van de vaststellingsovereenkomst met Capital P. Deze vaststellingsovereenkomst is gesloten tussen de Staat der Nederlanden en Capital P en regelt de reductie van medewerkers met een Capital P-aanstelling, die noodzakelijk is geworden ten gevolge van de bezuinigingsmaatregelen in het Regeerakkoord.
In de vaststellingsovereenkomst verplicht Agentschap NL zich om voor werknemers van Capital P met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, die als pay-rollmedewerkers voor Agentschap NL werkzaamheden verrichten, een mobiliteitstraject van zes maanden beschikbaar te stellen.
raming 2011 | realisatie 2011 | |||
---|---|---|---|---|
formatie | gemiddelde prijs | gemiddelde bezetting | gemiddelde prijs | |
Stafdiensten – personeel | 435,8 | 69,0 | 432 | 79,6 |
Kerndepartement – materieel | 1 018,9 | 49,7 | 1 109 | 50,0 |
De hogere gerealiseerde gemiddelde personele prijs wordt onder meer veroorzaakt doordat met ingang van 2011 de kosten van langdurige afwezigen ten laste van de personeelsbudgetten van stafdirecties (en de andere decentrale dienstonderdelen) worden geboekt. Hiervoor is ook het bijbehorende budget toegevoegd aan de stafdiensten. Voorheen zat het betreffende budget en de kosten in het centrale personeelsbudget.
Deze administratieve wijziging werkt door in de gerealiseerde uitgaven voor stafdiensten maar niet in de bezetting, met als gevolg een hogere gemiddelde prijs.
Ook zijn er in verband met het Concordaat in 2011 meer en relatief hoger ingeschaalde voormalig EZ-medewerkers uitgezonden dan geraamd. Hiervoor is budget vanuit DG’s en Agentschap NL aan het personeelsbudget voor stafdiensten (waaruit het Concordaat gefinancierd wordt) toegevoegd. Deze middelen voor Concordaat medewerkers waren niet opgenomen in de oorspronkelijk begroting, waardoor de gerealiseerde gemiddelde personele prijs hoger uitpakt.
De gemiddelde bezetting van het kerndepartement is hoger dan oorspronkelijk geraamd als gevolg van de departementale herindeling voortvloeiend uit het Regeerakkoord. Hierdoor zijn bij de Incidentele Suppletoire Begroting (ISB) taken inclusief fte’s en bijbehorende middelen overgekomen vanuit andere departementen (waaronder Financiën en voorheen VROM en V&W) naar EL&I. Dit heeft geen effect op de gemiddelde prijs, maar hierdoor is wel de gemiddelde bezetting toegenomen.